Handhaving rechten op prestatiebeurs voor studenten die in het studiejaar 2002-2003 met een éénjarige lerarenmaster zijn gestart

21 juli 2003

nr. AGOCenW/MT/03.080

De Informatie Beheer Groep,

Gelet op artikel 11.5 van de Wet studiefinanciering 2000;

Besluit:

Artikel 1

Een student wordt, wat betreft de aanspraak op studiefinanciering, gelijk gesteld met een student die een universitaire lerarenopleiding volgt als bedoeld in artikel 17a.7a van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, indien hij:

a. voor 1 september 2003 een initiële opleiding als genoemd in artikel 1.1, onderdeel e, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, heeft voltooid, en

b. in het studiejaar 2002-2003 een éénjarige leraren-masteropleiding aan de Universiteit van Amsterdam, de Vrije Universiteit Amsterdam of de Universiteit Twente is aangevangen.

Artikel 2

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van Uitleg OCenW-Regelingen, waarin deze beleidsregel is geplaatst en werkt terug tot en met 1 september 2002.

De Informatie Beheer Groep,
namens deze de hoofddirecteur,
Chr. G. Spanjaard.

Toelichting

Per september 2002 is de nieuwe bachelor-masterstructuur in het hoger onderwijs in werking getreden. Deze structuur biedt universiteiten ruime mogelijkheden om bestaande opleidingen om te zetten naar de nieuwe bachelor-masterstructuur, ook ten aanzien van lerarenopleidingen. Zo is het mogelijk om éénjarige, tweejarige en zelfs driejarige lerarenmasters aan te bieden.

Een aantal universiteiten heeft van de mogelijkheid gebruik gemaakt om de éénjarige lerarenmaster aan te bieden per 1 september 2002. Hierdoor wordt de totale studieduur van een dergelijke opleiding tot leraar teruggebracht van 5 jaar naar 4 jaar. Immers, voor de invoering van de bachelor-masterstructuur diende eerst een vierjarige initiële opleiding te zijn voltooid, voordat een opleiding tot leraar kon worden afgerond. De consequenties voor het recht op studiefinanciering zijn hieraan gekoppeld. Voor de vierjarige opleiding tot leraar in het kader van bachelor-masterstructuur bestaat recht op vier jaar prestatiebeurs, terwijl voor de oude opleiding met een studieduur van in het totaal vijf jaar recht bestaat op vijf jaar prestatiebeurs.

Drie universiteiten, te weten de Universiteit van Amsterdam, de Vrije Universiteit Amsterdam en de Universiteit Twente bieden sinds 1 september 2002 een éénjarige lerarenmaster aan. Hierbij is de mogelijkheid om in te stromen op de `oude' universitaire lerarenopleiding per die datum komen te vervallen. Dit heeft tot gevolg dat studenten zich aan deze drie instellingen van onderwijs in voorkomende gevallen alleen nog kunnen inschrijven voor de lerarenmaster en niet meer voor de universitaire lerarenopleidingen. Studenten, die een opleiding hebben gevolgd van vóór de invoering van de bachelor-masterstructuur en erop rekenden per het studiejaar 2002-2003 nog een universitaire lerarenopleiding te gaan volgen, ontberen hiermee het recht op een jaar extra studiefinanciering.

De betreffende instellingen hebben aangegeven dat zij deze consequenties niet hebben voorzien. Ook is geen sprake van gewenst beleid.

Om studenten hiervan niet de dupe te laten zijn , is besloten om hen alsnog te behandelen alsof zij een éénjarige universitaire lerarenopleiding volgen. Dit houdt in de praktijk in dat deze studenten met een prestatiebeurs recht behouden op vijf jaar prestatiebeurs (en drie jaar lenen) in plaats van vier jaar recht op een prestatiebeurs.

De Informatie Beheer Groep,

Namens deze de hoofddirecteur,

Chr. G. Spanjaard.

Naar boven