Uitvoering Richtlijn statistische enquêtes melk en zuivelprodukten

3 september 1997

nr. 97053067 WJA/W

De Minister van Economische Zaken deelt in verband met aanwijzing 347 van de Aanwijzingen voor de regelgeving mede dat richtlijn 96/16/EG van de Raad van de Europese Unie van 19 maart 1996 betreffende statistische enquêtes inzake melk en zuivelprodukten (PbEG L 78) in Nederland als volgt is uitgevoerd.

De in de richtlijn bedoelde gegevens worden verzameld op grond van het in het werkprogramma van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) opgenomen onderzoek inzake de zuivelproductie. Het werkprogramma van het CBS is gebaseerd op artikel 6 van de Wet op het Centraal bureau en de Centrale commissie voor de statistiek. In verband met de naleving van het bepaalde in de richtlijn zij voorts gewezen op artikel 18 van die wet waarin is geregeld dat de Centrale commissie voor de statistiek zonodig op verzoek van de Minister van Economische Zaken het CBS een opdracht kan geven tot het verrichten van een onderzoek.

Wat de in artikel 6 van de richtlijn bedoelde verstrekking van gegevens betreft geldt artikel 12 van de Wet op het Centraal bureau en de Centrale commissie voor de statistiek.

Nadere regelgeving ten behoeve van de uitvoering van de richtlijn die voor 1 januari 1997 diende te zijn geïmplementeerd, is niet nodig.

De Commissie van de Europese Gemeenschappen is in verband met artikel 10 van de richtlijn van de wijze van implementatie van de richtlijn in kennis gesteld.


’s-Gravenhage, 3 september 1997. De Minister van Economische Zaken,
voor deze:
E.L.H. de Wilde, plv. hoofd van de directie Wetgeving en andere Juridische Aangelegenheden.

Naar boven