Wijziging van de Regeling sociaal vervoer AWBZ-instellingen
23 november 2000
BZ/IW/76696
Directie Bijstandszaken
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;
Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport;
Gelet op artikel 2, derde lid, van de Wet voorzieningen gehandicapten,
Besluit:
Artikel I
Artikel 1 van de Regeling sociaal vervoer AWBZ-instellingen1
wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt onder vervanging van de punt aan het slot van
onderdeel j door een puntkomma toegevoegd onderdeel k, luidende:
k. een verzorgingshuis.
2. In het tweede lid wordt `f en g' vervangen door: f, g en k.
Artikel II
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2001.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
`s-Gravenhage, 23 november 2000.
De Minister voornoemd,
W.A.
Vermeend.
1 Regeling van 13 november 1995, Stcrt. 226 (laatstelijk gewijzigd
bij de Regeling van 3 september 1999, Stcrt. 173).
Toelichting
Vanaf 1 januari 2001 is een verzorgingshuis een instelling die op grond
van artikel 8 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) is toegelaten.
Ingevolge artikel 2, tweede lid, van de Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg)
hebben gemeenten geen zorgplicht voor bewoners die verblijven in een instelling
die ingevolge artikel 8 van de AWBZ is toegelaten. Op grond van het derde
lid van artikel 2 van de Wvg kunnen bij ministeriële regeling afwijkende
regels worden gesteld.
De onderhavige aanpassing van de Regeling sociaal vervoer AWBZ-instellingen
voorziet erin dat de gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de vervoersvoorzieningen
voor bewoners van verzorgingshuizen volgens de criteria van de Wvg gehandhaafd
blijft.
Tevens is erin voorzien dat de verstrekking van rolstoelen aan bewoners
van verzorgingshuizen eveneens onder de gemeentelijke verantwoordelijkheid
gehandhaafd blijft. Onderzocht zal worden hoe de verstrekking en financiering
van rolstoelen aan verzorgingshuisbewoners vanaf 2002 op basis van de AWBZ
kan plaatsvinden.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
W.A. Vermeend.