Instellingsbesluit Stuurgroep en Programmacommissie informatietechnologie en recht

20 december 1995

nr. 95089114 WJA/W

De Minister van Economische Zaken,

Handelende in overeenstemming met de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, van Verkeer en Waterstaat, van Justitie en van Binnenlandse Zaken;

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. de stuurgroep: de Stuurgroep informatietechnologie en recht;

b. de programmacommissie: de Programmacommissie informatietechnologie en recht;

c. het programma: het programma informatietechnologie en recht d.d. 2 november 1994, dat betrekking heeft op de periode 3 november 1994 tot 1 maart 1999; en

d. de NWO: de Nederlandse Organisa-tie voor Wetenschappelijk Onderzoek.

Artikel 2

Er is een Stuurgroep en een Programmacommissie informatietechnologie en recht.

Artikel 3

De stuurgroep heeft tot taak:

a. de door de programmacommissie opgestelde jaarwerkplannen met de bijbehorende begroting te beoordelen en deze voor 1 januari van het desbetreffende kalenderjaar al dan niet gewijzigd vast te stellen;

b. besluiten te nemen over voorstellen van de programmacommissie inzake aanpassing van het programma aan veranderde omstandigheden;

c. aan de programmacommissie suggesties te doen over in het kader van het programma te onderzoeken onderwerpen; en

d. informatie uit te wisselen en afstemming te plegen over onderzoekprojecten op het gebied van informatietechnologie en recht.

Artikel 4

1. De programmacommissie heeft tot taak:

a. het uitwerken van het programma in concrete onderzoekprojecten en niet projectgebonden activiteiten;

b. het begeleiden van de in het kader van het programma uit te voeren werkzaamheden, met name door het bewaken van de uitvoering en de voortgang van de uit de jaarwerkplannen voortvloeiende werkzaamheden;

c. het zo nodig doen van voorstellen aan de stuurgroep inzake aanpassing van het programma aan veranderde omstandigheden;

d. het behandelen van aanvragen om financiële bijdragen voor de afzonderlijke projecten in het kader van het programma en het nemen van besluiten op die aanvragen namens de Minister van Economische Zaken; en

e. het voor 1 februari van de jaren 1996, 1997, 1998 en 1999 opstellen en aan de stuurgroep voorleggen van een verslag over haar werkzaamheden in het daaraan voorafgaande kalenderjaar en het beslag in dat jaar op de beschikbare financiële middelen.

2. De in het eerste lid, onderdeel a, bedoelde uitwerking van het programma vindt plaats door:

a. het jaarlijks voor 15 november van de jaren 1996 en 1997 opstellen en aan de stuurgroep ter vaststelling voorleggen van een jaarwerkplan voor het eerstvolgende kalenderjaar met de bijbehorende begroting;

b. het ter uitvoering van het desbetreffende door de stuurgroep vastgestelde jaarwerkplan doen uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek in de vorm van verkenningen, inventarisaties en analyses inzake de ontwikkelingen op het gebied van informatietechno-logie en recht; en

c. het ter uitvoering van het desbetreffende door de stuurgroep vastgestelde jaarwerkplan bevorderen van de overdracht van de in het kader van het programma ontwikkelde kennis aan de potentiële gebruikers bij de overheid en het bedrijfsleven.

3. De in het eerste lid, onderdeel d, bedoelde besluiten worden namens de Minister van Economische Zaken ondertekend door de voorzitter van de programmacommissie.

Artikel 5

1. De stuurgroep bestaat uit:

a. twee ambtelijke leden, waaronder de voorzitter, aangewezen door de Minister van Economische Zaken;

b. twee ambtelijke leden, waaronder de secretaris, aangewezen door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen;

c. een ambtelijk lid aangewezen door de Minister van Verkeer en Waterstaat;

d. een ambtelijk lid aangewezen door de Minister van Justitie;

e. een ambtelijk lid aangewezen door de Minister van Binnenlandse Zaken; en

f. een lid aangewezen door de voorzitter van de NWO.

2. De leden dragen bij verhindering zorg voor een doelmatige vervanging.

3. De vergaderingen van de stuurgroep worden bijgewoond door de voorzitter van de programmacommissie.

4. Ter gelegenheid van de instelling van de stuurgroep worden als leden aangewezen:

a. drs. A.J.M.M. Maes, Ministerie van Economische Zaken, tevens voorzitter;

b. mw. drs. P. Boter-Segaar, Ministerie van Economische Zaken;

c. drs. P. Schröder, Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, tevens secretaris;

d. dr. W.K. Vietsch, Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen;

e. dr. A.G.M. Driedonks, Ministerie van Verkeer en Waterstaat;

f. mr. A. Patijn, Ministerie van Justitie;

g. dr. G.A.A.M. Broesterhuizen, Ministerie van Binnenlandse Zaken; en

h. dr. D. Jaeger, NWO.

Artikel 6

1. De programmacommissie bestaat uit deskundigen op het terrein van informatietechnologie en recht. Haar leden worden benoemd en ontslagen door de Minister van Economische Zaken in overeenstemming met de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, van Verkeer en Waterstaat, van Justitie en van Binnenlandse Zaken.

2. De vergaderingen van de programmacommissie worden bijgewoond door een vertegenwoordiger van de Vereniging Verbond van Nederlandse Ondernemingen-Nederlands Christelijk Werkgeversverbond, die in het bijzonder zorg draagt voor de contacten met het bedrijfsleven.

3. De leden van de programmacommissie kunnen zich bij verhindering niet laten vervangen.

4. Ter gelegenheid van de instelling van de programmacommissie worden als leden benoemd:

a. prof. mr. H. Franken, tevens voorzitter;

b. prof. mr. J.M.A. Berkvens;

c. prof. mr. E.J. Dommering;

d. prof. dr. A.W. Koers; en

e. prof. mr. A. Quaedvlieg.

Artikel 7

1. De NWO voorziet in het secretariaat van de programmacommissie. Het secretariaat verzorgt de administratieve ondersteuning van de werkzaamheden van de programmacommissie en van de uitvoering van het programma.

2. In opdracht van de programmacommissie draagt de NWO zorg voor het financieel beheer van het programma.

3. Ter gelegenheid van de instelling wordt als secretaris van de programmacommissie aangewezen: mr. A.H.J. Schmidt.

Artikel 8

Ter uitvoering van hun taken kunnen de stuurgroep en de programmacom-missie onder meer:

a. zich rechtstreeks tot derden wenden voor het verkrijgen van de informatie die zij behoeven; en

b. daarvoor in aanmerking komende personen ter vergadering uitnodigen om hun mening uiteen te zetten of inlichtingen te verstrekken.

Artikel 9

Het beheer van de bescheiden betreffende de werkzaamheden van de programmacommissie geschiedt met inachtneming van de bepalingen van het Besluit Algemene secretarie-aangelegenheden rijksadministratie op overeenkomstige wijze als bij het Ministerie van Economische Zaken. De bescheiden worden na beëindiging van deze werkzaamheden opgeborgen in het archief van dat ministerie.

Artikel 10

1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

2. Het vervalt met ingang van 1 maart 1999.

Artikel 11

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Stuurgroep en Programmacommissie informatietechnologie en recht.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. Afschrift van dit besluit zal worden gezonden aan de Algemene Rekenkamer.


’s-Gravenhage, 20 december 1995. De Minister van Economische Zaken,
G.J. Wijers.

Toelichting

De ontwikkelingen in de toepassing van informatietechnologie vragen om een samenhangend inzicht in de juridische implicaties van de veranderingen die zich op dit terrein voltrekken. Bij de overheid en het bedrijfsleven ontstaat een groeiende behoefte aan geïntegreerde kennis en ervaring om die veranderingen tijdig op hun waarde te kunnen schatten. Een structurele versterking van de onderzoeksinspanning op het terrein van informatietechnologie en recht binnen de Nederlandse onderzoekinstellingen is daarom gewenst. Het programma informatietechnologie en recht, bedoeld in artikel 1, onderdeel c, voorziet in deze behoefte.

Als programmamiddelen hebben de Ministers van Economische Zaken, van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, van Verkeer en Waterstaat, van Justitie en van Binnenlandse Zaken voor (de voorbereiding van) het programma in de periode van 1 juni 1994 tot 1 maart 1999 eenmalig in totaal een bedrag van f 8.450.000,- gereserveerd.

Ter uitvoering van het programma werden reeds in het eerste kwartaal van 1994 een Stuurgroep informatietechnologie en recht en een Program-macommissie informatietechnologie en recht geformeerd, evenwel zonder een formele basis in de vorm van een instellingsbesluit. Met het Instellings-besluit Stuurgroep en Programma-commissie informatietechnologie en recht wordt het bestaan van de stuurgroep en de programmacommissie voor de resterende looptijd van het programma alsnog geformaliseerd.

De programmacommissie heeft onder meer tot taak het door de stuurgroep in haar vergadering van 2 november 1994 vastgestelde programma uit te werken in concrete onderzoekprojecten en niet projectgebonden activiteiten (artikel 4, eerste lid, onderdeel a). Daartoe stelt de programmacommissie jaarwerkplannen op, die ter vaststelling aan de stuurgroep moeten worden voorgelegd (artikel 4, tweede lid, onderdeel a). In de stuurgroep zijn de vijf ministers die aan de financiering van het programma hebben bijgedragen en de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) vertegenwoordigd. Na de vaststelling van de jaarwerkplannen door de stuurgroep, kan de programmacommissie haar voorstellen daadwerkelijk gaan uitvoeren (artikel 4, tweede lid, onderdelen b en c).

Voorts heeft de programmacommissie tot taak het behandelen van aanvragen om financiële bijdragen in het kader van het programma en het nemen van besluiten op die aanvragen, namens de Minister van Economische Zaken (artikel 4, eerste lid, onderdeel d). Aan de voorzitter van de programmacommissie is mandaat verleend om de besluiten op die aanvragen te ondertekenen (artikel 4, derde lid). Een belanghebbende die bezwaar heeft tegen een besluit kan daartegen een bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 3:45 van de Algemene wet bestuursrecht zal van deze mogelijkheid melding worden gemaakt bij de mededeling van het besluit.

De programmacommissie legt jaarlijks aan de stuurgroep rekening en verantwoording af door middel van een verslag over de door haar verrichte werkzaamheden en het beslag op de financiële middelen (artikel 4, eerste lid, onderdeel e).

De Minister van Economische Zaken,

G.J. Wijers.

Naar boven