Richtlijn voor strafvordering vuurwerkovertredingen

Circulaire aan de Hoofden van parketten

22 september 1998

Nr. 1998R003

Categorie: strafvordering

Rechtskarakter: aanwijzing i.d.z.v. artikel 130, lid 4 Wet RO (nieuw)

Datum inwerkingtreding: 01-11-1998

Geldigheidsduur: 01-11-2002

Vervallen: Strafvorderingsrichtlijn vuurwerkovertredingen, oktober 1997

Relevante beleidsregels OM: aanwijzing handhaving vuurwerkregelgeving d.d. 22-09-1998 (reg.nr.: 1998A007)

Wetsbepalingen: Artikelen 3 en 7 t/m 12 van het Vuurwerkbesluit Wet milieugevaarlijke stoffen; Artikel 4 eerste lid Besluit opslag vuurwerk milieubeheer (BOV) juncto artikel 8.40 Wet milieubeheer (Wm) c.q. artikel 8.1 Wm; artikel 2 eerste lid BOV juncto artikel 8.40 Wm c.q. artikel 18.18 Wm

Bijlage(n): 2

Beschrijving

Deze richtlijn voor strafvordering vuurwerkovertredingen bevat indicaties voor de eis ter zitting en transactiebedragen.

Eis ter zitting/transactiebedragen

1. Eis ter terechtzitting/transactie bedragen

De in deze richtlijn opgenomen bedragen betreffen eisen ter terechtzitting (zie bijlagen 1 en 2). In veel gevallen zal eerst nog een transactie worden aangeboden. In dat geval kan voor het bepalen van het transactiebedrag 20% van het tarief worden afgetrokken. Bij het aanbieden van een transactie wordt in beginsel geen rekening gehouden met de draagkracht van verdachte.

De tarieven gelden voor meerderjarigen en minderjarigen van 16 en 17 jaar. Voor minderjarigen onder 16 jaar geldt dat daar 50% van wordt afgetrokken.1

De richtlijn is niet bedoeld voor bedrijven of personen die stelselmatig op grote schaal verboden consumentenvuurwerk op de Nederlandse markt brengen.

2. Rekenvoorbeelden

Bij overtreding van artikel 3 Vuurwerkbesluit (voorhanden hebben en/of afleveren van verboden vuurwerk) dient eerst te worden vastgesteld hoeveel stuks er in totaal van elke lijst zijn aangetroffen en/of afgeleverd. Daarna wordt in de tarieflijst gekeken.

Voorbeeld 1:

Een verdachte heeft 2600 widowmakers, 15 lawinepijlen, 75 Panzerfausten, 30 Chinese vlinders en een Chinese rol van 500.000 schots afgeleverd aan een persoon van 18 jaar. Tevens zijn bij hem thuis nog eens 120 lawinepijlen, 15 flowerbeds van 15 kg en 15 Chinese rollen van 100.000 schots aangetroffen. Wat is nu de eis ter terechtzitting?

Er zijn in dit geval twee strafbare feiten:

stcrt-1998-210-p18-SC16053-1.gif

De eis ter terechtzitting bedraagt volgens de tarieflijst 10 weken.

Voorbeeld 2:

Een verdachte heeft 10 Chinese rollen van 5.000 schots, 15 lawinepijlen, 5 verboden Romeinse kaarsen en 4 Chinese rollen van 100.000 schots voorhanden.

Het betreft het voorhanden hebben van:

- totaal 30 stuks lijst II = 1 week

- 4 stuks lijst III = f 1.000

De eis ter terechtzitting bedraagt volgens de tarieflijst 1 week + f 1.000. Per geval kan worden bekeken of het zinvol is om slechts één hoofdstraf te eisen. Indien er aanwijzingen zijn dat verdachte het voorwerk voorhanden had met de bedoeling het te verkopen (handel) kan er voor worden gekozen uitsluitend een gevangenisstraf te eisen, bijvoorbeeld 2 weken. Indien verdachte evident geen handelaar is, kan er voor worden gekozen uitsluitend een geldboete te eisen, bijvoorbeeld f 2.000.

Bijzondere sancties

Naast de in deze richtlijn opgenomen sancties geldboete en gevangenisstraf valt bij overtredingen in reguliere verkooppunten nog te denken aan de volgende straffen:

A. Verbod op gebruik verkoopvergunning

Op grond van artikel 7 van de Wed kan als bijkomende straf worden opgelegd het ontzeggen van bepaalde voordelen, waaronder begrepen een verleende vergunning. Dit betekent dat de veroordeelde als bijkomende straf kan worden opgelegd dat hij bijvoorbeeld gedurende twee jaar geen gebruik mag maken van de aan hem verleende verkoopvergunning. Dit is uitdrukkelijk geen intrekking van de vergunning. Verkoopt verdachte in weerwil van de opgelegde straf toch vuurwerk, dan overtreedt hij daarmee artikel 33 van de Wed.

B. Intrekken verkoopvergunning

Het intrekken van de verkoopvergunning voor een regulier verkooppunt kan een effectieve sanctie zijn bij overtredingen van bepalingen uit het Vuurwerkbesluit of Besluit opslag vuurwerk milieubeheer.

Intrekken door het bevoegd gezag als sanctie op onrechtmatig gedrag heeft als wettelijke grondslag de APV, welke gebaseerd is op artikel 149 van de Gemeentewet. In artikel 1.11 van de model-APV zijn een aantal gronden voor intrekking van een vergunning geformuleerd:

- onjuiste of onvolledige gegevens;

- verandering in omstandigheden of inzichten mits dat door het te beschermen belang wordt vereist;

- indien de voorschriften en beperkingen van de vergunning niet (goed) worden nageleefd;

- indien van de vergunning geen gebruik meer wordt gemaakt;

- indien de houder of de rechtsverkrijger daarom verzoekt.

De meeste gemeenten gebruiken deze model APV. In sommige gemeenten is echter in het geheel geen bepaling opgenomen, welke een verkoopvergunning voor vuurwerk verplicht stelt. In dat geval ontbreekt naast de mogelijkheid om met dit middel het aantal verkooppunten te beperken, uiteraard ook de mogelijkheid het als sanctie te gebruiken. Het is overigens praktisch om de vergunningen altijd voor slechts een jaar te verstrekken, het liefst eindigend in het midden van het jaar (bijvoorbeeld 1 augustus). In dat geval kan een eventuele bestuursrechtelijke procedure bij het niet (opnieuw) verlenen van de vergunning voor de verkoopperiode zijn afgerond.

Overgangsrecht

Met de inwerkingtreding van deze richtlijn komt de strafvorderingsrichtlijn vuurwerkovertredingen d.d. oktober 1997 te vervallen. Deze richtlijn voor strafvordering geldt uitsluitend voor strafbare feiten die zijn gepleegd na inwerkingtreding.

Bijlage 1: Vuurwerkbesluit Wet milieugevaarlijke stoffen

stcrt-1998-210-p18-SC16053-2.gifstcrt-1998-210-p18-SC16053-3.gif

Lijst I:

* strijkers (tenzij expliciet genoemd in andere lijst)

* verboden rotjes (tenzij expliciet genoemd in andere lijst)

* Chinese vlinders

stcrt-1998-210-p18-SC16053-4.gif

Lijst II:

* Chinese rollen t/m 10.000 schots

* ratelbanden t/m 10.000 schots

* lawinepijlen (Signal Rakete/Super Blitzknallrakete)

* verboden vuurpijlen

* doodskopstrijkers

* strijkers type Panzerfaust/Pantservuist

* Romeinse kaarsen

* Fonteinen

* Bengaals vuur

* Bazooka’s

* (losse) mortierbommen21 met een gewicht tot en met 250 gram

* zonnewiel (Sparkling Wheel), type medium

stcrt-1998-210-p18-SC16053-5.gif

Lijst III:

* Chinese rollen 20.000 t/m 300.000 schots

* ratelbanden meer dan 10.000 schots

* flowerbeds t/m 30 kilogram

* (losse) mortierbommen met een gewicht van 251 tot en met 1.000 gram

* zonnewiel (Sparkling Wheel), type large

stcrt-1998-210-p18-SC16053-6.gif

Lijst IV:

* Chinese rollen meer dan 300.000 schots

* flowerbeds meer dan 30 kilogram

* (losse) mortierbommen met een gewicht van meer dan 1.000 gram

stcrt-1998-210-p18-SC16053-7.gif

Bijlage 2: Wet milieubeheer/Besluit opslag vuurwerk milieubeheer

stcrt-1998-210-p18-SC16053-8.gifstcrt-1998-210-p18-SC16053-9.gif

Besluit opslag vuurwerk milieubeheer/Wet milieubeheer

stcrt-1998-210-p18-SC16053-10.gifstcrt-1998-210-p18-SC16053-11.gif

1 Indien het OM aan een minderjarige een transactievoorstel tot onbetaalde arbeid als bedoeld in artikel 77f , eerste lid ,onder b, van het Wetboek van Strafrecht van meer dan 20 uren of een transactievoorstel tot een geldsom van meer dan f 250 wil aanbieden, dient aan de verdachte een raadsman toegevoegd te worden (artikel 489 Sv).

2 Voor minderjarigen jonger dan 16 jaar geldt een eis van 50% van het tarief voor meerderjarigen.

3 In alle gevallen wordt verboden consumentenvuurwerk inbeslaggenomen. Indien geen afstand wordt gedaan, wordt onttrekking aan het verkeer gevorderd.

4 Onttrekking aan het verkeer

5 Hierbij is rekening gehouden met de door justitie gemaakte kosten van vernietiging van f 10 per kg.

6 Ten aanzien van deze overtredingen zullen geen gerichte opsporingsinspanningen worden verricht.

7 Verbeurdverklaring

8 Bij herhaalde overtreding wordt de handelsvoorraad inbeslaggenomen.

9 Handelsvoorraad wordt inbeslaggenomen.

10 Hiermee wordt vooruit gelopen op een wijziging van het Vuurwerkbesluit.

11 Er wordt uitsluitend proces-verbaal opgemaakt ingeval van excessen.

12 Inbeslagneming van de handelsvoorraad vindt uitsluitend plaats bij herhaalde overtreding en nadat verdachte is gewaarschuwd, of indien verdachte het jaar ervoor reeds is geverbaliseerd.

13 Zie vorige voetnoot.

14 Bijvoorbeeld doodskopstrijker of Panzerfaust.

15 Voor deze overtreding kan de politie eerst een politietransactie aanbieden.

16 Indien sprake is van ernstige gevaarzetting, schade of letsel tengevolge van afsteken van vuurwerk wordt pv opgemaakt terzake van overtreding van artikel 157 Sr.

17 Zie voetnoot 10.

18 In deze gevallen wordt uitsluitend artikel 3 van het Vuurwerkbesluit Wet milieugevaarlijke stoffen tenlastegelegd, niet artikel 11.

19 Voor deze overtreding kan door de politie eerst een politietransactie worden aangeboden.

20 Voor deze overtreding kan door de politie eerst een politietransactie worden aangeboden.

21 Mortierbommen worden verschoten vanuit een buis, het mortier. Sommige bommen geven één ontploffing en een effect (zogenaamde enkelslagsbom), sommige bommen ontploffen meerdere keren en geven diverse effecten (meerslagsbom). Soms is dit vuurwerk verpakt in een doos met één mortierpijp en meerdere bommen, die met het mortier moeten worden verschoten. In dat geval wordt het aantal bommen gerekend. Voorts worden er mortieren aangetroffen die reeds geladen zijn met één mortierbom, herkenbaar aan de met een deksel afgesloten mortierpijp. Dit wordt als één stuk gerekend.

22 Soms worden ronde flowerbeds ook aangeduid als mortierpot. Om verwarring met het begrip mortier te voorkomen, wordt in de lijst uitsluitend het begrip flowerbed gehanteerd.

23 Onder gewicht wordt verstaan het gewicht van het vuurwerk zonder transportverpakking.

24 Wettelijke ondergrens voor een inrichting is 10 kg, onder de 20 kg zal er echter geen sprake zijn van bedrijfsmatige opslag of een omvang als bedrijfsmatig.

25 Naast artikel 3 van het Vwb wordt uitsluitend tenlastegelegd het niet melden van de inrichting dan wel het niet hebben van een vergunning.

26 Gehele voorraad wordt inbeslaggenomen.

27 Inbeslagneming vindt plaats bij ontbreken van essentiële veiligheidsvoorzieningen. Uitsluitend het teveel aan vuurwerk wordt inbeslaggenomen.

28 Inbeslagneming vindt plaats bij ontbreken van essentiële veiligheidsvoorzieningen. Uitsluitend het teveel aan vuurwerk wordt inbeslaggenomen.

29 In het voorschrift wordt een grens van 15 kg genoemd. In de praktijk wordt meestal 50 kg gehanteerd. Het Besluit opslag vuurwerk milieubeheer zal hieraan worden aangepast.

30 Inbeslagneming vindt plaats bij ontbreken van essentiële veiligheidsvoorzieningen. Uitsluitend het teveel aan vuurwerk wordt inbeslaggenomen.

31 Inbeslagneming vindt plaats bij ontbreken van essentiële veiligheidsvoorzieningen. Uitsluitend het teveel aan vuurwerk wordt inbeslaggenomen.

Naar boven