Aanpassing richtsnoeren aanwijzing aanmerkelijke macht op de markt

Inleiding

Op grond van de Telecommunicatie-wet (Tw) dient OPTA twee AMM-aanwijzingen op de markt voor huurlijnen te geven. Allereerst de aanwijzing op basis van artikel 6.4 van de Tw. Deze aanwijzing heeft gevolgen voor verplichtingen op het gebied van interconnectie en bijzondere toegang. Daarnaast de AMM-aanwijzing gebaseerd op artikel 7.2 van de Tw. Een aanwijzing gebaseerd op artikel 7.2 van de Tw leidt voor de aangewezen aanbieder tot verplichtingen uit het ONP-kader, zoals kostenoriëntatie en non-discriminatie (de artikelen 2 tot en met 21 van het Besluit ONP huurlijnen en telefonie).

In de huidige `richtsnoeren aanwijzing aanmerkelijke macht op de markt' van 16 maart 2000, is door het college slechts aangegeven op welke wijze het college invulling zal geven aan zijn bevoegdheid tot het doen van een AMM-aanwijzing krachtens artikel 6.4 van de Tw. Het college wijzigt deze richtsnoeren thans zodanig dat hier ook in komst te staan op welke wijze het college voornemens is invulling te geven aan zijn bevoegdheid tot het doen van een AMM-aanwijzing krachtens artikel 7.2 van de Tw. De richtsnoeren worden derhalve op de hieronder aangegeven onderdelen aangepast. Voor de beleidsregels verwijst het college u naar de website van OPTA (www.opta.nl).

Onderdeel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Na `artikel 6.4' wordt ingevoegd: `en artikel 7.2'.

2. `in dat artikel' wordt vervangen door: `in deze artikelen'.

Voetnoot 2 wordt als volgt gewijzigd:

`ONP-kaderrichtlijn (Richtlijn 90/387 van EEG van de Raad van 28 juni 1990, PB L 1990, 24 juli 1990, gewijzigd bij Richtlijn 97/51 van het Europees Parlement en de Raad van 6 oktober 1997, PB L 295, 28 oktober 1997), ONP Huurlijnenrichtlijn (Richtlijn92/44 EEG van de Raad van 5 juni 1992, PB L 165/27, 19 juni 1992, gewijzigd bij Richtlijn 97/51 van het Europees Parlement en de Raad van 6 oktober 1997, PB L 295, 28 oktober 1997), ONP Spraakrichtlijn (98/10 van het Europees Parlement en de Raad van 30 juni 1997, PB L 199, 1997, p.32) en de Interconnectierichtlijn (Richtlijn 97/33 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 1998, PB L 101, p. 24).'

Onderdeel 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. De derde volzin vervalt en wordt vervangen door de volgende zin: `In artikel 6.4 van de Telecommunicatiewet is de relevante markt, anders dan in het algemene mededingingsrecht, reeds gegeven (zie daarover meer in het bijzonder hoofdstuk IV, paragraaf a en paragraaf b van deze richtsnoeren).'

2. In de derde volzin vervalt: `op voorhand'.

Na onderdeel 7 wordt een nieuw onderdeel 8 ingevoegd dat als volgt luidt:

`In artikel 7.2 Telecommunicatiewet is de afbakening van de relevante huurlijnenmarkt niet gegeven. Artikel 7.2 Telecommunicatiewet is de implementatie van artikel 2 van de Huurlijnenrichtlijn. In dit artikel is bepaald dat een aanbieder geacht wordt over aanmerkelijke marktmacht te beschikken wanneer zij 25% of meer van een bepaalde markt voor huurlijnen bezit. Verder volgt uit deze bepaling dat een bepaalde markt voor huurlijnen wordt beoordeeld op basis van het type/de typen in een bepaald geografisch gebied aangeboden huurlijnen.'

Onderdeel 8 wordt onderdeel 9 en wordt als volgt gewijzigd:

1. `In de tweede volzin wordt aan het einde van deze zin ingevoegd: `en bij de wijze van afbakening van de huurlijnenmarkt in productenmarkten en/of geografische markten krachtens artikel 7.2 Telecommunicatiewet.'

2. In de laatste volzin wordt tussen `en worden' en `in de ONP-regelgeving' `noch' ingevoegd.

3. `ingekleurd' in de laatste volzin wordt vervangen door `ingevuld'.

Onderdeel 9 wordt onderdeel 10 en wordt als volgt gewijzigd:

Voetnoot 5 wordt als volgt gewijzigd:

`(Staatscourant d.d. 5 januari 1999, nr. 2.)' wordt vervangen door: `(Staatscourant d.d. 22 december 2000, nr. 249)'.

Onderdeel 10 wordt onderdeel 11.

Onderdeel 11 wordt onderdeel 12

Onderdeel 12 wordt onderdeel 13.

Onderdeel 13 wordt onderdeel 14.

`V Relevante productmarkt' wordt vervangen door: `a Relevante productmarkt artikel 6.4 Telecommunicatiewet'.

Onderdeel 14 wordt onderdeel 15 en wordt als volgt gewijzigd:

`vaste en mobiele telefoondiensten' onder (4) in de tweede volzin wordt vervangen door `de vaste en mobiele telefoondienst'.

Onderdeel 15 wordt onderdeel 16.

`VI Relevante geografische markt' wordt vervangen door: `b Relevante geografische markt artikel 6.4 Telecommunicatiewet'.

Onderdeel 16 wordt onderdeel 17.

`VII Aanbieders van omroepnetwerken' wordt vervangen door: `c Aanbieders van omroepnetwerken'.

Onderdeel 17 wordt onderdeel 18.

`VIII Meetinstrument marktaandeel' wordt vervangen door: `d Meetinstrument marktaandeel artikel 6.4 Telecommunicatiewet'.

Onderdeel 18 wordt onderdeel 19.

`IX Invulling criteria als bedoeld in artikel 6.4, vierde lid, Telecommunicatiewet' wordt vervangen door: `e Invulling criteria als bedoeld in artikel 6.4, vierde lid, Telecommunicatiewet'.

Onderdeel 19 wordt onderdeel 20.

Onderdeel 20 wordt onderdeel 21.

Na hoofdstuk IV wordt hoofdstuk `V Systematiek artikel 7.2 Telecommunicatiewet' ingevoegd, luidende:

V Systematiek artikel 7.2 Telecommunicatiewet

22. Uit het kader van de AMM-huurlijnenaanwijzing op basis van artikel 7.2 Telecommunicatiewet, volgt dat er wat betreft de huurlijnenmarkt voor de toepassing van hoofdstuk 6 Telecommunicatiewet, onderscheidenlijk hoofdstuk 7 Telecommunicatie-wet sprake is van afzonderlijke aanwijzingen met een eigen beoordelingskader.

23. In artikel 7.2 Telecommunicatie-wet is de Huurlijnenrichtlijn geïmplementeerd. Voor de uitleg van de term `aanmerkelijke marktmacht' in artikel 7.2, tweede lid, Telecommunicatiewet sluit het college aan bij hetgeen hierover is bepaald in de Huurlijnenricht-lijn. In de Huurlijnenrichtlijn is vastgesteld dat een organisatie geacht wordt te beschikken over een aanmerkelijke macht op de markt, wanneer zij 25% of meer van een bepaalde markt voor huurlijnen in een lidstaat bezit. Tevens is bepaald dat nationale regelgevende instanties kunnen vaststellen dat een organisatie met een aandeel van minder dan 25% in een bepaalde markt voor huurlijnen over een aanmerkelijke macht op de markt beschikt. Deze systematiek is gelijk aan de systematiek genoemd in artikel 6.4, derde lid, Telecommunicatiewet.

24. Regelgevende instanties kunnen eveneens vaststellen dat een organisatie met een aandeel van 25% of meer in een bepaalde markt voor huurlijnen niet over een aanmerkelijke macht op de markt beschikt. In beide gevallen wordt bij de vaststelling rekening gehouden met de criteria uit artikel 2 van de Huurlijnenrichtlijn, welke overeenkomen met de criteria genoemd in artikel 6.4 vierde lid, Telecommunicatiewet.

25. Voor de wijze waarop het college invulling zal geven aan de hierboven genoemde systematiek, verwijst hij naar hoofdstuk IV onderdelen 11, 12, 13 en 14 en hoofdstuk IV paragraaf e.

a Relevante productmarkt artikel 7.2 Telecommunicatiewet

26. Artikel 7.2, Telecommunicatiewet is de implementatie van artikel 2 Huurlijnenrichtlijn in Nederlandse regelgeving. Op basis hiervan wordt de relevante productmarkt afgebakend naar het type huurlijn. De typering van een huurlijn wordt met name bepaald door de capaciteit van die huurlijn. Het college zal bij de afbakening aansluiten bij de praktijk van het algemene mededingingsrecht, voor zover de Telecommunicatiewet daartoe ruimte laat.

b Relevante geografische markt artikel 7.2 Telecommunicatiewet

27. Ingevolge artikel 2, derde lid, Huurlijnenrichtlijn kan de markt voor huurlijnen worden opgedeeld in geografische markten. De Huurlijnenrichtlijn bepaalt dat het geografisch gebied het gehele of een deel van het grondgebied van een lidstaat kan bestrijken. Het college zal bij de afbakening van de geografische markt aansluiten bij de praktijk van het algemene mededingingsrecht, voor zover de Telecommunicatiewet daartoe ruimte laat.

c Meetinstrument marktaandeel artikel 7.2 Telecommunicatiewet

28. Voor de wijze waarop het college invulling zal geven aan het meetinstrument marktaandeel in het kader van artikel 7.2, Telecommunicatie-wet, verwijst het college naar hetgeen hierover is bepaald in hoofdstuk IV, paragraaf d.

d Invulling criteria als bedoeld in artikel 2, derde lid, Huurlijnenrichtlijn

29. Voor de wijze waarop het college invulling zal geven aan de criteria als bedoeld in artikel 2, derde lid, Huurlijnenrichtlijn, verwijst het college naar hetgeen hij heeft bepaald over de wijze waarop hij invulling zal geven aan de gelijkluidende criteria in artikel 6.4, vierde lid, Telecommunicatiewet, in hoofdstuk IV, paragraaf e.

`X Toetsing' wordt: `VI Toetsing'.

Onderdeel 21 wordt onderdeel 30.

Onderdeel 22 wordt onderdeel 31.

Onderdeel 23 wordt onderdeel 32.

`XI Inwerkingtreding' wordt: `VII Inwerkingtreding'.

Onderdeel 24 wordt onderdeel 33 en wordt als volgt gewijzigd:

`de dag na' wordt vervangen door: `de tweede dag na'.

Het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie.

Naar boven