Reglement van Orde gerechtshof te ’s-Hertogenbosch

De Algemene Vergadering van het gerechtshof te ’s-Hertogenbosch heeft ter voldoening aan het bepaalde in artikel 90 van Reglement I het reglement van orde gewijzigd vastgesteld als volgt:

Artikel 1

Het hof zal met inachtneming van het bij de wet bepaalde en overeenkomstig het in de algemene vergadering van 24 januari 1995 goedgekeurde en vastgestelde statuut, zijn ingedeeld in de volgende sectoren:

a. de sector burgerlijk recht (rekestzaken)

b. de sector burgerlijk recht (rolzaken)

c. de sector bestuursrecht (belastingzaken)

d. de sector strafrecht

Artikel 2

1. Elke sector zal zijn verdeeld in een aantal meervoudige en enkelvoudige kamers. Een lid van het hof zal van meer dan één kamer deel kunnen uitmaken.

2. De kamers zullen worden aangeduid met

eerste en volgende meervoudige/enkelvoudige kamer voor burgerlijke rekestzaken,

eerste en volgende meervoudige/enkelvoudige kamer voor burgerlijke rolzaken, eerste en volgende meervoudige/enkelvoudige kamer voor belastingzaken en eerste en volgende meervoudige/enkelvoudige kamer voor strafzaken.

3. Er zullen zoveel meervoudige en enkelvoudige kamers voor de behandeling van burgerlijke rekestzaken en burgerlijke rolzaken zijn als elk jaar door de algemene vergadering wordt nodig geoordeeld. Zulks laat onverlet dat iedere kamer alle burgerlijke rol- en rekestzaken, alsmede strafzaken, waarvan de burgerlijke rechter kennisneemt, zal kunnen behandelen.

Een van de kamers zal optreden als enkelvoudige kamer als bedoeld in artikel 344 van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering (rolraadsheer).

4. Er zullen zoveel meervoudige en enkelvoudige kamers voor de behandeling van strafzaken zijn als elk jaar door de algemene vergadering wordt nodig geoordeeld. Deze kamers zullen voor zoveel nodig ook optreden als raadkamer als bedoeld in artikel 21 van het Wetboek van Strafvordering. Een van de kamers zal optreden als economische kamer als bedoeld in artikel 52 van de Wet op de Economische Delicten.

5. Er zullen zoveel meervoudige en enkelvoudige kamers voor de behandeling van belastingzaken zijn, als elk jaar door de algemene vergadering wordt nodig geoordeeld.

Artikel 3

1. Het rechterlijk jaar loopt van 1 januari tot en met 31 december.

2. De algemene vergadering deelt, op voorstel van het dagelijks bestuur, de leden van het hof in de sectoren voor het volgende rechterlijke jaar.

3. De sectorvergadering deelt, op voorstel van de sectorvoorzitter, de leden van de sector in in de kamers en andere werkverbanden.

4. Indien het belang van de dienst dit wenselijk maakt, zal de president na overleg met het betrokken lid of de betrokken leden van het hof, de sectorvoorzitter en de betrokken kamervoorzitters kunnen bepalen dat van het indelingsrooster wordt afgeweken. Van een en ander wordt in de algemene vergadering van het hof mededeling gedaan.

Artikel 4

De algemene vergadering, respectievelijk de sectorvergadering kan in de loop van het rechterlijk jaar de beslissingen genomen krachtens artikel 3 herzien, indien daartoe aanleiding blijkt te bestaan.

Artikel 5

De president regelt - zoveel mogelijk in overeenstemming met de wensen van het college - de verdeling van de zaken over de kamers van de betreffende sector. Hij kan deze taak delegeren aan de betreffende sectorvoorzitter.

Artikel 6

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2000.

Alsdan vervalt het thans geldend reglement van orde, vastgesteld ter voldoening aan artikel 90 van het Reglement.

Aldus vastgesteld in de algemene vergadering van het gerechtshof te

’s-Hertogenbosch van 4 april 2000.


A.J.W.M. Jurgens, president.
A.R. Hoedt, plaatsvervangend griffier.

Naar boven