Vergunningverlening voor interlokaal openbaar vervoer

Schiphol Shuttle Katuin te Broek op Langedijk

Bekendmaking ingevolge artikel 16, sub 1 en 2 Besluit Personenvervoer

De Minister van Verkeer en Waterstaat maakt bekend per 30 juni 1997 vergunning te hebben verleend voor het verrichten van interlokaal openbaar vervoer aan:

Schiphol Shuttle Katuin te Broek op Langedijk.

Beschikkingsnr. RWS-NH/IVV-97/5825 d.d. 27 juni 1997.

De beschikking ligt vanaf datum bekendmaking zes weken ter inzage bij Rijkswaterstaat, Directie Noord-Holland, Toekanweg 7 te Haarlem.

Belanghebbenden kunnen op grond van artikel 65 van de Wet personenvervoer juncto hoofdstuk 6 van de Algemene wet bestuursrecht tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit is bekendgemaakt een bezwaarschrift indienen, onder vermelding van ’bezwaarschrift vergunning openbaar vervoer’.

Het bezwaarschrift dient tenminste te bevatten:

- de naam en het adres van de indiener;

- de dagtekening van het bezwaar;

- vermelding van het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen en, zo mogelijk, de datum en het kenmerk van het besluit;

- een opgave van redenen waarom u zich met het besluit niet kunt verenigen.

Voor de behandeling van een bezwaarschrift is geen griffiegeld verschuldigd.

Gelijktijdig met of na indiening van een bezwaarschrift kunt u, in spoedeisende gevallen, een verzoek doen tot het treffen van een voorlopige voorziening. Een zodanig verzoek dient te worden gericht tot de Voorzitter van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, postbus 20021, 2500 EA ’s-Gravenhage.

In verband met de behandeling van het verzoek om een voorlopige voorziening wordt een bedrag aan griffierecht geheven. Omtrent de hoogte hiervan, de wijze waarop en de termijn waarbinnen u dit dient te betalen, dient u zich in verbinding te stellen met de griffier van de bedoelde rechtbank.

Bezwaarschriften richt u aan: de hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat, Directie Noord-Holland, afdeling RSRJ, Postbus 3119, 2001 DC Haarlem.

Naar boven