Regeling vaststelling model bewijs van verzekering
8 november 2001
TRCJZ/2001/15315
Directie Juridische Zaken
De Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
Gelet op artikel 54, zesde lid, van de Flora- en faunawet;
Besluit:
Artikel 1
1. Het bewijs van verzekering, bedoeld in artikel 54, zesde lid, van de
Flora- en faunawet, wordt vastgesteld conform het in de bijlage 1 bij deze
regeling opgenomen model.
2. Het bewijs van verzekering wordt gedrukt op wit papier.
Artikel 2
Deze regeling treedt in werking op het tijdstip dat artikel 54, zesde
lid, van de Flora- en faunawet in werking treedt.
Artikel 3
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vaststelling model bewijs
van verzekering.
Deze regeling zal met de toelichting en de bijlage in de Staatscourant
worden geplaatst.
's-Gravenhage, 8 november 2001.
De Staatssecretaris van Landbouw,
Natuurbeheer en Visserij,G.H. Faber.
Bijlage 1 als bedoeld in artikel 1, lid 1
Polis nr. ...
Verzekeringsbewijs
als bedoeld in artikel 54, zesde lid, van de Flora- en faunawet ter dekking
van burgerrechtelijke aansprakelijkheid voor schade waartoe het verrichten
van handelingen in het kader van jacht of beheer en schadebestrijding met
gebruikmaking van een geweer aanleiding kan geven.
Afgegeven door:
(in te vullen naam en adres van de verzekeraar(s))
Afgegeven aan:
(in te vullen naam en adres van de verzekeringnemer)
Geldig
van:
tot:
De verzekering is van kracht in
(in te vullen het gebied)
(dagtekening en handtekening verzekeraar)
..
..
Naast de verzekeringnemer worden als verzekerden aangemerkt de overige
personen bedoeld in artikel 54, tweede lid, van de Flora- en faunawet wier
burgerrechtelijke aansprakelijkheid gedekt moet zijn.
Schade als gevolg van handelingen met gebruikmaking van een geweer is
gedekt tot NLG 2.000.000,- per gebeurtenis.
Toelichting
In de artikelen 54 en 55 van de Flora- en faunawet is de verzekeringsplicht
geregeld ter dekking van schade waartoe handelingen met gebruikmaking van
een geweer aanleiding kunnen geven. Op grond van de Jachtwet was in de Beschikking
van de Minister van Landbouw en Visserij van 20 maart 1978, nr. J 760, Directie
Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken (Stcrt. 59) reeds een model van
het bewijs van verzekering vastgesteld. In de onderhavige regeling is zoveel
mogelijk het onder de Jachtwet vastgestelde model gevolgd.
In tegenstelling tot de Jachtwet wordt een bewijs van verzekering onder
vigeur van de Flora- en faunawet afgegeven ter dekking van schade als gevolg
van het gebruik van een geweer zowel in het kader van de reguliere jacht als
in het kader van beheer en schadebestrijding. Dit vloeit voort uit de gewijzigde
systematiek van de Flora- en faunawet. In de Flora- en faunawet zijn in artikel
32 nog slechts 6 diersoorten aangewezen als wild. Slecht met betrekking tot
deze soorten kan sprake zijn van jagen. Voor de overige diersoorten geldt
een regime van beheer en schadebestrijding. In artikel 72, zesde lid, van
de wet is bepaald dat de bepalingen omtrent de burgerrechtelijke aansprakelijkheid
als bedoeld in de artikelen 54 en 55 van de wet van overeenkomstige toepassing
zijn in geval van gebruik van een geweer in het kader van beheer en schadebestrijding.
Nadere bepalingen omtrent de verplichte verzekering zijn opgenomen in de artikelen
16 tot en met 19 van het Jachtbesluit.
In artikel 2 is de inwerkingtreding gekoppeld aan de inwerkingtreding
van artikel 54, zesde lid, van de Flora- en faunawet, waarop de regeling gebaseerd
is. Op deze wijze kunnen in een vroegtijdig stadium ministeriële regelingen
in de Staatscourant gepubliceerd worden, opdat belanghebbenden hiervan tijdig
kennis kunnen nemen.
De Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
G.H. Faber.