Aan: De gemeentebesturen, de burgemeesters en de wethouders
Onderwerp: Nominale eindejaarsuitkering
Doelstelling: Informatie over beleid
Juridische grondslag: Artikel 15a Rechtspositiebesluit burgemeesters
1994 resp. artikel 3, derde lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders
Relaties met andere circulaires: 21 november 2002, nr. BK02/96535
Ingangsdatum: 1 januari 2003
Geldig tot: Nadere berichtgeving
Nominale eindejaarsuitkering
Op grond van artikel 15a Rechtspositiebesluit burgemeesters 1994 respectievelijk
artikel 3, derde lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders hebben de burgemeesters
respectievelijk de wethouders recht op een eindejaarsuitkering.
Overeenkomstig de ambtenaren bij de sector Rijk hebben burgemeesters en
wethouders in 2003 aanspraak op een nominale eindejaarsuitkering van
- € 31,13 bruto per maand voor het tijdvak van 1 januari 2003 tot
1 april 2003;
- € 45,88 bruto per maand voor het tijdvak van 1 april 2003 tot en
met 31 december 2003.
Het nominale bedrag van de eindejaarsuitkering bedraagt vanaf 1 januari
2004 € 45,88 per maand.
Voor diegenen wiens arbeidsduurfactor minder dan 1 bedraagt wordt het
nominale bedrag vermenigvuldigd met zijn/haar arbeidsduurfactor.
In de Arbeidsvoorwaardenovereenkomst 2000-2001 is overeengekomen dat er
een nominale eindejaarsuitkering zal worden ingevoerd. De financiering van
de nominale eindejaarsuitkering vindt plaats vanuit de besparing als gevolg
van de bevriezing per 1 januari 2000 van de ziektekostentegemoetkoming als
bedoeld in het Besluit tegemoetkoming ziektekosten rijkspersoneel (Btzr).
In verband hiermee is per 1 april 2003 de nominale eindejaarsuitkering
verhoogd van € 31,13 naar € 45,88 per maand.
Per 1 januari 2003 is de bevriezing van de Btzr-tegemoetkoming komen te
vervallen omdat het niveau van 50% van het totaal van de MOOZ-bijdrage, van
de WTZ-bijdrage en van de component `polis' van de particuliere ziektekostenpremie
voor een maatschappijpolis, zoals deze door het CPB ten behoeve van het CEP
wordt geraamd, netto is bereikt.
Dit betekent dat in 2004 de nominale eindejaarsuitkering niet meer wordt
verhoogd als uitvloeisel van de bevriezing van de Btzr-tegemoetkoming.
Vanaf 1 januari 2004 zal voor de nominale eindejaarsuitkering als bedrag €
45,88 gelden.
De nominale eindejaarsuitkering is een bruto bedrag. De aanspraak op de
nominale eindejaarsuitkering wordt per maand opgebouwd. Bij gedeeltelijke
doorbetaling van het salaris wegens bijvoorbeeld langdurige ziekte of ouderschapsverlof
verandert de nominale eindejaarsuitkering niet.
De nominale eindejaarsuitkering wordt niet toegekend aan de gewezen burgemeesters
en wethouders, die als zodanig een wachtgeld of werkloosheidsuitkering ontvangen.
De nominale eindejaarsuitkering wordt wel opgenomen in de berekeningsbasis
voor toekomstige wachtgelders en overeenkomstige uitkeringen.
Voor de volledigheid meld ik u nog dat de burgemeesters bij circulaire
van 2 december 2002, nr. BK02/98348, zijn geïnformeerd over de procentuele
eindejaarsuitkering over 2003. De wethouders zijn daarover geïnformeerd
bij circulaire van 2 december 2002, nr. BK02/98349.