Wijziging Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen

11 december 2000

Nr. DGG/J- 00/005616

Directoraat-Generaal Goederenvervoer

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 2 van het Besluit vervoer gevaarlijke stoffen;

Besluit:

Artikel I

De Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 6 vervalt.

B

Bijlage 1 wordt vervangen door de bijlage bij deze regeling.

C

In artikel 2 van bijlage 3 wordt na de eerste volzin ingevoegd een randnummer met opschrift, luidend:

Beperking van vervoerde hoeveelheden

210 401 N (4)

Aan boord van bunkerboten of andere schepen die scheepsaandrijfstoffen kunnen afgeven, mag het aantal ladingmonsters, bedoeld in het eerste lid, worden verhoogd van 30 naar ten hoogste 500.

D

Bijlage 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Tabel 1 wordt vervangen door onderstaande tabel.

Tabel 1

stcrt-2000-246-p11-SC26888-1.gifstcrt-2000-246-p11-SC26888-2.gif

2. Artikel 3 komt te luiden:

Artikel 3

In tabel 1 wordt verstaan onder:

a. HID-RWS: de betrokken hoofdingenieur-directeur van het Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat;

b. KOFS: het Koninklijk Onderwijsfonds voor de Scheepvaart;

c. S.Z.W.: de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

d. V.R.O.M.: de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

e. SI: de directeur van de Scheepvaartinspectie;

f. RVI: de directeur van de Rijksverkeersinspectie.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2001.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst, met uitzondering van de bijlage, die ter inzage wordt gelegd bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,T. Netelenbos.

Toelichting

Met deze regeling wordt de Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen (VBG) gewijzigd. In de VBG is het Reglement voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over de Rijn (ADNR) geïmplementeerd. De Centrale Commissie voor de Rijnvaart, bedoeld in de Akte van Mannheim, heeft het ADNR op voordracht van haar Comité voor gevaarlijke stoffen gewijzigd. Deze wijzigingen treden op 1 januari 2001 in werking, hetgeen tot wijziging noopt van de VBG per 1 januari 2001.

Tevens zijn de bijlagen 3 en 4 van de VBG gewijzigd. Bijlage 3 bevat voorschriften in afwijking van of in aanvulling op Bijlage 1. Bijlage 4 bevat de aangewezen of erkende instanties, die bedoeld zijn in artikel 1, eerste lid, onderdeel a, van de VBG, alsmede de randnummers waarvoor zij verantwoordelijk zijn.

In het slotformulier van de regeling is bepaald dat de bijlage bij de regeling wordt bekendgemaakt door terinzagelegging. De terinzagelegging geschiedt bij het Directoraat-Generaal Goederenvervoer van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, dat thans is gevestigd aan de Nieuwe Uitleg 1 te Den Haag.

Hieronder wordt nader ingegaan op de boven aangegeven wijzigingen.

Bijlage 1

Bijlage 1 is de Nederlandse vertaling van het ADNR en de daarbij behorende bijlagen. Bijlage 1 vormt de integrale omzetting van een internationale norm in de zin van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij

(PbEg L 204) en behoeft derhalve niet te worden genotificeerd aan de EU-Commissie. Wel is, conform artikel 8, eerste lid, van de richtlijn, aan de Commissie van deze omzetting mededeling gedaan.

De volgende wijzigingen van het ADNR zijn aangenomen door de Centrale Commissie voor de Rijnvaart:

In bijlage 1 van het Protocol van het ADNR is in artikel 4, eerste lid, de geldigheidsduur van de bijzondere machtiging twee jaar geworden in plaats van een jaar.

In bijlage 2.2 van het Protocol van het ADNR (indelingscriteria) zijn in onderdeel M, de aantekeningen 5, 6 en 17 gewijzigd.

In de bijlagen van het Protocol, die deel uitmaken van Bijlage 1 van de VBG, zijn de volgende randnummers gewijzigd:

Bijlage A

6002 (2) (5) (7),

6471.

Bijlage B1

stcrt-2000-246-p11-SC26888-3.gif

* De randnummers 10 403 (3), 11 410, 31 410, 43 410, 61 410, 62 410, 71 410 en 91 410 vervallen en worden vervangen door het nieuwe randnummer 10 410.

Bijlage B2

stcrt-2000-246-p11-SC26888-4.gif

Aanhangsel 4 van Bijlage B2

In de stoffenlijst is een aantal stofnamen aangepast aan de wijzigingen per 1 januari 2001 en zijn nieuwe stoffen toegevoegd met bijbehorende voorschriften.

In kolom 20 zijn de aantekeningen 5, 6, 7 en 13 gewijzigd.

Bijlage 3

Een nieuw N-randnummer 210 401 N (4) wordt toegevoegd.

In randnummer 210 401 (1) van bijlage 1, onder het tweede aandachtstreepje, is het toegestaan om maximaal 30 monsternameflessen van een halve liter te vervoeren.

De bunkerboten of andere schepen, die scheepsaandrijfstoffen kunnen afgeven aan andere schepen, hebben echter vanwege het bewaken en aantonen van de juiste kwaliteit van het produkt meer dan 30 monsternameflessen aan boord. Het wordt nu via dit randnummer mogelijk gemaakt dat deze schepen tot 500 monsternameflessen mogen vervoeren in de ladingzone. Alle andere voorschriften blijven gehandhaafd.

Bijlage 4

Tabel 1 is herzien. Een aantal randnummers is vervallen, daar zij niet meer in bijlage 1 zijn opgenomen. De kolom `opgave' en het daarin vermelde is vervallen. De informatie die hier was gegeven, is per randnummer terug te vinden in bijlage 1 van de VBG. De kolom `bevoegde autoriteit' is in zoverre aangepast, dat de Rijksverkeersinspectie (RVI), voor de randnummers 10 409 en 210 409 de bevoegde autoriteit is. In de praktijk zal de RVI overleg plegen met óf de havenmeester (in havens) óf de HID-RWS (buiten havens) met betrekking tot de plaats waar het overslaan van de lading moet geschieden.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

T. Netelenbos.

Naar boven