Wijziging van enige uitvoeringsregelingen

4 mei 1998

nr. WDB 98/27M

Directoraat-Generaal voor Fiscale Zaken/Directie Wetgeving Directe Belastingen

De Staatssecretaris van Financiën,

Gelet op de artikel 31 van de Wet op de loonbelasting 1964 en artikel 14 van de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen;

Voor zoveel nodig na overleg met de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en in overeenstemming met de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen;

Besluit:

Artikel I

De Uitvoeringsregeling loonbelasting 1990¹ wordt als volgt gewijzigd.

Aan artikel 35a wordt, onder vervanging van de punt aan het slot door een puntkomma, toegevoegd:

c. uitkeringen ingevolge de Uitkeringswet KNIL-beroepsmilitairen.

Artikel II

De Uitvoeringsregeling afdrachtvermindering² wordt als volgt gewijzigd.

In artikel 11c worden de onderdelen ww en xx vervangen door onderscheidenlijk:

ww. rechtskundige dienstverlening, accountants, boekhoudbureaus, belastingconsulenten, markt- en opinie-onderzoekbureaus, economische adviesbureaus en holdings (K741);

xx. architecten-, ingenieurs- en overige technische ontwerp-, teken- en adviesbureaus (K742);.

Artikel III

Deze regeling treedt in werking, zo nodig met terugwerkende kracht, met ingang van de dag waarop de Uitkeringswet KNIL-beroepsmilitairen in werking treedt, met dien verstande dat artikel II terugwerkt tot en met 1 januari 1998.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Financiën,
W.A.Vermeend.

¹ Stcrt. 1989, 223, laatstelijk gewijzigd bij min. reg. van 18 december 1997, Stcrt. 246.

² Stcrt. 1995, 251, laatstelijk gewijzigd bij min. reg. van 18 december 1997, Stcrt. 246.

Toelichting

Artikel I (artikel 35a van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 1990)

Onderdeel c van artikel 35a heeft betrekking op een eenmalige uitkering van f 7500 door het Rijk aan beroepsmilitairen die onder de vlag van het Koninkrijk der Nederlanden ten minste vijf doch minder dan vijftien jaren in werkelijke dienst zijn geweest bij het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger/Koninklijk Nederlands-Indonesisch Leger (KNIL) en voor wie geen recht of uitzicht bestaat op vergelding van die tijd met enig pensioen of enige uitkering bij wijze van pensioen. Dergelijke uitkeringen zijn als loon uit vroegere dienstbetrekking in beginsel aan de loon- en inkomstenbelasting en de premieheffing volksverzekeringen onderworpen. In verband met het speciale karakter van de uitkering is in de Uitkeringswet KNIL-beroepsmilitairen geregeld dat de over de uitkering verschuldigde belasting en premie voor de volksverzekeringen voor rekening van het Rijk komen en via een heffing ineens worden afgedragen. De Stichting Administratie Indonesische Pensioenen treedt daarbij op als inhoudingsplichtige. De uitkeringen blijven overigens buiten beschouwing bij de verlening van andere, op het inkomen afgestemde publiekrechtelijke uitkeringen of verstrekkingen. Ter uitvoering hiervan is de uitkering door aanwijzing in artikel 35a, onderdeel c, onder het regime van de eindheffing van artikel 31, tweede lid, onderdeel c, van de wet gebracht. Hiermee wordt bereikt dat het Rijk de belasting en premie voor de volksverzekeringen betaalt en dat de uitkering geen invloed heeft op het belastbare inkomen van de uitkeringsgerechtigde.

Artikel II (artikel 11c van de Uitvoeringsregeling afdrachtvermindering)

In artikel 11c heeft een uitbreiding plaatsgevonden van de bedrijfssectoren die in het kader van de duale HBO-opleidingen in aanmerking komen voor de vermindering onderwijs. Aanvankelijk werden bij de onderdelen ww en xx de bedrijfssectoren registeraccountants (K7412.1) respectievelijk accountants-administratieconsulenten (K7412.2) genoemd. Met ingang van 1 januari 1998 komen voor de faciliteit in aanmerking de gehele bedrijfssector K741 (waarvan K7412.1 en K7412.2 deel uit maken) alsmede de bedrijfssector K742, welke worden genoemd in het vervangen onderdeel ww respectievelijk xx. Voor deze bedrijfssectoren geldt dat zij in hun geheel technisch-commercieel van aard zijn en daarom ook in hun geheel onder de werkingssfeer van de regeling behoren te vallen.

Voor alle duidelijkheid zij er opgewezen dat de onder code K741 vallende categorie holdings niet de financiële holdings omvat. Wel worden daaronder begrepen beheer- en beleidsholdings en managementholdings. De onder de holding resorterende werkmaatschappij(en) worden niet onder deze code begrepen.

De Staatssecretaris van Financiën,

W.A. Vermeend.