Mutaties College ter beoordeling van geneesmiddelen

Besluit van 19 maart 1999 nr. 99.001208

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 15 maart 1999, GMV/V-991654;

Gelet op artikel 29, eerste lid, van de Wet op de Geneesmiddelenvoorziening;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

1. Aan de heer prof. dr. E. Briët wordt met ingang van 1 maart 1999 eervol ontslag verleend als lid van het College ter beoordeling van geneesmiddelen.

2. Tot 1 april 2003 worden benoemd tot lid van het College ter beoordeling van geneesmiddelen:

a. de heer prof. dr. F.W.J. Gribnau,

b. de heer dr. J. Silberbusch.

3. Tot 1 juni 2003 wordt benoemd tot lid van het College ter beoordeling van geneesmiddelen mevrouw dr. C.M.R. Weemaes.

4. Tot 1 augustus 2003 worden benoemd:

a. de heer dr. J.F.F. Lekkerkerker tot lid en voorzitter van het College ter beoordeling van geneesmiddelen,

b. de heer dr. A.F.A.M. Schobben tot lid en plaatsvervangend lid van het College ter beoordeling van geneesmiddelen,

c. de heer prof. dr. J.M. van Ree tot lid.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag, volgend op de dag waarop het in de Staatscourant wordt geplaatst.

Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is belast met de uitvoering van dit besluit dat in de Staatscourant zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Algemene Rekenkamer.


’s-Gravenhage, 19 maart 1999.
Beatrix. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E. Borst-Eilers.

Naar boven