Regeling vermelding nummer op akten burgerlijke stand

18 december 1997

Nr. 670674/97/6

Directie Wetgeving

De Staatssecretaris van Justitie,

Gelet op de artikelen 38 en 39, derde lid van het Besluit burgerlijke stand 1994;

Besluit:

Artikel 1

In het hoofd van elke akte van geboorte, van huwelijk, van geregistreerd partnerschap of van overlijden en van elke akte van inschrijving van een buitenlandse akte of van een rechterlijke uitspraak wordt een aktenummer vermeld. Dat nummer beslaat zes posities.

Artikel 2

De eerste positie van het in artikel 1 bedoelde nummer is bestemd voor de aanduiding van het register waarin de akte wordt opgenomen. De registersoort wordt als volgt aangeduid:

1 = register van geboorten

2 = register van overlijden

3 = register van huwelijken

4 = register van echtscheidingen, bedoeld in artikel 6 van Titel 4 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek

5 = register van geregistreerde partnerschappen

6 = register van beëindiging van geregistreerde partnerschappen, bedoeld in artikel 6 van Titel 4 van Boek I van het Burgerlijk Wetboek

Artikel 3

De tweede positie van het in artikel 1 bedoelde nummer is bestemd voor de aanduiding van het registerdeel waarin de akte wordt opgenomen. Het registerdeel wordt aangeduid door een cijfer of een letter. Een consulair register wordt aangeduid door de letter Z.

Artikel 4

De derde tot en met zesde positie van het in artikel 1 bedoelde nummer zijn bestemd voor de aanduiding van de plaats van de akte in het register of het registerdeel. Deze plaats wordt aangeduid door vier cijfers, oplopend van 0001 tot en met 9999.

Artikel 5

In het hoofd van elke akte van erkenning en elke akte van ontkenning van het vaderschap door de moeder met gelijktijdige erkenning door de vader, alsmede van elke akte van naamskeuze wordt een aktenummer vermeld. Dat nummer beslaat vier posities, bestemd voor de aanduiding van de volgorde waarin deze akten zijn opgemaakt. Deze volgorde wordt aangeduid door vier cijfers, oplopend van 00001 tot 9999.

Artikel 6

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 1998. Zij zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.


’s-Gravenhage, 18 december 1997.
De Staatssecretaris voornoemd,
E. M. A. Schmitz.

Toelichting

Deze regeling geeft uitvoering aan de artikelen 38 en 39, derde lid van het Besluit burgerlijke stand 1994, zoals dat laatstelijk gewijzigd is in verband met de inwerkingtreding op 1 januari 1998 van de Wet van 10 april 1997, Stb. 161, tot wijziging van de artikelen 5 en 9 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en in verband daarmee van enige andere artikelen van dit Wetboek, waarbij het naamrecht is gewijzigd en de Wet van 5 juli 1997, Stb. 324, tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met opneming daarin van bepalingen voor het geregistreerd partnerschap. Zij vervangt de circulaire van de Staatssecretaris van Justitie, Stafafdeling Wetgeving Privaatrecht van 18 maart 1994, nr. 430705/94/6 inzake regeling vermelding nummer op akten burgerlijke stand.

In artikel 2 wordt de aanduiding geregeld van twee nieuwe registers, te weten het register van akten van geregistreerd partnerschap en het register van beëindiging van een geregistreerd partnerschap.

Artikel 3 voorziet in de aanduiding van het registerdeel door een cijfer of een letter op de tweede positie van het aktenummer. Indien het register niet uit meer dan één deel zal bestaan, wordt op deze positie het cijfer 0 ingevuld.

Artikel 5 is aangevuld in dier voege dat voorzien is in de aanduiding van het aktenummer voor een nieuwe akte van de burgerlijke stand, de akte van naamskeuze.

De Staatssecretaris van Justitie,

E. M. A. Schmitz.

Naar boven