Regeling vaststelling rentepercentage Wet studiefinanciering 2000 per 1 januari 2003

2 december 2002

SFB-2002/58623

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,

Gelet op artikel 6.3 van de Wet studiefinanciering 2000;

Besluit:

Artikel 1. Vaststelling rentepercentages voor 2003

1. Het rentepercentage, bedoeld in artikel 6.3, eerste lid, van de Wet studiefinanciering 2000, wordt voor het jaar 2003 vastgesteld op 3,73 procent.

2. Het rentepercentage voor leningen bedoeld in artikel 6.3, tweede lid, van de Wet studiefinanciering 2000, wordt voor het jaar 2003 vastgesteld op 2,08 procent.

Artikel 2. Inwerkingtreding en bekendmaking

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2003 en vervalt met ingang van 1 januari 2004.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Artikel 3. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als `Regeling vaststelling rentepercentage Wet studiefinanciering 2000 per 1 januari 2003'.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,A.D.S.M. Nijs, MBA.

Toelichting

Artikel 6.3, eerste lid, van de Wet studiefinanciering 2000 schrijft voor dat jaarlijks uiterlijk in december een rentepercentage wordt vastgesteld ten behoeve van de over de opgenomen rentedragende leningen te berekenen rente. Daarbij moet worden uitgegaan van een rentepercentage dat gelijk is aan het over de maand oktober van dat jaar door het Centraal Bureau voor de Statistiek bekend gemaakte gemiddeld effectief rendement van openbare leningen, uitgegeven door de Staat der Nederlanden en toegelaten tot de notering aan de officiële markt ter beurze van Amsterdam, met een gemiddelde resterende looptijd van 3 tot 5 jaar.

Dit gemiddeld effectief rendement bedroeg in oktober 2002 3,73 procent en is voor het kalenderjaar 2003 van toepassing op leningen aangegaan na 31 december 1991.

Ingevolge het tweede lid bedraagt het rentepercentage voor het kalenderjaar 2003 dat van toepassing is op leningen aangegaan voor 1 januari 1992: 2,08%.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,

A.D.S.M. Nijs, MBA.

Naar boven