Bijlagen 5 en 6 bij de Regeling monitor fiscale faciliteit beroepsbegeleidende leerweg

18 december 1998

nr. BVE/DenR/1998/52749

Onderstaand volgt publicatie van de bijlagen 5 en 6 bij de Regeling monitor fiscale faciliteit beroepsbegeleidende leerweg, die is gepubliceerd in Uitleg 27 van 18 november 1998 (Gele katern). In de regeling is vermeld dat de bijlagen 5 en 6 eveneens in Uitleg (januari 1999) gepubliceerd worden.

Bijlage 5. Datatechnische gegevens instellingen

In deze bijlage geldt 31 december als jaarlijkse peildatum.

Indien meer dan 5% van de gegevens bedoeld in bijlage 1 bij deze regeling ontbreekt, kan de instelling op grond van artikel 8 vierde lid de datatechnische gegevens uiterlijk op 8 juni van het jaar na de peildatum verstrekken aan Colo volgens de specificatie van deze bijlage. Met 5% wordt bedoeld 5% van de gegevens uit bijlage 1 die betrekking hebben op de deelnemers die een opleiding volgen in de beroepsbegeleidende leerweg krachtens de WEB met een beroepspraktijkvormingsovereenkomst op de peildatum. Bij deze berekening is het totaal aantal gegevens het aantal deelnemers in de BBL met een onderwijsovereenkomst en een BPV-plaats op de peildatum, maal 16. Een gegeven wordt als ontbrekend beschouwd als het niet is opgegeven of opgegeven als ’niet bekend’ of ’ontbrekend’.

De datatechnische gegevens bestaan uit:

1. het aantal deelnemers dat een opleiding volgt volgens de beroepsbegeleidende leerweg krachtens de WEB met een beroepspraktijkvormingsovereenkomst op de peildatum dat geheel buiten de vereiste opgave aan Colo gebleven is;

2. informatie over de in punt 1 genoemde deelnemers die ontbreken, zoals welke deelpopulaties, met vermelding van bijbehorende aantallen en de redenen voor het ontbreken van deze deelnemers;

3. informatie over de gegevens die ontbreken bij onvolledig gerapporteerde deelnemers, zoals welke gegevens, bij welke deelpopulaties, met vermelding van de redenen voor het ontbreken van de vereiste gegevens (waar mogelijk met vermelding van de bijbehorende aantallen).

Bijlage 6. Datatechnische gegevens landelijke organen

In deze bijlage geldt 31 december als jaarlijkse peildatum.

Deel 1. Basisgegevens deelnemer

Indien meer dan 5% van de gegevens bedoeld in deel 1 van bijlage 2 bij deze regeling ontbreekt, kan het landelijke orgaan op grond van artikel 9 vierde lid de datatechnische gegevens uiterlijk op 8 juni van het jaar na de peildatum verstrekken aan Colo volgens de specificatie van deze bijlage. Met 5% wordt bedoeld 5% van de gegevens uit deel 1 van bijlage 2 die betrekking hebben op de deelnemers die een opleiding volgen in de beroepsbegeleidende opleiding krachtens de WCBO volgen met een Leerovereenkomst (LOK) op de peildatum. Bij deze berekening is het totaal aantal gegevens het aantal deelnemers in de BBO met een LOK op de peildatum, maal 12. Een gegeven wordt als ontbrekend beschouwd als het niet is opgegeven of opgegeven als ’niet bekend’ of ’ontbrekend’.

De datatechnische gegevens bestaan uit:

1. het aantal deelnemers dat een beroepsbegeleidende opleiding volgt krachtens de WCBO met een LOK op de peildatum dat geheel buiten de vereiste opgave aan Colo gebleven is;

2. informatie over de in punt 1 genoemde deelnemers die ontbreken, zoals welke deelpopulaties, met vermelding van bijbehorende aantallen en de redenen voor het ontbreken van deze deelnemers;

3. informatie over de gegevens die ontbreken bij onvolledig gerapporteerde deelnemers, zoals welke gegevens, bij welke deelpopulaties, met vermelding van de redenen voor het ontbreken van de vereiste gegevens (waar mogelijk met vermelding van de bijgehorende aantallen).

Deel 2. Bedrijvengegevens

Dit deel heeft betrekking op gegevens van deelnemers en bedrijven uit de steekproef, genoemd in artikel 2 eerste lid onderdeel b van de regeling, die Colo aan het landelijke orgaan heeft geleverd.

Indien meer dan 5% van de gegevens bedoeld in deel 2 van bijlage 2 bij deze regeling ontbreekt, kan het landelijke orgaan op grond van artikel 9 vierde lid de datatechnische gegevens uiterlijk op 18 juni van het jaar na de peildatum verstrekken aan Colo volgens de specificatie van deze bijlage. Met 5% wordt bedoeld 5% van de gegevens uit deel 2 van bijlage 2. Een gegeven wordt als ontbrekend beschouwd als het niet is opgegeven of opgegeven als ’niet bekend’ of ’ontbrekend’.

Bij deze berekening is het totaal aantal gegevens de som van:

het aantal bedrijven uit de steekproef maal vijf;

het aantal BPV-plaatsen/LOK’s uit de steekproef;

het aantal arbeidsovereenkomsten uit de steekproef maal zes.

De datatechnische informatie bestaat uit de volgende aantallen met betrekking tot het verzamelen van de bovengenoemde gegevens:

stcrt-1998-248-p10-SC17019-1.gifstcrt-1998-248-p10-SC17019-2.gif

Toelichting

De motivering voor het opgeven van de in deze bijlagen opgenomen datatechnische gegevens is vermeld in de toelichting op de artikelen 8, 9 en 10 van de regeling. Deze datatechnische informatie moet een idee geven van de representativiteit van de in het kader van de monitor verzamelde gegevens en van de uitkomsten van het onderzoek dat hierop gebaseerd is.

De informatie die onder de noemer ’datatechnische gegevens’ gevraagd wordt heeft, in afwijking van de volgens de eerste leden van de artikelen 8 en 9 gevraagde informatie, uitsluitend betrekking op de deelnemers die op de peildatum een BPV-plaats of LOK hebben.

De informatie is geïndiceerd als meer dan 5% van de gegevens ontbreekt. (Zie vierde lid van de artikelen 8 en 9 van de regeling.) Wat hierbij het totaal aantal te leveren gegevens is wordt gedefinieerd in het begin van Bijlage 5 en van deel 1 en deel 2 van Bijlage 6. Zowel de berekening van deze 5%, als de levering van de datatechnische gegevens betreffen uitsluitend de deelnemers met een BPV-plaats/LOK op de peildatum. Bij de berekening of de 5% is overschreden, is het aantal gegevens per BBL-deelnemer 16 (de gegevens 4-10, 12, 13, 17-19 en 21-24 uit Bijlage 1) en per BBO-deelnemer 12 (de gegevens 28- 32, 36-38 en 40-43 uit Bijlage 2). De bij de berekening van het totaal aantal gegevens betreffende deel 2 van Bijlage 2 gebruikte aantallen zijn als volgt bepaald:

1. per bedrijf de vijf gegevens 44-48;

2. per BPV-plaats/LOK het gegeven 49;

3. per arbeidsovereenkomst de zes gegevens 50-55.

We onderscheiden de volgende situaties bij het ontbreken van deelnemergegevens:

1. alle gegevens van een deelnemers ontbreken (deze deelnemers komen niet voor op de aan Colo geleverde diskette);

2. er ontbreken gegevens van deelnemers, van wie wel andere gegevens zijn geleverd (deze gegevens staan op de aan Colo geleverde diskette).

In het eerste geval is het aantal ontbrekende gegevens bij de betreffende deelnemer 16 (zie boven) respectievelijk 12. In het tweede geval kan het kleiner zijn. Voor het bepalen of men boven de 5% komt dienen de aantallen ontbrekende gegevens van alle deelnemers opgeteld te worden. Colo zal het aantal ontbrekende gegevens van de tweede soort (bedoeld onder twee) aan de instelling respectievelijk het landelijke orgaan melden. Het aantal ontbrekende gegevens van de eerste soort (bedoeld onder een) zal de instelling of het landelijke orgaan zelf moeten bepalen.

Voorbeelden van mogelijk ontbrekende gegevens van de eerste soort (deelnemers) zijn:

- deelnemers aan een bepaalde opleiding;

- deelnemers op een bepaalde locatie;

- deelnemers die ingeschreven zijn na 15 december en

- deelnemers met een BPV-plaats/LOK die na 15 december is ingegaan.

Voorbeelden van mogelijk ontbrekende gegevens van de tweede soort zijn:

- doelgroep (gegevens 8-10 uit Bijlage 1) waartoe deelnemers behoren die zijn ingeschreven vóór 1 augustus 1998;

- gegevens over een BPV-plaats/LOK die na 15 december is ingegaan en

- arbeidsovereenkomsten in een bepaalde sector.

Naar boven