Verdeling zaken over hoofdplaats en nevenvestigings- en nevenzittingsplaatsen arrondissement Zwolle

Reglement als bedoeld in artikel 4.3, eerste lid aanhef en onder b van het bestuursreglement van de rechtbank Zwolle (artikel 19, eerste lid van de Wet op de rechterlijke organisatie, verdeling van zaken over de hoofdplaats en nevenvestigings- en nevenzittingsplaatsen in het arrondissement Zwolle)

Artikel 1. Begripsbepalingen

Bestuurszaken: alle zaken waarvan de behandeling bij reglement 4.3.1.a. aan de sector is toegedeeld

Civiele zaken: alle zaken waarvan de behandeling bij reglement 4.3.1.a. aan de sector is toegedeeld

Kantonzaken: alle zaken waarvan de behandeling bij reglement 4.3.1.a. aan de sector is toegedeeld

Strafzaken: alle zaken waarvan de behandeling bij reglement 4.3.1.a. aan de sector is toegedeeld

Vreemdelingenzaken: alle zaken waarvan de behandeling bij reglement 4.3.1.a. aan de sector is toegedeeld

Artikel 2. Nevenvestigings- en nevenzittingsplaatsen

1. De nevenvestigingsplaatsen in het arrondissement Zwolle zijn Lelystad en Deventer. De nevenzittingsplaatsen in het arrondissement Zwolle zijn Almere en Steenwijk.

2. In de nevenzittingsplaatsen kunnen ter griffie geen stukken worden ingediend en geen zaken worden gedeponeerd.

Artikel 3. Bestuurszaken

1. Zaken betreffende sociale zekerheidswetgeving en de Algemene Bijstandswet worden, met toepassing van de regels voor de relatieve competentie van de rechtbanken, behandeld volgens de navolgende indeling:

a) te Zwolle: zaken met appellant wonend in de gemeenten Bathmen, Dalfsen, Deventer, Hardenberg, Kampen, Olst, Ommen, Raalte, Staphorst, Steenwijk, Zwartewaterland of Zwolle;

b) te Lelystad: zaken met appellant wonend in de gemeenten Almere, Dronten, Lelystad, Noordoostpolder, Urk of Zeewolde.

2. Overige bestuurszaken (met name ambtenarenzaken en voormalige arob-zaken) worden behandeld te Zwolle;

3. Voorlopige voorzieningen worden behandeld te Zwolle, tenzij vanwege de betekenis voor Flevoland naar het oordeel van de sectorvoorzitter behandeling te Lelystad aangewezen is.

Artikel 4. Civiele zaken

1. Voor civielrechtelijke zaken (inclusief onteigeningen) die met een dagvaarding worden ingeleid vindt de rolbehandeling plaats te Zwolle.

2. Zaken betreffende surséance van betaling, faillissementen en schuldsaneringen alsmede overige civiele zaken (zowel handelszaken als familiezaken, alsmede zaken ingevolge de Wet bijzondere opnemingen psychiatrische ziekenhuizen) worden, met toepassing van de regels voor de relatieve competentie van de rechtbanken, behandeld volgens de navolgende indeling:

a) te Zwolle: zaken uit de gemeenten Bathmen, Dalfsen, Deventer, Hardenberg, Kampen, Olst, Ommen, Raalte, Staphorst, Steenwijk, Zwartewaterland en Zwolle;

b) te Lelystad: zaken uit de gemeenten Almere, Dronten, Lelystad, Noordoostpolder, Urk en Zeewolde.

Ruilverkavelingen worden behandeld te Zwolle.

3. Handelsrekesten en rekesten waarvan de voorzieningenrechter kennis neemt, met uitzondering van de beslagrekesten, worden behandeld in Zwolle.

4. Indien een civiele zaak in meer dan een plaats kan worden behandeld, wordt de zaak behandeld in de plaats die de eiser of de verzoeker in de dagvaarding onderscheidenlijk het verzoekschrift vermeldt. Indien het verzoekschrift niet de plaats vermeldt waar de zaak wordt behandeld, is de sectorvoorzitter van de civiele sector gemachtigd te bepalen in welke plaats binnen het arrondissement de zaak wordt behandeld.

Artikel 5. Kantonzaken

1. Kantonzaken, zowel bodemzaken als voorlopige voorzieningen, worden, met overeenkomstige toepassing van de regels voor de relatieve competentie van de rechtbanken, behandeld volgens de navolgende indeling:

a) te Zwolle: zaken uit de gemeenten Dalfsen, Hardenberg, Kampen, Ommen, Staphorst, Steenwijk, Zwartewaterland en Zwolle;

b) te Deventer: zaken uit de gemeenten Bathmen, Deventer, Olst en Raalte;

c) te Lelystad: zaken uit de gemeenten Almere, Dronten, Lelystad, Noordoostpolder, Urk en Zeewolde.

2. Indien een kantonzaak in meer dan een plaats kan worden behandeld, wordt de zaak behandeld in de plaats die de eiser of de verzoeker in de dagvaarding onderscheidenlijk het verzoekschrift vermeldt. Indien het verzoekschrift niet de plaats vermeldt waar de zaak wordt behandeld, is de sectorvoorzitter van de sector kanton gemachtigd te bepalen in welke plaats binnen het arrondissement de zaak wordt behandeld.

3. Voor civielrechtelijke kantonzaken die met een dagvaarding worden ingeleid vindt de rolbehandeling plaats in de vestiging waar de zaak ingevolge het Besluit nevenvestigings- en nevenzittingsplaatsen, Staatsblad 2001, 616 moet worden behandeld.

4. De voorzitter van de sector kanton kan bepalen dat de behandeling van bepaalde zaken in de nevenzittingsplaatsen Almere of Steenwijk zal plaatsvinden.

Artikel 6. Strafzaken

1. Strafzaken worden, met toepassing van de regels voor de relatieve competentie van de rechtbanken, behandeld volgens de navolgende indeling:

a) te Zwolle: zaken uit de gemeenten Bathmen, Dalfsen, Deventer, Hardenberg, Kampen, Olst, Ommen, Raalte, Staphorst, Steenwijk, Zwartewaterland en Zwolle;

b) te Lelystad: zaken uit de gemeenten Almere, Dronten, Lelystad, Noordoostpolder, Urk en Zeewolde.

2. Indien een strafzaak in meer dan een plaats kan worden behandeld, wordt de zaak behandeld in de plaats die het Openbaar Ministerie dan wel de verzoeker of klager in de dagvaarding onderscheidenlijk het verzoek- of klaagschrift vermeldt. Indien het verzoek- of klaagschrift niet de plaats vermeldt waar de zaak wordt behandeld, is de sectorvoorzitter van de strafsector gemachtigd te bepalen in welke plaats binnen het arrondissement de zaak wordt behandeld.

Artikel 7. Vreemdelingenzaken

Alle vreemdelingenzaken worden behandeld in Zwolle.

Artikel 8. Slotbepaling

De sectorvoorzitter kan bepalen dat een zaak wordt behandeld in een andere plaats dan uit dit reglement voortvloeit. Deze regel lijdt uitzondering in die gevallen dat de wet behandeling in een bepaalde plaats voorschrijft.

Naar boven