Sport

Verbindendverklaring CAO-bepalingen

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR DE SPORT

8278

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelezen het verzoek van de Algemene Werkgevers-Vereniging namens de Werkgeversorganisatie in de Sport als partij te ener zijde en namens de Bond voor Werknemers in de Sport (BWS), de Dienstenbond CNV en de Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband (LAD) als partijen te anderer zijde bij de collectieve arbeidsovereenkomst voor de Sport, strekkende tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst;

Overwegende,

dat genoemde collectieve arbeidsovereenkomst in werking is getreden;

dat van het verzoek tot algemeen verbindendverklaring mededeling is gedaan in de Nederlandse Staatscourant;

dat naar aanleiding van dit verzoek geen schriftelijke bezwaren zijn ingebracht;

dat de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst gelden voor een belangrijke meerderheid van de in de bedrijfstak werkzame personen;

Gelet op de artikelen 2, 4 en 5 van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten;

Gezien het advies van de Stichting van de Arbeid;

Besluit:

I. Verklaart algemeen verbindend tot en met 31 maart 1996 de navolgende bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor de Sport, zulks met inachtneming van hetgeen onder II, III, IV en V is bepaald:

Werkingssfeer

  • 1. De in deze CAO opgenomen arbeidsvoorwaarden dienen door de afzonderlijke werkgevers te worden toegepast op de bij hen in dienst zijnde werknemers, voorzover die werknemers voldoen aan de in artikel 1, sub c genoemde definitie.

  • De in deze CAO opgenomen primaire arbeidsvoorwaarden zijn bindend voor partijen in dier voege dat betere arbeidsvoorwaarden tussen afzonderlijke werkgever en werknemer niet mogen worden overeengekomen.

  • Ten aanzien van de overige arbeidsvoorwaarden is het toegestaan tussen een afzonderlijke werkgever en werknemer betere voorwaarden overeen te komen.

  • 2. In verband met het bepaalde in lid 1 wordt onder „werkgever" verstaan:

  • elke landelijke, regionale of provinciale privaatrechtelijke instelling of organisatie, die zich ten doel stelt, zonder winstoogmerk, faciliteiten te verschaffen voor sportbeoefening in de ruimste zin dan wel deze sportbeoefening te bevorderen.

  • 3. Bij een werkgever toegepaste regelingen, die in voor de werknemer gunstige zin afwijken van het overeenkomstig bepaalde in deze CAO worden door deze CAO niet aangetast, mits de werknemer voor 1 oktober 1992 recht had op deze betere regeling.

  • Voor werknemers die op of na 1 oktober 1992 in dienst treden van de werkgever, is de werkgever niet verplicht de gunstiger regeling(en) als vorenbedoeld toe te passen. Indien de gunstiger regeling betrekking heeft op het bepaalde in artikel 6 (uitgezonderd het zevende lid) en artikel 9, is de werkgever wel verplicht deze gunstiger regeling toe te passen.

  • 4. De werkgever kan bij de Vaste Commissie ontheffing aanvragen van de toepassing van deze CAO.

  • De ontheffing wordt verleend indien de werkgever een eigen CAO toepast en die CAO in totaliteit ten minste gelijkwaardig is aan de CAO-Sport.

Artikel 1 Definities

In deze overeenkomst wordt verstaan onder:

  • a. werkgever: de vereniging, instelling of organisatie zoals omschreven onder punt 2 van de werkingssfeer;

  • c. werknemer: iedere werknemer (m/v) in dienst van de werkgever, waarvan de funktie is opgenomen of gezien de aard van de werkzaamheden behoort te worden opgenomen in Bijlage I van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

  • Indien op grond van de individuele arbeidsovereenkomst de bedongen arbeid minder bedraagt dan de normale arbeidsduur zijn de bepalingen van deze CAO zoveel mogelijk, naar rato van de individuele arbeidsduur, op overeenkomstige wijze van toepassing;

  • als werknemer in de zin van deze CAO wordt niet beschouwd de direkteur, de stagiair(e), vakantiewerker en degene die op grond van een arbeidsovereenkomst niet meer dan 12 uur per week werkt;

  • d. gehandicapte werknemer: Onder gehandicapte werknemer wordt verstaan de gehandicapte werknemer in de zin van artikel 1 van de Wet Arbeid Gehandicapte Werknemers;

  • e. maand: een kalendermaand;

  • f. periode: een tijdvak van 4 weken;

  • g. week: een tijdvak van 7 etmalen, waarvan de eerste aanvangt bij het begin van de eerste dienst op maandagochtend;

  • h. dienstrooster: een werktijdregeling die aangeeft op welke tijdstippen (groepen van) werknemers normaliter hun werkzaamheden aanvangen en deze beëindigen en onderbreken;

  • i. normale arbeidsduur: het gemiddeld aantal uren per week gedurende welke de werknemers normaliter volgens dienstrooster hun werkzaamheden verrichten;

  • j. maandsalaris: het schaalsalaris per maand, zoals opgenomen in Bijlage IV van deze collectieve arbeidsovereenkomst;

  • k. periodesalaris: het schaalsalaris per periode, zoals opgenomen in Bijlage IV van deze collectieve arbeidsovereenkomst;

  • l. maandinkomen: het maandsalaris;

  • m. periode-inkomen: het periodesalaris;

  • n. netto-inkomen: het ingeschaalde bruto-inkomen verminderd met de wettelijke inhoudingen en premiebetalingen;

  • o. functievolwassen leeftijd: de leeftijd van 21 jaar waarbij de regeling geldt van 7,5% korting per jaar lagere leeftijd, berekend over het salaris bij 0 functiejaren van de betreffende functiegroep;

  • p. ondernemingsraad: de ondernemingsraad als bedoeld in de Wet op de Ondernemingsraden, dan wel bij gebreke daarvan de personeelsvertegenwoordiging;

  • q. W.O.R.: Wet op de Ondernemingsraden;

  • r. B.W.: Burgerlijk Wetboek;

  • s. Vaste Commissie: de door partijen ingestelde paritaire commissie waarvan de samenstelling en de werkwijze zijn geregeld in artikel 19 van deze CAO;

  • t. P.G.G.M.: Stichting Pensioenfonds voor de Gezondheid, Geestelijke en Maatschappelijke Belangen.

Artikel 3 Algemene verplichtingen van de werkgever

  • 3. Met inachtneming van het bepaalde in de Wet Arbeid Gehandicapte Werknemers zal de werkgever bij de aanstelling en tewerkstelling waar mogelijk gelijke kansen bieden aan gehandicapten en niet-gehandicapten.

  • 4. De werkgever verplicht zich zorg te dragen voor een aan het bedrijf aangepast opleidings- en scholingsplan. De invulling en uitvoering van dit plan is in beginsel een verantwoordelijkheid van de werkgever en is een onderdeel van het te voeren Sociaal Beleid.

  • 5. De werkgever zal met iedere werknemer schriftelijk een individuele arbeidsovereenkomst aangaan,

  • 8. De werkgever zal rekening houden met de taak en de positie van de Ondernemingsraad, overeenkomstig de Wet op de Ondernemingsraden.

  • 9. De werkgever kan een tegemoetkoming in de studiekosten van een werknemer aan een werknemer verstrekken, overeenkomstig de in bijlage VI van deze CAO opgenomen regeling.

  • 10. Aan een verzoek van een werknemer die een volletijds functie vervult om in deeltijd te mogen gaan werken, zal de werkgever binnen de bestaande mogelijkheden zoveel mogelijk tegemoet komen. Indien het verzoek van de werknemer naar het oordeel van de werkgever niet gehonoreerd kan worden zal de werkgever de werknemer hiervan schriftelijk en gemotiveerd in kennis stellen. Een verzoek om in deeltijd te mogen gaan werken mag een reductie van de arbeidstijd met 50% niet overschrijden.

  • 11. De werkgever zal de werknemer (en zijn partner) die daarvoor in aanmerking komt, in staat stellen deel te nemen aan een pre-pensioneringscursus van het P.G.G.M.. De kosten van deelname komen voor rekening van de werkgever.

  • 12. De werkgever zal voor een verplicht gestelde verhuizing een verhuiskostenregeling toepassen binnen de conform verplaatsingskostenbesluit 1989 vastgestelde belastingvrije bedragen.

  • 13. Ingeval een individuele werkgever een werknemer in dienst heeft die minder dan 13 uur per week voor de werkgever arbeid verricht en daarbij een functie vervult die gewaardeerd is volgens het functiewaarderingssysteem, is de werkgever gehouden aan de werknemer het (pro-rato) salaris uit te betalen uit de desbetreffende schaal en het desbetreffende functiejaar.

  • 14. In geval van fusie of opheffing van de sportorganisatie of ingeval van ingrijpende wijzigingen in de personeelsbezetting dient de werkgever de sociale gevolgen te betrekken bij zijn beslissing. De vakverenigingen en/of OR en de werknemers zullen tijdig over de voorgenomen beslissing worden ingelicht. Met de vakverenigingen en/of OR zal overleg worden gepleegd over de uit de voorgenomen beslissing voortvloeiende sociale gevolgen.

  • 15. De werkgever zal een vergoeding woon–werkverkeer verlenen overeenkomstig de in bijlage V van deze CAO opgenomen regeling.

  • 16. De werkgever draagt zorg voor het invoeren van een spaarloonregeling.

Artikel 4 Algemene verplichtingen van de werknemer

  • 1. De werknemer is gehouden de belangen van de organisatie van de werkgever als een goed werknemer te behartigen, ook indien geen uitdrukkelijke opdracht daartoe is gegeven.

  • 2. De werknemer is gehouden alle hem door of namens de werkgever opgedragen werkzaamheden, voorzover deze redelijkerwijze van hem kunnen worden verlangd, zo goed mogelijk uit te voeren en daarbij alle verstrekte aanwijzingen en voorschriften in acht te nemen.

  • 6. De werknemer is verplicht tot geheimhouding van hetgeen hem in zijn functie ter kennis is gekomen, waarvan hij weet of redelijkerwijze kan vermoeden, dat geheimhouding noodzakelijk is.

  • 7. De werknemer is verplicht, wanneer hij verhinderd is zijn arbeid te verrichten, hiervan op de eerste dag van verhindering vóór het daartoe aangegeven tijdstip de werkgever, (zo mogelijk) onder opgave van redenen, in kennis te stellen.

  • 8. De werknemer is gehouden een individuele arbeidsovereenkomst te tekenen

Artikel 5 Indiensttreding en ontslag

  • 1. De werkgever en de werknemer zullen bij aanstelling de arbeidsovereenkomst in tweevoud ondertekenen, van welke overeenkomst iedere partij een exemplaar ontvangt.

  • In de arbeidsovereenkomst is onder meer opgenomen:

    • a. de naam, voornamen, geboorteplaats, geboortedatum en nationaliteit van de werknemer;

    • b. de standplaats;

    • c. de datum van indiensttreding;

    • d. de functie bij de aanvang van het dienstverband, alsmede de aanduiding „voltijd dienstverband", indien de functie de normale en volledige werktijd vergt, dan wel de aanduiding van de overeengekomen individuele arbeidsduur indien sprake is van een deeltijddienstverband;

    • e. de proeftijd met inachtneming van artikel 1639 n B.W.;

    • f. welke van de in lid 3 van dit artikel genoemde dienstverbanden van toepassing is;

    • g. de functiegroep en het maand/periodesalaris;

    • h. eventuele bijzondere voorwaarden welke op het dienstverband van toepassing zijn.

  • 2. Bij het aangaan van het dienstverband geldt wederzijds een proeftijd van 2 maanden, tenzij in de individuele arbeidsovereenkomst een kortere termijn wordt overeengekomen.

  • 3. Onverminderd het hiervoor bepaalde wordt het dienstverband als regel aangegaan:

    • a. hetzij voor onbepaalde tijd;

    • b. hetzij voor bepaalde tijd voor bondstrainers en technische medewerkers;

    • c. hetzij voor bepaalde tijd voor projektmedewerkers die op basis van afzonderlijke financieringsbron worden betaald;

    • d. hetzij voor bepaalde tijd voor werknemers met taken van duidelijk tijdelijke aard, bijvoorbeeld in geval van aanstellingen bij fusies, verhuizingen, reorganisaties, speciale projekten, vervanging bij ziekte e.d.;

    • e. hetzij voor bepaalde tijd van maximaal 1 jaar.

  • 4.

    • a. Werknemers voor onbepaalde tijd in dienst

    • Voor werknemers voor onbepaalde tijd in dienst zijn de wettelijke bepalingen op de aangegane dienstbetrekkingen van toepassing.

    • b. Werknemers voor een bepaalde tijd in dienst

    • Met inachtneming van de wettelijke bepalingen m.b.t. ontslag op staande voet en de proeftijd, neemt het dienstverband een einde op de laatste dag van het tijdvak, genoemd in de individuele arbeidsovereenkomst, dan wel op het tijdstip, bepaald op grond van artikel 1639 e en artikel 1639 f, eerste lid, B.W.

  • 5.

    • a. Het bepaalde in het derde lid van artikel 1639 f B.W. is van toepassing (opzeggingsvereiste voortgezet dienstverband voor bepaalde tijd aangegaan).

    • b. Indien een voor bepaalde tijd aangegaan dienstverband, zonder onderbreking van 31 dagen, is voortgezet, zal de werkgever op verzoek van de werknemer aan de werknemer twee maanden voor het tijdstip, waarop het aldus voortgezette dienstverband van rechtswege eindigt, hiervan schriftelijk mededeling doen.

    • Indien de werkgever nalaat aan dit verzoek op genoemde termijn te voldoen, wordt het desbetreffende dienstverband geacht voor onbepaalde tijd te zijn voortgezet.

  • 6. Het bepaalde in artikel 1639 h, derde lid, B.W. (opzeggingsverbod tijdens arbeidsongeschiktheid) is voor werknemers, als bedoeld in lid 4 sub b van dit artikel, alsmede voor werknemers die de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt niet van toepassing.

  • 7. Het dienstverband tussen de werkgever en de werknemer eindigt van rechtswege op de eerste dag van de maand, waarin de werknemer de pensioengerechtigde leeftijd in de zin van de pensioenregeling heeft bereikt, zonder dat hiertoe enige opzegging is vereist.

  • 8. Indien in afwijking van het in lid 7 van dit artikel bepaalde het dienstverband wordt voortgezet dan wel werknemers van 65 jaar en ouder in dienst worden genomen, zal een opzeggingstermijn van een maand gelden.

  • 9. Het dienstverband tussen de werkgever en de werknemer kan na 2 jaren onafgebroken arbeidsongeschiktheid van de werknemer verbroken worden na verkregen toestemming van de directeur Regionale Arbeidsvoorziening.

Artikel 6 Arbeidsduur en werktijden

  • 1. Iedere werknemer werkt volgens een rooster dat een tijdvak van een week omvat. De normale arbeidsduur bedraagt op jaarbasis berekend gemiddeld 38 uur per week.

  • 2. De normale arbeidsduur bedraagt minimaal 7 uur per dag en 35 uur per week en maximaal 9 uur per dag en 45 uur per week.

  • 3. Incidentele afwijkingen van de normale dagelijkse arbeidsduur van een half uur of minder worden geacht deel uit te maken van de in lid 1 bedoelde werkweek.

  • 4. In dagdienst wordt als regel gewerkt op de eerste vijf dagen van de week tussen 08.00 en 21.00 uur.

  • 5. Indien de aard van de functie met zich meebrengt dat ook het werken op zaterdag en zondag als normaal kan worden aangeduid, en voor andere werknemers bij bijzondere evenementen zoals kampioenschappen of toernooien, geldt, in afwijking van het in lid 4 bepaalde, dat op alle dagen van de week kan worden gewerkt tussen 08.00 en 21.00 uur.

  • 6. Iedere werknemer ontvangt van de werkgever mededeling van het dienstrooster waarin hij zijn werkzaamheden verricht.

  • 7. Voor werknemers van tenminste 60 jaar wordt de normale arbeidsduur, berekend op jaarbasis met 5 werkdagen of diensten verminderd.

Artikel 7 Functiegroepen en salarisschalen/toepassing van de salarisschalen

  • 1. Algemeen

    • a. De functies van de werknemers zijn op basis van functiewaardering ingedeeld in functiegroepen.

    • b. Bij elke functiegroep behoort een salarisschaal die gebaseerd is op functiejaren. De salarisschalen zijn opgenomen in bijlage IV van deze overeenkomst.

    • c. De werknemer ontvangt schriftelijk mededeling van de functiegroep waarin zijn functie is ingedeeld, de salarisschaal waarin hij is ingedeeld, zijn schaalsalaris en het aantal functiejaren.

  • 2. Indeling en inpassing in schalen

    • a. De werknemer wordt bij indiensttreding ingedeeld in de bij zijn funktiegroep behorende salarisschaal bij 0 functiejaren, tenzij:

      • in de arbeidsovereenkomst is vastgelegd dat hij in de naastliggende lagere schaal is ingeschaald (voor maximaal 1 jaar)

      • hij jonger is dan 21 jaar (functievolwassenleeftijd).

      • Zie bijlage IV van deze CAO.

    • b. De inpassing binnen een volgens het voorgaande lid bepaalde salarisschaal wordt mede bepaald door de mate en hoedanigheid van de ervaring van de werknemer.

    • c. De toekenning van een funktiejaar is gebaseerd op een normale funktievervulling en vindt gewoonlijk per 1 januari van elk jaar plaats.

    • Bij een minder dan normale beoordeling kan maximaal twee maal een funktiejaar worden onthouden.

    • Bij een zeer goede beoordeling kan de verhoging meer bedragen dan één funktiejaar.

    • d. Indien na 30 juni van enig jaar indiensttreding plaatsvindt, bestaat er géén recht op de toekenning van een funktiejaar per eerstvolgende 1 januari.

  • 3. Overplaatsing in een hoger ingedeelde functie (promotie)

    • a. De werknemer die wordt overgeplaatst in een hoger ingedeelde functie, wordt in de overeenkomende hogere salarisschaal ingedeeld in de maand waarin de overplaatsing in de hogere functie heeft plaatsgevonden.

    • b. Bij indeling in een hogere salarisschaal van een werknemer die onder de functiejarenschaal valt, vindt inschaling plaats in het naasthogere salaris in de hogere salarisschaal en vervolgens wordt 1 periodiek toegekend in diezelfde hogere schaal.

    • c. Ingeval van indeling in een hogere salarisschaal na 30 juni kan de toekenning van een functiejaar één jaar later plaatsvinden dan per eerstvolgende 1 januari.

Artikel 8 Overwerkregeling

  • 1. Indien de werkgever het noodzakelijk oordeelt, dat aan de werknemer werk opgedragen wordt buiten de bij regeling of rooster voor hem vastgestelde werktijden, wordt hem een compensatie in tijd of een vergoeding in geld toegekend.

  • In beginsel zal hem een compensatie in tijd worden toegekend. De compensatie in tijd dient uiterlijk plaats te vinden in de maand volgend op die waarin het overwerk is verricht. Indien het dienstbelang zich naar het oordeel van de werkgever verzet tegen een compensatie in vrije tijd in de genoemde periode wordt een geldelijke vergoeding toegekend. In onderling overleg kan de genoemde periode worden verlengd.

  • 2. De in lid 2 genoemde vergoeding bestaat uit het uurloon met een toeslag:

    • a. 25% van het uurloon voor de eerste 2 overuren per dag, aansluitend op of voorafgaand aan de normale arbeidstijd, verricht op maandag tot en met vrijdag;

    • b. 50% van het uurloon voor het overwerk verricht op maandag tot en met vrijdag, dat eerst 2 uur na beëindiging van de normale arbeidstijd aanvangt;

    • c. 100% van het uurloon voor alle overuren verricht op zaterdag en zondag of op bij rooster of regeling vastgestelde vrije dag, alsmede op een erkende feest- of gedenkdag.

  • Deze vergoeding wordt uitgekeerd tezamen met het salaris over de maand die volgt op de maand waarin de compensatie had dienen plaats te vinden.

  • 3. Vanaf schaal 9 is overwerk met een maximum van 40 uren per kwartaal niet kompenseerbaar.

  • Voor deze groep werknemers is artikel 8 lid 4 niet van toepassing.

  • 4. Geen verplichting tot overwerk bestaat, indien het overwerk 6 uur per week of 45 uur per kwartaal overschrijdt.

  • 5. Aan werknemers jonger dan 18 jaar en ouder dan 60 jaar zal op hun verzoek geen overwerk worden opgedragen.

Artikel 9 Zon- en feestdagen

  • 1. Onder feestdagen worden in deze collectieve arbeidsovereenkomst verstaan:

  • Nieuwjaarsdag, de beide Paasdagen, Hemelvaartsdag, de beide Pinksterdagen, de beide Kerstdagen, Goede Vrijdag, de door de overheid aangewezen dag ter viering van Koninginnedag en in lustrumjaren, 5 mei, ter viering van de nationale bevrijding.

  • 2. Op zon- en feestdagen wordt als regel niet gewerkt, tenzij de aard van de funktie met zich meebrengt, dat ook het werken op zon- en feestdagen als normaal kan worden aangeduid.

  • 3. Indien op een op maandag tot en met vrijdag vallende feestdag niet behoeft te worden gewerkt wordt het maand/periode-inkomen doorbetaald.

Artikel 10 Bijzonder verlof

Met uitsluiting, voor zover is toegestaan, van het anders en overigens in artikel 1638 c B.W. bepaalde geldt het volgende:

  • 1. Bij arbeidsongeschiktheid van de werknemer is het in artikel 14 bepaalde van toepassing.

  • 2. In de volgende gevallen waarin hij de bedongen arbeid noodzakelijkerwijs niet heeft kunnen verrichten, wordt de werknemer over de hieronder voor de respektievelijk bij elk dezer gevallen bepaalde termijnen van verlof het maandinkomen doorbetaald, mits hij ten minste één dag tevoren en onder overlegging van bewijsstukken aan de werkgever of diens gemachtigde van het verzuim kennis geeft en de gebeurtenis c.q. plechtigheid in het desbetreffende geval bijwoont:

    • a. van de dag van overlijden tot en met de dag van de begrafenis/crematie bij overlijden van de echtgeno(o)t(e) of van een tot het gezin behorend kind, pleeg- of aangetrouwd kind van de werknemer, alsmede bij overlijden van één zijner ouders of stief-/pleegouders;

    • b. gedurende twee dagen of diensten bij overlijden of begrafenis/crematie van de niet onder a. genoemde kinderen of bloedverwanten in de tweede graad. Indien de werknemer belast is met de begrafenis zal het bijzonder verlof worden uitgebreid tot 4 dagen;

    • c. gedurende de dag of dienst op de dag van de begrafenis/crematie van grootouders, grootouders der echtgeno(o)t(e), kleinkinderen, broers, zusters, schoonouders, schoonzoons, schoondochters, zwagers en schoonzusters. Indien de werknemer belast is met de begrafenis zal het bijzonder verlof worden uitgebreid tot 4 dagen;

    • d. gedurende de dag of dienst bij ondertrouw van de werknemer zelf en gedurende vier dagen of diensten bij zijn huwelijk, te weten de dag van het huwelijk en de daaropvolgende drie dagen;

    • e. gedurende de dag of dienst bij huwelijk van één zijner kinderen, pleegkinderen, kleinkinderen, broers, zusters, ouders en schoonouders, zwagers en schoonzusters;

    • f. gedurende de dag of dienst bij 25-, 40- en 50-jarig huwelijk van de werknemer, diens ouders of schoonouders;

    • g. gedurende twee dagen of diensten bij bevalling van de echtgenote.

    • Deze regeling is ook van toepassing bij adoptie;

    • h. gedurende een door de werkgever naar billijkheid te bepalen tijdsduur tot een maximum van twee dagen of diensten, indien de werknemer ten gevolge van de vervulling van een buiten zijn schuld bij of krachtens de wet persoonlijk opgelegde verplichting verhinderd is zijn arbeid te verrichten, mits deze vervulling niet in zijn vrije tijd kan geschieden en onder aftrek van de vergoeding voor salarisderving, welke hij van derden zou kunnen ontvangen;

    • i. gedurende één dag of dienst bij het 12,5-, 25- en 40-jarig dienstjubileum van de werknemer;

    • j. gedurende één dag of dienst bij de Grote Professie van kinderen, pleegkinderen, broers, zusters van de werknemer en gedurende één dag of dienst bij Priesterwijding van een zoon, pleegzoon en broer van de werknemer;

    • k. gedurende een door de werkgever naar billijkheid te bepalen tijdsduur tot een maximum van 2,5 uren voor het noodzakelijk bezoek aan dokter c.q. specialist, voorzover dit niet in de vrije tijd van de werknemer kan geschieden. De werkgever kan in uitzonderingsgevallen langer verzuim toestaan. Bij gebleken misbruik vindt er geen doorbetaling van het salaris plaats;

    • l. gedurende twee dagen of diensten maximaal éénmaal per kalenderjaar bij verhuizing van de werknemer, indien deze een zelfstandige huishouding voert of gaat voeren;

    • m. bij ernstige ziekte van een gezinslid zal de werkgever maximaal 2 dagen bijzonder verlof geven, teneinde de werknemer in staat te stellen de nodige maatregelen voor verzorging van zijn gezin of ouders te treffen;

    • n. voor het bijwonen van algemene vergaderingen van de vakverenigingen en van de bedrijfsledengroepen: tot een maximum van 5 dagen per kalenderjaar;

    • o. voor het volgen van door of namens de vakverenigingen georganiseerde cursussen: tot een maximum van 5 dagen per kalenderjaar;

    • p. bij toepassing van het bepaalde in dit lid wordt onder echtgenoot (echtgenote) mede verstaan de partner met wie de werknemer een samenleving middels een notariële akte heeft vastgelegd.

  • 3. Ouderschapsverlof

  • De werknemer die gebruik wenst te maken van ouderschapsverlof op grond van het bepaalde in artikel 1638oo BW zal dit tijdig, doch in ieder geval uiterlijk 2 maanden voor ingangsdatum van het verlof, schriftelijk aan de werkgever mededelen.

  • De pensioenopbouw zal door het ouderschapsverlof niet nadelig beïnvloed worden.

  • Zowel de werknemers- als de werkgeverspensioenbijdrage blijven gebaseerd op het oorspronkelijke salaris.

Artikel 11 Vakantie

  • 1. Vakantiejaar

  • Het vakantiejaar valt samen met het kalenderjaar.

  • 2. Duur der vakantie

    • a. De werknemer verwerft per vakantiejaar recht op een vakantie met behoud van salaris van 24 dagen (op jaarbasis overeenkomend met 182,4 uur).

    • b. Afhankelijk van de leeftijd die de werknemer in het desbetreffende vakantiejaar bereikt, heeft hij recht op een aantal dagen extra vakantie met behoud van salaris volgens de hierna volgende tabel:

leeftijdextra dagen vakantie
40 t/m 44 jaar1 dag( 7,6 uur)
45 t/m 49 jaar2 dagen(15,2 uur)
50 t/m 54 jaar3 dagen(22,8 uur)
55 t/m 59 jaar4 dagen(30,4 uur)
60 jaar en ouder5 dagen(38   uur)
    • c. Werknemers die op grond van hun arbeidsovereenkomst geen volledige dagtaak verrichten, ontvangen eveneens het in dit lid aangeduide aantal dagen vakantie dat bij hun leeftijd behoort. Onder dagen wordt in dit geval echter verstaan de dagen zoals deze door de betrokken werknemers op grond van hun arbeidsovereenkomst worden gewerkt.

    • Voor werknemers die op grond van hun arbeidsovereenkomst minder dan het normale aantal dagen per week arbeid verrichten, wordt het recht op vakantie, voor iedere dag dat zij per week minder werken dan vijf met één vijfde verminderd. Vakantierechten van minder dan één dag worden naar boven op één dag afgerond.

    • d. De werknemer die slechts een deel van het vakantiejaar in dienst van de werkgever is (geweest), heeft recht op een evenredig deel van de in dit lid genoemde vakantie, met inachtneming van het bepaalde in lid 3.

  • 3. Berekening aantal vakantiedagen

  • Voor de berekening van het aantal vakantiedagen wordt een werknemer die voor of op de 15e van enige maand in dienst treedt c.q. de dienst verlaat, geacht op de eerste van die maand in dienst te zijn getreden c.q. de dienst te hebben verlaten en wordt een werknemer die ná de 15e van enige maand in dienst treedt c.q. de dienst verlaat geacht op de eerste van de navolgende maand in dienst te zijn getreden c.q. de dienst te hebben verlaten.

  • In afwijking hiervan zal indien het dienstverband korter dan één maand heeft geduurd de werknemer een zuiver proportioneel recht op vakantie krijgen.

  • 4. Bij vorige werkgever(s) verworven vakantierechten

  • De werknemer dient bij de aanvang van de dienstbetrekking de werkgever mede te delen hoeveel recht op vakantie hij bij zijn vorige werkgever(s) verworven doch niet in natura genoten heeft, opdat de werkgever weet op hoeveel verlofdagen zonder behoud van salaris de werknemer aanspraak kan maken.

  • 5. Aaneengesloten vakantie

    • a. Van de in lid 2 sub a genoemde vakantie zullen als regel 15 dagen aaneengesloten worden verleend, de rest als zogenoemde snipperdagen.

    • b. Het tijdstip van de aaneengesloten vakantie wordt door de werkgever vastgesteld na overleg met de werknemer.

    • Als regel zal zij in de periode juli tot en met augustus worden genoten.

    • c. Indien de werkgever de activiteiten stopzet teneinde gedurende die stopzetting aan alle of een deel der werknemers de aaneengesloten vakantiedagen te geven, moeten de betrokken werknemers gedurende het daarvoor door de werkgever met instemming van de ondernemingsraad aangewezen tijdvak met vakantie gaan.

    • d. In geval een werknemer bij zijn huidige werkgever nog niet een zodanig aantal vakantiedagen heeft verworven, dat deze tezamen met de eventuele verlofdagen zonder behoud van salaris, als bedoeld in lid 4 van dit artikel, voldoende zijn voor de sub c bedoelde aaneengesloten vakantie, kan de werkgever bepalen dat de betrokken werknemer:

      • 1. zoveel snipperdagen reserveert als nodig zijn voor de aaneengesloten vakantie als bedoeld in sub b, sub c en/of

      • 2. bij vorige werkgever(s) verworven doch niet in natura genoten rechten op vakantie reserveert en/of

      • 3. teveel genoten vakantiedagen inhaalt en wel tot uiterlijk 31 december van het lopende kalenderjaar, in welk geval de inhaaluren niet worden beloond.

    • e. Indien de aaneengesloten vakantiedagen samenvallen met een vaste snipperdag als bedoeld in lid 6 van dit artikel of met een feestdag als bedoeld in artikel 9, zal de aaneengesloten vakantie dienovereenkomstig worden verlengd, tenzij de werkgever er de voorkeur aan geeft een overeenkomend aantal snipperdagen te doen opnemen.

  • 6. Snipperdagen

    • a. De werkgever mag van de snipperdagen er 4 aanwijzen als vaste snipperdag in de jaren dat tussen Kerstmis en Nieuwjaar 4 werkdagen vallen; in andere jaren mogen dat maximaal 3 dagen zijn.

    • b. De werknemer kan de overblijvende snipperdagen opnemen op het tijdstip dat door hem wordt gewenst, tenzij de eisen van het bedrijf zich hiertegen naar het oordeel van de werkgever verzetten.

  • 7. Niet opgenomen vakantie

  • Indien vakantierechten niet voor 31 maart direkt volgend op het vakantiejaar waarin zij zijn verworven door de werknemer zijn opgenomen, is de werkgever gerechtigd data vast te stellen waarop de werknemer deze dagen zal genieten.

  • 8. Het niet verwerven van vakantierechten gedurende onderbreking der werkzaamheden

    • a. De werknemer verwerft geen vakantierechten over de tijd gedurende welke hij wegens het niet verrichten van zijn werkzaamheden geen aanspraak op in geld vastgesteld salaris heeft.

    • b.

      • 1. Het onder a. bepaalde is niet van toepassing indien de werknemer zijn werkzaamheden niet heeft verricht wegens:

        • a. ziekte of ongeval tenzij veroorzaakt door opzet van de werknemer;

        • b. het naleven van een wettelijke verplichting of verbintenis ten aanzien van de landsverdediging of openbare orde, niet zijnde opkomstplicht voor eerste oefening;

        • c. het genieten van verlof gebaseerd op in een vorige dienstbetrekking verworven doch niet opgenomen verlof;

        • d. het met toestemming van de werkgever deelnemen aan een door de vakvereniging van de werknemer georganiseerde bijeenkomst;

        • e. onvrijwillige werkloosheid bij handhaving van het dienstverband;

        • f. zwangerschap of bevalling.

      • In deze gevallen worden nog vakantierechten verworven over de wettelijk vastgestelde periode waarin geen arbeid wordt verricht, met dien verstande dat de tijdvakken samengeteld worden als zij elkaar met onderbreking van minder dan een maand opvolgen.

      • 2. Indien een onderbreking der werkzaamheden als bedoeld onder 1 van dit sub-lid in meer dan één vakantiejaar valt, wordt het in een vorig jaar vallend deel der onderbreking bij de berekening van de periode van afwezigheid mee in aanmerking genomen.

      • 3. Ten aanzien van het tijdstip van de aanvang en het einde van de hierbedoelde onderbreking is het in lid 3 van dit artikel bepaalde van overeenkomstige toepassing.

      • 4. De verworven vakantierechten in de onder 1a, e en f van dit sub-lid genoemde gevallen vervallen, indien de dienstbetrekking door de werknemer wordt beëindigd alvorens de arbeid is hervat.

    • c. De werknemer die op 1 mei van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en niet meer leerplichtig is, verwerft vakantierechten over de tijd welke hij besteedt aan het volgen van onderricht waartoe de werkgever hem krachtens de wet in de gelegenheid moet stellen.

  • 9. Samenvallen van vakantiedagen met bepaalde andere dagen waarop geen arbeid wordt verricht

    • a. Dagen of gedeelten van dagen waarop de werknemer geen arbeid heeft verricht om een der redenen, genoemd in lid 8 sub b onder 1, lid 8 sub c alsmede in artikel 10 lid 2 sub a, b, c, g en h gelden niet als vakantiedagen.

  • 10. Vakantie bij ontslag

    • a. Bij het eindigen van de dienstbetrekking zal de werknemer desgewenst in de gelegenheid worden gesteld de hem nog toekomende vakantie op te nemen met dien verstande, dat deze dagen niet eenzijdig in de opzeggingstermijn mogen worden begrepen.

    • b. Indien de werknemer de hem toekomende vakantie niet heeft opgenomen, zal hem voor elke niet genoten dag een evenredig salarisbedrag worden uitbetaald.

    • c. Teveel genoten vakantie wordt op overeenkomstige wijze met het salaris verrekend.

    • d. De werkgever reikt de werknemer bij het einde van de dienstbetrekking een verklaring uit waaruit blijkt de duur van de vakantie zonder behoud van salaris, welke de werknemer op dat tijdstip nog toekomt.

  • 11. Verjaring

  • Vakantierechten, welke niet zijn opgenomen voor het tijdstip liggend 2 jaar na de datum waarop deze zijn verworven, vervallen.

  • 12. Vervangende schadevergoeding

  • Rechten op het genieten van vakantiedagen kunnen behoudens in het in lid 10 sub b bedoelde geval nimmer worden vervangen door een schadevergoeding in geld.

Artikel 12 Vakantietoeslag

  • 1. Aan de werknemer, die op 1 januari van het vakantiejaar in dienst van de werkgever is, wordt ter gelegenheid van zijn aaneengesloten vakantie, doch als regel uiterlijk op 1 juni van het vakantiejaar, een vakantietoeslag gegeven ten bedrage van 8% van 12 maal zijn maandinkomen resp. 13 maal zijn periode-inkomen.

  • In de vakantietoeslag zijn begrepen eventuele vakantie-uitkeringen krachtens de sociale verzekeringswetten.

  • 2. De werknemer die na 1 januari van het vakantiejaar in dienst van de werkgever is getreden, heeft recht op een evenredig deel van deze toeslag. Hetzelfde geldt met betrekking tot de werknemer wiens dienstbetrekking in de loop van het vakantiejaar eindigt.

Artikel 13 Kinderopvang

De werkgever zal aan een individuele werkneemster op haar verzoek een bijdrage betalen voor kinderopvang tot een maximum van ƒ 900,– bruto per jaar per kind, voor kinderen in de leeftijd van 0–8 jaar.

De werkgever is uitsluitend gehouden deze bijdrage te voldoen indien de werkneemster aan de werkgever deugdelijk bewijs verstrekt van de door de werkneemster gedane uitgaven ten behoeve van de kinderopvang door derden.

Deze bepaling is tevens van toepassing op mannelijke werknemers in geval deze werknemer als gevolg van „rolwisseling" niet zou kunnen intreden respectievelijk zijn functie zou kunnen behouden.

Artikel 14 Arbeidsongeschiktheid

  • 1. Indien een werknemer door arbeidsongeschiktheid verhinderd is de bedongen arbeid te verrichten, gelden voor hem, zulks in afwijking van het in artikel 1638 c B.W. bepaalde, voorzover is toegestaan, de bepalingen van de Ziektewet, voorzover hierna niet anders is bepaald.

  • 2.

    • a. Aan de werknemer wiens dienstverband ten minste 2 maanden heeft geduurd, zal in geval van arbeidsongeschiktheid de volgende uitkering respektievelijk aanvulling boven de uitkering krachtens de Ziektewet worden verstrekt:

      • gedurende maximaal 1 jaar aanvulling tot 100% van het netto-inkomen; ook tijdens de eerste twee of zes weken van de ziekte dient de aanvulling tot 100% van het netto-inkomen te worden verstrekt.

    • b. Voor de in lid 2.a bedoelde werknemer zal bij volledige arbeidsongeschiktheid de uitkering krachtens de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet en de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering gedurende maximaal 1 jaar worden aangevuld tot 100% van het netto-inkomen.

  • 3. Onder netto-inkomen als bedoeld in het 2e lid van dit artikel wordt verstaan het netto maand/periode-inkomen dat de werknemer zou hebben ontvangen, indien hij arbeidsgeschikt zou zijn geweest.

  • 4. De in lid 2 bedoelde bovenwettelijke uitkeringen c.q. aanvullingen worden beëindigd, wanneer de werknemer de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt en worden niet toegekend aan werknemers van 65 jaar en ouder.

  • 5. De werkgever heeft het recht om de in dit artikel bedoelde aanvullende uitkeringen te weigeren respectievelijk in te trekken1 ten aanzien van werknemers die:

    • a. misbruik maken van deze voorzieningen;

    • b. de controlevoorschriften overtreden.

  • 6. In de volgende gevallen is de in lid 2 bedoelde aanvulling niet verschuldigd:

    • voorzover de werknemer terzake van zijn ziekte, jegens derden, een vordering tot schadevergoeding wegens derving van inkomen kan doen gelden.

    • Draagt de werknemer deze vordering over aan de werkgever, dan zal deze de werknemer voorschotten verstrekken ter hoogte van de aanvulling. Deze voorschotten zullen worden verrekend met de terzake de vordering geïnde bedragen;

    • indien aan de betrokken werknemer door het desbetreffende uitvoeringsorgaan de wettelijke uitkering wordt geweigerd;

    • indien de aanvulling in mindering wordt gebracht op de uitkering;

    • indien het dienstverband is verbroken.

Artikel 15 Uitkering bij overlijden

  • a. Indien een werknemer overlijdt, zal aan zijn nagelaten betrekkingen een overlijdensuitkering worden verstrekt, gelijk aan het bedrag van het de werknemer laatstelijk rechtens toekomend maand/periode-inkomen over het resterende deel van de kalendermaand waarin het overlijden plaatsvond plus de twee daaropvolgende kalendermaanden.

  • b. Op dit bedrag wordt door de werkgever in mindering gebracht, hetgeen de nagelaten betrekkingen terzake van het overlijden van de werknemer toekomt ingevolge de Ziektewet, de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet en de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering.

  • c. Onder nagelaten betrekkingen1 wordt verstaan:

    • 1. de langstlevende der echtgenoten, mits deze niet duurzaam gescheiden leefden;

    • 2. indien deze niet meer in leven is of de echtgenoten duurzaam gescheiden leefden:

      • de minderjarige wettige of natuurlijke kinderen;

      • de minderjarige pleegkinderen die langdurig als eigen kinderen zijn opgevoed.

      • Met gehuwd of echtgenoot/echtgenote worden in dit artikel gelijk gesteld „niet gehuwde personen van verschillend of gelijk geslacht die duurzaam een gezamenlijke huishouding voeren, tenzij het personen betreft tussen wie bloedverwantschap in de eerste of tweede graad bestaat.

      • Van een gezamenlijke huishouding als hier bedoeld kan slechts sprake zijn indien twee ongehuwde personen gezamenlijk voorzien in huisvesting en bovendien beiden een bijdrage leveren in de kosten van de huishouding dan wel op andere wijze in elkaars verzorging voorzien."

  • d. Onder laatstelijk rechtens toekomend maand/periode-inkomen wordt in dit artikel verstaan het laatstelijk genoten maand/periode-inkomen vermeerderd met de pro rata vakantietoeslag.

  • e. Geen uitkering is verschuldigd, indien ten gevolge van het toedoen van de werknemer geen aanspraak bestaat op een uitkering krachtens de Ziektewet, de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet of de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering.

Artikel 16 Tegemoetkoming ziektekosten

  • 1. De werknemer, die niet ingevolge de Ziekenfondswet verplicht verzekerd is, heeft, indien hij aan zijn werkgever het bewijs overlegt dat hij zich vrijwillig tegen ziektekosten heeft verzekerd, recht op een tegemoetkoming in de kosten van deze vrijwillige verzekering met als uitgangspunt het ziekenfondspakket zonder eigen risiko, zonder tandarts (en klasse 3).

  • 2. De tegemoetkoming bedoeld in het vorige lid zal maximaal 50% bedragen van de premie, met dien verstande dat het bedrag nooit meer zal zijn dan de feitelijk door de werknemer te betalen premie (inclusief de wettelijke bijdrage, uitgezonderd de nominale AWBZ-premie).

  • 3. De tegemoetkoming, bedoeld in dit artikel, vervalt met ingang van de datum waarop de werknemer wederom onder de bepaling van de Ziekenfondswet komt te vallen.

  • 4. Ingeval een werknemer van de kant van de echtgenoot (echtgenote) eveneens een tegemoetkoming in de ziektekostenpremie ontvangt, wordt deze tegemoetkoming in mindering gebracht op de op grond van deze CAO te ontvangen bijdrage.

  • 5. De werknemer is gehouden aan de werkgever opgave te doen van de premies als bedoeld in lid 2, alsmede van de premies als bedoeld in lid 4.

Artikel 17 Pensioenregeling

In het bedrijf van de werkgever bestaat een pensioenregeling. Zo mogelijk vindt toetreding plaats tot de PGGM-regeling.

Artikel 18 Uitkering bij dienstjubileum

Ter gelegenheid van 12½-, 25- resp. 40-jarig dienstjubileum ontvangt de werknemer een eenmalige gratifikatie ten bedrage van 50%, 100% resp. 150% van het bruto maandsalaris.

Artikel 19 Vaste Commissie

  • 1. Door partijen bij deze overeenkomst wordt ingesteld een Vaste Commissie bestaande uit vier leden.

  • De WOS wijst twee leden alsmede twee plaatsvervangende leden aan, terwijl de vakverenigingen twee leden alsmede twee plaatsvervangende leden aanwijzen. De leden en plaatsvervangende leden worden aangewezen voor de duur dezer overeenkomst, behoudens voorziening in tussentijdse vakatures.

  • 2. De Vaste Commissie heeft tot taak:

    • a. het bevorderen van een juiste en éénvormige toepassing van de bepalingen van deze overeenkomst, en van een juiste functie-indeling in één der groepen.

    • b. het registreren van eventuele afwijkingen, overeengekomen door een werkgever en de vakverenigingen1, krachtens het bepaalde in punt 3 van de werkingssfeer;

    • c. de behandeling van een door een werkgever ingediend verzoek om ontheffing van de toepassing van deze CAO, zoals bedoeld in punt 4 van de werkingssfeer.

  • 3. De Vaste Commissie bepaalt zelf haar werkwijze.

  • 4. Het sekretariaat van de Vaste Commissie zal zijn gevestigd ten kantore van de WOS, Papendallaan 60, 6816 VD Arnhem.

  • 5. Elk der partijen draagt zijn eigen kosten welke zijn verbonden aan werkzaamheden als lid van de Vaste Commissie.

BIJLAGE I BEHORENDE BIJ DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR DE SPORT

Functielijst

ANKERFUNCTIE

Directeur

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan het bestuur.

  • II.Doel van de functie:

    • a. initieert en bereidt beleidszaken voor en voert deze na goedkeuring door het bestuur uit.

    • b. Geeft dagelijks leiding aan de werkzaamheden van het bureau en beheert de middelen.

  • III.Voornaamste activiteiten:

  • Beleid

    • a. Houdt zich op de hoogte van de sportontwikkelingen binnen de organisatie en de externe ontwikkelingen die daarop van invloed zijn; initieert de beleidsontwikkelingen en legt deze aan het bestuur voor.

    • b. Bereidt de bestuursvergaderingen voor en neemt daaraan deel en draagt zorg voor uitvoering van de besluiten.

    • c. Neemt deel aan besprekingen met de overheid, nationale en internationale organisaties, die te maken hebben met beleids- en uitvoerende zaken.

  • Beheer

    • d. Stelt in overleg met de betrokken medewerk(st)ers de concept-begroting en de jaarstukken op en legt deze aan het bestuur voor ter goedkeuring.

    • e. Draagt zorg voor bewaking van het budget en rapporteert periodiek aan het bestuur inzake de voortgang der activiteiten alsmede inzake de besteding van het budget.

    • f. Zorgt voor een efficiënte en doelgerichte organisatie.

    • g. Is verantwoordelijk voor het uitvoeren van het sociaal beleid, dat is bepaald door het bestuur; zulks mede gebaseerd op de CAO-sport.

  • Uitvoering

    • h. Onderhoudt contacten met sponsors en verwerft nieuwe contracten.

    • i. Doet voorstellen ten aanzien van de aanpassing van de organisatie en de invoering van technieken en methoden.

    • j. Draagt zorg voor onderhoud van het gebouw en de kantoorinstallaties.

    • k. Heeft bevoegdheid tot het nemen van besluiten, w.o. het aangaan van overeenkomsten, binnen de door het bestuur vastgestelde grenzen.

    • l. Ziet toe op de voortgang van het dagelijks werk binnen de bureau-organisatie.

    • m. Representeert de bond bij voorkomende gelegenheden.

    • n. Neemt deel aan het werkoverleg van andere sportorganisaties.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Bestuur, verenigingen, districten, personeelsleden, commissies enz.

  • Relatiepatroon extern:

  • Nationale en internationale sportorganisaties, gemeentelijke, provinciale en rijksoverheid, het bedrijfsleven, media, sponsors enz

  • V.Aanvullende informatie:

  • Budget: f Medewerk(st)ers full-time:

  • Medewerk(st)ers part-time:

Directie-secretaresse/secretaris

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan het directeur.

  • II.Doel van de functie:

    • Ondersteunt de directeur en het bestuur door het verrichten van organisatorische en administratieve werkzaamheden.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Bereidt bestuurs- en commissievergaderingen alsmede jaarvergaderingen voor, notuleert deze en werkt deze uit.

    • b. Houdt de directie-agenda bij, onderhoudt werkcontacten met nationale en internationale sportorganisaties e.d.

    • c. Sorteert inkomende post.

    • d. Produceert verslagen brieven e.d. met behulp van een tekstverwerker.

    • e. Ziet erop toe dat de directie- en bestuurspost correct en tijdig wordt afgehandeld.

    • f. Houdt het directie-archief bij.

    • g. Verstrekt telefonisch informatie inzake de activiteiten van de organisatie, w.o. die van de directie en het bestuur; heeft terzake tevens een sluisfunctie

    • h. Leest voor de organisatie relevante artikelen in bondsbladen, periodieken, kranten e.d. en draagt zorg voor eventuele interne verspreiding.

    • i. Verricht werkzaamheden ten behoeve van de publiciteit van de organisatie.

    • j. Behandelt algemene zaken, zoals onderscheidingen, geschenken bij jubilea, representatie e.d.

    • k. Is contactpersoon voor algemene informatie aan bestuurs- en commissieleden ten aanzien van de bondszaken.

    • l. Coördineert en leidt de uitvoerende werkzaamheden ressorterend onder het secretariaat

    • m. Treedt op als gastvrouw/heer voor bezoekers van bestuur en directie.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Directeur, bestuur, verenigingen, districten, commissies en collega's.

  • Relatiepatroon extern:

  • Internationale en nationale sportorganisaties, ambtelijke instanties, sponsors, media.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Administrateur

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan de directeur.

  • II.Doel van de functie:

    • Draagt zorg voor de financiële administratie en management-informatie alsmede voor de automatisering.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Geeft leiding aan de afdeling administratie en algemene zaken (w.o. de huishoudelijke diensten).

    • b. Stelt in concept de begroting en jaarrekening op, zowel cijfermatig als tekstueel.

    • c. Verwerkt dagelijks alle financiële handelingen met behulp van een computer en houdt toezicht op correcte uitvoering hiervan door de overige afdelingen/medewerk(st)ers.

    • d. Controleert alle inkomende en uitgaande financiële stukken.

    • e. Bewaakt het budget en rapporteert tussentijds aan directeur en bestuur/commissies.

    • f. Houdt de loonadministraties bij inclusief de registratie van vakantie, ziekte, overwerk e.d.

    • g. Administreert contracten, zoals sponsorcontracten, onderhoudscontracten, verzekeringen, subsidies e.d.

    • h. Zorgt voor beheer van de computer en draagt zorg voor het goed functioneren daarvan.

    • i. Adviseert directie en bestuur inzake vaktechnische zaken en brengt voorstellen uit inzake procedures en de bewaking daarvan.

    • j. Woont bestuursvergaderingen bij alsmede een commissie algemene zaken en financiën.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Bestuursleden, financiële commissies, verenigingen, afdelingen.

  • Relatiepatroon extern:

  • Bankrelaties, sponsors, accountantskantoor, bedrijfsvereniging, belastingdienst, verzekeringsmaatschappijen en overige crediteuren en debiteuren.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Boekhouder

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan de directeur (of administrateur).

  • II.Doel van de functie:

  • Verricht financiële en salarisadministratieve werkzaamheden.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Produceert de concept-begroting en -jaarrekening.

    • b. Bewaakt het budget en signaleert afwijkingen.

    • c. Controleert en codeert boekingsstukken.

    • d. Bewaakt debiteuren- en crediteurenboekhouding.

    • e. Verwerkt de financiële afwikkeling van evenementen.

    • f. Produceert diverse financiële overzichten.

    • g. Verzorgt de kwartaalaangiften OB en verstrekt belastingaangiften met betrekking tot gedeclareerde honoraria.

    • h. Houdt ziekte/verlofdagen bij.

    • i. Voert correspondentie met de BVG met betrekking tot ziekmeldingen.

    • j. Verstrekt gegevens ten behoeve van begrotingen.

    • k. Verzorgt de periodieke afsluiting van de grootboeken.

    • l. Draagt zorg voor het voorraadbeheer.

    • m. Draagt zorg voor de financiële afwikkeling van de huur van de accommodatie.

    • n. Voert correspondentie met betrekking tot administratieve zaken.

    • o. Verricht werkzaamheden als operator en beheerder van de computer.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Bestuursleden, financiële commissies, verenigingen, afdelingen.

  • Relatiepatroon extern:

  • Bank/giro-instellingen, verzekeringsmaatschappijen, leveranciers, belastingdienst, bedrijfsvereniging e.d.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Conmputerbeheerder/operator

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan de administrateur.

  • II.Doel van de functie:

    • a. Draagt zorg voor het functioneren van de apparatuur en adviseert terzake het bestuur en de directie, ondersteunt voorts de gebruiker.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Adviseert de directie en het bestuur inzake externe ontwikkelingen en interne toepassing daarvan.

    • b. Begeleidt het gebruik van de computer-randapparatuur door de collega's.

    • c. Bepaalt het totale werkschema van de centrale computer i.v.m. efficiënt gebruik door de verschillende afdelingen.

    • d. Ontwikkelt de uitgangspunten voor nieuwe/aanvullende software-programma's.

    • e. Bedient de centrale apparatuur en zorgt voor het bestandsbeheer, de back-up en verdere beveiliging.

    • f. Geeft leiding aan een medewerk(st)er, die in deeltijd assisteert bij het produceren van bijv. overzichten, etiketten en overig printwerk.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Bestuursleden, commissies, medewerkers.

  • Relatiepatroon extern:

  • Leveranciers van hard- en software, onderhoudsmonteurs.

  • V.Aanvullende informatie:

    • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Medewerk(st)ers financiële administratie

  • I.Plaats in de organisatie:

    • Verantwoording aan de administrateur/boekhouder.

  • II.Doel van de functie:

  • Verricht administratieve werkzaamheden van de financiële administratie.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Codeert financiële stukken.

    • b. Verwerkt per computer bank- en girogegevens en/of kasmutaties, personele gegevens e.d.

    • c. Houdt de debiteuren-, crediteuren-, verenigings- en/of ledenadministratie bij.

    • d. Houdt het grootboek bij; produceert financiële overzichten (periodiek).

    • e. Produceert routine-correspondentie.

    • f. Produceert en verzendt facturen en/of aanmaningen.

    • g. Houdt het archief van de financiële administratie bij.

    • h. Verricht algemene kantoorwerkzaamheden.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Chefs en collega's, verenigingen.

  • Relatiepatroon extern:

  • Incidenteel contract met leveranciers, crediteuren, debiteuren e.d.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Assistent-computerbeheerder/operator

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan computerbeheerder/operator.

  • II.Doel van de functie:

    • Assisteert bij het bedienen van de centrale computerapparatuur.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Bedient de centrale computer.

    • b. Zorgt voor het uitprinten van overzichten, etiketten e.d.

    • c. Verricht de procedures bij het opstarten en afsluiten van de computerwerkzaamheden, w.o. bestandsbeheer, back-up.

    • d. Assisteert en adviseert collega's bij gebruik van randapparatuur.

    • e. Verricht algemene kantoorwerkzaamheden.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Collega's, chefs van afdelingen.

  • Relatiepatroon extern:

  • Onderhoudsmonteurs, leveranciers van hard- en software.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Hoofd opleidingen

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan de directeur.

  • II.Doel van de functie:

    • Ontwikkelt cursussen, bereidt deze voor en voert deze uit.

  • III.Voornaamste activiteiten::

    • a. Stemt het opleidingsbeleid af met het bestuur, de opleidingscommissie en de directeur.

    • b. Bereidt de bestuursbesluiten terzake voor en voert deze uit; alsmede die van de opleidingscommissie.

    • c. Bereidt de deel-begroting voor, die door commissie en bestuur moet worden goedgekeurd;

    • d. Organiseert de opleidingen en wijst de docenten, examinatoren en cursusleiders aan; organiseert eveneens thema-cursussen, bijscholingen e.d.

    • e. Geeft leiding aan de administratieve en technische medewerk(st)ers.

    • f. Draagt zorg voor voorlichting aan de verenigingen e.d.

    • g. Redigeert het cursusmateriaal (w.o. boeken, brochures e.d)

    • h. Zorgt ervoor op de hoogte te blijven van de ontwikkelingen inzake opleidingen door het zelf volgen van cursussen, vakbijeenkomsten e.d. en bestudeert hiertoe vakliteratuur.

    • i. Voert overleg met WVC inzake de opleidingssubsidies.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Bestuur, directeur, commissies, verenigingen, cursisten, docenten.

  • Relatiepatroon extern:

    • WVC en andere ambtelijke organisaties (subsidies), leveranciers e.d. Nationale en internationale sportorganisaties.

  • V.Aanvullende informatie:

    • Geen bezwarende werkomstandigheden

Assistent(e) hoofd opleidingen

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan hoofd opleidingen.

  • II.Doel van de functie:

    • Administratief en organisatorisch ondersteunen van de afdeling opleidingen.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Werkt mee aan de ontwikkeling en aan de organisatie van opleidingen en examens; registreert deelnemers en de resultaten.

    • b. Werkt mee aan de concept-deelbegroting en -jaarrekening alsmede aan de budgetbewaking.

    • c. Concipieert brieven, die door het hoofd opleidingen worden getekend.

    • d. Draagt zorg voor beheer van de audiovisuele middelen/bibliotheek.

    • e. Neemt deel aan opleidingsvergaderingen, notuleert deze, en draagt zorg voor de uitvoering van de besluiten.

    • f. Verzorgt publikaties in de bondsbladen.

    • g. Verstrekt telefonische en schriftelijke informatie inzake de bondsopleidingen.

    • h. Onderhoudt werkcontacten met beheerders van accommodaties.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Collega's, commissies, docenten cursisten.

  • Relatiepatroon extern:

    • Beheerders accommodaties, leveranciers, w.o. uitgever, drukkerij e.d.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Medewerk(st)er afdeling opleidingen

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan het hoofd opleidingen/hoofd sportstimulering.

  • II.Doel van de functie:

    • Verricht administratieve werkzaamheden voor de afdeling opleiding.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • Begeleidt de verschillende cursussen administratief (trainers, leraren, scheidsrechters, bijscholingen e.d.). Hieruit vloeien de volgende taken voort:

    • a. Ondersteunt commissies opleiding en/of sportstimulering (bereidt voor, notuleert).

    • b. Registreert de aanvragen tot deelname en deelt deze in; eventueel na test/examen.

    • c. Draagt zorgt voor informatie aan de docenten.

    • d. Zendt cursusprogramma's naar alle belanghebbenden, zoals cursisten.

    • e. Verzendt nota's voor deelname aan de cursussen en controleert de betaling daarvan.

    • f. Produceert cijferlijsten, diploma's en licenties.

    • g. Huurt accommodatie in.

    • h. Stelt cursuspakketten samen w.o. boeken e.d. en doet deze aan de deelnemers toekomen.

    • i. Produceert een algemeen info-bulletin inzake de opleidingen en geeft informatie terzake.

    • j. Registreert post, beantwoordt deze in overleg met het afdelingshoofd.

    • h. Werkt notulen, verslagen, opleidingsdocumentatie e.d. uit met behulp van een tekstverwerker.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Collega's, commissies, docenten, cursisten.

  • Relatiepatroon extern:

  • Beheerders accommodaties.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Hoofd voorlichting & PR

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan de direkteur.

  • II.Doel van de functie:

    • Vertrekt informatie betreffende de activiteiten van de organisatie aan leden, media e.d. Adviseert bestuur en directeur op welke wijze de naam van de organisatie kan worden bestendigd.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Neemt dagelijks kennis van de activiteiten van de organisatie en beoordeelt of, en zo ja op welke wijze daaraan bekendheid dient te worden gegeven.

    • b. Adviseert terzake en begeleidt bestuur, directie en collega's bij contacten met de pers; treedt op als perschef bij bepaalde evenementen.

    • c. Produceert bulletins, brochures, persberichten, alsmede publikaties in het bondsblad; treedt in voorkomende gevallen op als eindredacteur.

    • d. Ontwikkelt promotiemateriaal en -activiteiten voor ledenwerving.

    • e. Onderhoudt de contacten met sponsors.

    • f. Verricht representatieve activiteiten voor de organisatie.

    • g. Bewaakt het budget en brengt voorstellen uit inzake de begroting van de afdeling voorlichting en PR; maakt een jaarplan.

    • h. Werkt mee aan de organisatie van ledenvergaderingen en wedstrijdevenementen.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Bestuur, directeur, collega's, verenigingen, commissies e.d.

  • Relatiepatroon extern:

  • Media, drukkerijen, tekstschrijvers, reclamebureau, nationale en internationale sportorganisaties.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Medewerk(st)er voorlichting

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan directeur/hoofd voorlichting & PR.

  • II.Doel van de functie:

    • Verricht administratieve en organisatorische werkzaamheden ten behoeve van de afdeling voorlichting.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Werkt mee aan de produktie van bulletins, brochures, persberichten, artikelen in de bondsorganen; schrijft concept-teksten.

    • b. Werkt mee aan de ontwikkeling en organisatie van promotie-activiteiten (ledenwerving).

    • c. Administreert promotie-artikelen.

    • d. Draagt zorg voor beheer van de biblio- en videotheek.

    • e. Houdt zich op de hoogte van alle bondsactiviteiten en zorgt voor schriftelijke en telefonische beantwoordingen van vragen door leden, pers e.d.; dit betreft wedstrijden, evenementen enz.

    • f. Adviseert inzake het redactionele beleid.

    • g. Schrijft en redigeert publikaties.

    • h. Heeft een ondersteunende bijdrage bij de inhoud en lay-out van brochures e.d.

    • i. Controleert de drukproeven.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Relatiepatroon extern:

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Hoofd districtsbureau

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan het districtsbestuur.

  • II.Doel van de functie:

    • Verricht administratieve en organisatorische werkzaamheden ten behoeve van het districtsbestuur en commissies.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Notuleert bestuurs- en algemene vergaderingen en neemt deel aan landelijke overlegcommissies.

    • b. Coördineert de administratieve en organisatorische werkzaamheden ten behoeve van het bestuur en commissies en draagt zorg voor het goed functioneren van het bondsbureau.

    • c. Geeft leiding aan enkele medewerk(st)ers (eventueel).

    • d. Tekent routine-correspondentie.

    • e. Verwerkt mutaties in de computer, zoals financieel, leden e.d.

    • f. Werkt mee aan de begroting en de jaarrekening.

    • g. Bewaakt het budget en houdt terzake het bestuur en de commissies op de hoogte.

    • h. Doet betalingen binnen de begroting.

    • i. Brengt met behulp van een computer gegevens in m.b.t. verenigingen/teams voor de competitie en evenementen.

    • j. Bereidt evenementen voor (w.o. toernooien, kampioenschappen e.d.) en houdt de resultaten bij.

    • k. Draagt zorg voor publiciteit, w.o. contacten met de pers en voor informatie aan verenigingen, leden e.a.

    • l. Koopt kantoorbenodigdheden in, w.o. huishoudelijke artikelen en wedstrijdprijzen.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Landelijke organisaties, districtsbestuur en -commissies, verenigingen, scheidsrechters.

  • Relatiepatroon extern:

  • Leveranciers, beheerders accommodaties, media.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Medewerk(st)er districtsbestuur en -competitie

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan het districtsbestuur.

  • II.Doel van de functie:

    • Verricht administratieve werkzaamheden ten behoeve van het bestuur en de competitie in het district.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • Ondersteuning bestuur:

    • a. Wikkelt in overleg met het bestuur en/of de commissies de correspondentie af.

    • b. Organiseert en notuleert de vergaderingen van bestuur/commissies en jaarvergadering.

    • c. Houdt de financiële gegevens bij en pleegt overleg terzake met de penningmeester. Vervaardigt nota's van de verenigingen.

    • d. Werkt mee aan organisatorische en administratieve werkzaamheden die verband houden met (sport)evenementen die tot de taken van de organisatie behoren, zoals jaarvergaderingen, studiedagen, kampioenschappen, toernooien e.d.

    • e. Verwerkt mutaties, zoals verenigingen, adressen.

  • Competitie:

    • f. Deelt de teams in in de competitie (zaal en/of veld).

    • g. Volgt de voortgang van de competitie.

    • h. Stelt de wedstrijdprogramma's samen, alsmede de uitslagen en standen en publiceert deze.

    • i. Voert opgelegde straffen en boetes uit, voert de reglementen van de bond uit.

    • j. Stelt promotie-/degradatieregeling op en publiceert deze.

    • k. Wijst scheidsrechters aan en stelt de declaraties op.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Landelijke organisatie, districtsbestuur en -commissies, scheidsrechters, verenigingen e.d.

  • Relatiepatroon extern:

  • Beheerders accommodaties, media, leveranciers.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Medewerk(st)er financiën en competitie in district

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan het hoofd districtsbureau/districtsbestuur.

  • II.Doel van de functie:

    • Verricht financiële/administratieve werkzaamheden voor het district.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Voert de financiële administratie (grootboek, crediteuren, debiteuren e.d.).

    • b. Produceert de concept-begroting alsmede concept-jaarrekening; tevens periodieke overzichten.

    • c. Ondersteunt enkele commissies.

    • d. Brengt gegevens in de computer voor de districtscompetitie.

    • e. Verwerkt de uitslagen en produceert overzichten van standen en uitslagen.

    • f. Verstrekt informatie inzake de districtscompetitie en overige activiteiten.

    • g. Huurt accommodatie kampioenschappen, trainingen e.d.

    • h. Werkt mee aan districtsevenementen, bestuurs- en algemene vergaderingen, en woont deze bij.

    • i. Verricht algemene kantoorwerkzaamheden.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Bestuursleden, commissieleden, verenigingen, collega's.

  • Relatiepatroon extern:

  • Beheerders accommodaties.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Medewerk(st)er algemene kantoorwerkzaamheden in district

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan het hoofd districtsbureau.

  • II.Doel van de functie:

    • Verricht algemene kantoorwerkzaamheden in het district.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Verwerkt gegevens met behulp van een computer. Deze betreffen financiën, competitie, leden e.d.

    • b. Verricht organisatorische en administratieve werkzaamheden ten behoeve van enkele commissies en werkgroepen, zoals typen (tekstverwerken) van agenda's, notulen, e.d.

    • c. Verwerkt mutaties in de verenigings- en ledenadministratie en vervaardigt leden- en wedstrijdpassen.

    • d. Registreert de correspondentie en verzendt periodiek de post, informatie e.d.

    • e. Archiveert correspondentie en competitiegegevens.

    • f. Beantwoordt de telefoon en verstrekt informatie.

    • g. Werkt mee aan de organisatie van districtsevenementen en de algemene vergaderingen.

    • h. Helpt bij het verrichten van enkele huishoudelijke/kantinewerkzaamheden.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Bestuursleden, commissieleden, verenigingen, collega's.

  • Relatiepatroon extern:

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Hoofd sportstimulering (in provincie)

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan de directeur.

  • II.Doel van de functie:

    • a. Bevordert deelname aan de sport (promotie en werving).

    • b. Verleent in dit kader ondersteuning aan sportverenigingen.

    • c. Coördineert en begeleidt verschillende projecten.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Ondersteunt en adviseert aan sportverenigingen op organisatorisch, administratief en/of sporttechnisch gebied.

    • b. Organiseert en leidt sportevenementen en/of sportactiviteiten voor verenigingen, bedrijven, stichtingen, scholen, kampen e.d. Bewaakt de financiële aspecten van de evenementen en verzorgt de afrekening (w.o. subsidie).

    • c. Produceert werkprogramma's, jaarplannen, jaarverslagen en trainingsplannen en ziet toe op de uitvoering daarvan.

    • d. Organiseert kennismakings- en kadercursussen en/of -activiteiten alsmede voorlichtings- en/of thema-avonden (voor bijv. trainers, coaches en/of bepaalde groeperingen zoals gehandicapten, bejaarden, jeugd e.d.).

    • e. Organiseert, leidt en/of woont vergaderingen bij van commissies/werkgroepen en/of kaderbijeenkomsten.

    • f. Informeert desgevraagd o.a. de pers en de lokale omroepen inzake de activiteiten.

    • g. Ondersteunt het bestuur/de commissies inzake begeleiding trainers, coaches, samenstelling teams alsmede inzake selecties.

    • h. Geeft leiding aan medewerk(st)er, w.o. technisch en administratief.

    • i. Organiseert het werkoverleg inzake projecten, secties e.d.

    • j. Is verantwoordelijk voor de voortgang van de projecten en evenementen in de provincie.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Collega's, commissieleden, bestuur, directeur, sportverenigingen/organisaties, trainers en coaches.

  • Relatiepatroon extern:

  • Organisaties buiten de sport, ambtelijke instanties, landelijke overleg-organen.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Medewerk(st)er sportstimulering

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan hoofd/coördinator.

  • II.Doel van de functie:

    • a. Bevordert deelname aan de sport (stimulering en werving).

    • b. Verleent in dit kader uiteenlopende diensten aan sportverenigingen/organisaties.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Ondersteunt en adviseert sportverenigingen op organisatorisch, administratief en/of sporttechnisch gebied.

    • b. Organiseert en leidt sportevenementen en/of sportsactiviteiten voor verenigingen, bedrijven, stichtingen, scholen, e.d.

    • c. Produceert werkprogramma's, jaarplannen, jaarverslagen en trainingsplannen en ziet toe op de uitvoering daarvan.

    • d. Organiseert kennismakings- en kadercursussen en/of -activiteiten alsmede voorlichtings- en/of thema-avonden (voor bijv. trainers, coaches en/of bepaalde groeperingen zoals gehandicapten, bejaarden, jeugd e.d.).

    • e. Organiseert, leidt vergaderingen van commissies/werkgroepen en/of kaderbijeenkomsten en/of woont deze bij.

    • f. Informeert desgevraagd o.a. de pers en de lokale omroepen inzake de activiteiten.

    • g. Ondersteunt de technische commissies inzake begeleiding trainers, coaches, samenstelling teams alsmede inzake selecties.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Collega's, commissieleden, directeur, sportverenigingen/organisaties, leden, trainers en coaches.

  • Relatiepatroon extern:

  • Overheidsinstanties, doelgroepen e.d.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Medewerk(st)er sportpromotie

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan hoofd/coördinator.

  • II.Doel van de functie:

    • Organiseert en begeleidt sportpromotie-activiteiten.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Voert het secretariaat van enkele commissies/werkgroepen.

    • b. Organiseert sportevenementen, w.o. kampioenschappen, promotieprojecten e.d.

    • c. Geeft voorlichting aan verenigingen inzake de technische ontwikkelingen van de sport.

    • d. Bevordert de samenwerking met de sportorganisaties, w.o. verenigingen en met de provinciale en lokale (semi- )overheidsinstanties, w.o. sportraden.

    • e. Verricht redactionele medewerking aan bondsorganen.

    • f. Verricht algemene kantoorwerkzaamheden.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Relatiepatroon extern:

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Coördinator sportstimulering (landelijk)

  • I.Plaats in de organisatie: Verantwoording aan de directeur.

  • II.Doel van de functie:

    • Ontwikkelt beleid en activiteiten gericht op sportpromotie en werving.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Adviseert het bestuur en de desbetreffende commissie, analyseert en doet voorstellen terzake.

    • b. Draagt de ontwikkelingen, nieuwe projecten, van de sportorganisaties in de provincie/regio over.

    • c. Begeleidt sportevenementen (promotie en werving).

    • d. Stelt beleidsnotities op.

    • e. Redigeert publikaties, brochures e.d.

    • f. Zet de deel-begroting op en legt deze voor aan het bestuur.

    • g. Ziet erop toe dat de uitvoering binnen het toegestaan budget blijft.

    • h. Zet jaarplannen op incl. deelplannen vanuit de provincie/regio.

    • i. Leidt trainers en vrijwilligers op teneinde de projecten goed te kunnen uitvoeren.

    • j. Geeft leiding aan medewerkers.

    • k. Organiseert werkoverleg met de verschillende landelijke en regionale groepen van medewerkers.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Collega's, commissieleden, bestuur, directeur, sportverenigingen/organisaties, trainers en coaches.

  • Relatiepatroon extern:

  • Organisaties buiten de sport, media, ambtelijke instanties, landelijke overleg-organen.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Hoofd competitie en wedstrijdbegeleding

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Verantwoording aan de directeur.

  • II.Doel van de functie:

    • a. Organiseert en geeft leiding aan de totale competitie en evenementen. Begeleidt teams bij nationale en internationale wedstrijden.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Organiseert de totale competitie en verdere wedstrijden.

    • b. Bewaakt de voortgang van de totale competitie, kampioenschappen e.d. en administreert de standen en uitslagen.

    • c. Woont vergaderingen bij van het bestuur en van verschillende technische en scheidsrechtercommissies en brengt adviezen uit.

    • d. Voert het secretariaat van commissies.

    • e. Werkt mee aan de organisatie van evenementen van de bond.

    • f. Bewaakt het competitiebudget. Produceert de concept-deelbegrtoting en bewaakt deze na goedkeuring en voert deze uit.

    • g. Adviseert verenigingen, instanties inzake accommodaties, materialen, kleding e.d.

    • h. Geeft leiding aan team van medewerk(st)ers.

    • i. Houdt toezicht op het gebruik van accommodaties die reglementair geaccepteerd zijn.

    • j. Houdt toezicht op het juist inzetten van scheidsrechters volgens een vastgelegd systeem.

    • k. Organiseert in overleg met bestuursdelegatie reizen naar wedstrijden (transport, kleding, hotels, verzekering, kleding, relatiegeschenken, medische begeleiding e.d.).

    • l. Stelt het budget op en bewaakt dit tijdens de reis.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Collega's van de organisatie, leden van het bestuur en commissies, verenigingen.

  • Relatiepatroon extern:

  • Accommodaties. media.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Hoofd competitie

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Verantwoording aan de directeur.

  • II.Doel van de functie:

    • a. Organiseert en geeft leiding aan de totale competitie en evenementen.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Organiseert de totale competitie en verdere wedstrijden.

    • b. Bewaakt de voortgang van de totale competitie, kampioenschappen e.d. en administreert de standen en uitslagen.

    • c. Woont vergaderingen bij van het bestuur en van verschillende technische en scheidsrechtercommissies en brengt adviezen uit.

    • d. Voert het secretariaat van commissies.

    • e. Werkt mee aan de organisatie van evenementen van de bond.

    • f. Bewaakt het competitiebudget. Produceert de concept-deelbegroting en bewaakt deze na goedkeuring en voert deze uit.

    • g. Adviseert verenigingen, instanties inzake accommodaties, materialen, kleding e.d.

    • h. Geeft leiding aan team van medewerk(st)ers.

    • i. Houdt toezicht op het gebruik van accommodaties die reglementair geaccepteerd zijn.

    • j. Houdt toezicht op het juist inzetten van scheidsrechters volgens een vastgelegd systeem.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Collega's van de organisatie, alsmede met leden van het bestuur en commissies en met de verenigingen.

  • Relatiepatroon extern:

  • Leveranciers, media.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Medewerk(st)er competitie

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Verantwoording aan hoofd competitie.

  • II.Doel van de functie:

    • a. Maakt de planning, organiseert en administreert een deel-competitie en kampioenschappen.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Deelt de teams in in de competitie.

    • b. Verwerkt de standen en uitslagen in de computer; zendt de output (overzichten) periodiek naar de verenigingen.

    • c. Draagt zorg voor vermelding van de competitieresultaten in bondsorganen en verstrekt informatie (verenigingen, media e.d.).

    • d. Deelt de scheidsrechters in.

    • e. Verwerkt mutaties bij teams/spelers.

    • f. Houdt toernooikalender bij.

    • g. Organiseert en notuleert commissievergaderingen en werkgroepen.

    • h. Produceert concept-deelbegroting en controleert de declaraties, facturen e.d.

    • i. Werkt mee aan de organisatie van wedstrijden, w.o. trainingen, keuringen, alsmede de verzorging, zoals kleding.

    • j. Verricht algemene kantoorwerkzaamheden en werkt mee aan evenementen.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Commissies, verenigingen, scheidsrechters, e.d.

  • Relatiepatroon extern:

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Administratief medewerk(st)er competitie en wedstrijdbegeleiding

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Verantwoording aan het hoofd competitie en wedstrijdbegeleiding.

  • II.Doel van de functie:

  • Verricht administratieve werkzaamheden als ondersteuning van de competitie en wedstrijdbegeleiding.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Verwerkt met behulp van een tekstverwerker/computer competitiegegevens e.d.

    • b. Beantwoordt de telefoon en verstrekt informatie.

    • c. Neemt deel aan en notuleert vergaderingen.

    • d. Houdt het adressenbestand, licenties e.d. bij.

    • e. Vertaalt brieven/telexen in het Duits/Engels/Frans.

    • f. Verzorgt de uitnodigingen voor scheidsrechters/lijnrechters/jury, vertegenwoordigers bestuur, gasten e.d. voor (interland)wedstrijden.

    • g. Verzorgt het info-bulletin (programma's, standen e.d.).

    • h. Zorgt voor de administratieve verwerking van wedstrijdformulieren, schrijft boetes uit en stelt de boetelijst samen en verzendt deze.

    • i. Werkt mee aan de organisatie van trainingen, stages, werkvoorbereidingen, interlandwedstrijden e.d.

    • j. Sluit verzekering voor reizen af.

    • k. Behandelt toernooi-aanvragen en stelt de toernooikalender op.

    • l. Organiseert de loting van bekerwedstrijden en houdt het bekerprogramma bij.

    • m. Kopieert en verzendt beoordelingsformulieren en verwerkt aanmeldingsformulieren scheidsrechters en inschrijfformulieren nationale/internationale competitie.

    • n. Draagt zorg voor de beheer van de wedstrijdkleding.

    • o. Verwerkt binnenkomende en uitgaande post, en houdt het wedstrijdarchief bij.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Verenigingen, scheidsrechters, commissieleden, collega's.

  • Relatiepatroon extern:

  • Nationale en internationale organisaties, leveranciers.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Medewerk(st)er tuchtzaken

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Verantwoording aan het hoofd van de afdeling.

  • II.Doel van de functie:

    • Voert werkzaamheden uit ten behoeve van de tuchtrechtspraak.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Legt strafdossiers aan en zendt deze aan de commissieleden.

    • b. Neemt protesten en beroepszaken in behandeling en legt deze aan de commissie voor.

    • c. Bewaakt de termijn van reeds gestarte zaken.

    • d. Maakt de planning van zittingen, reserveert ruimte en het stelt straf/protest/beroepszaken samen.

    • e. Werkt uit, controleert en verzendt in concept opgestelde rapporten, brieven en uitspraken door commissieleden.

    • f. Informeert betrokkenen over de uitslag van straf-, protest- en beroepszaken en neemt deze voor publikatie op in het bondsblad.

    • g. Houdt de dossiers bij over zaken en draagt zorg voor het beheer van het archief.

    • h. Maakt overzichtslijsten per jaar.

    • i. Neemt deel aan vergaderingen over zaken en procedures.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Collega's bondsbureau, commissieleden, directeur, districtskantoren, verenigingen, leden.

  • Relatiepatroon extern:

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Uitleenbeheerder

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Verantwoording aan het hoofd van de afdeling.

  • II.Doel van de functie:

    • a. Organiseert de werkzaamheden van de provinciale en regionale sport & speluitleencentra functioneren en de werkzaamheden gericht op het beheer en de uitleen van audio-visuele middelen.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Verzorgt reserveringen, uitgiften en inname van materialen en stelt eventuele schadevergoedingen vast.

    • b. Verzorgt de abonnementenadministratie van het uitleencentrum.

    • c. Beheert de uitleenkas met maandelijkse afdracht aan de financieel administrateur.

    • d. Verzorgt het onderhoud van materialen.

    • e. Verzorgt een halfjaarlijks financieel verslag aan de directie en stelt een jaarverslag samen.

    • f. Coördineert regionale spel- & sportuitleencentra, verzorgt een jaarlijkse evaluatie, informeert en ondersteunt beheerders.

    • g. Werkt redactioneel mee aan diverse uitgaven zoals werkgidsen, verzorgt de abonnementenadministratie en ondersteunt de verzending van grote mailings.

    • h. Beheert en onderhoudt de audio-visuele middelen; verzorgt de administratie van de verhuur en verwerkt gegevens in het jaarverslag.

    • i. Regelt het transport (eventueel met eigen auto's).

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Collega's, verenigingen, administrateur.

  • Relatiepatroon extern:

  • Cliënten uitleengebruikers, scholen en sportraden/-organisaties.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Zwaar en omvangrijk materiaal.

Medewerk(st)er leden-/licentie-administratie

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Verantwoording aan het afdelingshoofd.

  • II.Doel van de functie:

  • Verzorgt de ledenadministratie.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Zorgt met behulp van de computer voor de mutatie van gegevens van leden, licenties, verenigingen, trainers, abonnementen, docenten e.d.

    • b. Controleert op correcte aanmeldingen en afmeldingen en overschrijvingen en voert hierover correspondentie met betrokkenen.

    • c. Herstelt onjuiste of ontbrekende gegevensmutaties.

    • d. Produceert en verzendt paspoorten, diploma's, licenties, etiketten e.d.

    • e. Print de acceptgiro's en verzendt deze aan de verenigingen/leden.

    • f. Verwerkt de bank- en girobetalingen in de computer.

    • g. Produceert overzichten, brieven e.d.

    • h. Houdt mutaties in adressen bij.

    • i. Levert overzichten e.d. aan ten behoeve van publikaties, zoals jaarverslag, bondsblad e.d.

    • j. Bedient telefoon en verstrekt informatie.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Leden, verenigingen, collega's e.d.

  • Relatiepatroon extern:

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Assistent(e) abonnement/ledenadministratie

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Verantwoording aan het afdelingshoofd.

  • II.Doel van de functie:

  • Werkt mee aan de ledenadministratie.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Zorgt voor de mutatie van gegevens van leden, scholen en verenigingen.

    • b. Controleert op correcte aanmelding en afmeldingen en overschrijvingen en voert hierover correspondentie met betrokkenen.

    • c. Herstelt onjuiste of ontbrekende gegevensmutaties.

    • d. Print de acceptgiro's uit en verzendt deze.

    • e. Verwerkt de bank- en girobetalingen in de computer.

    • f. Stelt paspoorten, diploma's samen en verzendt deze.

    • g. Produceert overzichten, brieven e.d.

    • h. Bedient telefoon en verstrekt informatie.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Contacten met leden, verenigingen, collega's e.d.

  • Relatiepatroon extern:

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Afdelings-secretaresse

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Verantwoording aan de directeur/hoofd van de afdeling.

  • II.Doel van de functie:

    • Verricht secretariaatswerkzaamheden.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Concipieert eenvoudige korte brieven ten behoeve van het afhandelen van eigen werkzaamheden; corrigeert op type- en taalfouten.

    • b. Kopieert documenten en maakt de post verzendklaar.

    • c. Werkt met een tekstverwerker, telex en fax.

    • d. Registreert door medewerkers gemaakte afspraken, maakt en bewaakt afspraken.

    • e. Notuleert vergaderingen van medewerkers en commissies; stelt besluitenlijst op.

    • f. Neemt telefoon aan, handelt indien mogelijk zelfstandig af of verbindt door.

    • g. Sorteert inkomende post.

    • h. Houdt het archief bij.

    • i. Draagt zorg voor de invoering en de mutatie van gegevens in databestanden.

    • j. Houdt toezicht op voorraden en verzorg waar nodig de bestelling van kantoorbenodigdheden, informatiematerialen, drukwerk en huishoudelijk benodigdheden.

    • k. Treedt op als gastvrouw voor bezoekers van de organisatie.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Directeur, verenigingen, districten, commissies en collega's.

  • Relatiepatroon extern:

  • Internationale en nationale sportorganisaties, ambtelijke instanties, sponsors, media.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Medewerk(st)er algemene kantoorwerkzaamheden

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Verantwoording aan het afdelingshoofd.

  • II.Doel van de functie:

  • Verricht diverse kantoorwerkzaamheden ten behoeve van de organisatie.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Verzorgt besluitenlijsten van commissie- en werkgroepvergaderingen.

    • b. Stelt routinebrieven e.d. op.

    • c. Werkt met een tekstverwerker, telex en fax.

    • d. Brengt gegevens in in een computer.

    • e. Bedient de telefoonapparatuur en verbindt gesprekken door en verstrekt informatie.

    • f. Assisteert bij de verwerking van inkomende en uitgaande post, en andere periodieke verzendingen aan leden van artikelen (promotie, onderscheidingen e.d.).

    • g. Houdt adres-wijzigingen en ledenmutaties bij.

    • h. Houdt toezicht op voorraden kantoormaterialen i.v.m. tijdige bestelling.

    • i. Archiveert.

    • j. Werkt mee aan evenementen van de organisatie.

    • k. Vervangt collega's bij afwezigheid.

    • l. Helpt bij kantinewerkzaamheden.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Verenigingen, commissies, collega's.

  • Relatiepatroon extern:

  • Leveranciers.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Typiste

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Variabel; veelal onder afdelingshoofd.

  • II.Doel van de functie:

  • Het met behulp van tekstverwerkingsapparatuur verwerken van tekst.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Verwerkt de aangeleverde concepten met behulp van tekstverwerkingsapparatuur; retourneert deze na verwerking; verricht zonodig eenvoudige correcties.

    • b. Archiveert documenten in het geheugenbestand van de apparatuur.

    • c. Draagt zorg voor het geregeld „schonen" van het bestand.

    • d. Bedient de aangesloten (laser)printer; vult de papiervoorraad zonodig aan.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Regelmatig contact met opdrachtgevers in verband met lay-out/taalfouten.

  • Relatiepatroon extern:

  • Geen.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Er is gedurende langere tijd sprake van inspanning van de ogen en een beperkende werkhouding met een eenzijdig bewegingspatroon.

Medewerk(st)er reproduktie en postkamer

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Verantwoording aan het afdelingshoofd.

  • II.Doel van de functie:

  • Produceert drukwerken en werkt mee aan de postverzending.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Bedient kopieermachines en afwerkapparatuur.

    • b. Produceert brochures, folders, formulieren e.d.

    • c. Geeft advies aan opdrachtgevers inzake lay-out, papierkeus, formaat e.d.

    • d. Maakt brieven, drukwerken en artikelen gereed voor verzending.

    • e. Verricht eenvoudige reparaties aan machines, e.d. en onderhoudt deze.

    • f. Administreert gebruikte materialen, tijd en verrichte werkzaamheden per order en houdt de voorraad bij.

    • g. Beheert de voorraden papier, enveloppen, drukwerken e.d. en bestelt deze zonodig.

    • h. Werkt met de tekstverwerker.

    • i. Produceert facturen voor geleverde werkzaamheden.

    • j. Adviseert inzake offertes voor de reproduktie-afdeling.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Collega's, verenigingen.

  • Relatiepatroon extern:

  • Leveranciers.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Lawaai en warmte door machines.

Medewerk(st)er huishoudelijke dienst

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Verantwoording aan het hoofd van de afdeling.

  • II.Doel van de functie:

    • Houdt het kantoorgebouw schoon en verricht kantinewerkzaamheden.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Houdt het gebouw en het vaatwerk schoon.

    • b. Verzorgt consumpties en eenvoudige maaltijden voor medewerk(st)ers en deelnemers aan vergaderingen e.d.

    • c. Koopt schoonmaakartikelen en artikelen ten behoeve van de kantine in.

    • d. Maakt vergaderzalen gereed.

    • e. Assisteert bij algemene routine kantoorwerkzaamheden (post, reproduktie, e.d.).

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Collega's, gebruikers van vergader-accommodatie.

  • Relatiepatroon extern:

  • Leveranciers.

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.

Coördinator sportsectie

  • I.Plaats in de organisatie:

  • Verantwoording aan de directie/hoofd sport.

  • II.Doel van de functie:

  • Ondersteunt de sectiecommissie belast met de uitbouw van een tal van sport en met de organisatie van wedstrijden, trainingen.

    • Coördineert de desbetreffende werkzaamheden op het bondsbureau.

  • III.Voornaamste activiteiten:

    • a. Initieert (beleids)adviezen ten behoeve van de sectiecommissie en voert de besluiten uit.

    • b. Organiseert de vergaderingen van de commissies en werkgroepen.

    • c. Stelt de concept-begroting op voor de sectie.

    • d. Controleert en codeert alle rekeningen voor de sectie; bewaakt het budget.

    • e. Werkt mee aan de voorlichting in bondsorganen e.d.

    • f. Organiseert trainingen, kampioenschappen, andere sportevenementen en zorgt voor de regeling van reizen, kleding, geschenken e.d. (binnen- en buitenland).

    • g. Zorgt voor de administratieve verwerking van de wedstrijdgegevens, zoals spelers, straffen, wedstrijdroosters e.d.

  • IV.Relatiepatroon intern:

  • Relatiepatroon extern:

  • V.Aanvullende informatie:

  • Geen bezwarende werkomstandigheden.BIJLAGE IV behorende bij de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Werkgeversorganisatie in de Sport

WOS-salarisschaal

Schalen1234567891011121314  
  0 99134169204244284324364409454499549599 
Functiegroep98133168203243283323363408453>>498498548598648
Functiejaar
022052260231524202635279529553225355539304525495056006455 
122552320240025302750292030953375372541204730516558306745 
223002375249526352865304532253530390043154930537560657035 
323502435258527452970316533603680406545055135560063007325 
424002495268528553090329034953825423547055335581065407620 
524452555277029553200341036303980441048955545602567857905 
624952610286530703310354537654130458550855745623570158195 
725452680295031703420366539054280476052805950645572508490 
825902735304532803545378540354430493054706150667074858780 
926502790313533853655391541704585510056706355688577259065 
1226952855322534953765403543054740527058606560709579659360 
1527402915331536003880415544354885544060556765731081959655 

De functievolwassen leeftijd is 21 jaar waarbij de regeling geldt van 7,5% korting p/j lagere leeftijd.

BIJLAGE V BEHORENDE BIJ DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST SPORT

Vergoeding woon–werkverkeer

  • 1. De reiskostenregeling voor woon–werkverkeer is, behoudens uitzonderingen, van toepassing op alle werknemers.

  • De toe te passen uitzondering geldt voor:

    • a. degenen die onder een autoregeling vallen

    • b. degenen voor wie de werkgever een afzonderlijke regeling getroffen heeft in de zin van een abonnement of een verwerking in het salaris.

  • 2. De hoogte van de reiskostenvergoeding wordt bepaald door het bedrag dat gebaseerd is op de wettelijke reiskostenvergoeding voor woon–werkverkeer (algemeen) bij een afstand van meer dan 10 km en niet meer dan 30 km.

  • Indien de werknemer een afstand moet afleggen korter dan 10 km, dan zal men geen vergoeding ontvangen.

  • 3. De uitbetaling vindt maandelijks gelijktijdig met het salaris plaats.

BIJLAGE VI BEHORENDE BIJ DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR DE SPORT

Studiekostenregeling

De werknemer die mede in het belang van de werkgever voor het op peil houden van zijn vakkennis of voor het vergroten van zijn kennis en vaardigheden een studie gaat volgen, kan op zijn verzoek een tegemoetkoming krijgen in de kosten van zijn studie.

Vergoed worden voor 100%: lesgeld en noodzakelijke boeken, examen- en diplomakosten en reiskosten op basis openbaar vervoer 2e klasse.

Indien de studie niet met succes wordt afgesloten dient direct 25% te worden terugbetaald; bij ontslag door eigen toedoen of op eigen verzoek dient 100% van de verstrekte vergoeding te worden terugbetaald indien het ontslag plaatsvindt binnen 1 jaar na afsluiting van de studie en 50% indien het ontslag plaatsvindt binnen 2 jaar na afsluiting van de studie.

Protocol A

Afspraken terzake het functiewaarderingssysteem.

  • 1. Algemeen

  • In de sector sport is een functiewaarderingssysteem ingevoerd.

  • Iedere individuele werkgever die de CAO-sport uitvoert is gehouden de bij hem vervulde functies te waarderen volgens het functiewaarderingssysteem, tenzij het een functie betreft die voor minder dan 13 uren wordt vervuld.

  • 2. Invoering

  • Indien een werkgever wordt geconfronteerd met het moeten invoeren van het functiewaarderingssysteem in zijn organisatie, dient hij er naar te streven dat de functies zijn gewaardeerd binnen 4 maanden na het op de werkgever van toepassing geworden zijn van het systeem.

  • Indien een werkgever die het functiewaarderingssysteem reeds heeft ingevoerd een nieuwe functie instelt, dient bij de instelling de functie te zijn gewaardeerd.

  • 3. Ankerfuncties

  • De functiewaardering vindt plaats aan de hand van door de Werkgeversorganisatie in de Sport vastgestelde ankerfuncties, waarmee de gezamenlijke vakorganisaties hebben ingestemd.

  • Een exemplaar van de ankerfuncties ligt voor iedere belanghebbende bij de werkgever ter inzage.

  • Het wijzigen van ankerfuncties of het vaststellen van nieuwe ankerfuncties kan niet anders geschieden dan bij besluit van de Werkgeversorganisatie in de Sport, nadat zulks ter kennis is gebracht van de Vaste Commissie.

  • 4. Inschalen

  • Indien een werkgever het functiewaarderingssysteem gaat invoeren kunnen zich ten aanzien van de individuele medewerkers drie mogelijkheden voordoen, namelijk:

    • a. het actuele maandsalaris valt binnen de grenzen van de salarisschaal die voor de functie van de medewerker zal gaan gelden;

    • b. het actuele maandsalaris ligt lager dan het minimum van de salarisschaal voor de functie;

    • c. het actuele maandsalaris ligt hoger dan het maximum van de salarisschaal voor de functie.

Ad a.

In dit geval geschiedt inschaling in de functieschaal in het gelijke of hogere gelegen salaris dat het dichtst bij het actuele salaris ligt.

Ad b.

In dit geval zal de inschaling gefaseerd kunnen geschieden.

Ad c.

In dit geval wordt het salaris „bevroren" en vindt er geen salarisverhoging plaats. De in CAO-afspraken vastgelegde initiële of incidentele loonsverhogingen zijn wel van toepassing.

  • 5. Bezwaar en beroep

  • Aan de werknemer staat de weg van bezwaar respectievelijk beroep open.

Protocol D

Afspraken naar aanleiding van de wet Terugdringing Ziekteverzuim en de wijzigingen in de Arbeidsomstandighedenwet die ingegaan zijn op 1 januari 1994

  • 1. Algemeen

  • Op grond van de nieuwe wetgeving heeft de werkgever de verantwoordelijkheid voor de begeleiding en controle van zieke werknemers. Ten behoeve van deze begeleiding en controle zijn de Werkgeversorganisatie in de Sport en de gezamenlijke vakorganisaties navolgende regeling overeengekomen.

  • Een individuele werkgever kan in overleg met de Ondernemingsraad of een gelijkwaardig overlegorgaan in voor werknemers positieve zin afwijken van dit protocol.

  • 2. Ziekmelding

    • 1. De ziekmelding dient plaats te vinden op de eerste ziektedag voor 09.15 uur op een door de werkgever aan te geven wijze. Hierbij dient de werknemer de aard van de klacht en de geschatte duur van het verzuim op te geven.

    • 2. Wanneer de werknemer tijdens ziekte op een adres verblijft dat een ander is dan bekend bij de werkgever, dient de werknemer dit bij de ziekmelding door te geven.

    • 3. Indien de werknemer wegens ziekte of een defect aan de bel een vertegenwoordiger van de werkgever of een in opdracht van de werkgever werkende controleur en/of arts niet de toegang tot zijn huis kan verschaffen, dient de werknemer dit bij ziekmelding door te geven.

    • 4. Wanneer de werknemer in het buitenland ziek wordt dan dient hij dit zo spoedig mogelijk aan de werkgever door te geven. Hij dient alsdan een arts ter plaatse te raadplegen en een medische verklaring aan de werkgever te doen toekomen (zo mogelijk per telefax of anders per expressepost).

    • De werkgever is bevoegd om direct bij ziekmelding of na ontvangst van voormelde medische verklaring te verlangen dat de werknemer een tweede onderzoek ondergaat door een door de werkgever daartoe aangewezen arts ter plaatse.

  • 3. Tijdens de ziekte

    • 1. Zolang de werknemer ziek is dient hij tot nader order tijdens werkuren thuis te blijven om een bezoek van een vertegenwoordiger van de werkgever of een in opdracht van de werkgever werkende controleur en/of arts mogelijk te maken.

    • 2. Bij ziekte dient de werknemer zo spoedig mogelijk geneeskundige hulp in te roepen. De werknemer dient zich gedurende het gehele verloop der ziekte onder behandeling te blijven stellen en de voorschriften van de behandelende geneeskundige op te volgen.

    • 3. Eventuele „eigen verklaringen" dienen binnen twee dagen ingevuld aan de werkgever geretourneerd te worden.

    • 4. Wanneer een werknemer tijdens ziekte verhuist of wanneer er een wijziging in het verpleegadres plaatsvindt dient hij dit zo spoedig mogelijk aan de werkgever kenbaar te maken.

    • 5. Werknemers dienen gehoor te geven aan een oproep ter verschijning op een spreekuur van een door de werkgever aangewezen arts. Wanneer de werknemer hiertoe niet in staat is dient hij dit zo spoedig mogelijk kenbaar te maken aan de werkgever.

    • 6. De werknemer dient zich te onthouden van activiteiten die zijn genezing belemmeren. In overleg met de werknemer kan afgeweken worden van deze bepaling. De weigering van de werkgever om te bewilligen in zodanige afwijking mag niet onredelijk zijn.

    • 7. Wanneer de werknemer tijdens ziekte naar het buitenland vertrekt dient hij hiervoor toestemming van de werkgever te hebben.

  • 4. Herstel

  • De werknemer dient gehele of gedeeltelijke werkhervatting voor 16.30 uur op de dag voorafgaand dat hij weer gaat werken aan de werkgever te melden. Indien de eerste werkdag na geheel of gedeeltelijk herstel op een maandag valt, dient de werkhervatting op die maandag voor 09.00 uur bij de werkgever te zijn gemeld.

  • 5. Sancties

  • De werkgever kan een sanctie opleggen wanneer een werknemer zich niet houdt aan de in dit protocol opgenomen voorschriften. Deze sanctie kan bestaan uit een waarschuwing en/of het geheel of gedeeltelijk weigeren van loonbetaling1. De werkgever dient de sanctie schriftelijk aan de werknemer mede te delen.

    • 1. Bij te late ziekmeldingen is de werkgever gerechtigd over twee dagen na ziekmelding geen loon te betalen alsmede het aan de werknemer te betalen loon over ziektedagen voor ziekmelding te beperken tot het voor hem geldende minimumloon, tenzij de werknemer aantoont dat hij buiten staat was zich eerder ziek te melden dan hij heeft gedaan.

    • 2. Wanneer een werkgever dan wel de in opdracht van de werkgever optredende controleur en/of arts van oordeel is dat er geen sprake is van ziekte vindt er geen loonbetaling1 plaats, tenzij de werknemer bewijst dat er wel sprake is van ziekte. Het oordeel van de arts van de betreffende Bedrijfsvereniging, ingewonnen op de voet van het hierna onder „Beroep" bepaalde, strekt ten bewijze voor partijen.

    • 3. Wanneer de werknemer in strijd handelt met de voorschriften als hiervoor gemeld onder de paragraaf 3 „Tijdens de ziekte", is de werkgever gerechtigd over de eerste twee dagen na ziekmelding geen loon aan de werknemer te betalen en voorts het aan de werknemer gedurende de eerste twee/zes weken van diens ziekte te betalen loon te beperken tot het voor hem geldende minimumloon.

  • 6. Beroep

    • 1. Indien een werknemer het niet eens is met het oordeel van de werkgever en/of de voor de werkgever optredende controleur en/of arts met betrekking tot de arbeidsongeschiktheid, kan de werknemer bij de betreffende Bedrijfsvereniging een tegenonderzoek verzoeken. De kosten hiervan worden door de werknemer betaald, tenzij hij geheel in het gelijk wordt gesteld.

    • 2. Ook de werkgever kan een tegenverzoek bij de betreffende Bedrijfsvereniging verzoeken.

II. Het is de werkgever toegestaan om in het kader van een verzoek om ontheffing als bedoeld in artikel 8, derde lid, van het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945, af te wijken van de onder I opgenomen bepaling(en) houdende een mutatie van het loon voorzover de onverkorte toepassing van die bepaling(en) de verlening van een ontheffing in de weg zou staan om reden dat de personeelskosten van de betrokken onderneming onvoldoende zijn gematigd.

III. Indien en voor zover de onder I opgenomen bepalingen strijdig zijn met (mede) ter zake van de vaststelling van lonen en/of andere arbeidsvoorwaarden bij of krachtens de wet gestelde of te stellen regelen, prevaleren deze regelen.

IV. Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van publikatie in de Nederlandse Staatscourant.

V. Dit besluit wordt gepubliceerd door plaatsing in een bijvoegsel bij de Nederlandse Staatscourant.

's-Gravenhage, 30 mei 1995

De Minister van sociale Zaken en Werkgelegenheid

Names deze,

De Directeur van het Centraal kantoor van de Inspectiedienst SZW,

A. van Dijk


XNoot
1

Artikel 1639l lid 7 van het Burgerlijk Wetboek is onverkort van toepassing.

XNoot
1

Bedoeld wordt partijen te anderer zijde bij de CAO.

XNoot
1

Het bepaalde in artikel 1638c van het Burgerlijk Wetboek blijft onverkort van toepassing.

XNoot
1

Het bepaalde in artikel 1638c van het Burgerlijk Wetboek blijft onverkort van toepassing.

XNoot
1

Het bepaalde in artikel 1638c lid 7 van het Burgerlijk Wetboek blijft onverkort van toepassing.

Naar boven