Produktschap Vee en Vlees

De algemeen secretaris van de Sociaal-Economische Raad geeft hierbij kennis van het voornemen van de raad in zijn vergadering van 19 mei 1995 op grond van artikel 67 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, laatstelijk gewijzigd bij de Wet van 24 juni 1992 (Stb. 1992, 409), de volgende verordening vast te stellen:

Ontwerp-Instellingsverordening Produktschap Vee en Vlees

Verordening van de Sociaal-Economische Raad van ... houdende de instelling van een produktschap voor ondernemingen op het gebied van de veehouderij, de be- en verwerking van en de handel in vee en vlees (Instellingsverordening Produktschap Vee en Vlees)

De Sociaal-Economische Raad;

Gelet op artikel 67 juncto artikel 68 van de Wet op de bedrijfsorganisatie;

Gelet op artikel 5 derde lid van de Wet tuchtrechtspraak bedrijfsorganisatie;

Gehoord de in de bijlage genoemde organisaties;

Besluit:

§ 1 Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

a. de wet: de Wet op de bedrijfsorganisatie (Stb. 1992, 409);

b. de raad: de Sociaal-Economische Raad;

c. het produktschap: het Produktschap voor Vee en Vlees.

Artikel 2

1. In deze verordening en daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

a. vee: eenhoevige dieren, runderen, varkens, schapen en geiten;

b. vlees: vlees afkomstig van vee;

c. vleesprodukten: produkten afkomstig van vlees;

2. Onder handel wordt mede de werkzaamheid van tussenpersonen verstaan.

§ 2 Het produktschap

Artikel 3

1. Er is een Produktschap voor Vee en Vlees.

2. Het produktschap is ingesteld voor de ondernemingen waarin:

a. de veehouderij wordt uitgeoefend;

b. vee dan wel vlees, andere delen van vee of daaruit verkregen produkten worden be- of verwerkt – tenzij dit be- of verwerken uitsluitend bestaat in het smelten en het verder be- en verwerken van vet – tot produkten welke, al dan niet na verdere be- of verwerking, tot menselijk voedsel kunnen dienen;

c. darmen van vee worden bewerkt;

d. de handel – met uitzondering van de aanvoer-, transito- en driehoekshandel – wordt uitgeoefend in vee dan wel in vlees, andere delen van vee of daaruit verkregen produkten welke, al dan niet na verdere be- of verwerking, tot menselijk voedsel kunnen dienen, met uitzondering van gesmolten vet;

e. de handel – met uitzondering van de aanvoer-, transito- of driehoekshandel – wordt uitgeoefend in darmen van vee of kunstdarmen.

3. Het produktschap is gevestigd te Rijswijk.

Artikel 4

1. Het bestuur van het produktschap bestaat uit 18 leden, waarvan 9 leden door organisaties van ondernemers en 9 leden door organisaties van werknemers worden benoemd.

2. De raad regelt bij besluit de indeling naar geleding.

§ 3 Bevoegdheden

Artikel 5

1. Aan het produktschap is overgelaten de regeling of nadere regeling van de navolgende onderwerpen:

a. de registratie van de ondernemingen waarvoor het produktschap is ingesteld;

b. het verstrekken van de voor de vervulling van de taak van het produktschap nodige gegevens;

c. de voor de vervulling van de taak van het produktschap nodige inzage van boeken en bescheiden en bezichtiging en opneming van bedrijfsmiddelen en voorraden van ondernemingen;

d. aangelegenheden verband houdende met de voortbrenging, de afzet, de verdeling en de aanwending van vee, vlees en vleesprodukten, waaronder mede begrepen:

1° de opslag en de be- en verwerking van vee en de vermelde produkten;

2° de bevordering van de gezondheidstoestand, de zuiverheid en de kwaliteit van de veestapel, alsmede de kwaliteit van vlees en vleesprodukten;

alsmede het verlenen van diensten ten aanzien van vee, vlees en vleesprodukten;

e. aangelegenheden verband houdende met de mededinging in de sector van de veehouderij, de be- en verwerking van en de handel in vee, vlees en vleesprodukten;

f. het instellen van fondsen in het belang van bedrijfsgenoten.

2. Als aangelegenheden bedoeld in het voorgaande lid onder d en e worden niet aangemerkt: de in- en uitvoer.

3. Verordeningen betreffende de in het eerste lid bedoelde onderwerpen hebben niet betrekking op de aanvoer-, transito- en driehoekshandel.

4. Verordeningen betreffende onderwerpen als bedoeld in het eerste lid onder b en c houden waarborgen in tegen misbruik van de ingevolge die verordening te verstrekken gegevens.

Artikel 6

Bij een op grond van artikel 5 vastgestelde verordening kan worden bepaald dat de bij of krachtens die verordening gestelde regelen mede andere dan de in artikel 102 eerste lid van de wet bedoelde natuurlijke en rechtspersonen binden, voor zover deze handelingen verrichten die bedrijfsmatig in de ondernemingen waarvoor het produktschap is ingesteld plegen te worden verricht.

Artikel 7

Overtredingen van het bepaalde bij of krachtens een op grond van artikel 5 vastgestelde verordening kunnen bij die verordening worden aangewezen als strafbare feiten.

Artikel 8

1. Op overtreding van een op grond van artikel 5 vastgestelde verordening door personen bedoeld in artikel 102, eerste lid, van de wet kunnen, ook indien de overtreding als strafbaar feit is aangewezen, bij die verordening tuchtrechtelijke maatregelen worden gesteld.

2. Op overtreding van een verordening betreffende een der in artikel 5 genoemde onderwerpen kan bij die verordening als tuchtrechtelijke maatregel een geldboete tot ten hoogste tienduizend gulden worden gesteld.

Artikel 9

1. De door het produktschap krachtens artikel 126, eerste lid van de wet op te leggen heffingen kunnen worden opgelegd naar een grondslag welke het bestuur passend acht.

2. Het produktschap kan heffingen opleggen voor een ander doel dan de dekking van de huishoudelijke uitgaven van het produktschap.

§ 4 Slotbepalingen

Artikel 10

Deze verordening wordt in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie geplaatst.

Artikel 11

Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant.

Artikel 12

Deze verordening wordt aangehaald als Instellingsverordening Produktschap Vee en Vlees.

Den Haag, ...

voorzitter, ...

algemeen secretaris, ...

Goedgekeurd door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op ...

Goedgekeurd door de Minister van Economische Zaken op ...

Goedgekeurd door de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij op ...

Bijlage

Katholieke Nederlandse Boeren- en Tuindersbond

Koninklijk Nederlands Landbouw-Comité (KNLC)

Nederlandse Christelijke Boeren- en Tuindersbond

Vereniging voor de Nederlandse Vleeswarenindustrie

Nederlandse Bond van Handelaren in Vee

Centrale Bond van Paardenhandelaren in Nederland (BOPA)

Vereniging Centrale Organisatie voor de Vleesgroothandel

Federatie van Nederlandse Slagerspatroonsbonden

Centraal Bureau Levensmiddelenhandel

Voedingsbond FNV

Industrie- en Voedingsbond CNV

Unie BLHP, vakbond voor administratief, technisch en commercieel personeel

Toelichting

1. Algemeen

Deze verordening vervangt de Instellingswet Produktschap voor Vee en Vlees (Stb. 1954, 445) overeenkomstig het bepaalde in artikel XV van de wet van 24 juni 1992 (Stb. 1992, 409), houdende wijziging van de Wet op de bedrijfsorganisatie. De gewijzigde wet is op 1 oktober 1992 in werking getreden.

Uitgangspunt bij de omzetting van de Instellingswet Produktschap voor Vee en Vlees is de 'één-op-één-omzetting'. Derhalve is de Instellingsverordening Produktschap Vee en Vlees – op de tuchtrechtelijke bepaling en een aantal redactioneel-technische wijzigingen na – gelijkluidend aan de Instellingswet Produktschap voor Vee en Vlees. Het opnemen van de mogelijkheid tot het opleggen van tuchtrechtelijke maatregelen is door de raad niet aangemerkt als een wezenlijke verandering in de bevoegdheden of werkingssfeer van het produktschap.

Het bestuur van het produktschap heeft het voornemen tuchtrechtelijk optreden per geleding van het produktschap mogelijk te maken, waarvoor géén bedrijfschap is ingesteld. Indien het produktschap regels heeft opgesteld voor bedrijfsgenoten werkzaam in de slachtsector met betrekking tot bijvoorbeeld de wijze van slachten, zouden overtredingen van deze regels tuchtrechtelijk afgehandeld kunnen worden.

Ook anderszins zal tuchtrechtelijk optreden slechts in aanvullende zin worden bevorderd met het doel per geleding tot een gelijke rechtshandhaving te komen. Gedoeld wordt op in overleg met de betrokken bedrijfschappen tot stand gekomen produktschapsverordeningen, die op meerdere geledingen betrekking hebben. In deze verordeningen kan per geleding tuchtrechtelijke sanctionering geregeld worden. Zie verderop de toelichting bij artikel 7 en artikel 8.

Ingevolge artikel XVI van de wijzigingswet heeft de omzetting geen gevolgen voor onder meer de rechtskracht van de onder de oude instellingswet vastgestelde verordeningen en besluiten. Deze verordeningen en besluiten hoeven derhalve niet te worden omgezet.

2. Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 en 2 In artikel 1 en 2 worden de meest voorkomende begrippen nader gedefinieerd.

Artikel 3 en 4 Deze artikelen vormen de omzetting van artikel 2 en 3 van de instellingswet. De begripsbepalingen, voorheen in het tweede lid van artikel 2 van de instellingswet, zijn opgenomen onder artikel 2 van de verordening.

De zetel van het produktschap is van Den Haag verplaatst naar Rijswijk.

Artikel 5 In artikel 5 wordt aangegeven ten aanzien van welke onderwerpen het produktschap bevoegd is regelingen te treffen. In verband met de wijziging van de Wet op de bedrijfsorganisatie, op grond waarvan de raad als lagere wetgever de instellingsverordening vaststelt, is de passage uit artikel 4, eerste lid, onderdeel a, luidende 'aangelegenheden, verband houdende met het economisch verkeer tussen de verschillende stadia van voortbrenging en afzet, ..' nader gepreciseerd. Artikel 5, eerste lid, onderdeel d en e, is derhalve een nadere uitwerking van artikel 4, eerste lid, onderdeel a, van de instellingswet. De formulering van onderdeel d en e van artikel 5 heeft inhoudelijk dezelfde strekking als in de instellingswet. Het betreft derhalve een aanpassing van redactioneel-technische aard.

Voorts is in onderdeel d, onder 2°wRomanExpert"> van dit artikel een bepaling opgenomen dat het produktschap regelingen kan stellen op het terrein van de bevordering van de gezondheidstoestand, de zuiverheid en de kwaliteit van de veestapel, alsmede de kwaliteit van vlees en vleesprodukten. Deze bepaling is opgenomen om buiten twijfel te stellen dat het produktschap daartoe bevoegd is.

Hier is geen sprake van een uitbreiding van de bevoegdheden of de werkingssfeer van het produktschap. Het produktschap is namelijk op grond van de huidige instellingswet reeds daartoe bevoegd.

Bij gezondheidstoestand dient in de eerste plaats gedacht te worden aan regelen die ten algemene een bijdrage leveren aan de gezondheidstoestand van de dieren, zoals bijv. huisvesting, hygiëne e.d. Voor het stellen van regelen op veterinair terrein is – en in beginsel – pas plaats indien op basis van met name de binnenkort van kracht zijnde Gezondheids- en Welzijnswet voor Dieren niet wordt opgetreden. Bij zuiverheid gaat het om 'het vrij zijn' van ongewenste stoffen.

Artikel 6 Artikel 6 geeft een basis tot het opnemen van derdenbinding in verordeningen (conform artikel 6 instellingswet).

Artikel 7 en artikel 8 Deze artikelen voorzien in sancties op de overtreding van autonome verordeningen. Het geeft op de eerste plaats een basis van de strafbaarstelling van overtreding van verordeningen (artikel 5 instellingswet). Daarnaast biedt artikel 7 de grondslag tot het opnemen van tuchtrechtelijke maatregelen in verordeningen conform artikel 105, eerste lid van de wet. Veel bedrijfschappen hebben deze bevoegdheid sinds jaar en dag.

De verordening waarin de rechtsgang nader wordt geregeld, behoeft de goedkeuring van de minister van Justitie. Een verordening waarin tuchtrechtelijke maatregelen worden genomen, kan slechts worden vastgesteld per geleding en moet bovendien passen binnen het kader van de Wet tuchtrechtspraak bedrijfsorganisatie.

Artikel 9 Dit artikel regelt bevoegdheid tot het opleggen van heffingen.

Artikel 10 tot en met artikel 12 In deze artikelen zijn de slotbepaling opgenomen, waarin onder meer is vastgelegd wanneer de verordening in werking treedt.

Den Haag, ...

voorzitter, ...

algemeen secretaris, ...

Naar boven