Ontheffing van Destructiewet ten behoeve van Staatsbosbeheer

Slikken van Flakkee

11 oktober 1996

GZB/VVB 964301

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn, en Sport,

Gezien het verzoek van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en visserij dd. 11 september 1996 om ten behoeve van Staatsbosbeheer een ontheffing te verlenen als bedoeld in artikel 13, eerste lid, van de Destructiewet voor het natuurgebied de Slikken van Flakkee;

Gelet op artikel 13, eerste lid, van de Destructiewet;

Besluit:

Voor kadavers van runderen, paarden en andere hoefdieren die in het kader van ecologisch natuurbeheer zijn uitgezet in het natuurgebied de Slikken van Flakkee en waarvan de weke delen nog aanwezig dan wel in afbraak zijn, wordt aan de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij ten behoeve van Staatsbosbeheer ontheffing verleend van de in artikel 12, eerste en tweede lid, bedoelde verplichtingen.

Aan deze ontheffing verbind ik de volgende voorschriften.

1. De onschadelijkmaking van de desbetreffende kadavers in de Slikken van Flakkee vindt plaats volgens afbraak door natuurlijke organismen.

2. De beheerder van de Slikken van Flakkee neemt een door mij goed te keuren reglement in acht dat als bijlage bij dit besluit wordt gevoegd.

3. Ieder jaar wordt deze ontheffing door mij in overleg met de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij geëvalueerd, de eerste keer daarentegen na maximaal een half jaar.

In dit besluit heb ik overwogen dat het beheer in dit natuurgebied gericht is op processen die zo min mogelijk door de mens moeten worden beïnvloed.

Daarnaast ben ik van verschillende zijden gewezen op de risico's die zouden kunnen bestaan door eventuele besmetting van kadaverresten met de aangrenzende veestapel. Naast de veterinaire begeleidingscommissie die reeds voor dit natuurgebied is ingesteld en die de gezondheidsstatus van de dieren onderzoekt, is een door mij goed te keuren reglement opgesteld waarin de instelling van deze begeleidingscommissie wordt geformaliseerd en waarin is opgenomen in welke bijzondere gevallen gebruik zal worden gemaakt van deze ontheffing. Door deze maatregelen meen ik dat de risico's met betrekking tot de volksgezondheid alsmede met betrekking tot de verspreiding van dierziekten verantwoord zijn, de inrichting en het beheer van het gebied in kwestie in aanmerking genomen en dat daarmee dit besluit past in het kader van het door de overheid te bepalen beleid.

Dit besluit treedt in werking met ingang van de datum van ondertekening en werkt terug tot en met 1 oktober 1996.

Op grond van artikel 7:1 van de Algemene Wet Bestuursrecht kan degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken, daartegen binnen zes weken na de dag waarop het desbetreffende besluit bekend is gemaakt, een bezwaarschrift indienen bij het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen. Een dergelijk bezwaarschrift dient u te adresseren aan: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 5406, 2280 HK

Rijswijk.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,Erica Terpstra.

Reglement als bedoeld in de voorschriften bij besluit nr. GZB/VVB 964301, houdende een ontheffing op grond van artikel 13, eerste lid, van de Destructiewet, ten aanzien van de Slikken van Flakkee

Ten algemene

Dit reglement is opgesteld in het kader van het verkrijgen van een ontheffing van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) van de verplichting ingevolge de Destructiewet tot het afvoeren en laten destrueren van in het onderhavige terrein gestorven runderen, paarden en andere hoefdieren. De beheerder van het terrein neemt, teneinde de kadavers te mogen laten liggen voor afbraak door natuurlijke organismen, dit reglement in acht. In het kader van het veterinaire beheer van het terrein laat de beheerder zich bijstaan door de betrokken veterinaire begeleidingscommissie.

Ieder jaar wordt de ontheffing, waarvan dit reglement onderdeel is, door de Staatssecretaris van VWS in overleg met de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (LNV) geëvalueerd. De eerste evaluatie vindt plaats voor 1 april 1997.

De kadavers kunnen slechts voor afbraak door natuurlijke organismen in het terrein blijven liggen, indien regelmatig wordt vastgesteld dat de desbetreffende dieren en kadavers vrij zijn van de onder C.1. genoemde ziekten (veterinaire uitgangssituatie).

Aanvrager: Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

Terrein: Slikken van Flakkee

Oppervlakte te begrazen: 700 ha

Dieren/aantallen: Heckrunderen/ca. 150

Beheerder: Staatsbosbeheer

Aanliggende gemeente: Dirksland

Randvoorwaarden:

A. Kadavers:

Definitie

Onder een kadaver wordt verstaan gestorven runderen, paarden en andere hoefdieren, die in het kader van ecologisch natuurbeheer in het betrokken terrein zijn uitgezet, waarvan de weke delen nog aanwezig, dan wel in afbraak zijn.

Geen kadavers binnen 250 m

• van een openbare weg;

• van landbouwgrond, voor zover in gebruik voor veeteelt;

• van een recreatieterrein, voor zover in gebruik voor verblijfsrecreatie of als recreatief concentratiepunt.

Max. aantal kadavers per 100 ha: 25;

• met dien verstande dat deze regelmatig verspreid over het terrein liggen (max. 2 per ha).

• Bij een sterfte van meer dan 3% van de populatie in een tijdvak van 30 dagen worden alle kadavers voor onderzoek naar de Gezondheidsdienst voor Dieren afgevoerd.

Aantal kadavers naar GD

• 30% van de kadavers;

• echter, tot het moment waarop de hierboven bedoelde veterinaire uitgangssituatie is vastgelegd, wordt 100% van de kadavers die redelijkerwijs kunnen worden gevonden door de beheerder voor onderzoek afgevoerd naar de Gezondheidsdienst voor Dieren.

B. Veterinaire begeleidingscommissie:

Naam: Veterinaire Begeleidingscommissie Slikken van Flakkee

Taak

Het opstellen van het protocol dierziekten. Dit protocol dient binnen 3 maanden na dagtekening van deze ontheffing te worden opgesteld met inachtneming van onderdeel C.

• Het opstellen van een draaiboek om in geval van calamiteiten (op het gebied van dierenwelzijn en -gezondheid) adequaat te kunnen optreden.

• Het op verzoek van de beheerder feitelijk verrichten van onderzoek naar en monitoring van de gezondheidstoestand van de betrokken dieren.

• Het adviseren van de beheerder inzake diergezondheidsmaatregelen

ten algemene.

• Het adviseren terzake van de wijze waarop de beheerder gebruik maakt van de ontheffing, alsmede inzake het afvoeren van kadavers voor pathologisch onderzoek door de Gezondheidsdienst voor Dieren.

• Het ieder kwartaal rapporteren van de terzake doende ervaringen aan de Veterinaire Begeleidingscommissie Natuur.

Samenstelling

Namens LNV: Staatsbosbeheer;

RVV-kringdirecteur;

ID-DLO.

Overig: Gezondheidsdienst voor

Dieren.

Namens VWS: veterinaire inspectie.

Adviseur: dierenarts.

Vergaderfrequentie: min. 2 x per jaar of zo vaak als nodig is (te bepalen door de beheerder of ten minste twee leden van de commissie).

Correspondentie:

contactpersoon: M.C. Mol, Staatsbosbeheer, adres: Koudekerkseweg 131, 4335 CL Middelburg; telefoon 0118-673255, fax 0118-624440.

C. Protocol dierziekten

Ten behoeve van bovenbedoelde ontheffing dient het protocol dierziekten voorhanden te zijn. Dit protocol wordt opgesteld door de Veterinaire Begeleidingscommissie Slikken van Flakkee en dient aan de volgende eisen te voldoen:

1. inzicht te verstrekken in de wijze waarop wordt getoetst dat de dieren vrij zijn van de navolgende ziekten:

• Mond en klauwzeer,

• Runderpest,

• Rabiës,

• Miltvuur,

• Brucellose,

• Enzoötische bovine leucose,

• Tuberculose,

• Bovine Spongiforme Encephalopathy;

2. aan te geven:

• wie het onderzoek uitvoert en met welke (minimale) frequentie;

• de leeftijdsverdeling van de te onderzoeken dieren;

• de techniek van het onderzoek;

• de aard van het te onderzoeken materiaal, bijvoorbeeld kadavers of bloed en de wijze waarop dit dient te worden verkregen;

• op welk moment - op basis van het klinisch onderzoek - verder laboratorium-onderzoek noodzakelijk is;

• hoe bij het uitbreken van een of meer van bovengenoemde ziekten in de omgeving van het terrein of in andere natuurgebieden in Nederland, dan wel bij andere dieren in het terrein, de controle moet worden geïntensiveerd;

3. in het protocol wordt tevens bepaald bij welke mate van voorkomen van de volgende aandoeningen maatregelen dienen te worden genomen:

• maagdarmwormen,

• longwormen,

• ectoparasieten,

• actinobacillose en -mycose,

• salmonellose,

• pasteurellose.

De Staatssecretaris van

Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Erica Terpstra.

Naar boven