Wijziging bedragen IOAW en IOAZ

Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van 11 december 2003, nr. W&B/URP/2003/91332, Directie Werk en Bijstand, tot wijziging van bedragen genoemd in de IOAW en IOAZ per 1 januari 2004

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 5, zesde en zevende lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers en de artikelen 5, zesde en zevende lid en 8, vierde lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen, artikel 7, vierde en vijfde lid, van het Inkomensbesluit IOAW en artikel 5, derde lid, van de Regeling vermogenswaardering IOAZ;

Besluit:

Artikel I

De bedragen genoemd in artikel 5 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers worden als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid, onder a, wordt ‘€ 569,82’ vervangen door: € 578,27.

2. In het vierde lid wordt ‘€ 1.025,68’ vervangen door: € 1.040,89; ‘€ 797,74’ vervangen door: € 809,58 ; ‘€ 656,16’ vervangen door: € 663,70 en ‘€ 576,55’ vervangen door: € 583,51.

3. In het vijfde lid wordt ‘€ 994,79’ vervangen door: € 1.010,72; ‘€ 745,56’ vervangen door: € 757,42 ; ‘€ 552,66’ vervangen door: € 561,51 en ‘€ 303,43’ vervangen door: € 308,21.

Artikel II

De bedragen genoemd in artikel 5 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen worden als volgt gewijzigd:

A

1. In artikel 5, tweede en derde lid, wordt ‘€ 22.001,00’ telkens vervangen door: € 22.695,00.

2. In artikel 5, vijfde lid wordt ‘€ 569,82’ vervangen door: € 578,27; ‘€ 1.025,68’ vervangen door: € 1.040,89 en ‘€ 797,74’ vervangen door: € 809,58.

B

In artikel 8, tweede lid, wordt ‘€ 109.368,00’ vervangen door: € 111.303,00.

Artikel III

De bedragen genoemd in het Inkomensbesluit IOAW worden als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3, tweede lid, wordt ‘€ 261,54’ vervangen door: € 263,42.

B

In artikel 7, tweede lid, onderdeel h, wordt ‘€ 1.952,00’ vervangen door: € 1.984,00.

C

In artikel 7, tweede lid, onderdeel i, wordt ‘€ 20,00’ vervangen door: € 20,30 en wordt ‘€ 700,00’ vervangen door: € 711,00.

Artikel IV

In artikel 5, eerste lid, van de Regeling vermogenswaardering IOAZ wordt ‘€ 100.287,00’ vervangen door: € 101.932,00.

Artikel V

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2004.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 11 december 2003.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, M. Rutte.

Toelichting

In de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) zijn de netto bedragen opgenomen waaraan de op grond van artikel 5 van de IOAW en IOAZ vast te stellen grondslagen netto gelijk dienen te zijn. De genoemde bedragen dienen te worden aangepast met ingang van de dag waarop het netto minimumloon en het netto minimumjeugdloon wijzigen. Aangezien per 1 januari 2004 het netto minimumloon en het netto minimumjeugdloon veranderen als gevolg van gewijzigde belastingtarieven, premie AWBZ en de premie ingevolge de Ziekenfondswet dienen de in de IOAW en de IOAZ genoemde netto bedragen eveneens te worden aangepast. Deze regeling strekt daartoe.

De bedragen genoemd in de Regeling vermogenswaardering IOAZ zijn aangepast met de procentuele stijging van het prijsindexcijfer voor de gezinsconsumptie. De ontwikkeling van het prijsindexcijfer van de reeks Consumptieprijsindex, alle huishoudens (afgeleide reeks 2000 = 100) bedraagt 1,769%.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

M. Rutte

Naar boven