Regeling aanwijzing bevoegde autoriteit Binnenvaartpolitie- reglement

28 september 1995

Nr. 205342

Hoofddirectie van de Waterstaat

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 5, eerste lid, onderdeel a, van het Vaststellingsbesluit Binnenvaartpolitiereglement;

Besluit:

Artikel 1

De bevoegde autoriteit, bedoeld in het Binnenvaartpolitiereglement, is:

1. de Minister van Verkeer en Waterstaat in de artikelen 6.02, derde lid, en 8.06, eerste lid;

2.a. de betrokken hoofdingenieur-directeur van het Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat in de artikelen:

1.01, onderdeel h;

1.21, eerste lid (tweemaal) en tweede lid;

1.23;

3.20, vijfde lid, onderdelen a en e;

3.25, derde lid;

3.28;

3.29, tweede lid, onderdeel b;

6.08, tweede lid;

6.21a, eerste en vierde lid;

6.23, tweede lid;

6.29, eerste lid, onderdeel c; voor zover het schepen betreft waarvan de te volgen route is gelegen in meer dan één beheersgebied is iedere hoofdingenieur-directeur bevoegd;

6.30, eerste lid;

6.31, derde lid;

6.32, tweede lid;

7.01, vierde lid;

7.02, eerste lid, onderdeel b;

7.07, derde lid;

7.08, eerste en tweede lid;

9.02, tweede lid;

9.03, tweede, derde, vierde en zesde lid;

9.07, eerste en tweede lid;

10.07, eerste lid;

10.10, tweede lid;

12.05, tweede lid.

b. de ambtenaren van het Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat, belast met het toezicht op de voorschriften van het Binnenvaartpolitiereglement, in de artikelen:

1.10, tweede lid;

1.12, derde en vierde lid;

1.13, tweede en derde lid;

1.14;

1.15, tweede lid;

1.17, eerste lid (tweemaal);

1.20;

4.05, zesde lid;

6.26, eerste, derde en zevende lid;

6.28, leden 1bis, 2bis en 11;

7.02, derde lid.

3. voor zover het betreft de vaarwegen in beheer bij het Rijk benedenstrooms van kilometerraai 991,7 van de Nieuwe Maas en benedenstrooms van kilometerraai 998 van de Oude Maas:

a. de Havenmeester van de gemeente Rotterdam in de artikelen:

1.01, onderdeel h;

1.10, tweede lid;

1.12, derde en vierde lid;

1.13, tweede en derde lid;

1.14;

1.15, tweede lid;

1.17, eerste lid (tweemaal);

1.20;

1.21, eerste lid (tweemaal) en tweede lid;

1.23;

3.20, vijfde lid, onderdelen a en e;

3.25, derde lid;

3.28;

3.29, tweede lid;

4.05, zesde lid;

6.08, tweede lid;

6.21a, eerste en vierde lid;

6.23, tweede lid;

6.26, eerste, derde en zevende lid;

6.28, leden 1bis, 2bis en 11;

6.31, derde lid;

7.01, vierde lid;

7.02, eerste lid, onderdeel b, en derde lid;

7.07, derde lid;

7.08, eerste en tweede lid;

9.02, tweede lid;

9.03, tweede, derde, vierde en zesde lid;

9.07, eerste en tweede lid;

10.07, eerste lid;

10.10, tweede lid.

4. voor zover het betreft de volgende vaarwegen in beheer bij het Rijk: de Marinehaven Willemsoord,

de Rijkszeehaven het Nieuwe Diep,

de Veerhaven van Den Helder en

de rede van Den Helder, aan de oostzijde begrensd door de denkbeeldige lijn door de geografische punten:

a. 53°01’.45 N, 4°48’.75 O;

b. 53°00’.75 N, 4°50’.80 O;

c. 52°59’.75 N, 4°52’.35 O;

d. 52°59’.30 N, 4°52’.65 O;

e. 52°58’.28 N, 4°50’.00 O;

f. 52°57’.90 N, 4°48’.18 O:

de Commandant der Maritieme Middelen te Den Helder van de Koninklijke marine in de artikelen:

1.01, onderdeel h;

1.10, tweede lid;

1.12, derde en vierde lid;

1.13, tweede en derde lid;

1.14;

1.15, tweede lid;

1.17, eerste lid (tweemaal);

1.20;

1.21, eerste lid (tweemaal) en tweede lid;

1.23;

3.20, vijfde lid, onderdelen a en e;

3.25, derde lid;

3.28;

3.29, tweede lid;

4.05, zesde lid;

6.08, tweede lid;

6.21a, eerste en vierde lid;

6.26, eerste, derde en zevende lid;

6.28, leden 1bis, 2bis en 11;

6.31, derde lid;

7.01, vierde lid;

7.02, eerste lid, onderdeel b, en derde lid;

7.07, derde lid;

7.08, eerste en tweede lid;

9.02, tweede lid;

9.03, tweede, derde, vierde en vijfde lid;

9.07, eerste en tweede lid;

10.07, eerste lid;

10.10, tweede lid;

13.02;

13.03, eerste lid.

5. voor zover het betreft de vaarweg in de aanloop naar de haven van Scheveningen:

de havenmeester van de gemeentelijke havendienst in artikel:

9.07.

Artikel 2

De regeling houdende aanwijzing bevoegde autoriteit Binnenvaartpolitiereglement van 13 april 1994, RVR 172959 (Stcrt. 1994, 73), wordt ingetrokken.

Artikel 3

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 1995.

Deze regeling zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,
A. Jorritsma-Lebbink.

Naar boven