Op voorstel van de Wethouder Beheer Binnenwater wordt het volgende besluit
genomen:
Burgemeester en Wethouders van Amsterdam,
overwegende:
dat hun besluit van 28 juni 1996, Gemeenteblad 1996, afd. 3, nr. 59, en
bekend gemaakt in de Staatscourant 1996, nr. 161, over de vaststelling van
bevoegdheden van ambtenaren van de dienst Binnenwaterbeheer Amsterdam, dient
te worden geactualiseerd;
dat Burgemeester en Wethouders van de gemeente Amsterdam als zodanig het
bevoegd gezag zijn als bedoeld in artikel 2 lid 1 sub a onder ten derde van
de Scheepvaartverkeerswet over de buiten het beheersgebied van het Centraal
Nautisch Beheer Noordzeekanaalgebied vallende scheepvaartwegen, gelegen binnen
de gemeente Amsterdam;
dat over het voornemen tot dit besluit overleg heeft plaatsgevonden met
politie en justitie;
Gelet op het bepaalde in artikel 5 lid 1 sub b van het Vaststellingsbesluit
Binnenvaartpolitiereglement (Besluit van 26 oktober 1983, Staatsblad 1983,
nr. 682);
Gelet op het bepaalde in artikel 32 van de Scheepvaartverkeerswet;
Gelet op het bepaalde in artikel 9 van de Scheepvaartverkeerswet en in
artikel 2 van het
Besluit van 15 april 1992, Staatsblad 1992, nr. 236 en gelet op de aangetoonde
opleiding, kundigheid en ervaring van de personen in kwestie;
Besluiten:
1. Als bevoegde autoriteit in de zin van de betreffende bepalingen uit
het Binnenvaartpolitiereglement aan te wijzen:
a) de directeur van de dienst Binnenwaterbeheer van de gemeente Amsterdam
b) bij diens afwezigheid de nautisch inspecteur van de dienst Binnenwaterbeheer
van de gemeente Amsterdam
c) bij afwezigheid van zowel de directeur als de nautisch inspecteur de
adjunct nautisch inspecteur van de dienst Binnenwaterbeheer van de gemeente
Amsterdam.
2. Als buitengewoon opsporingsambtenaar ter opsporing van de bij of krachtens
de Scheepvaartverkeerswet strafbaar gestelde feiten, met uitzondering van
de bepalingen genoemd in de artikelen 27, 28, 28a, 29 en 29a van die wet,
aan te wijzen:
de rayonbeambten van de dienst Binnenwaterbeheer van de gemeente Amsterdam,
wanneer zij dienst doen op of aan de scheepvaartwegen in de gemeente Amsterdam
waarvan Burgemeester en Wethouders in Amsterdam het bevoegd gezag zijn.
3. Als personen die bevoegd zijn verkeersaanwijzingen te geven, aan te
wijzen:
de rayonbeambten van de dienst Binnenwaterbeheer van de gemeente Amsterdam
tijdens de daadwerkelijke uitoefening van hun dienst.
4. Hun besluit van 28 juni 1996, Gemeenteblad 1996, afd. 3, nr. 59, gepubliceerd
in de Staatscourant 1996, nr.161, in te trekken.
5. Dit besluit te publiceren in het Gemeenteblad en in de Staatscourant.
Afschrift van dit besluit zal worden gegeven aan de Dienst Binnenwaterbeheer
Amsterdam, het Gemeentelijk Havenbedrijf Amsterdam en het Korps Landelijke
Politiediensten.