Vervallen intrekking vrijstellingen vangstbeperking

29 december 2003

Nr. TRCJZ/2003/11172

Directie Juridische Zaken

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit maakt bekend dat de intrekking van de navolgende vrijstellingen als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel a, van de Regeling vangstbeperking met ingang van 1 januari 2004 komen te vervallen, voor zover het betreft de visserij op:

1. Kabeljauw als bedoeld in onderdeel f van de bijlage bij de Regeling contingentering zeevis;

2. Wijting als bedoeld in onderdeel f van de bijlage bij de Regeling contingentering zeevis;

3. Kabeljauw: in de sectoren VIIb-k en deelgebieden VIII, IX, X, CECAF 34.1.1 (EG-wateren);

4. Kabeljauw: in de sector Kattegat;

5. Schelvis: in Skagerrak en Kattegat, IIIb, c, d (EG-wateren);

6. Blauwe wijting: in gebied Vb (wateren van de Faeroër;

7. Haring: in deelgebieden I en II (EG-wateren, internationale wateren en Noorse wateren);

8. Haring: in de sectoren Vb (EG-wateren), VIa-Noord, VIb tezamen en in de sectoren VIa-Zuid, VIIb en c tezamen.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,overeenkomstig het door de minister genomen besluit,
de directeur-generaal,
A. Oostra.

Naar boven