Wijziging Landbouwkwaliteitsregeling boterprodukten

28 december 1995

Nr. J.9516028

Directie Juridische Zaken

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

Handelende in overeenstemming met Minister van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op de artikelen 6 en 16 van het Landbouwkwaliteitsbesluit boterprodukten;

Gezien het advies van:

- het Produktschap voor Zuivel d.d. 31 augustus 1995;

- de Stichting Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden in de Zuivel d.d. 28 augustus 1995;

- de Nederlandse Zuivel Organisatie d.d. 31 augustus 1995;

- het Gemeenschappelijk Zuivelsekretariaat d.d. 31 augustus 1995;

Besluit:

Artikel I

De Landbouwkwaliteitsregeling boterprodukten1 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt gewijzigd als volgt:

1. De definitie van boerenboter wordt vervangen door:

boerenboter: boter bereid op een melkveehouderijbedrijf, waar slechts op dat bedrijf gewonnen melk al dan niet aangevuld met een ten hoogste gelijke hoeveelheid melk rechtstreeks afkomstig van en gewonnen op andere melkveehouderijbedrijven, wordt verwerkt tot melk- en zuivelprodukten;.

2. Na de definitie van ’verordening’ wordt de volgende definitie ingevoegd:

produkten op basis van melk: produkten op basis van melk als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder h, van het Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding;

herkenningsmerk: het door het COKZ aan de bereider, verpakker, verkoper of groothandelaar toegekende COKZ-herkenningsmerk, niet zijnde het EG-herkenningsmerk;.

B

Artikel 3, tweede lid, onder a, wordt vervangen door:

a. inzake samenstelling, aard en gebruiksdoel en;.

C

Artikel 4 wordt vervangen door:

Onverminderd het bepaalde in artikel 3, eerste lid, bevatten de grondstoffen welke worden gebezigd of bestemd zijn om te worden gebezigd voor de bereiding van boterprodukten naast het ter zake bepaalde bij of krachtens het Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding en de Warenwetregeling Zuivelbereiding:

a. geen andere hulpstoffen en toevoegingen dan die, welke voor de desbetreffende boterprodukten uitdrukkelijk zijn toegestaan;

b. geen vreemde bestanddelen, antibiotica daaronder begrepen, vuil alsmede andere verontreinigingen, met dien verstande dat:

- de gehaltes aan werkzame stoffen van bestrijdingsmiddelen als bedoeld in de Regeling Residuen van Bestrijdingsmiddelen niet hoger mogen zijn dan die, welke in genoemde beschikking voor de desbetreffende grondstoffen als hoogst toelaatbare hoeveelheid zijn vastgesteld;

- het gehalte aan penicilline niet hoger mag zijn dan:

1o. 0,010 internationale eenheden per ml in door een melkveehouder aan een zuivelfabriek te leveren melk;

2o. 0,003 internationale eenheden per ml in andere dan de onder 1o. genoemde melk en produkten daarvan;

- met betrekking tot het gehalte aan aflatoxine M1 is voldaan aan het bepaalde in het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen;

- met betrekking tot het gehalte aan polychloorbifenylen (PCB’s) is voldaan aan de Warenwetregeling Normen PCB’s;

c. geen gehaltes aan pathogene micro-organismen welke de hiervoor in het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen gestelde normen overschrijden.

D

In artikel 10 wordt na ’de directeur kan’ de volgende zinsnede ingevoegd: , met inachtneming van het ter zake bepaalde bij of krachtens het Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding en de Warenwetregeling Zuivelbereiding,.

E

In artikel 21, eerste lid, wordt ’de in het Algemeen Besluit (Warenwet) en het Verpakkingen- en gebruiksartikelenbesluit (Warenwet) (Stb. 1979, 558) ter zake gestelde eisen’ vervangen door: het ter zake bepaalde bij of krachtens het Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding, de Zuivelverordening 1993, Inrichtingseisen Zuivelbereiding en de Warenwetregeling Zuivelbereiding.

F

Artikel 23, tweede lid, onder a, wordt vervangen door:

a. bij of krachtens de Warenwet zijn toegelaten en.

G

Artikel 25, eerste lid, wordt gewijzigd als volgt:

1. Onderdeel f, wordt vervangen door:

f. vreemde bestanddelen, antibiotica daaronder begrepen, vuil, alsmede andere verontreinigingen, zijn afwezig, met dien verstande dat:

- de gehaltes aan werkzame stoffen van bestrijdingsmiddelen als bedoeld in de Regeling Residuen van Bestrijdingsmiddelen niet hoger zijn dan die welke in genoemde beschikking als hoogst toelaatbare hoeveelheid zijn vastgesteld;

- met betrekking tot het gehalte aan aflatoxine M1 is voldaan aan het bepaalde in het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen;

- met betrekking tot het gehalte aan polychloorbifenylen (PCB’s) is voldaan aan de Warenwetregeling Normen PCB’s;

2. Na onderdeel i wordt, onder vervanging van het leesteken punt door een puntkomma, een nieuw onderdeel j toegevoegd, dat komt te luiden:

j. met betrekking tot het gehalte aan de pathogene micro-organismen Listeria monocytogenes en Salmonella is voldaan aan de Warenwetregeling Zuivelbereiding.

H

In artikelen 26, eerste lid, wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

I

Artikel 30 wordt vervangen door:

Verpakkingsmateriaal voor in Nederland verpakte fabrieksboter is zowel droog als in- en uitwendig schoon, alsmede naar het oordeel van het COKZ van goede kwaliteit en voldoende stevigheid.

J

Artikel 31 wordt gewijzigd als volgt:

1. In de aanhef van het eerste lid, wordt na ’omhult’ de volgende zinsnede ingevoegd: en waaromheen geen andere verpakking wordt aangebracht dan een verzendverpakking als bedoeld in artikel 32,.

2. Onderdeel e van het eerste lid wordt vervangen door:

e. het mag onder praktijkomstandigheden geen voor de boter ongewenste aroma’s doorlaten;.

3. Onderdeel h van het eerste lid wordt vervangen door:

h. het heeft een natte treksterkte van:

- ten minste 4 N/ 15 mm in het geval van verpakkingsmateriaal, bestemd voor verpakkingseenheden als bedoeld in artikel 35, eerste lid, onder a en b;

- ten minste 14 N/ 15 mm in het geval van verpakkingsmateriaal bestemd voor verpakkingseenheden als bedoeld in artikel 35, eerste lid, onder c.

4. Het tweede lid wordt vervangen door:

2. Verpakkingsmateriaal, dat in Nederland verpakte fabrieksboter direct omhult en waaromheen wel een andere verpakking wordt aangebracht, anders dan een verzendverpakking, als bedoeld in artikel 32, voldoet aan de eisen, gesteld in het eerste lid, onder a, b, c, g en h. De combinatie van de in dit lid bedoelde verpakkingen voldoet aan het gestelde in het eerste lid, onder d, e en f.

5. Het derde lid vervalt.

6. Het vierde lid wordt vernummerd tot het derde lid en in dit lid wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

7. Het vijfde lid wordt vernummerd tot het vierde lid en vervangen door:

4. Van het bepaalde in het eerste en tweede lid kan door of namens de directeur ontheffing worden verleend, voorzover de kwaliteit van het verpakte produkt niet nadelig wordt beïnvloed.

K

Artikel 33, eerste lid, wordt gewijzigd als volgt:

1. De onderdelen b en c worden vervangen door:

b. het materiaal is:

- hetzij massief karton met de volgende materiaaleigenschappen:

- buigstijfheid: geometrisch gemiddelde ten minste 2,30 Nm2/m; ‐ wateropname buitenzijde: ten hoogste 120 g/m2 per 0,5 uur; een en ander na conditionering bij 20 + 2 C en 65 + 2% relatieve vochtigheid;

- hetzij golfkarton met de volgende materiaaleigenschappen: - doorsteekweerstand: ten minste 8,5 J;

- wateropname binnen- en buitenzijde: ten hoogste 120 g/m2 per 0,5 uur;

een en ander na conditionering bij 20 - 2 °C en 65 - 2% relatieve vochtigheid;

c. de doos bezit de navolgende eigenschappen:

- in geval van massief karton:

- druksterkte: ten minste 3,00 kN, indrukking ten hoogste 20 mm;

- treksterkte hechtrand: ten minste 1,0 kN, gemeten per halve hechtrand;

- afmetingen: 386 x 282 x 245 tot 255 mm (- 2 mm), gemeten van hart buiglijn tot hart buiglijn;

een en ander na conditionering bij 20 - 2° C en 65 - 2% relatieve vochtigheid;

- in geval van golfkarton:

- druksterkte: ten minste 3,50 kN, indrukking ten hoogste 20 mm;

- buitenwerkse afmetingen:

lengte: ten hoogste 396 mm (+2 mm);

breedte: ten hoogste 296 mm (+2 mm); één en ander na conditionering bij 20 + 2 C en 65 + 2% relatieve vochtigheid;.

2. In onderdeel d wordt de laatste volzin vervangen door: Dit plakband mag ook bij temperaturen onder het vriespunt niet loslaten. De doos blijft onder praktijkomstandigheden goed ge-sloten.

L

Artikel 35 wordt gewijzigd als volgt:

1. Het eerste lid, onder c, wordt vervangen door:

c. in grootverpakkingseenheden van 25 kg of meer.

2. Het vierde lid vervalt.

M

Artikel 36 wordt vervangen door:

1. Fabrieksboter in grootverpakkingseenheden van 25 kg of meer wordt verpakt:

a. hetzij in dozen, als bedoeld in artikel 33, met aan de binnenzijde een materiaal dat voldoet aan het bepaalde in artikel 31, tweede lid, zodanig aangebracht dat de boter door dit materiaal geheel wordt omhuld. Hierbij is het gestelde in artikel 31, tweede lid, laatste volzin, van toepassing.

b. hetzij in een verpakking welke naar het oordeel van het bestuur aan eerstgenoemde verpakking gelijkwaardig is.

2. Fabrieksboter in grootverpakkingseenheden, als bedoeld in artikel 35, eerste lid, onder c, andere dan die van 25 kg, wordt verpakt in een verpakking, met aan de binnenzijde een materiaal dat voldoet aan het bepaalde in artikel 31, tweede lid, zodanig aangebracht dat de boter door dit materiaal geheel wordt omhuld. Hierbij is het gestelde in artikel 31, tweede lid, laatste volzin, van toepassing.

N

Artikel 37 vervalt.

O

Artikel 40 wordt gewijzigd als volgt:

1. De aanhef van het eerste lid wordt vervangen door:

1. In afwijking van het bepaalde in het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen is fabrieksboter, verpakt in verpakkingseenheden, als bedoeld in artikel 35, eerste lid, onder a en b, voorzien van aanduidingen, aangevende:.

2. In het eerste lid, onder g en h, wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

3. In het eerste lid wordt, onder vervanging van het leesteken punt door een puntkomma, na onderdeel i een nieuw onderdeel j ingevoegd, dat komt te luiden:

j. in voorkomend geval het EG-herkenningsmerk, indien dit overeenkomstig het bepaalde in de Warenwetregeling Zuivelbereiding op de boter wordt aangebracht.

4. In het tweede lid, onder c, wordt ’door het C.O.K.Z. toegekende herkenningsmerk’ vervangen door: het herkenningsmerk of het EG-herkenningsmerk’.

5. In het derde lid wordt de zinsnede ’in het Algemeen Aanduidingenbesluit (Warenwet) (Stb. 1981, 621) en in het Hoeveelheidsaanduidingenbesluit (Warenwet) (Stb. 1980, 223)’ vervangen door:

in het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen.

P

Artikel 44 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid, onderdeel e, wordt ’door het C.O.K.Z. aan hem toegekend herkenningsmerk’ vervangen door: herkenningsmerk danwel een EG-herkenningsmerk.

2. Aan het eerste lid, onder f, wordt, onder vervanging van het leesteken puntkomma door een punt de volgende zin toegevoegd:

Het nummer van de week van bereiding en de bereidingsdatum mag echter worden vervangen door een bereidingsdatum in code op de betreffende verpakking, indien de in de verzendverpakking aanwezige eenheden zijn voorzien van de datum van minimale houdbaarheid;.

3. In het derde lid wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

Q

In artikel 45, derde lid, wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

R

Artikel 46 wordt vervangen door:

De in artikel 45, eerste lid, genoemde aanduidingen, mogen worden aangebracht op een etiket, dat aan de buitenzijde van de grootverpakking is gehecht.

S

In artikel 47 wordt na ’het bestuur kan’ de volgende zinsnede ingevoegd: , met inachtneming van het ter zake bepaalde in de Warenwetregeling Zuivelbereiding,.

T

Artikel 48, eerste en tweede lid, worden vervangen door:

1. Voor bedrijfsruimten, waarin grondstoffen voor bereiding van boerenboter worden ontvangen, in voorraad gehouden, bewerkt of verwerkt, alsmede bedrijfsruimten in gebruik voor opslag, behandeling, bewerking en verpakking van boerenboter is het bepaalde in artikel 21 van overeenkomstige toepassing.

2. Bij ontvangen, in voorraad houden, bewerken of verwerken van grondstoffen voor de bereiding van boerenboter, alsmede bij de bereiding, opslag, behandeling, bewerking en verpakking van boerenboter mag slechts gebruik worden gemaakt van werktuigen, gereedschappen of vaatwerk, welke voldoen aan het ter zake bepaalde bij of krachtens het Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding, de Zuivelverordening 1993, Inrichtingseisen Zuivelbereiding en de Warenwetregeling Zuivelbereiding.

U

Artikel 49 wordt gewijzigd als volgt:

1. In de aanhef van het eerste lid wordt ’1.’ geschrapt en wordt de aanhef vervangen door:

Boerenboter mag slechts worden bereid uit de navolgende grondstoffen:.

2. Het tweede lid vervalt.

V

In artikel 51, eerste lid, onder a, wordt, onder vervanging van het leesteken puntkomma door een komma, het volgende toegevoegd:

en j;.

W

Artikel 56 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid wordt ’artikel 49, eerste lid, onder a en b’ vervangen door: artikel 49, onder a en b,.

2. In het tweede lid wordt de zinsnede vanaf ’artikel 49’ vervangen door: artikel 49, onder c, genoemde grondstoffen, al dan niet gemengd met de in dat artikel, onder a en b, genoemde grondstoffen.

X

In artikel 57 wordt na ’het bestuur kan’ de volgende zinsnede ingevoegd: , met inachtneming van het ter zake bepaalde in de Warenwetregeling Zuivelbereiding,.

Y

Artikel 60, tweede lid, onder a, komt te luiden:

a. bij of krachtens de Warenwet zijn toegelaten en.

Z

Artikel 62, eerste lid, wordt gewijzigd als volgt:

1. Onderdeel e, wordt vervangen door:

e. vreemde bestanddelen, antibiotica daaronder begrepen, vuil alsmede andere verontreinigingen, zijn afwezig met dien verstande dat:

- de gehaltes aan werkzame stoffen van bestrijdingsmiddelen als bedoeld in de Regeling Residuen van Bestrijdingsmiddelen niet hoger mogen zijn dan die, welke in genoemde beschikking als hoogst toelaatbare hoeveelheid zijn vastgesteld;

- met betrekking tot het gehalte aan aflatoxine M1 is voldaan aan het bepaalde in het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen;

- met betrekking tot het gehalte aan polychloorbifenylen (PCB’s) is voldaan aan de Warenwetregeling Normen PCB’s;

2. Na onderdeel g wordt, onder vervanging van het leesteken punt dooreen puntkomma, een nieuw onderdeel h toegevoegd, dat komt te luiden:

h. het bepaalde in artikel 25, eerste lid, onder j;.

AA

Artikel 68 wordt gewijzigd als volgt:

1. Het eerste lid, aanhef, wordt vervangen door:

1. In afwijking van het bepaalde in het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen is halfboter, aanwezig in een verpakking voorzien van aanduidingen, aangevende:.

2. In het eerste lid, onder g en i, wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

3. In het eerste lid wordt, onder vervanging van het leesteken punt door een puntkomma, na onderdeel i een nieuw onderdeel j toegevoegd, dat komt te luiden:

j. in voorkomend geval het EG-herkenningsmerk, indien dit overeenkomstig het bepaalde in de Warenwetregeling Zuivelbereiding op de halfboter wordt aangebracht.

4. In het tweede lid, onder b, wordt ’door het C.O.K.Z. toegekende herkenningsmerk’ vervangen door: het herkenningsmerk of het EG-herkenningsmerk.

5. In het derde lid wordt de zinsnede ’in het Algemeen Aanduidingen-besluit (Warenwet) en in het Hoeveelheidsaanduidingenbesluit (Warenwet)’ vervangen door: in het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen.

BB

Artikel 70 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid wordt ’door het C.O.K.Z. aan hem toegekend herkenningsmerk’ vervangen door: het herkenningsmerk danwel het EG-herkenningsmerk.

2. In het derde lid, wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

CC

In artikel 71 wordt na ’het bestuur kan’ de volgende zinsnede ingevoegd: , met inachtneming van het ter zake bepaalde in de Warenwetregeling Zuivelbereiding,.

DD

Artikel 74, tweede lid, onder a, wordt vervangen door:

a. bij of krachtens de Warenwet zijn toegelaten en.

EE

Artikel 76, eerste lid, wordt gewijzigd als volgt:

1. Onderdeel c wordt vervangen door:

c. vreemde bestanddelen, antibiotica daaronder begrepen, vuil, alsmede andere verontreinigingen, zijn afwezig, met dien verstande dat:

- de gehaltes aan werkzame stoffen van bestrijdingsmiddelen als bedoeld in de Regeling Residuen van Bestrijdingsmiddelen niet hoger mogen zijn dan die, welke in genoemde beschikking voor de onderscheiden ingrediënten als hoogst toelaatbare hoe-veelheid zijn vastgesteld;

- met betrekking tot het gehalte aan aflatoxine M1 is voldaan aan het bepaalde in het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen;

- met betrekking tot het gehalte aan polychloorbifenylen (PCB’s) is voldaan aan de Warenwetregeling Normen PCB’s;.

2. Na onderdeel g wordt, onder vervanging van het leesteken punt dooreen puntkomma, een nieuw onderdeel h toegevoegd, dat komt te luiden:

h. het bepaalde in artikel 25, eerste lid, onder j;.

FF

Artikel 82 wordt gewijzigd als volgt:

1. Het eerste lid, aanhef, wordt vervangen door:

1. In afwijking van het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen is boter met eet- en drinkwaren, aanwezig in een verpakking, voorzien van aanduidingen, aangevende:.

2. In het eerste lid, onder g en h, wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

3. In het eerste lid wordt na onderdeel h, onder vervanging van het leesteken punt door een puntkomma, een nieuw onderdeel i toegevoegd, dat komt te luiden:

i. in voorkomend geval het EG-herkenningsmerk, indien dit overeenkomstig het bepaalde in de Warenwetregeling Zuivelbereiding op de boter met eet- en drinkwaren wordt aangebracht.

4. In het tweede lid, onder b, wordt ’door het C.O.K.Z. toegekende herkenningsmerk’ vervangen door: het herkenningsmerk of het EG-herkenningsmerk.

5. In het derde lid wordt de zinsnede ’in het Algemeen Aanduidingenbesluit (Warenwet) en in het Hoeveelheidsaanduidingenbesluit (Warenwet)’ vervangen door: in het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen.

GG

Artikel 84 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid, onderdeel c, wordt ’door het C.O.K.Z. aan hem toegekende herkenningsmerk’ vervangen door: het herkenningsmerk danwel het EG-herkenningsmerk.

2. In het derde lid, wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

HH

In artikel 85 wordt na ’het bestuur kan’ de volgende zinsnede ingevoegd: , met inachtneming van het ter zake bepaalde in de Warenwetregeling Zuivelbereiding,.

II

In artikel 86, eerste lid, eerste gedachtenstreepje, wordt na ’artikelen’ ingevoegd: 25, eerste lid, onder j,.

JJ

Artikel 89, derde lid, onder a, wordt vervangen door:

a. bij of krachtens de Warenwet zijn toegelaten en.

KK

Artikel 91, eerste lid, wordt gewijzigd als volgt:

1. Onderdeel b wordt vervangen door:

b. vreemde bestanddelen, antibiotica daaronder begrepen, vuil, alsmede andere verontreinigingen, zijn afwezig, met dien verstande dat:

- de gehaltes aan werkzame stoffen van bestrijdingsmiddelen als bedoeld in de Beschikking Residuen van Bestrijdingsmiddelen niet hoger zijn dan die, welke in genoemde beschikking als hoogst toelaatbare hoeveelheid zijn vastgesteld;

- met betrekking tot het gehalte aan aflatoxine M1 is voldaan aan het bepaalde in het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen;

- met betrekking tot het gehalte aan polychloorbifenylen (PCB’s) is voldaan aan de Warenwetregeling Normen PCB’s;.

2. Na onderdeel d wordt, onder vervanging van het leesteken punt dooreen puntkomma, een nieuw onderdeel e toegevoegd, dat komt te luiden:

e. het bepaalde in artikel 25, eerste lid, onder j.

LL

Artikel 97 wordt gewijzigd als volgt:

1. Het eerste lid, aanhef, wordt vervangen door:

1. In afwijking van het bepaalde in het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen is melkvet, verpakt in verpakkingseenheden als bedoeld in artikel 94, eerste lid, onder a en b, voorzien van aanduidingen, aangevende:.

2. In het eerste lid, onder f, wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

3. In het eerste lid wordt na onderdeel g, onder vervanging van het leesteken punt door een puntkomma, een nieuw onderdeel h toegevoegd, dat komt te luiden:

h. in voorkomend geval het EG-herkenningsmerk, indien dit overeenkomstig het bepaalde in de Warenwetregeling Zuivelbereiding op het melkvet wordt aangebracht.

4. In het tweede lid, onder b, wordt ’door het C.O.K.Z. toegekende herkenningsmerk’ vervangen door: het herkenningsmerk of het EG-herkenningsmerk.

5. In het derde lid wordt de zinsnede ’in het Algemeen Aanduidingenbesluit (Warenwet) en in het Hoeveelheidsaanduidingenbesluit (Warenwet)’ vervangen door: in het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen.

MM

Artikel 99 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid, onderdeel c, wordt ’door het C.O.K.Z. aan hem toegekend herkenningsmerk’ vervangen door: het herkenningsmerk danwel het EG-herkenningsmerk.

2. In het derde lid, wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

NN

Artikel 100 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid, onderdeel c, wordt ’door het C.O.K.Z. aan hem toegekend herkenningsmerk’ vervangen door: het herkenningsmerk danwel het EG-herkenningsmerk.

2. In artikel 100, derde lid, wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

OO

In artikel 101 wordt na ’het bestuur kan’ de volgende zinsnede ingevoegd: , met inachtneming van het ter zake bepaalde in de Warenwetregeling Zuivelbereiding,.

PP

Artikel 102 wordt vervangen door:

1. Bedrijfsruimten, waarin grondstoffen voor de bereiding van boter-produkten, waarvoor in deze regeling geen naam is vastgesteld, worden ontvangen, in voorraad gehouden, bewerkt of verwerkt, alsmede bedrijfsruimten, in gebruik voor opslag, behandeling, bewerking en verpakking van de betreffende produkten, voldoen voor wat betreft de inrichting en het gebruik, met inbegrip van het gebruik van machines, werktuigen en gereedschappen aan het bepaalde bij of krachtens het Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding, de Zuivelverordening 1993, Inrichtingseisen Zuivelbereidingen de Warenwetregeling Zuivelbereiding danwel, indien het geen produkt op basis van melk als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder h, van het Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding betreft, aan het bepaalde bij of krachtens het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen en het Verpakkingen- en gebruiksartikelenbesluit (Warenwet).

2. Het bepaalde in artikel 21, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing.

QQ

Artikel 104 wordt vervangen door:

Boterprodukten, waarvoor in de regeling geen naam is vastgesteld voldoen aan de volgende eisen:

a. vreemde bestanddelen, antibiotica daaronder begrepen, vuil, alsmede andere verontreinigingen zijn afwezig, met dien verstande dat:

- de gehaltes aan werkzame stoffen van bestrijdingsmiddelen als bedoeld in de Regeling Residuen van Bestrijdingsmiddelen niet hoger mogen zijn dan die, welke in genoemde beschikking als hoogst toelaatbare hoeveelheid zijn vastgesteld;

- met betrekking tot het gehalte aan aflatoxine M1 is voldaan aan het bepaalde in het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen;

- met betrekking tot het gehalte aan polychloorbifenylen (PCB’s) is voldaan aan de Warenwetregeling Normen PCB’s;

b. met betrekking tot het gehalte aan de pathogene micro-organismen Listeria monocytogenes en Salmonella is voldaan aan het ter zake bepaalde in de Warenwetregeling Zuivelbereiding voorzover het produkten op basis van melk betreft.

RR

Artikel 110 wordt gewijzigd als volgt:

1. Het eerste lid, aanhef, wordt vervangen door:

In afwijking van het bepaalde in het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen zijn boterprodukten, waarvoor in deze regeling geen naam is vastgesteld, aanwezig in een verpakking, bestemd of geschikt om met de inhoud aan de verbruiker te worden afgeleverd, voorzien van aanduidingen aangevende:.

2. In het eerste lid, onder g, wordt ’Europese Economische Gemeen-schap’ vervangen door: Europese Unie.

3. In het eerste lid wordt na onderdeel g onder vervanging van het leesteken punt door een puntkomma een nieuw onderdeel h toegevoegd, dat komt te luiden:

h. in voorkomend geval het EG-herkenningsmerk, indien dit overeenkomstig het bepaalde in de Warenwetregeling Zuivelbereiding op de boterprodukten waarvoor geen naam is vastgesteld wordt aangebracht.

4. In het tweede lid, onder b, wordt ’door het C.O.K.Z. toegekende herkenningsmerk’ vervangen door: het herkenningsmerk of het EG-herkenningsmerk.

5. In het derde lid, wordt de zinsnede ’in het Algemeen Aanduidingenbesluit (Warenwet) en in het Hoeveelheidsaanduidingenbesluit (Warenwet)’ vervangen door: in het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen.

SS

Artikel 111 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid, onderdeel c, wordt ’door het C.O.K.Z. aan hem toegekend herkenningsmerk’ vervangen door: het herkenningsmerk danwel het EG-herkenningsmerk.

2. In het derde lid, wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

TT

Artikel 112 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid, onderdeel c, wordt ’door het C.O.K.Z. aan hen toegekend herkenningsmerk’ vervangen door: het herkenningsmerk danwel het EG-herkenningsmerk.

2. In het derde lid, wordt ’Europese Economische Gemeenschap’ vervangen door: Europese Unie.

UU

In artikel 113 wordt na ’het bestuur kan’ de volgende zinsnede ingevoegd: , met inachtneming van ter zake bepaalde in de Warenwetregeling Zuivelbereiding,.

VV

In artikel 118 wordt na ’de directeur Landbouw kan’ de volgende zinsnede ingevoegd: , met inachtneming van het ter zake bepaalde bij of krachtens het Landbouwkwaliteitsbesluit rauwe melk en zuivelbereiding, de Zuivelverordening 1993, Inrichtingseisen Zuivelbereiding en de Warenwetregeling Zuivelbereiding,.

Artikel II

De Regeling van de Staatssecretaris van Landbouw en Visserij van 16 mei 1986, nr. J.2433 houdende vrijstellingsregeling Landbouwkwaliteitsregeling boterprodukten (Stcrt. 96) en de Vrijstellingsregeling boterwikkels worden ingetrokken.

Artikel III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.


’s-Gravenhage, 28 december 1995. De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
J.J. van Aartsen.

1 Stcrt. 1982, 145, laatstelijk gewijzigd bij regeling van 16-2-1995, Stcrt. 1995, 147.

Toelichting

De onderhavige regeling strekt er toe een aantal verouderde bepalingen uit de Landbouwkwaliteitsregeling boterprodukten te actualiseren. Aan deze regeling hebben een aantal voorstellen van het zuivelbedrijfsleven ten grondslag gelegen. De voorstellen die zijn overgenomen in deze wijzigingsregeling bieden de zuivelsector meer ruimte bij de bereiding en verpakking van boterprodukten. Voorts is de regelgeving in overeenstemming gebracht met de thans vigerende Warenwetregelgeving.

Daarnaast is de terminologie in het kader van de Europese Unie aangepast conform de ’Richtsnoeren voor te gebruiken terminologie in het kader van de Europese Unie’ (Stcrt. 1994, 148). Tenslotte is de regeling in overeenstemming gebracht met de ter implementatie van richtlijn nr. 92/46/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 16 juni 1994 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften voor de produktie en het in de handel brengen van rauwe melk, warmtebehandelde melk en produkten op basis van melk (PbEG L 268) opgestelde regelgeving.

Over deze regeling is advies uitgebracht door het Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden in de Zuivel, het Produktschap voor Zuivel, de Nederlandse Zuivelorganisatie en het Gemeenschappelijk Zuivelsecretariaat. De adviezen betroffen een aantal technische aanpassingen van de regeling. Deze zijn in de regeling verwerkt.

Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat er momenteel een meer fundamentele discussie gaande is binnen de zuivelsector en de overheid over de toekomst van de Landbouwkwaliteitsregelgeving.

De belangrijkste wijzingen die de regeling bevat zijn:

a. de definitie van boerenboter (artikel I, onder A, punt 1) is aangepast. In het verleden kon men slechts boerenboter bereiden uit melk afkomstig van de eigen veestapel van de bereider; de nieuwe definitie biedt de ruimte op beperkte schaal ook melk van andere melkveehouderijbedrijven af te nemen. Door deze aanpassing behoeft het COKZ een groot aantal ontheffingen niet meer af te geven;

b. op diverse plaatsen in de regeling wordt gesproken over herkenningsmerk. Ten behoeve van een duidelijk onderscheid met het EG-herkenningsmerk is thans in artikel I, onder A, punt 2, de definitie opgenomen van het herkenningsmerk van het COKZ;

c. de regeling biedt thans de mogelijkheid om onder voorwaarden de verplichte vermelding van het weeknummer en de datum van bereiding op verzendverpakkingen voor boter te vervangen door een code voor de bereidingsdatum (artikel I, onder P, punt 3, en artikel I, onder SS, punt 3). Bij het bedrijfsleven bestaat aan deze mogelijkheid vooral behoefte bij de particuliere opslag van de boter;

d. de zeer specifieke materiaalvoorschriften voor verpakkingen van boter zijn vereenvoudigd; thans zijn meer functionele eisen gesteld. Op deze manier wordt een veel grotere vrijheid bereikt met betrekking tot de keuze van verpakkingsmaterialen. e. in diverse artikelen zijn de verwijzingen naar de Warenwetregelgeving geactualiseerd. In de onderhavige regeling wordt nu verwezen naar de Regeling Residuen van Bestrijdingsmiddelen, het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen, de Warenwetregeling Normen PCB’s en het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen. Overigens laten deze uitdrukkelijke verwijzingen naar de Warenwetregelgeving onverlet, dat ook andere relevante, niet nader genoemde regelgeving uit de Warenwet, gewoon van toepassing is op de betreffende produkten;

f. op diverse plaatsen is verwezen naar de ter implementatie van richtlijn nr. 92/46/EEG opgestelde regelgeving, te weten:

- het Landbouwkwaliteitsbesluit en de - regeling rauwe melk en zuivelbereiding,

- de Zuivelverordening 1993, Inrichtingseisen Zuivelbereiding van het Produktschap voor Zuivel en

- de Warenwetregeling Zuivelbereiding van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Eisen die aan de grondstoffen en bedrijfsruimten voor de boterprodukten worden gesteld zijn ondermeer in overeenstemming gebracht met vorenstaande regelgeving. Indien het EG-herkenningsmerk ingevolge het bepaalde in de Warenwetregeling Zuivelbereiding op een produkt is aangebracht, behoeft het produkt in de in de regeling genoemde gevallen niet van een door het COKZ aan het betreffende bedrijf toegekend herkenningsmerk te worden voorzien.

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

J.J. van Aartsen.

Naar boven