Instelling tijdelijke baten-lastendienst Inspectie Werk en Inkomen

20 december 2001

Nr. TZ/PT/2001/87072

Directie Toezicht

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Minister van Financiën

Besluiten:

Artikel 1

1. Aan het organisatie-onderdeel van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, bedoeld in artikel 36 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen wordt de status van tijdelijke baten-lastendienst verleend.

2. De tijdelijke baten-lastendienst voert een afwijkend beheer als bedoeld in artikel 70, eerste lid, van de Comptabiliteitswet.

3. De tenaamstelling van de tijdelijke baten-lastendienst komt te luiden: Inspectie Werk en Inkomen.

Artikel 2

1. Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2002.

2. Dit besluit vervalt met ingang van 1 januari 2005.

Artikel 3

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit tijdelijke baten-lastendienst Inspectie Werk en Inkomen

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

`s Gravenhage, 20 december 2001.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,W.A. Vermeend.
De Minister van Financiën,G. Zalm.

Toelichting

Algemeen

Op 21 maart 2001 (Kamerstukken II 2000/2001, 23 171, nr. 4) is de Tweede Kamer geïnformeerd over de introductie van de tijdelijke agentschapstatus. Sinds de Zevende wijziging van de Comptabiliteitswet, Stb. 2001, 240, wordt in de Comptabiliteitswet niet meer gesproken over `agentschap', maar over `baten-lastendienst' (zie artikel 71 van de Comptabiliteitswet). Met beide termen wordt hetzelfde bedoeld. Hierna zal steeds de terminologie volgens de huidige Comptabiliteitswet worden gehanteerd en zal dus gesproken worden over `baten-lastendienst'.

De status tijdelijke baten-lastendienst wordt beschikbaar gesteld ten behoeve van extern verzelfstandigde diensten die terugkeren binnen de grenzen van het moederministerie, die een baten-lastenadministratie voeren en de ambitie hebben om dit te gaan combineren met een resultaatgericht besturingsmodel. Het voeren van een baten-lastenadministratie en het hanteren van een resultaatgericht besturingsmodel worden immers verenigd in het baten-lastendienstmodel.

Om baten-lastendienst te kunnen worden zijn instellingsvoorwaarden gesteld, waaraan kandidaat-baten-lastendiensten normaliter stringent worden getoetst. Deze voorwaarden hebben ten dele betrekking op het baten-lastenstelsel, maar gaan in hoofdzaak over de vormgeving van een resultaatgericht besturingsmodel. Extern verzelfstandigde diensten voeren in de regel reeds een baten-lastenstelsel, maar voldoen meestal niet aan alle instellingsvoorwaarden om direct baten-lastendienst te kunnen worden.

Bij terugkeer naar het ministerie zou een dergelijke dienst in principe over moeten gaan naar een kas-verplichtingenadministratie. Binnen de rijksdienst hebben immers alléén baten-lastendiensten toestemming om het afwijkende beheer van een baten-lastenadministratie te voeren. Concreet betekent dit dat de terugkerende dienst eerst het kas/verplichtingenstelsel moet invoeren en vervolgens op het moment dat hij voldoet aan de instellingsvoorwaarden voor baten-lastendiensten, het baten-lastenstelsel moet herinvoeren. Om dit te voorkomen is de status `tijdelijke baten-lastendienst' geïntroduceerd.

Een status `tijdelijke baten-lastendienst' betekent dat de desbetreffende dienst tijdelijk een afwijkend beheer mag voeren conform een baten-lastendienst (zoals beschreven in de Comptabiliteitswet) zonder dat aan alle instellingsvoorwaarden is voldaan. Tegelijkertijd met het verkrijgen van deze tijdelijke status wordt echter het benodigde veranderingstraject gestart om binnen een nader af te spreken periode wel aan alle instellingsvoorwaarden te voldoen. Dit veranderingstraject wordt doorlopen volgens de door het Ministerie van Financiën uitgegeven Instellingsprocedure. Nadat dit traject naar tevredenheid is doorlopen (dat wil zeggen: aan alle instellingsvoorwaarden wordt voldaan) wordt de tijdelijke status omgezet in een permanente status baten-lastendienst.

Artikelsgewijs

Artikel 1

In dit artikel wordt de status van tijdelijke baten-lastendienst verleend aan een organisatie-onderdeel van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, dat gevormd is door samenvoeging van:

a. het College van toezicht sociale verzekeringen, dat tot en met 31 december 2001 een afzonderlijke rechtspersoon was ingevolge artikel 3 van de Organisatiewet sociale verzekeringen 1997; en

b. de directie Toezicht, die ingevolge het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit SZW 1999 tot en met 31 december 2001 een organisatie-onderdeel was van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

De status van tijdelijke baten-lastendienst houdt in dat deze dienst tijdelijk - vanaf 1 januari 2002 tot en met 31 december 2004 - een afwijkend beheer mag voeren conform een baten-lastendienst (als bedoeld in artikel 70, eerste lid, van de Comptabiliteitswet) zonder dat aan alle instellingsvoorwaarden voor een baten-lastendienst is voldaan.

Artikel 2

Mede ter bevordering van de voortgang in het veranderingstraject dat de baten-lastendienst Inspectie Werk en Inkomen moet doorlopen, wordt de status van tijdelijke baten-lastendienst verleend voor de periode van 1 januari 2002 tot en met 31 december 2004.

Zodra de Inspectie Werk en Inkomen aan alle instellingsvoorwaarden voor een baten-lastendienst voldoet, wordt aan de Inspectie Werk en Inkomen, conform de instellingsprocedure, de permanente status van baten-lastendienst verleend. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft bij de behandeling van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen aan de Tweede Kamer (Kamerstukken II 2000/2001, 27588, nrs. 1-3) gemeld dat ernaar wordt gestreefd om per 1 januari 2005 aan alle instellingsvoorwaarden te voldoen. Dat betekent dat op die datum de tijdelijke status overgaat in de permanente status baten-lastendienst. Hierbij zal een nieuw instellingsbesluit worden opgesteld. Dan zal ook de zogenaamde voorhangprocedure bij de Tweede Kamer, conform artikel 70 van de Comptabiliteitswet, worden toegepast.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

W.A. Vermeend.

De Minister van Financiën,

G. Zalm.

Naar boven