Regeling houdende wijziging van de bedragen genoemd in de Algemene Bijstandswet

25 juni 1998

nr.BZ/UK/98/11721

Directie Bijstandszaken

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 56, 57, 58 en 59 van de Algemene bijstandswet;

Besluit:

Artikel I

De bedragen, genoemd in de artikelen 29, 30, 31, 33, 41 en 43 van de Algemene bijstandswet worden als volgt gewijzigd:

A

Artikel 29 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid wordt: ’f 354,09’ vervangen door: f 357,52; ’f 708,18’ vervangen door: f 715,04 en ’f 1378,76’ vervangen door: f 1392,11.

2. In het tweede lid wordt: ’f 763,96 ’ vervangen door: f 771,36;

’f 1118,05’ vervangen door: f 1128,88 en ’f 1788,63’ vervangen door: f 1805,95.

B

Artikel 30 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid wordt:

’f 1024,67’ vervangen door: f 1034,59; ‘f 1434,54’ vervangen door: f 1448,43 en ’f 2049,34’vervangen door: f 2069,18.

2. In het tweede lid wordt:

’f 1507,63’ vervangen door: f 1521,51; ’f 1917,49’ vervangen door: f 1935,35;

’f 2134,34’ vervangen door: f 2152,44 en ’f 2079,00’ vervangen door: f 2098,85.

C

In artikel 31 wordt: ’f 407,60’ vervangen door: f 411,60 en ’f 679,33 vervangen door: f 686,00.

D

In artikel 33, tweede lid, wordt:

’f 409,87’ vervangen door: f 413,84.

E

In artikel 41 wordt: ’f 195,00’ vervangen door: f 198,00.

F

In artikel 43, tweede lid, wordt:

’f 2360,00’ vervangen door: f 2380,00; ’f 3500,00’ vervangen door: f 3530,00; ’f 159,00’ telkens vervangen door:

f 161,00 en ’f 93,00’ telkens vervangen door: f 296,00.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking op 1 juli 1998.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 24 juni 1998.
De Minister voornoemd,
A.P.W. Melkert.

Toelichting

Bij besluit van 20 mei 1998, Stcrt. 96, is het bruto minimumloon met ingang van 1 juli 1998 vastgesteld op f 2307,50 per maand. In verband hiermee zal het nettominimumloon eveneens veranderen. Als gevolg hiervan dient toepassing te worden gegeven aan de bepalingen genoemd in hoofdstuk 4, afdeling 4, van de Algemene bijstandswet. Dit besluit strekt daartoe.

Hieronder volgt de berekening van de bijstandsnorm per 1 juli 1998 voor een echtpaar, een alleenstaande ouder en een alleenstaande van 21 jaar of ouder.

stcrt-1998-119-p12-SC14431-1.gif

In deze bijstandsnormen is een vakantieuitkering van 5,1% begrepen.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A.P.W. Melkert.

Naar boven