Wijziging III Beschikking ontsmetting motorrijtuigen en aanhangwagens 1976 en Wijziging II Kortingsregeling preventieve maatregelen klassieke varkenspest 1997

«Veewet, Gezondheids- en welzijnswet voor dieren»

20 maart 1998

Nr. J. 982922

Directie Juridische Zaken

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

Gelet op artikel 10 van Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en produkten in het vooruitzicht van de totstandkoming van de interne markt (PbEG L 224);

Gelet op de artikelen 6bis, 10a en 38 van de Veewet en artikel 86, vijfde lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;

Besluit:

Artikel I

De Beschikking ontsmetting motorrijtuigen en aanhangwagens 19761 wordt als volgt gewijzigd:

A. Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het tweede lid wordt de volgende zinsnede toegevoegd: met dien verstande dat ten aanzien van het vervoer van varkens vanuit Duitsland of Spanje tevens aantekening van de bedoelde reiniging en ontsmetting wordt gemaakt in het geschrift, bedoeld in artikel 6a.

2. Na het vijfde lid, wordt een zesde lid toegevoegd, dat luidt als volgt:

6. De vervoerder van een vervoermiddel, dat is gebruikt voor het vervoer, niet zijnde doorvoer, van varkens in Duitsland of Spanje, maakt van de reiniging en ontsmetting bedoeld in het vijfde lid aantekening in het geschrift, bedoeld in artikel 6a, met dien verstande dat de vervoerder van een vervoermiddel, dat blijkens zijn kenteken in het buitenland thuishoort, de reiniging en ontsmetting aantoont door middel van een door de bevoegde veterinaire autoriteit afgegeven verklaring.

B. Na artikel 7 wordt een nieuw artikel 7a en een nieuw artikel 7b toegevoegd, die luiden als volgt:

Artikel 7a

1. Onverminderd artikel 7 is het verboden vervoermiddelen te vervoeren die kennelijk zijn gebruikt voor het vervoer, niet zijnde doorvoer, van varkens in Duitsland of Spanje en na inwerkingtreding van deze regeling leeg vanuit die landen in Nederland worden gebracht, tenzij:

a. deze vervoermiddelen Nederland slechts binnenkomen via de in de Bijlage I genoemde grensovergangen, en

b. deze vervoermiddelen onmiddellijk na binnenkomst in Nederland overeenkomstig aanwijzingen van de kringdirecteur van de Rijksdienst voor de keuring van Vee en Vlees worden gereinigd en ontsmet op een in Bijlage II genoemde reinigings- en ontsmet-tingsplaats.

2. Onverminderd artikel 7 is het verboden vervoermiddelen waarmee varkens worden vervoerd, niet zijnde doorvoer, vanuit Duitsland of Spanje naar Nederland te vervoeren, tenzij deze vervoermiddelen onmiddellijk na de lossing en de reiniging en ontsmetting, bedoeld in artikel 4a, rechtstreeks langs de kortste weg worden vervoerd naar een in Bijlage II genoemde reinigings- en ontsmettingsplaats, teneinde aldaar overeenkomstig aanwijzingen van de kringdirecteur van de Rijksdienst voor de keuring van Vee en Vlees gereinigd en ontsmet te worden.

3. Ten bewijze van de reiniging en ontsmetting wordt aantekening gemaakt in het geschrift, bedoeld in artikel 6a, of wordt aan de vervoerder van een vervoermiddel, dat blijkens zijn kenteken in het buitenland thuishoort, een reinigings- en ontsmettingsverklaring afgegeven die in het vervoermiddel wordt bewaard.

Artikel 7b

1. Het is verboden:

a. varkens aan te bieden ten vervoer vanaf een bedrijf, waar gewoonlijk varkens worden gehouden of dat bestemd is voor het houden van varkens;

b. varkens te ontvangen op een bedrijf, waar gewoonlijk varkens worden gehouden of dat bestemd is voor het houden van varkens, of op een slachtplaats dan wel

c. varkens op een bedrijf of een slachtplaats te houden,

indien

i) op het bedrijf of de slachtplaats een vervoermiddel aanwezig is dat in Duitsland of Spanje is gebruikt om varkens te vervoeren en na inwerkingtreding van deze regeling leeg vanuit die landen in Nederland is gebracht of

ii) op het bedrijf of de slachtplaats een vervoermiddel aanwezig is dat is geladen met varkens die afkomstig zijn uit Duitsland of Spanje.

2. De in het eerste lid bedoelde verboden zijn niet van toepassing, indien:

a. een vervoermiddel als bedoeld in het eerste lid, subonderdeel i of ii, in Duitsland of Spanje is gereinigd en ontsmet overeenkomstig artikel 7;

b. een vervoermiddel als bedoeld in het eerste lid, subonderdeel i, onmiddellijk na binnenkomst in Nederland is gereinigd en ontsmet overeenkomstig artikel 7a en

c. de eigenaar of exploitant van het bedrijf of de slachtplaats, dan wel diens vertegenwoordiger, in een op het bedrijf of op de slachtplaats aanwezig register aantekening maakt van de datum van de aanwezigheid van het vervoermiddel en van het kenteken, alsmede van het tijdstip van de laatste reiniging en ontsmetting, waarbij het tijdstip van de laatste reiniging en ontsmetting van Nederlandse vervoermiddelen wordt overgenomen uit het geschrift, bedoeld in artikel 6a, het tijdstip van de laatste reiniging en ontsmetting van lege vervoermiddelen, die blijkens het kenteken in het buitenland thuishoren, wordt overgenomen uit de verklaring bedoeld in artikel 7a en als datum van de laatste reiniging en ontsmetting van geladen vervoermiddelen, die blijkens het kenteken in het buitenland thuishoren, wordt overgenomen de datum van afgifte van het certificaat, bedoeld in artikel 7 van de Beschikking.

Artikel II

Aan artikel 1, tweede lid, van de Kortingsregeling preventieve maatregelen klassieke varkenspest 1997 wordt de volgende zinsnede toegevoegd: met dien verstande dat wanneer in strijd is gehandeld met artikel 7b van de Beschikking Ontsmetting Motorrijtuigen en Aanhangwagens 1976 de korting 50% bedraagt.

Artikel III

Deze regeling treedt in werking om 15.00 uur op de dag van plaatsing van deze regeling in de Staatscourant.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.


’s-Gravenhage, 20 maart 1998.
De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
overeenkomstig het door de minister
genomen besluit,
de directeur-generaal,
J.F. de Leeuw.

1 Stcrt. 1976, 140, laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 25 februari 1997, Stcrt. 40.

Toelichting

In verband met het opnieuw uitbreken van varkenspest in Duitsland (Paderborn) is het vanuit veterinair oogpunt gewenst om ten aanzien van vervoermiddelen die in Duitsland varkens hebben vervoerd of die vanuit Duitsland varkens vervoeren naar Nederland bij binnenkomst in Nederland nadere reinigings- en ontsmettingseisen te stellen. Deze nadere eisen zijn noodzakelijk teneinde te voorkomen dat het zeer besmettelijke varkenspestvirus zich door middel van het transport vanuit Duitsland verspreidt.

Onderhavige wijziging van de Beschikking Ontsmetting Motorrijtuigen en Aanhangwagens 1976 geeft aan het bovenstaande uitvoering. Tevens worden deze nadere eisen gesteld aan dergelijke vervoermiddelen die afkomstig zijn uit Spanje, waar ook nog steeds uitbraken van varkenspest plaatsvinden.

Er worden regels gesteld ten aanzien van vervoermiddelen die varkens hebben vervoerd in Spanje en Duitsland, met uitzondering van doorvoer, en vervolgens leeg in Nederland arriveren en ten aanzien van vervoermiddelen die vanuit die landen varkens naar Nederland vervoeren.

Lege vervoermiddelen voor varkens

Ingevolge artikel 7, vijfde lid, van de Beschikking Ontsmetting Motorrijtuigen en Aanhangwagens 1976 (hierna: Beschikking) dienen vervoermiddelen die zijn gebruikt voor het vervoer van vee in het buitenland en leeg Nederland binnenkomen te zijn gereinigd en ontsmet. Ingevolge een wijziging van artikel 7 wordt voorgeschreven dat de Nederlandse vervoerder die varkens heeft vervoerd in Duitsland of Spanje van deze reiniging en ontsmetting aantekening maakt in het zogenoemde ontsmettingsboekje. De vervoerder van een buitenlands vervoermiddel dient die reiniging en ontsmetting aan te tonen aan de hand van een verklaring.

In aanvulling hierop wordt ingevolge het nieuwe artikel 7a voorgeschreven dat vervoermiddelen die varkens hebben vervoerd in Duitsland of Spanje en die leeg naar Nederland terugkeren, het land slechts mogen binnenkomen via de in de Bijlage I genoemde grensplaatsen. Tevens dient onmiddellijk na binnenkomst overeenkomstig de aanwijzingen van de kringdirecteur van de Rijksdienst voor de keuring van Vee en Vlees gereinigd en ontsmet te worden op een in Bijlage II genoemde reinigings- en ontsmettingsplaats. Bij niet naleving is er sprake van overtreding van het vervoersverbod.

Als bewijs van de reiniging en ontsmetting wordt hiervan aantekening gemaakt in het zogenoemde ontsmettingsboekje. De vervoerder wiens vervoermiddel blijkens het kenteken in het buitenland thuishoort, krijgt een reinigings- en ontsmettingsverklaring uitgereikt. Zowel het ontsmettingsboekje als de reinigings- en ontsmettingsverklaring dienen in het vervoermiddel aanwezig te zijn.

Vervoermiddelen geladen met varkens

Ingevolge artikel 7 van de Beschikking dient de vervoerder van een vervoermiddel dat vee vervoert naar Nederland vanuit het buitenland door middel van een certificaat aan te kunnen tonen dat het vervoermiddel voor de inlading is gereinigd en ontsmet. Ingevolge een wijziging van artikel 7 wordt voorgeschreven dat de Nederlandse vervoerder van varkens van deze reiniging en ontsmetting tevens aantekening dient te maken in het ontsmettingsboekje. Er was reeds voorgeschreven dat de zending varkens in een buitenlands vervoermiddel vergezeld dient te gaan van een certificaat, waaruit blijkt dat het vervoermiddel voor inlading is gereinigd en ontsmet.

Ingevolge artikel 4a, derde lid, van de Beschikking dient een vervoermiddel waarmee varkens zijn vervoerd op het adres van aflevering onmiddellijk na de lossing te worden gereinigd en ontsmet.

Ingevolge het nieuwe artikel 7a dient een vervoermiddel dat varkens vervoerd, met uitzondering van doorvoer, vanuit Duitsland of Spanje, na de lossing in Nederland en de reiniging en ontsmetting, bedoeld in artikel 4a van de Beschikking, onmiddellijk nogmaals gereinigd en ontsmet te worden op een in bijlage II genoemde reinigings- en ontsmettingsplaats. Bij niet naleving is er sprake van overtreding van het vervoersverbod. Van de reiniging en ontsmetting wordt vanzelfsprekend aantekening gemaakt in het ontsmettingsboekje. Buitenlandse vervoerders ontvangen een aparte verklaring.

Het varkensbedrijf of de slachtplaats

Ingevolge het nieuwe artikel 7b van de Beschikking is het verboden varkens te houden of te ontvangen op een varkensbedrijf of af te staan ten vervoer vanaf een varkensbedrijf indien op dat bedrijf een vervoermiddel aanwezig is dat in Duitsland of Spanje is gebruikt om varkens te vervoeren en leeg in Nederland is teruggekeerd of op dat bedrijf een vervoermiddel aanwezig is dat in die landen is geladen met varkens. Hetzelfde geldt voor het ontvangen of het houden van varkens op een slachtplaats.

Van dit verbod wordt vrijstelling verleend indien het vervoermiddel overeenkomstig de regelgeving is gereinigd en ontsmet en indien de eigenaar of exploitant van het varkensbedrijf of de slachtplaats, danwel diens vertegenwoordiger, in een register de datum van de aanwezigheid van het vervoermiddel en het kenteken aantekent. Tevens dient daarbij genoteerd te worden of en op welk tijdstip het vervoermiddel voor het laatst is gereinigd en ontsmet. Ten aanzien van Nederlandse vervoermiddelen blijkt dit uit het ontsmettingsboekje, ten aanzien van lege buitenlandse vervoermiddelen blijkt dit uit de verklaring die wordt afgegeven na de reiniging en ontsmetting bij de grens en ten aanzien van geladen buitenlandse vervoermiddelen blijkt dit uit het certificaat dat de lading varkens uit het buitenland vergezelt. Op het certificaat staat overigens niet de datum van reiniging en ontsmetting vermeld.

Indien de eigenaar of exploitant van het varkensbedrijf of de slachtplaats, danwel diens vertegenwoordiger, na inzage van deze documenten tot de conclusie komt dat het vervoermiddel in Duitsland of Spanje is geweest en niet is gereinigd en ontsmet, dan is het verboden het vervoermiddel toe te laten op het bedrijf of op de slachtplaats. Hetzelfde geldt voor het geval dat de vervoerder geen inzage verleent in de reinigings- en ontsmettingsdocumenten.

Mochten dergelijke vervoermiddelen toch op het varkensbedrijf zijn toegelaten dan wordt, ingevolge een wijziging van de Kortingsregeling preventieve maatregelen klassieke varkenspest 1997, de tegemoetkoming in de schade die de varkenshouder ontvangt indien op zijn bedrijf varkenspest is uitgebroken met 50% verlaagd.

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

overeenkomstig het door de minister

genomen besluit,

de directeur-generaal,

J.F. de Leeuw.

Bijlage I

Grensovergangen als bedoeld in artikel 7a, eerste lid:

Nieuwe Schans (A7)

Bergh Autoweg (Oberhausen-Arnhem) (A12)

Keulse Barriere (bij Venlo) (A67)

Eijsden (Luik-Maastricht) (A2)

Meer (Antwerpen-Breda) (A16)

Bijlage II

Reinigings- en ontsmettingsplaatsen als bedoeld in artikel 7a, eerste en tweede lid:

- Tijs, Poggenbeltweg 21A, 7448 PL Haarle, gem. Hellendoorn

- Fa. J. de Redder en Zn., J.C. van Andelweg 10, 7951 DT Staphorst

- Lammers, Kottenseweg 184, 7107 AB Winterswijk-Kotten

- Animo, Statenweg 24, 5428 GG Venhorst, gem. Boekel

- van Rooi, Herendijk 4-6, 5737 RA Lieshout

- Paridaans en Liebregts, Markt 23, 5521 AK Eersel.

Naar boven