Erkenning deeltijdopleiding tot kandidaat-gerechtsdeurwaarder

25 augustus 2003

Nr. 5242219/DTR/03

Directie Toegang Rechtsbestel Afdeling Juridische Beroepsgroepen en Tolken

De Minister van Justitie,

Gelet op Artikel 25 van de Gerechtsdeurwaarderswet en het Besluit opleiding en stage kandidaat-gerechtsdeurwaarder (Stb. 2001, 326, zoals gewijzigd bij besluit van 12 juni 2003, Stb. 2003, 250);

Overwegende:

dat de Hogeschool van Utrecht bij brief van 1 mei 2002 een aanvraag tot erkenning van de deeltijdopleiding tot kandidaat-gerechtsdeurwaarder als variant op de reeds bestaande vierjarige deeltijd bachelor-opleiding sociaal juridische dienstverlening heeft gedaan. Met de aanvraag werd een opleidingsplan met toelichting ingediend, welke bij brief van 20 januari 2003 is aangevuld;

dat na drie jaar opleiding de hoedanigheid van kandidaat-gerechtsdeurwaarder als bedoeld in artikel 25, eerste lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet kan worden verkregen;

dat het vierde jaar van de opleiding is ingericht als stagejaar als bedoeld in artikel 27, eerste lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet;

dat over de aanvraag advies is ingewonnen bij de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders, de Bond van personeel werkzaam in de rechtspraktijk en van kandidaat-gerechtsdeurwaarders en de commissie opleiding;

dat het opleidingsplan met de aanvulling daarop voldoet aan de in de voornoemde besluiten gestelde vereisten;

Besluit:

de door de Hogeschool van Utrecht aan te bieden deeltijdopleiding tot kandidaat-gerechtsdeurwaarder als variant op de bachelor-opleiding sociaal juridische dienstverlening te erkennen.

Dit besluit zal worden gepubliceerd in de Staatscourant.

's-Gravenhage, 25 augustus 2003.
De Minister voornoemd,
voor deze,
de directeur Toegang Rechtsbestel,
M. Brandsma.

Naar boven