Regeling vaststelling uitvoeringsvoorschriften alsmede wijziging van diverse regelingen in verband met de afzonderlijke registratie van aanhangwagens

Regeling van de Minister van Verkeer en Waterstaat tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften alsmede wijziging van diverse regelingen betreffende de kentekenregistratie in verband met de invoering van de afzonderlijke registratie van aanhangwagens

16 augustus 2002

HDJZ/AWW/2002-2114

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 36, derde en achtste lid, 37, eerste lid, aanhef en onderdeel c, en zevende lid, 38, tweede lid, 40, derde lid, 44, derde lid, 50, vijfde lid, 62, vierde lid, 63, derde lid, 64, derde lid, 70a, derde lid, 73, derde lid, en 83, vierde lid, van de Wegenverkeerswet 1994, de artikelen 5, 9, onderdelen b en d, 15, tweede lid, 25, eerste lid, 26, tweede lid, 28, tweede lid, 29, eerste lid, 30, tweede lid, 36, tweede lid, 37, vijfde en zesde lid, en 55, eerste lid, van het Kentekenreglement, alsmede op artikel III, tweede, zesde en zevende lid, van het koninklijk besluit van 23 juli 2002, houdende wijziging van het Kentekenreglement en het Voertuigreglement in verband met de inwerkingtreding van het bepaalde in de Wegenverkeerswet 1994 inzake de afzonderlijke registratie van aanhangwagens alsmede vaststelling van daarmee verband houdende overgangsvoorschriften (Stb. 412);

Besluit:

Artikel 1

1. De aanvrager van een driedelig kentekenbewijs voor een aanhangwagen met een toegestane maximum massa van meer dan 750 kg die voor 1 september 2002 in het verkeer is gebracht, verschijnt bij een daartoe aangewezen postvestiging van TPG Post BV dan wel bij een daartoe aangewezen vestiging van de Dienst Wegverkeer.

2. Op de in het eerste lid bedoelde aanvraag zijn de hoofdstukken 2 en 5a van de Regeling legitimatievoorschriften kentekenbewijzen en kentekenplaten van overeenkomstige toepassing.

3. Bij de aanvraag legt de aanvrager het voor de betrokken aanhangwagen afgegeven registratiebewijs over. Indien het registratiebewijs niet kan worden overgelegd, maar blijkens het kentekenregister wel is afgegeven, geeft de aanvrager het merk en het voertuigidentificatienummer van de aanhangwagen op.

4. Indien blijkt dat voor de betrokken aanhangwagen geen registratiebewijs is afgegeven, wordt het kentekenbewijs bij de Dienst Wegverkeer aangevraagd.

Artikel 2

1. De in artikel III, zesde lid, van het besluit van 23 juli 2002, houdende wijziging van het Kentekenreglement en het Voertuigreglement in verband met de inwerkingtreding van het bepaalde in de Wegenverkeerswet 1994 inzake de afzonderlijke registratie van aanhangwagens alsmede vaststelling van daarmee verband houdende overgangsvoorschriften (Stb. 412), bedoelde tijdstippen worden beide vastgesteld op 1 september 2003.

2. Het in artikel 55, eerste lid, van het Kentekenreglement bedoelde tijdstip wordt voor wat betreft registratiebewijzen voor aanhangwagens die voor 1 september 2002 in het verkeer zijn gebracht, vastgesteld op het tijdstip dat voor de betrokken aanhangwagen een kentekenbewijs is afgegeven, doch uiterlijk op 1 september 2003 en voor andere aanhangwagens op 1 september 2002.

3. Het in artikel 8 van de Regeling handelaarskentekens en -kentekenbewijzen bedoelde tijdstip wordt vastgesteld op 1 september 2003.

Artikel 3

Bijlage 3 van de Erkenningsregeling APK1 wordt als volgt gewijzigd:

A

Na de eerste volzin wordt ingevoegd: Een aanhangwagen die met een kentekenbewijs ter keuring wordt aangeboden, moet zijn voorzien van een gele retroreflecterende kentekenplaat welke aan de linkerzijde is voorzien van een in het laminaat geïntegreerd Eurosymbool; met ingang van 1 september 2003 dienen aanhangwagens uitsluitend met een kentekenbewijs te worden aangeboden.

B

De zinsnede `Tevens moet, indien op de kentekenplaat van een personenauto, bedrijfsauto of driewielig motorrijtuig een duplicaatcode staat vermeld, deze duplicaatcode ook op het kentekenbewijs deel I van het desbetreffende voertuig zijn vermeld.' wordt vervangen door: Tevens moet, indien op de kentekenplaat van een personenauto, bedrijfsauto, aanhangwagen of driewielig motorrijtuig een duplicaatcode staat vermeld en de kentekenplaat na 1 februari 2003 is afgegeven, deze duplicaatcode ook op het kentekenbewijs deel I van het desbetreffende voertuig zijn vermeld.

Artikel 4

De Erkenningsregeling fabrikanten kentekenplaten2 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 20 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het slot van het derde lid wordt toegevoegd: De laatste voorwaarde geldt niet voor aanhangwagens.

2. In het vierde lid wordt na `modellen' ingevoegd: 18.2 met een retroreflecterende gele achtergrond dan wel een retroreflecterende lichtblauwe achtergrond,.

3. In het zesde lid wordt na `27.1 tot en met 27.10' ingevoegd: , 27.24 tot en met 27.26.

B

In artikel 21, eerste lid, wordt aan het eind na `zijspanwagen' toegevoegd: en voor een aanhangwagen.

C

Aan het slot van artikel 21, tweede lid, wordt toegevoegd: Indien een handelaarskentekenbewijs voor een aanhangwagen wordt overgelegd, worden echter ten hoogste twee kentekenplaten afgegeven, met dien verstande dat van de modellen 27.11 en 27.12 per model ten hoogste één plaat wordt afgegeven.

Artikel 5

In artikel 1, onderdeel b, van de Regeling BN- en GN-kentekens en -kentekenbewijzen3 wordt na `motorrijtuigen' ingevoegd: en aanhangwagens.

Artikel 6

De Regeling eisen goedkeuring kentekenplaten 20004 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 12, tiende lid, eerste volzin, komt te luiden: Kentekenplaten volgens de modellen 27.1 tot en met 27.10 en de modellen 27.24 tot en met 27.26 alsmede de modellen 27.30 en 27.31 moeten met ingang van 1 februari 2003, indien het desbetreffende kentekenbewijs is voorzien van een duplicaatcode, zijn voorzien van dezelfde duplicaatcode. Vóór deze datum mogen zij zijn voorzien van bedoelde duplicaatcode.

B

Bijlage 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het model voor de letter `O' wordt vervangen door:

stcrt-2002-159-p11-SC35964-1.gif

2. Het model voor de letter `W' wordt vervangen door:

stcrt-2002-159-p11-SC35964-2.gif

C

1. Bijlage 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het model voor de letter `O' wordt vervangen door:

stcrt-2002-159-p11-SC35964-3.gif

2. Het model voor de letter `W' wordt vervangen door:

stcrt-2002-159-p11-SC35964-4.gif

Artikel 7

De Regeling erkenning bedrijfsvoorraad5 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 4, tweede lid, onderdeel a, wordt de zinsnede `het autobedrijf of het motorfietsbedrijf' vervangen door: het autobedrijf, het motorfietsbedrijf of het vervoermiddelenbedrijf.

B

In artikel 6, tweede lid, wordt aan het begin van de tekst in de onderdelen a, e en f, onder 2o, telkens toegevoegd: voor zover van toepassing op de categorie voertuigen waarvoor kentekenbewijzen worden aangevraagd,.

C

In artikel 6, tweede lid, wordt aan het begin van onderdeel c toegevoegd: indien de aanvragen door middel van datacommunicatie worden ingediend,.

D

In artikel 10a, eerste lid, wordt na de zinsnede `voertuigen op twee of drie wielen' ingevoegd: of aanhangwagens.

E

Artikel 16 vervalt.

Artikel 8

De Regeling gegevensverstrekking Kentekenregister6 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, eerste lid, aanhef, wordt `motorrijtuig' vervangen door: motorrijtuig of aanhangwagen.

B

In de artikelen 1, tweede lid, onderdeel b, en 2, eerste lid, aanhef, wordt `motorrijtuigen' telkens vervangen door: motorrijtuigen of aanhangwagens.

Artikel 9

De Regeling handelaarskentekens en -kentekenbewijzen7 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, tweede lid, onderdeel b, onder 1o, wordt voor `het autobedrijf' ingevoegd: het vervoermiddelenbedrijf,.

B

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onderdeel b, komt te luiden:

b. indien een kenteken is aangebracht bevattende de lettercombinatie OA, beschikt mag worden over ten hoogste twee kentekenplaten met deze combinatie, en wel één volgens model 27.11 en één volgens model 27.12.

2. Het derde lid komt te luiden:

3. In een motorrijtuig dat is voorzien van een handelaarskentekenplaat, dient het bijbehorende kentekenbewijs aanwezig te zijn. Het voor een aanhangwagen afgegeven handelaarskentekenbewijs dient bij dat voertuig aanwezig te zijn.

Artikel 10

De Regeling kentekenbewijzen8 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. De aanhef komt te luiden:

1. Voor kentekenbewijzen en delen daarvan worden de volgende, in de bijlage bij deze regeling opgenomen, modellen vastgesteld:.

2. In onderdeel b vervalt de zinsnede `alsmede een voorlopig registratiebewijs'.

3. In onderdeel e wordt:

a. na `driewielig motorrijtuig' ingevoegd: , een aanhangwagen;

b. na `de lettergroep BN of GN en twee groepen van twee cijfers' ingevoegd: , de lettergroep BO en twee groepen van twee cijfers.

4. Onderdeel j wordt geletterd f.

5. In onderdeel f (nieuw) wordt de zinsnede `of een driewielig motorrijtuig' vervangen door: , een driewielig motorrijtuig of een aanhangwagen.

6. Onderdeel k wordt geletterd g.

7. Onderdeel m wordt geletterd h.

8. De onderdelen n, o en p vervallen.

B

In de artikelen 2, tweede lid, onderdeel a, en 4, onderdeel b, wordt `PTT Post BV' telkens vervangen door: TPG Post BV.

C

In de artikelen 6, onder b, en 7, eerste lid, wordt `lease-auto's' telkens vervangen door: lease-voertuigen.

D

Artikel 8, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. na `erkend bedrijf' wordt ingevoegd: dat de bevoegdheid, bedoeld in artikel 46, tweede lid, onderdeel d, van het Kentekenreglement heeft verkregen,;

2. aan het slot van onderdeel b wordt het woord `of ` geschrapt;

3. onderdeel c wordt verletterd tot d;

4. na onderdeel b wordt een nieuw onderdeel c ingevoegd, dat luidt:

c. een aanhangwagen, of;

5. in onderdeel d wordt de zinsnede `de onderdelen a en b' vervangen door: de onderdelen a, b en c.

E

De bijlage wordt als volgt gewijzigd:

1. In het opschrift bij model 2.1 vervalt de zinsnede `en voorlopig registratiebewijs'.

2. In het opschrift bij model 5.1 wordt:

a. de zinsnede `of een bedrijfsauto' vervangen door: , een bedrijfsauto of een aanhangwagen;

b. na `de lettergroep BN of GN en twee groepen van twee cijfers' ingevoegd: , de lettergroep BO en twee groepen van twee cijfers.

3. Het opschrift bij model 10.1 komt te luiden: Deel II van een driedelig kentekenbewijs voor een personenauto, een motorfiets, een driewielig motorrijtuig, een bedrijfsauto of een aanhangwagen.

4. De modellen 14.1, 15.1 en 16.1 vervallen.

5. Model D.1. wordt vervangen door het in de bijlage opgenomen model.

Artikel 11

De Regeling kentekens en kentekenplaten9 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder vervanging van de punt achter het tweede lid door een punt komma, wordt aan het tweede lid een onderdeel toegevoegd, dat luidt:

c. mag op een kentekenplichtige aanhangwagen die in gebruik is genomen voor 1 januari 1978, een kenteken zijn aangebracht op kentekenplaten in witte, onuitwisbare tekens op donkerblauwe achtergrond volgens de modellen 1.1, 2.1, 8.1, 9.1, 10.1, 11.1, 12.1 en de modellen 15.1 tot en met 17.3 van de bijlage.

2. Het vierde lid komt te luiden:

4. a. Op een niet-kentekenplichtige aanhangwagen en een aanhangwagen die voor 1 september 2002 in het verkeer is gebracht en waarvoor nog geen kenteken is opgegeven, mag tot 1 september 2003 het kenteken tevens zijn aangebracht op een kentekenplaat volgens een in het derde lid genoemd model.

b. Op een niet-kentekenplichtige aanhangwagen mag het kenteken slechts zijn aangebracht op een kentekenplaat in een kleur en volgens een model als genoemd in het tweede lid, onder a, indien het kenteken op het trekkend motorrijtuig op een kentekenplaat in dezelfde kleur is aangebracht.

c. Op een aanhangwagen achter een motorrijtuig waarvoor een GV-kenteken is opgegeven, mag een kentekenplaat met het voor het trekkend motorrijtuig opgegeven kenteken worden gevoerd volgens de modellen 27.24 en 27.25.

d. Indien een niet-kentekenplichtige aanhangwagen wordt voortbewogen door een motorrijtuig dat moet worden voorzien van handelaarskentekenplaten, geldt deze verplichting ook voor die aanhangwagen, met dien verstande dat de kentekenplaat in afwijking van artikel 7, eerste lid, aan de achterzijde van de aanhangwagen wordt aangebracht.

e. Op een aanhangwagen mag het kenteken niet zijn aangebracht op een kentekenplaat volgens model 18.2 van de bijlage.

3. Het vijfde lid vervalt.

4. De bijlage wordt als volgt gewijzigd:

a. Het opschrift bij de modellen 1.1 en 2.1 komt telkens te luiden: Voor motorrijtuigen op meer dan twee wielen en aanhangwagens.

b. Het opschrift bij de modellen 3.1 en 4.1 komt telkens te luiden: Voor motorrijtuigen op twee wielen met of zonder zijspanwagen en niet-kentekenplichtige aanhangwagens.

c. Het opschrift bij de modellen 8.1, 9.1 en 10.1 komt telkens te luiden: Voor motorrijtuigen op meer dan twee wielen en voor motorrijtuigen op twee wielen met of zonder zijspanwagen alsmede voor aanhangwagens.

d. Het opschrift bij model 11.1 komt te luiden: Voor motorrijtuigen op meer dan twee wielen en aanhangwagens.

e. Het opschrift bij model 12.1 komt te luiden: Voor motorrijtuigen op meer dan twee wielen en voor motorrijtuigen op twee wielen met of zonder zijspanwagen alsmede voor aanhangwagens.

f. Het opschrift bij de modellen 15.1 tot en met 17.3 komt telkens te luiden: Voor motorrijtuigen op meer dan twee wielen en voor motorrijtuigen op twee wielen met of zonder zijspanwagen alsmede voor aanhangwagens.

g. Het opschrift bij model 18.1 komt te luiden: Voor motorrijtuigen op twee wielen met of zonder zijspanwagen en niet-kentekenplichtige aanhangwagens.

h. Het opschrift bij de modellen 27.1 en 27.2 komt telkens te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op meer dan twee wielen alsmede voor kentekenplichtige aanhangwagens.

i. Het opschrift bij de modellen 27.3 en 27.4 komt telkens te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op meer dan twee wielen en gerechtigd tot het voeren van een bijzonder kenteken bevattende de lettergroep BN of GN alsmede voor kentekenplichtige aanhangwagens, gerechtigd tot het voeren van een dergelijk kenteken.

j. Het opschrift bij de modellen 27.5 en 27.6 komt telkens te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op meer dan twee wielen en gerechtigd tot het voeren van een bijzonder kenteken bevattende de lettergroep CD alsmede voor kentekenplichtige aanhangwagens, gerechtigd tot het voeren van een dergelijk kenteken.

k. Het opschrift bij de modellen 27.7, 27.8 en 27.9 komt telkens te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op meer dan twee wielen en gerechtigd tot het voeren van een bijzonder kenteken bevattende de lettergroep CDJ alsmede voor kentekenplichtige aanhangwagens, gerechtigd tot het voeren van een dergelijk kenteken.

l. Het opschrift bij model 27.10 komt te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op twee wielen met of zonder zijspanwagen.

m. Bij de modellen 27.11 en 27.12 worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1. Het opschrift komt telkens te luiden: Handelaarskentekens voor kentekenplichtige motorrijtuigen op meer dan twee wielen alsmede voor kentekenplichtige aanhangwagens.

2. Onder de modellen wordt telkens de volgende tekst toegevoegd: Voor handelaarskentekens voor kentekenplichtige aanhangwagens wordt de lettercombinatie OA gebruikt.

n. Het opschrift bij model 27.13 komt te luiden: Handelaarskentekens voor kentekenplichtige motorrijtuigen op twee wielen met of zonder zijspanwagen.

o. Het opschrift bij model 27.14 komt te luiden: Handelaarskentekens voor kentekenplichtige motorrijtuigen op meer dan twee wielen die gerechtigd zijn tot het voeren van een Amerikaans model kentekenplaat.

p. Het opschrift bij de modellen 27.15 en 27.16 komt telkens te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op meer dan twee wielen alsmede voor kentekenplichtige aanhangwagens als tijdelijke plaat met beperkte geldigheid (bij vermissing of diefstal).

q. Het opschrift bij model 27.17 komt te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op twee wielen met of zonder zijspanwagen als tijdelijke plaat met beperkte geldigheid (bij vermissing of diefstal).

r. Het opschrift bij de modellen 27.18 en 27.19 komt telkens te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op meer dan twee wielen alsmede kentekenplichtige aanhangwagens die overeenkomstig de artikelen 31, 32 of 33 van het Kentekenreglement voorgoed buiten Nederland worden gebracht, mits het voertuig naar het oordeel van de Dienst Wegverkeer technisch in goede staat is (exportplaat).

s. Het opschrift bij model 27.20 komt te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op twee wielen met of zonder zijspanwagen die overeenkomstig de artikelen 31, 32 of 33 van het Kentekenreglement voorgoed buiten Nederland worden gebracht, mits het voertuig naar het oordeel van de Dienst Wegverkeer technisch in goede staat is (exportplaat).

t. Het opschrift bij de modellen 27.21 en 27.22 komt telkens te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op meer dan twee wielen alsmede kentekenplichtige aanhangwagens die ter verkrijging van een kentekenbewijs naar en van de plaats van weging en onderzoek moeten worden gereden (1-daags kenteken).

u. Het opschrift bij model 27.23 komt te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op twee wielen met of zonder zijspanwagen die ter verkrijging van een kentekenbewijs naar en van de plaats van weging en onderzoek moeten worden gereden (1-daags kenteken).

v. Het opschrift bij de modellen 27.24 en 27.25 komt telkens te luiden: Voor niet-kentekenplichtige aanhangwagens van en aanhangsels op kentekenplichtige motorrijtuigen op meer dan twee wielen (inclusief fietsendragers e.d.) alsmede voor aanhangwagens, gerechtigd tot het voeren van een kenteken, bevattende de lettergroep BO en twee groepen van twee cijfers.

w. Het opschrift bij model 27.26 komt te luiden: Voor niet-kentekenplichtige aanhangwagens van en aanhangsels op kentekenplichtige motorrijtuigen op twee wielen met of zonder zijspanwagen (inclusief fietsendragers e.d.).

x. Het opschrift bij de modellen 27.27 en 27.28 komt telkens te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op meer dan twee wielen alsmede kentekenplichtige aanhangwagens als tijdelijke plaat met beperkte geldigheid (bij zevendaags kentekenbewijs).

y. Het opschrift bij model 27.29 komt te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op twee wielen met of zonder zijspanwagen als tijdelijke plaat met beperkte geldigheid (bij zevendaags kentekenbewijs).

z. Het opschrift bij de modellen 27.30 en 27.31 komt telkens te luiden: Voor kentekenplichtige motorrijtuigen op meer dan twee wielen, bestemd voor gebruik als taxi.

aa. Bijlage `Model C1' wordt als volgt gewijzigd:

1. Het model voor de letter `O' wordt vervangen door:

stcrt-2002-159-p11-SC35964-5.gif

2. Het model voor de letter `W' wordt vervangen door:

stcrt-2002-159-p11-SC35964-6.gif

Artikel 12

De Regeling legitimatievoorschriften kentekenbewijzen en kentekenplaten10 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel d wordt na de zinsnede `reisdocument voor vreemdelingen' ingevoegd: dan wel een geldige buitenlandse identiteitskaart, afgegeven door een bevoegde autoriteit in een andere lidstaat van de Europese Unie.

2. In onderdeel e wordt `gemeentelijke' vervangen door: Europese.

B

Na Hoofdstuk 4 wordt ingevoegd:

Hoofdstuk 4a Aanvraag kentekenbewijs niet-nederlandse aanhangwagen

Artikel 8d

1. De aanvraag van een kentekenbewijs bevattende een kenteken als bedoeld in artikel 4, negende lid, van het Kentekenreglement, geschiedt door een ingevuld aanvraagformulier van een door de Dienst Wegverkeer vastgesteld model aan deze dienst te doen toekomen.

2. Bij de aanvraag wordt overgelegd:

a. een actueel uittreksel uit het handelsregister, bedoeld in artikel 2 van de Handelsregisterwet 1996, of een kopie daarvan, dat niet ouder is dan een jaar en waaruit blijkt dat de aanvrager het vervoerbedrijf uitoefent,

b. een afschrift van het legitimatiebewijs van de tekenbevoegde, genoemd in het onder a bedoelde uittreksel,

c. een aankoopnota of een ander bewijs waaruit de beschikkingsbevoegdheid van de buitenlandse eigenaar van de aanhangwagen blijkt en dat het VIN-nummer van het voertuig en de naam en het adres van de eigenaar bevat.

3. Er behoeft geen afschrift als bedoeld in artikel 1 te worden overgelegd.

C

In artikel 9d, vijfde lid, onder a, wordt na `HH' ingevoegd: , BO.

Artikel 13

De regeling van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 5 december 1994, nr. RV 187657, houdende vaststelling uitzondering kentekenplicht voor leden aangewezen krijgsmacht of civiele dienst11, wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2, eerste lid, worden de woorden `een aanhangwagen' vervangen door: een aanhangwagen met een toegestane maximum massa van niet meer dan 750 kg.

B

Het tweede lid komt te luiden:

2. Indien door de in artikel 1, onderdeel a, b of c, bedoelde motorrijtuigen een aanhangwagen met een toegestane maximum massa van meer dan 750 kg wordt voortbewogen, is artikel 1 van overeenkomstige toepassing op die aanhangwagen, met dien verstande dat het registratienummer alleen aan de achterzijde van de aanhangwagen behoeft te worden aangebracht.

C

Toegevoegd wordt artikel 5, luidend:

Artikel 5

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling uitzondering kentekenplicht krijgsmacht of civiele dienst.

Artikel 14

Artikel 1 van de Regeling uitzondering keuringsplicht12 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdelen a en b, wordt `een motorrijtuig' telkens vervangen door `een voertuig' en vervalt telkens de zinsnede `, alsmede de door dat motorrijtuig voortbewogen aanhangwagen'.

2. In het eerste lid, onderdeel c, wordt:

a. de zinsnede `een motorrijtuig of een daardoor voortbewogen aanhangwagen' vervangen door: een voertuig;

b. de zinsnede `een kenteken- of registratiebewijs' vervangen door: een kentekenbewijs.

Artikel 15

Deze regeling treedt voor wat betreft aanhangwagens die na 31 augustus 2002 in het verkeer zijn gebracht in werking met ingang van 1 september 2002 en voor wat betreft aanhangwagens die voor 1 september 2002 in het verkeer zijn gebracht, met ingang van 1 september 2003, met uitzondering van de artikelen 1, 2, 10, onderdeel A, punt 8, voor wat betreft onderdeel p, 11, onderdeel A, punten 1 en 2, 12 en 13, onderdeel C, die in werking treden met ingang van 1 september 2002.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,R.H. de Boer.

Toelichting

Algemeen

Met de onderhavige regeling worden op het niveau van de ministeriële regeling voorschriften vastgesteld in verband met de invoering van de afzonderlijke registratie van aanhangwagens met een toegestane maximum massa van meer dan 750 kg. Afzonderlijke registratie houdt in dat deze voertuigen een eigen kenteken krijgen en als zodanig worden geregistreerd in het kentekenregister. Tot nu toe voeren aanhangwagens het kenteken van het trekkend motorrijtuig.

Bedoelde voorschriften zijn van drieërlei aard. In de eerste plaats worden uitvoeringsvoorschriften vastgesteld in het kader van de kentekening van aanhangwagens die op de datum van inwerkingtreding van deze regeling al in het verkeer zijn (artikel 1). Het gaat daarbij met name om procedurevoorschriften met betrekking tot de aanvraag van een kentekenbewijs.

Ten tweede wordt in artikel 2 van de regeling een aantal tijdstippen vastgesteld, te weten:

a. de datum waarop registratiebewijzen en bijzondere registratiebewijzen (handelaarsbewijzen) hun geldigheid verliezen, zulks ter uitvoering van artikel III, zesde lid, van het koninklijk besluit van 23 juli 2002, houdende wijziging van het Kentekenreglement en het Voertuigreglement in verband met de inwerkingtreding van het bepaalde in de Wegenverkeerswet 1994 inzake de afzonderlijke registratie van aanhangwagens alsmede vaststelling van daarmee verband houdende overgangsvoorschriften (Stb. 412). Deze datum wordt vastgesteld op 1 september 2003, het tijdstip waarop de overgangsperiode voor de kentekening van reeds in het verkeer zijnde aanhangwagens afloopt;

b. de datum waarop de artikelen in het Reglement kentekenregistratie die betrekking hebben op registratiebewijzen, vervallen. Deze artikelen waren tot nu toe nog van kracht op grond van overgangsrecht (zie artikel 55 van het Kentekenreglement). De in dit kader vastgestelde data zijn: 1 september 2002 voor nieuwe aanhangwagens en 1 september 2003 voor reeds in het verkeer zijnde aanhangwagens (tenzij al eerder een kentekenbewijs is afgegeven);

c. het tijdstip waarop vóór 1 januari 1995 afgegeven bijzondere registratiebewijzen hun geldigheid verliezen; zie artikel 8 van de Regeling handelaarskentekens en -kentekenbewijzen). Ook hier geldt datum van 1 september 2003.

In de derde plaats worden in een aantal bestaande regelingen de vanwege de invoering van de afzonderlijke kentekening van aanhangwagens noodzakelijke wijzigingen aangebracht (artikelen 3 tot en met 15). Deze wijzigingen houden met name verband met het feit dat de categorie aanhangwagens (zwaarder dan 750 kg) nu voor wat betreft de registratie en kentekening onder de voor motorrijtuigen geldende regelgeving wordt gebracht, althans in grote lijnen.

De volgende regelingen zijn in dit verband aangepast:

- de Erkenningsregeling APK,

- de Erkenningsregeling fabrikanten kentekenplaten,

- de Regeling BN- en GN-kentekens en -kentekenbewijzen,

- de Regeling eisen goedkeuring kentekenplaten 2000,

- de Regeling erkenning bedrijfsvoorraad,

- de Regeling gegevensverstrekking Kentekenregister,

- de Regeling handelaarskentekens en -kentekenbewijzen,

- de Regeling kentekenbewijzen,

- de Regeling kentekens en kentekenplaten,

- de Regeling legitimatievoorschriften kentekenbewijzen en kentekenplaten.

- de regeling, houdende vaststelling uitzondering kentekenplicht voor leden aangewezen krijgsmacht of civiele dienst,

- de Regeling uitzondering keuringsplicht.

Inhoudelijk kan nog worden opgemerkt dat voor aanhangwagens speciale series kentekens worden gereserveerd; daarbij zal gebruik worden gemaakt van lettergroepen die beginnen met de letter W of de letter O. Voor handelaarskentekens voor aanhangwagens zal de lettergroep OA worden gebruikt.

De kentekenplaten zijn van het zogenoemde GAIK-model (met blauw vlak en EU-symbool) en worden volgens het GAIK-systeem, het systeem van gecontroleerde afgifte en inname van kentekenplaten zoals dat reeds voor motorrijtuigen geldt, afgegeven en ingenomen. Voor `historische' aanhangwagens kunnen donkerblauwe kentekenplaten worden gebruikt, zoals die ook voor motorrijtuigen die voor een bepaalde datum in het verkeer zijn gebracht, zijn toegestaan.

Voorts zal voor wat betreft de `uitgang' uit het kentekenregister, met name in geval van sloop van het voertuig, worden aangesloten bij de regeling zoals die onder meer voor motorfietsen geldt. Dat houdt in dat aanhangwagens in eigen beheer mogen worden gesloopt en dat het dus niet via een zogenoemd erkend bedrijf behoeft te geschieden.

Voor aanhangwagens die afkomstig zijn uit een land waar nog geen afzonderlijke kentekenplicht voor deze voertuigen is ingevoerd, is voorzien in een aparte serie kentekens, met de lettercombinatie BO. Deze kentekens (vgl. de oude `ferrybewijzen') worden door de Nederlandse vervoerder ten behoeve van de buitenlandse eigenaar van de aanhangwagen aangevraagd.

Geldend voor gekentekende voertuigen in het algemeen, zijn tevens nog enkele voorschriften vastgesteld met betrekking tot de duplicaatcode op de kentekenplaat die per 1 februari 2003 verplicht wordt alsmede met betrekking tot de bij de aanvraag van een kentekenbewijs over te leggen legitimatiebewijzen. Verwezen moge worden naar de toelichting op de afzonderlijke artikelen.

Tenslotte zijn in een aantal regelingen nog enige wijzigingen van technische aard aangebracht.

Artikelen

Artikel 1

De aanvraag van een kentekenbewijs voor een aanhangwagen die reeds in het verkeer is gebracht, geschiedt bij een postkantoor of een vestiging van de RDW (Veendam of Zoetermeer). Tenaamstelling bij een voertuigbedrijf, zoals bij motorrijtuigen sinds enige tijd mogelijk is, kan op dit moment om technische en logistieke redenen nog niet worden gerealiseerd. Voorts worden de gebruikelijke legitimatiebewijzen voorgeschreven. In verband met het feit dat het gaat om een nieuwe categorie voertuigen die gekentekend moet worden, dienen wel extra gegevens omtrent het voertuig te worden verschaft.

Aanvragen van kentekenbewijzen voor nieuwe aanhangwagens geschieden volgens de normale, ook voor motorrijtuigen geldende, procedures.

Artikel 2

Dit artikel is reeds in het algemeen deel toegelicht.

Artikel 3

In het kader van de algemene periodieke keuring die geldt voor aanhangwagens, zwaarder dan 3500 kg, wordt ook gecontroleerd of op het voertuig de juiste kentekenplaat aanwezig is. Aanhangwagens waarvoor een kentekenbewijs is afgegeven, moeten in dat verband zijn voorzien van een zgn. GAIK-plaat (met EU-symbool). Voorts worden de voor motorrijtuigen geldende voorschriften omtrent de duplicaatcode op het kentekenbewijs en de kentekenplaat ook van toepassing op aanhangwagens. De APK-erkenningsregeling is dienovereenkomstig gewijzigd.

Artikel 4

De Erkenningsregeling fabrikanten kentekenplaten is aangepast op het punt van de afgifteprocedure van kentekenplaten voor aanhangwagens en het aantal af te geven platen.

Artikel 5

In de in artikel 1, onderdeel b, van de Regeling BN- en GN-kentekens en -kentekenbewijzen omschreven gevallen kan aan de eigenaar/houder van een aanhangwagen een BN- of GN-kenteken worden toegekend.

Artikel 6

De eerste wijziging van de Regeling eisen goedkeuring kentekenplaten 2000 betreft het herstellen van een omissie. De verplichting tot het aanbrengen van een duplicaatcode op de kentekenplaat gaat pas in op 1 februari 2003. Vóór deze datum geschiedt het alleen op verzoek van de kentekenhouder. In de praktijk werd reeds overeenkomstig deze uitgangspunten gehandeld.

De tweede wijzigingen in de bijlagen 6 en 7 betreffen de vervanging van de letters `O' en `W' door de twee soorten nieuw ingevoegde letters.

Artikel 7

De Regeling erkenning bedrijfsvoorraad is aangepast op het punt van de procedures bij de aanvraag van nog niet tenaamgestelde kentekenbewijzen. Waar nodig, is daarbij onderscheid gemaakt tussen motorrijtuigen en aanhangwagens. Voorts is in artikel 4 een technische wijziging aangebracht en is artikel 16 (een overgangsvoorziening) komen te vervallen omdat het is uitgewerkt.

Artikel 8

De voertuigcategorie aanhangwagens wordt onder de werkingssfeer van de Regeling gegevensverstrekking Kentekenregister gebracht door waar nodig het begrip `aanhangwagen' in de tekst in te voegen. De zinsnede `fabrikanten of importeurs van motorrijtuigen' is in dat verband niet aangepast omdat dit begrip is gerelateerd aan de uitvoering van de Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 en aanhangwagens niet onder de werkingssfeer van deze wet vallen.

Artikel 9

De Regeling handelaarskentekens en -kentekenbewijzen is gewijzigd in dier voege dat wordt voorgeschreven dat een bedrijf over maximaal twee handelaarskentekenplaten voor aanhangwagens mag beschikken. Voorts is bepaald dat het handelaarskentekenbewijs bij de aanhangwagen aanwezig dient te zijn. Een en ander naar analogie van het bepaalde ten aanzien van motorrijtuigen. Tenslotte is een wijziging van (wets-)technische aard aangebracht.

Artikel 10

Ook de Regeling kentekenbewijzen is aangepast in verband met de invoering van de zelfstandige kentekenplicht voor aanhangwagens. De wijzigingen betreffen met name:

- in artikel 2 wordt, waar nodig, het begrip `aanhangwagen' ingevoerd en vervallen de verwijzingen naar de verschillende modellen registratiebewijzen; tevens wordt het model voor het `BO-kentekenbewijs' vastgesteld (model 5.1). Voorts heeft een herlettering plaatsgevonden;

- in de artikelen 2 en 4 is de vermelding `PTT Post BV' geactualiseerd en vervangen door: TPG Post BV;

- in artikel 8 zijn aanhangwagens toegevoegd aan de categorieën voertuigen waarbij het voorgoed buiten gebruik stellen van het voertuig niet door een zogenaamd erkend bedrijf behoeft te geschieden en die dus in eigen beheer gesloopt mogen worden;

- in de bijlage is een aantal opschriften bij de modellen van de kentekenbewijzen aangepast in verband met het feit dat deze modellen ook voor aanhangwagens gebruikt gaan worden; tevens vervallen de onderscheiden modellen registratiebewijzen.

Tenslotte zijn enkele technische wijzigingen aangebracht.

Artikel 11

De Regeling kentekens en kentekenplaten is op de volgende punten aangepast:

- aanhangwagens die vóór 1 januari 1978 in het verkeer zijn gebracht, mogen een donkerblauwe kentekenplaat voeren;

- tot 1 september 2003 mag op een aanhangwagen achter een motorrijtuig dat is voorzien van een zogenaamde GAIK-plaat, een kentekenplaat met een witte of gele achtergrond (niet-GAIK-plaat) worden gevoerd;

- indien op een motorrijtuig een handelaarskenteken dan wel een zogenaamd GV-kenteken wordt gevoerd, wordt op de aanhangwagen eveneens een dergelijk kenteken aangebracht;

- op een aanhangwagen mag geen kentekenplaat van het kleine model (18.2) worden aangebracht;

- een overgangsvoorziening voor handelaarskentekens is uitgewerkt en kan dan ook vervallen;

- in de bijlage zijn de opschriften bij de onderscheiden, voor aanhangwagens te gebruiken, modellen aangepast. De opschriften bij de overige modellen zijn verduidelijkt;

- de letters `O' en `W' zijn vervangen door twee nieuwe modellen.

Artikel 12

De Regeling legitimatievoorschriften kentekenbewijzen en kentekenplaten is geactualiseerd in die zin dat ook een buitenlandse identiteitskaart, afgegeven in een andere EU-lidstaat, bij de aanvraag van een kentekenbewijs of een kentekenplaat mag worden overgelegd. Tevens is de zogenaamde Europese identiteitskaart nu expliciet vermeld en is de gemeentelijke identiteitskaart komen te vervallen. Deze laatste kaart wordt niet meer afgegeven en de geldigheidsduur van de reeds afgegeven kaarten is inmiddels verstreken.

Voorts zijn voorschriften vastgesteld omtrent de aanvraag van een kentekenbewijs voor een uit het buitenland afkomstige aanhangwagen die aldaar niet zelfstandig kentekenplichtig is (de zogenaamde BO-kentekens).

Artikel 13

In de regeling van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 5 december 1994, nr. RV 187657, houdende vaststelling uitzondering kentekenplicht voor leden aangewezen krijgsmacht of civiele dienst, is voor kentekenplichtige aanhangwagens een overeenkomstige regeling getroffen als die welke reeds geldt voor de desbetreffende motorrijtuigen. Tevens is een citeertitel in de regeling opgenomen.

Artikel 14

De Regeling uitzondering keuringsplicht wordt eveneens aangepast aan het feit dat aanhangwagens zwaarder dan 750 kg een eigen kenteken krijgen. De tekst van artikel 1, eerste lid, onder a, b en c is zodanig gewijzigd dat in de aldaar genoemde gevallen aanhangwagens op dezelfde voet als motorrijtuigen zijn vrijgesteld van de keuringsplicht.

Artikel 15

Bij de inwerkingtreding van de onderhavige regeling wordt onderscheid gemaakt tussen aanhangwagens die op 1 september 2002 reeds in het verkeer zijn en waarvoor tot 1 september 2003 een overgangsperiode geldt, en aanhangwagens die met ingang van 1 september 2002 in het verkeer worden gebracht en die meteen een afzonderlijk kenteken krijgen. Voor een aantal onderdelen van de regeling is bedoeld onderscheid niet relevant, zodat die onderdelen per 1 september 2002 in werking kunnen treden.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

R.H. de Boer.

Bijlage

Voorzijde

kleur: blauw

stcrt-2002-159-p11-SC35964-7.gif

Achterzijde

kleur: blauw

stcrt-2002-159-p11-SC35964-8.gif
Naar boven