De Minister van Verkeer en Waterstaat;
Gelezen het verzoek van Philips International B.V. d.d. 30 juli 2001;
Gelet op artikel 16d van de Luchtvaartwet,
Besluit:
Artikel 1
Aan Philips International B.V. te Eindhoven wordt tot 1 oktober 2002 ontheffing
verleend van de verplichting tot het hebben van een luchtvervoersvergunning
voor het vervoer van goederen en personen ten behoeve van het eigen bedrijf,
met luchtvaartuig voorzien van het kenmerk PH-ILC.
Artikel 2
De houder van deze ontheffing dient adequaat verzekerd te zijn:
a. tegen de aansprakelijkheid met betrekking tot de vervoerde passagiers
en goederen overeenkomstig hetgeen bij en krachtens verdrag daarover is bepaald;
en
b. tegen de aansprakelijkheid voor schade, veroorzaakt aan derden op het
aardoppervlak.
Artikel 3
Deze beschikking is gebaseerd op de statuten van Philips Electronics N.V.
zoals deze luiden na de wijzigingen d.d. 6 mei 1996. Wijziging van de statuten
kan intrekking van de ontheffing tot gevolg hebben en dient dan ook onverwijld
aan de Inspectie Verkeer en Waterstaat, Divisie Luchtvaart te worden gemeld.
Artikel 4
De houder van deze ontheffing dient er zorg voor te dragen dat de bestuurder
van (het/de) luchtvaartuig(en) die voor het vervoer worden gebruikt, in ieder
geval beschikt over een vliegbewijs CPL (A).
Artikel 5
Deze beschikking zal worden geplaatst in de Staatscourant en treedt in
werking op 1 oktober 2001.
De Minister van Verkeer en Waterstaat,namens deze,
de
directeur-hoofdinspecteur van de Divisie Luchtvaart,
namens deze,
het
plaatsvervangend hoofd Unit Operaties en Vervoer,
R. Weenink.