De Nadere Regeling toezicht Effectenverkeer 1999 dient in verband met
de wijziging van het Overdrachtsbesluit Wet toezicht effectenverkeer 1995
(Stb. 1995, 624, laatstelijk gewijzigd bij Stb. 2002, 452) in verband met
de hervorming van het toezicht op de financiële marktsector als volgt
te worden gewijzigd:
Regeling houdende wijziging van de Nadere Regeling toezicht
effectenverkeer 1999
De Autoriteit Financiële Markten,
Gelet op de artikelen 2, 7, 12, 13, 15, 16, 17, 23, 24, 25, 28, 29, 30,
34, 35, 36, 38, 39, 40, 41, 42, 43 en 44 van het Besluit toezicht effectenverkeer
1995;
Besluit:
De Nadere Regeling toezicht effectenverkeer 1999 wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 1: Artikelen die worden gewijzigd
De Nadere Regeling toezicht effectenverkeer 1999 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 39 komt te luiden:
Een effecteninstelling, niet zijnde een kredietinstelling, draagt zorg
voor de vastlegging in een daartoe opgezette administratie, van alle binnen
het bedrijf van de effecteninstelling, niet zijnde kredietinstelling, geconstateerde
overtredingen van de bij of krachtens de wet gestelde regels door haar medewerkers
en rapporteert ten minste per kwartaal, uiterlijk op de tiende werkdag na
afloop van het desbetreffende kwartaal, aan de Autoriteit Financiële
Markten.
B
Artikel 42 komt te luiden:
1. In het geval een effecteninstelling, niet zijnde een kredietinstelling,
voornemens is een medewerker in dienst te nemen die werkzaam zal zijn op het
gebied van de door de wet bestreken en door de effecteninstelling, niet zijnde
een kredietinstelling, uitgeoefende diensten, wint de effecteninstelling,
niet zijnde een kredietinstelling, in het kader van zijn oordeelsvorming over
de deskundigheid en betrouwbaarheid van betrokkene ten minste schriftelijk
inlichtingen in bij de werkgever of werkgevers bij welke betrokkene gedurende
de laatste vijf jaar werkzaam is geweest.
2. De effecteninstelling, niet zijnde een kredietinstelling, bedoeld in
het eerste lid is verplicht van betrokkene te eisen dat deze onvoorwaardelijk
toestemming verleent voor het inwinnen van inlichtingen.
3. Een effecteninstelling waaraan inlichtingen over een betrokkene als
bedoeld in het eerste lid worden gevraagd is verplicht deze inlichtingen schriftelijk
dan wel elektronisch binnen drie weken na de in het eerste lid bedoelde aanvraag
te verstrekken.
C
Artikel 4.23 van Bijlage 4 komt te luiden:
Een effecteninstelling, niet zijnde een kredietinstelling, voorziet in
de opzet en toepassing van procedures voor de naleving van de bij of krachtens
de wet gestelde regels door haar medewerkers, voor de onderkenning van de
binnen de effecteninstelling, niet zijnde een kredietinstelling, geconstateerde
overtredingen en voor de rapportage van de desbetreffende overtredingen aan
de Autoriteit Financiële Markten conform artikel 39 van deze regeling.
Daartoe voorziet de effecteninstelling, niet zijnde een kredietinstelling,
tevens in een administratie, waaruit blijkt welke overtredingen binnen de
effecteninstelling, niet zijnde een kredietinstelling, zijn geconstateerd
en welke overtredingen aan de Autoriteit Financiële Markten zijn gerapporteerd.
D
Artikel 4.24 van Bijlage 4 komt te luiden:
Een effecteninstelling, niet zijnde een kredietinstelling, voorziet in
de opzet en toepassing van procedures voor de naleving van de te volgen gedragslijn
bij het aannemen van personeel conform artikel 42 van deze regeling. Daartoe
voorziet de effecteninstelling, niet zijnde een kredietinstelling, tevens
in een administratie, waaruit de gegevens blijken die de effecteninstelling,
niet zijnde een kredietinstelling, heeft ingewonnen in het kader van haar
oordeelsvorming over de deskundigheid en betrouwbaarheid van de desbetreffende
medewerker.
E
Artikel 47 komt te luiden:
Deze regeling kan worden aangehaald als `Nadere Regeling gedragstoezicht
effectenverkeer 2002'.
Artikel 2: Artikelen die komen te vervallen
De volgende artikelen komen te vervallen:
Artikel 4 jo Bijlage 1, artikel 5, artikel 6 jo Bijlage 2, artikelen 7,
8, 9, 10, 11, 15, sub d, en 16, sub b, vierde gedachtestreepje.
Artikel 3: Inwerkingtreding
Deze regeling wordt in de Staatscourant geplaatst en treedt op 1 september
2002 in werking.
Toelichting
De hervorming van het toezicht op de financiële marktsector naar
een functioneel toezichtmodel (Nota Hervorming van het toezicht op de financiële
marktsector d.d. 26 november 2001 ( TK 2001-2002, 28 122, nr. 2) brengt een
splitsing met zich tussen prudentiële toezichttaken en gedragstoezichttaken.
Uitgangspunt van het onlangs gewijzigde Overdrachtsbesluit Wet toezicht
effectenverkeer 1995 is dat de taken en bevoegdheden op het gebied van prudentieel
toezicht, die de wet aan de Minister van Financiën heeft opgedragen,
aan De Nederlandsche Bank worden overgedragen. Het vorenstaande brengt met
zich dat het toezicht op de prudentiële regels, die thans in de Nadere
Regeling toezicht effectenverkeer 1999 zijn neergelegd, per 1 september 2002
aan De Nederlandsche Bank is overgedragen. Met onderhavige wijziging van
de Nadere Regeling toezicht effectenverkeer 1999 wordt voornoemde splitsing
nader gerealiseerd.