Mandatering bevoegdheden aan functionarissen NTIO
Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken tot mandatering van
bevoegdheden aan functionarissen van het NTIO te Taipei
4 september 2002
nr. DJZ/BR/1013-01
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Gelet op artikel 7 van het Besluit afschaffing binnenlandse paspoorten
en verdere reglementaire bepalingen ten aanzien van binnen- en buitenlandse
paspoorten (Stcrt. 1814, nr. 4);
Gelet op artikel 10:3 en artikel 10:4, eerste lid, van de Algemene wet
bestuursrecht;
Gezien de instemming van het Netherlands Trade and Investment Office te
Taipei en de Stichting tot Bevordering van de Uitvoer;
Besluit:
Artikel 1
1. Aan de directeur van het Netherlands Trade and Investment Office (NTIO)
te Taipei wordt mandaat verleend om namens de Minister van Buitenlandse Zaken
en conform zijn instructies besluiten te nemen inzake:
a. visumaanvragen, en
b. aanvragen voor laissez-passers.
2. Bij afwezigheid of verhindering van de directeur, wordt zijn bevoegdheid
op grond van het mandaat voor de duur van de afwezigheid of verhindering door
zijn plaatsvervanger uitgeoefend.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening
van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.
Van dit besluit wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.
De Minister van Buitenlandse Zaken,J.G. de Hoop Scheffer.
Toelichting
De Algemene wet bestuursrecht (Awb) voorziet in de mogelijkheid dat een
bestuursorgaan - in dit geval de Minister van Buitenlandse Zaken - mandaat
verleent aan een persoon die niet werkzaam is onder de verantwoordelijkheid
van de mandaatgever (artikel 10:4 van de Awb). Het Netherlands Trade and Investment
Office (NTIO) te Taipei in Taiwan is een handelskantoor; de functionarissen
van het NTIO werken onder het gezag van de Stichting tot Bevordering van de
Uitvoer (SBU). Zowel NTIO als SBU hebben ingestemd met de onderhavige mandaatverlening.
In dit mandaatbesluit verleent de Minister van Buitenlandse Zaken in artikel
1, eerste lid, aan de directeur en in artikel 1, tweede lid, aan de plaatsvervangend
directeur van het NTIO mandaat voor het nemen van besluiten - conform de daarvoor
geldende instructies - inzake visumaanvragen en aanvragen voor laissez-passers.
Ter voldoening aan artikel 10:10 van de Awb zal op het visum (de visumsticker)
onder bijzonderheden worden opgenomen: `namens BZ/NLD'. Voorts wordt het visum
voorzien van het stempel van het NTIO, zonder plaatsaanduiding. Betreft het
een afwijzend besluit, dan dient uit de ondertekening te blijken dat het besluit
namens de Minister van Buitenlandse Zaken is genomen.
Onder visumaanvragen worden tevens verstaan aanvragen om machtigingen
tot voorlopig verblijf; ook hiervoor gelden instructies van de Minister van
Buitenlandse Zaken. Het beleid ten aanzien van de verlening van laissez-passers
is o.a. neergelegd in de Paspoortwet en de Paspoortuitvoeringsregeling Buitenland
2001 alsmede de Beleidsregels van de Minister van Buitenlandse Zaken van 29
oktober 2001 inzake verstrekking laissez passers op grond van de Paspoortwet1.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
J.G. de Hoop Scheffer.
1 Stcrt. 2001, nr. 213