Circulaire onkostenvergoeding wethouders en raadsleden en vergoeding raadsleden en leden gemeentelijke commissies

20 november 2002

Nr. BK02/96141

DGOB/Kabinetszaken

Aan: De gemeentebesturen

Onderwerp: Onkostenvergoeding wethouders en raadsleden en de vergoeding raadsleden en leden van gemeentelijke commissies

Doelstelling: Informatie over beleid

Juridische grondslag: Artikel 25 van het Rechtspositiebesluit wethouders en de artikelen 2 en 14 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden

Relaties met andere circulaires: 11 december 2001, nr. BK01/98963 en 10 januari 2002, nr. BK02/50860

Ingangsdatum: 1 januari 2003

Geldig tot: nadere berichtgeving

1. Onkostenvergoeding wethouders

In artikel 25, derde lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders is bepaald dat de onkostenvergoeding voor wethouders per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van de consumentenprijsindex geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.

De genoemde consumentenprijsindex voor 2002 is bepaald op 121.6. In 2001 was dat indexcijfer bepaald op 117.6.

Dat houdt in dat de bedragen van de onkostenvergoeding voor wethouders per 1 januari 2003 worden verhoogd met 3,4%.

Voor uw informatie meld ik u dat het indexcijfer is gebaseerd op gegevens van het CBS van medio november 2002.

Met ingang van 1 januari 2003 luiden de bedragen genoemd in artikel 25, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders als volgt:

Tabel I

stcrt-2002-232-p9-SC37299-1.gif

Met ingang van 1 januari 2003 luiden de bedragen genoemd in artikel 25, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders als volgt:

Tabel II

stcrt-2002-232-p9-SC37299-2.gif

2. Vergoeding raadsleden

In artikel 2, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden is bepaald dat de vergoeding voor werkzaamheden voor raadsleden per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van het indexcijfer CAO lonen overheid voor volwassenen inclusief bijzondere beloningen geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.

Het genoemde indexcijfer voor 2002 is bepaald op 136.8. In 2001 was dat indexcijfer bepaald op 130.0.

Dit houdt in dat de bedragen van de vergoeding voor werkzaamheden per 1 januari 2003 worden verhoogd met 5,2%.

Voor uw informatie meld ik u dat het indexcijfer is gebaseerd op gegevens van het CBS van medio november 2002.

Het maximumbedrag per maand voor de vergoeding van werkzaamheden voor raadsleden genoemd in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden bedraagt per 1 januari 2003:

Tabel I

stcrt-2002-232-p9-SC37299-3.gifstcrt-2002-232-p9-SC37299-4.gif

3. Onkostenvergoeding raadsleden

In artikel 2, vijfde lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden is bepaald dat de onkostenvergoeding voor raadsleden per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van de consumentenprijsindex geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.

De genoemde consumentenprijsindex voor 2002 is bepaald op 121.6. In 2001 was dat indexcijfer bepaald op 117.6.

Dit houdt in dat de bedragen van de onkostenvergoeding voor raadsleden per 1 januari 2003 worden verhoogd met 3,4%.

Voor uw informatie meld ik u dat het indexcijfer is gebaseerd op gegevens van het CBS van medio november 2002.

Daarnaast merk ik op dat de bedragen in de tabel bedragen zijn per maand.

Het maximumbedrag per maand voor de onkostenvergoeding voor raadsleden genoemd in artikel 2, derde lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden bedraagt per 1 januari 2003:

Tabel II

stcrt-2002-232-p9-SC37299-5.gif

Het maximumbedrag per maand voor de onkostenvergoeding voor raadsleden (bij fictieve dienstbetrekking) genoemd in artikel 2, vierde lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden bedraagt per 1 januari 2003:

Tabel III

stcrt-2002-232-p9-SC37299-6.gifstcrt-2002-232-p9-SC37299-7.gif

4. Vergoeding bijwonen vergaderingen commissieleden

In artikel 14, eerste lid, juncto artikel 2, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden is bepaald dat de vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van het indexcijfer CAO lonen overheid voor volwassenen inclusief bijzondere beloningen geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.

Het genoemde indexcijfer voor 2002 is bepaald op 136.8. In 2001 was dat indexcijfer bepaald op 130.0.

Dit houdt in dat de bedragen van de vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen per 1 januari 2003 worden verhoogd met 5,2%.

Voor uw informatie meld ik u dat het indexcijfer is gebaseerd op gegevens van het CBS van medio november 2002.

De maximumvergoeding per vergadering of presentiegeld voor leden van gemeentelijke commissies genoemd in het eerste lid van artikel 14 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden bedraagt per 1 januari 2003:

Tabel IV

stcrt-2002-232-p9-SC37299-8.gif

5. Bezoldiging burgemeesters en vergoeding wethouders

De bezoldiging van burgemeesters en de vergoeding van wethouders wijzigt overeenkomstig de wijziging van de bezoldiging van het personeel in de sector Rijk.

Het arbeidsvoorwaardenoverleg sector Rijk 2002 - 2003 is op dit moment nog niet afgerond. Zodra dit overleg is afgerond wordt u geïnformeerd over de bezoldiging van burgemeesters en de vergoeding van wethouders.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,voor deze,
de directeur-generaal Openbaar Bestuur,
L.A.M. van Halder.

Naar boven