21 november 2002
HDJZ/LUV/2002-2950
Hoofddirectie Juridische Zaken
De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,
Gelet op de artikelen 104, vijfde lid, 105, 108 en 110 van de Regeling
Toezicht Luchtvaart;
Besluit:
Artikel I
De Regeling vergunning tot vluchtuitvoering wordt als volgt gewijzigd.
A
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid vervalt de zinsnede `,onder b'.
2. In het derde lid vervalt de zinsnede `,onder b'.
B
Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid komt te luiden:
1. Voor de beoordeling of het luchtvervoer op veilige wijze zal worden
verricht toont de aanvrager aan dat hij voldoet aan:
a. de bepalingen van JAR-OPS overeenkomstig de bij deze regeling behorende
bijlage;
b. de overige aan hem in of krachtens Hoofdstuk V van de Regeling Toezicht
Luchtvaart opgelegde verplichtingen.
2. Het tweede lid komt te vervallen.
3. Het derde lid wordt genummerd 2.
C
Artikel 4 vervalt.
D
Na artikel 6 wordt een nieuw artikel 6a ingevoegd dat komt te luiden:
Artikel 6a
1. De Minister van Verkeer en Waterstaat kan, in het belang van een veilige
vluchtuitvoering, door de vergunninghouder op te volgen operationele aanwijzingen
geven die een bepaalde vluchtuitvoering verbieden, beperken dan wel onderwerpen
aan bepaalde voorwaarden.
2. Een operationele aanwijzing bevat ten minste:
a. de reden voor het geven van de aanwijzing,
b. de toepassing en duur, en
c. de door de vergunninghouder vereiste actie.
3. De operationele aanwijzingen zijn aanvullend op de voorschriften van
JAR-OPS.
Artikel II
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening
van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De door de Joint Aviation Authorities (JAA) vastgestelde JAR-OPS voorziet
in een gedetailleerde regeling voor het verkrijgen van een vergunning tot
vluchtuitvoering voor commercieel luchtvervoer door vliegtuigen (JAR-OPS 1)
en helikopters (JAR-OPS 3). JAR-OPS, waarvan de inwerkingtreding was voorzien
met ingang van 1 april 1998, is eind 1996 in de Regeling vergunning tot vluchtuitvoering
geïmplementeerd, waarbij is opgenomen dat een ondernemer de keuze had
om al aan JAR-OPS te gaan voldoen dan wel om aan de voorschriften van Hoofdstuk
V van de Regeling Toezicht Luchtvaart te voldoen. Op 1 april 1998 de datum
van inwerkingtreding van JAR-OPS, is deze keuzemogelijkheid komen te vervallen.
Abusievelijk is deze mogelijkheid in artikel 3 blijven staan. Door middel
van deze wijzigingsregeling wordt een en ander recht gezet.
Aangezien artikel 4 een uitwerking inhield indien gekozen werd aan JAR-OPS
te voldoen, is deze bepaling overbodig geworden nu er geen keuze meer mogelijk
is.
Voorts is in JAR-OPS de bevoegdheid tot het geven van operationele aanwijzingen
opgenomen. Het betreft aanwijzingen die noodzakelijk kunnen zijn in het belang
van een veilige vluchtuitvoering. De onderhavige wijziging bewerkstelligt
een bevoegdheid in de Nederlandse regelgeving voor de minister om dergelijke
aanwijzingen in zich voordoende gevallen te kunnen geven. Het betreft aanwijzingen
die noodzakelijk zijn in het belang van de veiligheid. Door middel van dergelijke
aanwijzingen kan de minister een bepaalde vluchtuitvoering verbieden, beperken
of hieraan bepaalde voorwaarden verbinden.