Instelling Commissie milieuhygiëne luchtvaartterrein Hilversum

«Luchtvaartwet»

12 december 1997

Nr. DGRLD/VI/L 97.710694

Rijksluchtvaartdienst

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Overwegende dat het luchtvaartterrein Hilversum bij besluit van 17 maart 1961 (stcrt. 1961 nummer 60) is aangewezen;

Na overleg met de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer alsmede de besturen van de provincies Noord-Holland en Utrecht en de gemeenten Hilversum, Loosdrecht en Maartensdijk;

Gelet op artikel 28 van de Luchtvaartwet.

Besluit:

Artikel 1

Er is een Commissie als bedoeld in artikel 28 eerste lid van de Luchtvaartwet ingesteld bij het luchtvaartterrein Hilversum.

Artikel 2

1.In de Commissie hebben zitting:

a. één vertegenwoordiger van de provincie Noord-Holland en één vertegenwoordiger van de provincie Utrecht;

b. twee vertegenwoordigers van elke gemeente Hilversum, Loosdrecht en Maartensdijk, waarvan tenminste één als vertegenwoordiger van in voornoemde gemeenten woonachtige omwonenden van het luchtvaartterrein Hilversum kan worden beschouwd;

c. ten hoogste twee vertegenwoor-digers van de exploitant van het luchtvaartterrein Hilversum;

d. ten hoogste twee vertegenwoordigers van de gebruikers van luchtvaartuigen, welke geregeld op het luchtvaartterrein Hilversum landen en daarvan opstijgen;

e. ten hoogste twee door de Minister van Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer aan te wijzen vertegenwoordigers;

f. één vertegenwoordiger van rechtspersoonlijkheid bezittende milieuorganisaties;

g. één vertegenwoordiger van de Rijksluchtvaartdienst;

2. De entiteiten als bedoeld in het eerste lid onder a tot en met g, kiezen elk hun vertegenwoordiger(s) en plaatsvervanger(s) en stellen de Minister van Verkeer en Waterstaat hiervan schriftelijk op de hoogte.

3. De Commissie wijst uit haar midden een voorzitter aan.

Artikel 3

De Commissie heeft tot taak:

a. overleg te voeren en voorlichting te geven omtrent de milieuhygiëne rond het luchtvaartterrein Hilversum;

b. door de Minister van Verkeer en Waterstaat te worden gehoord inzake de vaststelling van het handhavingsvoorschrift als bedoeld in artikel 30a van de Luchtvaartwet;

c. door de Minister van Verkeer en Waterstaat te worden gehoord inzake de vaststelling van het gebruiksplan als bedoeld in artikel 30b van de Luchtvaartwet;

d. door de Minister van Verkeer en Waterstaat te worden gehoord over alle maatregelen en voorschriften met gevolg voor de geluidsbelasting rond het luchtvaartterrein Hilversum alsmede over de wijze van handhaving van deze maatregelen en voorschriften;

e. de Minister van Verkeer en Waterstaat ongevraagd voorstellen terzake te doen.

Artikel 4

1. De Commissie stelt een huishoudelijk reglement vast met betrekking tot de uitvoering van haar taken.

2. De Commissie stuurt jaarlijks vóór 15 februari aan de Minister van Verkeer en Waterstaat een door de Commissie vastgesteld verslag over de inhoud van haar werkzaamheden en de wijze waarop zij deze taken in het afgelopen kalenderjaar heeft uitgevoerd.

3. De Commissie stelt jaarlijks een begroting vast voor het komende kalenderjaar en zendt deze uiterlijk vóór 1 december van het jaar voorafgaande aan het jaar waarvoor de begroting is bedoeld ter goedkeuring aan de Minister van Verkeer en Waterstaat.

4. De Commissie zendt jaarlijks vóór 15 februari van ieder jaar aan de Minister van Verkeer en Waterstaat een verantwoording over de door haar bestede gelden van het voorafgaande kalenderjaar.

Artikel 5

De naam van deze commissie luidt: ’Commissie milieuhygiëne Luchtvaartterrein Hilversum’.

Artikel 6

Alle voorgaande besluiten inzake de instelling van de Commissie Milieuhygiëne voor het luchtvaartterrein Hilversum en de besluiten inzake de wijziging van de samenstelling van voornoemde Commissie komen hierbij te vervallen.

Artikel 7

Dit besluit zal worden geplaatst in de Staatscourant. Voorts zal dit besluit worden gezonden aan de Algemene Rekenkamer, Gedeputeerde Staten van de provincies Noord-Holland en Utrecht, de Colleges van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten Hilversum, Loosdrecht en Maartensdijk en de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.


’s-Gravenhage, 12 december 1997.
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
namens deze,
De Directeur-generaal Rijksluchtvaartdienst,
J.W. Weck.

Naar boven