Regelingen sluiting luchtruim

Prinsjesdag

18 september 2001

Nr. IVW/L/01.540666

Inspectie Verkeer en Waterstaat

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 5.10, eerste lid onder a, van de Wet luchtvaart;

Besluit:

Artikel 1

Om redenen van openbare orde en veiligheid wordt in het gebied gelegen binnen een cirkel met een straal van 2,5 NM beschreven om het geografische punt 52°04'40'' NB en 004°18'55'' OL (Den Haag) het uitoefenen van het burgerluchtverkeer verboden vanaf de grond tot en met 3000 voet AMSL, jaarlijks op de derde dinsdag in september van 12.00 tot 16.00 uur plaatselijke tijd.

Artikel 2

Het verbod, genoemd in artikel 1, geldt niet voor vluchten

a. uitgevoerd door of in opdracht van de Politie Luchtvaartdienst van het Korps Landelijke Politiediensten;

b. voor het vervoer van leden van het Koninklijk Huis, staatshoofden of ministers;

c. met hefschroefvliegtuigen ten behoeve van het vervoer van traumateams voor spoedeisende hulpverlening.

Artikel 3

De beschikking van de Minister van Verkeer en Waterstaat van 19 april 1993, nr. DGRLD/JBZ/L93.004094, Stcrt. 1999, 235 wordt ingetrokken.

Artikel 4

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot het moment van bekendstelling via de Notice to Airmen (NOTAM).

Artikel 4

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling sluiting luchtruim Prinsjesdag.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,T. Netelenbos.

Toelichting

Deze regeling verbiedt om redenen van openbare orde en veiligheid jaarlijks op prinsjesdag het burgerluchtverkeer te vliegen boven het Binnenhof en directe omgeving.

Overtreding van deze regeling is als overtreding strafbaar gesteld in artikel 11.9 van de Wet luchtvaart.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

T. Netelenbos.

Naar boven