Besluit van 15 januari 2024 tot wijziging van het Besluit radioapparaten 2016 in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2022/2380 en de Gedelegeerde Verordeningen (EU) 2019/320, (EU) 2022/30 en (EU) 2023/2444

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat van 6 november 2023, nr. WJZ/ 38433854;

Gelet op Richtlijn nr. 2022/2380/EU van het Europees Parlement en de Raad van 23 november 2022 tot wijziging van Richtlijn 2014/53/EU betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van radioapparatuur, Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/320 van de Commissie van 12 december 2018 tot aanvulling van Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de toepassing van de in artikel 3, lid 3, onder g), van die richtlijn bedoelde essentiële eisen ter waarborging van de bepaling van de locatie van de oproeper bij noodcommunicatie via mobiele toestellen, Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/30 van de Commissie van 29 oktober 2021 tot aanvulling van Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de toepassing van de essentiële eisen als bedoeld in artikel 3, lid 3, punten d), e) en f), van die richtlijn, Gedelegeerde verordening (EU) 2023/2444 van de Commissie van 20 juli 2023 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/30 wat de datum van toepassing van de essentiële eisen voor radioapparatuur betreft, en tot rectificatie van die verordening en de artikelen 10.8, tweede lid, en 10.9 van de Telecommunicatiewet;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 22 november 2023, nr. W18.23.00331/IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat van 11 januari 2024, nr. WJZ/ 41204705;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit radioapparaten 2016 wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 3, eerste lid, wordt een zin toegevoegd, luidende: Radioapparaten die tot de in deel I van bijlage I bis van die richtlijn gespecificeerde categorieën of klassen behoren, voldoen voorts aan de eisen, bedoeld in artikel 3, vierde lid, van die richtlijn, met dien verstande dat die eisen voor de radioapparaten, genoemd in deel I, punten 1.1 tot en met 1.12 respectievelijk punt 1.13 van die bijlage van toepassing zijn vanaf 28 december 2024 respectievelijk 28 april 2026.

B

Na artikel 3 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 3a

Het is verboden in strijd te handelen met een op grond van richtlijn nr. 2014/53/EU vastgestelde bindende EU-rechtshandeling.

C

In artikel 14, eerste lid, wordt na «of voor andere onder richtlijn nr. 2014/53/EU vallende aspecten van de bescherming van algemene belangen» ingevoegd «of niet voldoet aan een van de essentiële eisen, bedoeld in artikel 3 van die richtlijn».

ARTIKEL II

  • 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van 28 december 2023.

  • 2. Indien het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 27 december 2023, treedt het in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 15 januari 2024

Willem-Alexander

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens

Uitgegeven de zesentwintigste januari 2024

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

NOTA VAN TOELICHTING

I. Algemeen

1. Inleiding

Met het onderhavige besluit wordt het Besluit radioapparaten 2016 gewijzigd. Deze wijziging strekt enerzijds tot de beleidsarme implementatie van Richtlijn (EU) 2022/23801 en regelt anderzijds de toezichtsbevoegdheden in verband met Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/3202 en de beide Gedelegeerde Verordeningen (EU) 2022/303 en (EU) 2023/24444.

2. Implementatieregelgeving

2.1 Richtlijn (EU) 2022/2380

Richtlijn (EU) 2022/2380 wijzigt de Radioapparatenrichtlijn5 met het oog op het voor consumenten bestaande nadeel dat in de handel verschillende connectoren voor het opladen van mobiele telefoons en soortgelijke draagbare elektronische apparaten circuleren, en met het oog op het gebrek aan interoperabiliteit voor het opladen van deze apparaten. Ook ziet richtlijn (EU) 2022/2380 op het milieueffect van de verkoop van deze apparaten in de EU: oude opladers raken doorgaans in onbruik of worden weggegooid. De richtlijn beoogt daarom de interoperabiliteit met opladers en oplaadtechnologieën te bevorderen en de keuzevrijheid van consumenten bij de aankoop van een nieuw toestel te vergroten, onder meer door hun de mogelijkheid te bieden om een nieuw toestel al dan niet met een oplader te kopen, voor een groot aantal apparaten dat een universele oplaadtechnologie ondersteunt. De implementatie van Richtlijn (EU) 2022/2380 vindt plaats in zowel het besluit Radioapparaten 2016 als in de Regeling radioapparaten 2016.

Het onderhavige besluit strekt tot implementatie van het deel van de maatregelen uit deze richtlijn voor zover deze worden opgenomen in het Besluit radioapparaten 2016. Het gaat om verplichtingen voor fabrikanten van mobiele draagbare telefoons, tablets, digitale camera’s, hoofdtelefoons, headsets, draagbare videogameconsoles, draagbare luidsprekers, e-readers, toetsenborden, muizen, draagbare navigatiesystemen, oortelefoontjes en laptops. Deze apparaten moeten onder meer, voor zover zij kunnen worden opgeladen via een kabel, volgens de specificaties van deel I van bijlage I bis van de Radioapparatenrichtlijn zijn uitgerust met een USB-Type-C-oplaadpoort. Daarbij dient in relevante gevallen als oplaadprotocol USB Power Delivery te worden toegepast, hetgeen niet mag worden beïnvloed door eventuele aanvullende toegepaste oplaadtechnologieën. Op grond van Richtlijn (EU) 2022/2380 moeten deze verplichtingen gelden vanaf 28 december 2024 voor de genoemde categorieën radioapparaten met uitzondering van laptops, en voor laptops vanaf 28 april 2026.

2.2 Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/320

Met de Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/320 heeft de Europese Commissie gebruik gemaakt van haar bevoegdheid op grond van artikel 3, lid 3, onder g, van de Radioapparatenrichtlijn om gedelegeerde handelingen vast te stellen om te garanderen dat radioapparaten bepaalde mogelijkheden ondersteunen die de toegang tot nooddiensten waarborgen, en daarmee noodcommunicatie doeltreffender te maken. De gedelegeerde verordening is op 17 maart 2022 in werking getreden. Voor met de hand vastgehouden mobiele telefoons met geavanceerde computerfuncties (hierna: «smartphones») moeten fabrikanten de toegang tot nooddiensten waarborgen door de ondersteuning van in deze gedelegeerde verordening bedoelde technische methoden voor de ontvangst en verwerking van locatiegegevens, in concreto wifisignalen en GNSS-gegevens6 die ten minste compatibel en interoperabel zijn met het Galileo-systeem als bedoeld in Verordening (EU) nr. 1285/20137. Ten opzichte van locatiebepaling op basis van de celidentiteit (het dekkingsgebied van het basisstation dat een smartphone bedient) verhoogt het gebruik van verscheidene GNSS-constellaties de beschikbaarheid van hoogwaardige plaatsbepaling, met name ook in omgevingen waar het radiosignaal geen naadloze dekking kan garanderen, zoals in stedelijke omgevingen met smalle straten. Galileo is het enige GNSS onder civiele controle en is eigendom van de EU. De vereiste compatibiliteit met Galileo past binnen een bredere beleidsstrategie van de EU met betrekking tot dit systeem. De eis om plaatsbepaling ook op basis van wifisignalen mogelijk te maken beoogt een nauwkeurige plaatsbepaling van de eindgebruiker mogelijk te maken in gevallen waarin GNSS-locatiegegevens niet beschikbaar zijn, bijvoorbeeld wanneer de smartphone zich in een gebouw bevindt. Een technisch haalbare methode voor de uitwisseling van de op een smartphone beschikbare gegevens met betrekking tot GNSS, wifi of de celidentiteit via sms met alarmcentrale is «advanced mobile location» (AML). Deze techniek wordt reeds breed ondersteund in smartphones gebruikt in de EU.

2.3. De Gedelegeerde Verordeningen (EU) 2022/30 en (EU) 2023/2444

De Gedelegeerde Verordeningen (EU) 2022/30 en (EU) 2023/2444 (die de eerste aanpast) betreffen gedelegeerde handelingen waarin de Europese Commissie heeft gespecificeerd op welke categorieën of klassen radioapparatuur enkele normen ten aanzien van digitale veiligheid van toepassing zijn. Het betreft de essentiële eisen van artikel 3, derde lid, onderdeel d (om de bescherming van het netwerk te waarborgen), onderdeel e (om waarborgen te bieden voor de bescherming van persoonsgegevens en de privacy) en onderdeel f (om bescherming tegen fraude te waarborgen) van de Radioapparatenrichtlijn. Deze gedelegeerde verordeningen zien op het probleem van het grote en in het kader van het internet der dingen (IoT) sterk groeiende aantal radioapparaten dat (dagelijks) wordt gebruikt maar over het algemeen niet voldoende digitaal veilig is. Gelet op de toenemende risico’s op dit gebied is dit extra problematisch, zeker bij gebruik door kwetsbare gebruikers zoals kinderen. De gedelegeerde verordeningen vormen onderdeel van een groter geheel aan bestaande en nieuwe EU-regelgeving voor digitale veiligheid van elektronische producten en diensten dat moet zien op het gehele ecosysteem van fabricage, verhandeling en gebruik van deze producten en diensten, waarbij meerdere actoren zijn betrokken, waaronder fabrikanten, dienstverleners, verkopers, netwerkaanbieders en consumenten. In concreto stelt de Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/30 vast dat de in artikel 3, derde lid, onderdelen d, e en f, van de Radioapparatenrichtlijn vastgestelde normen van toepassing zijn op met het internet verbonden radioapparaten. Voorts is hierin bepaald dat artikel 3, derde lid, onderdeel e, van de Radioapparatenrichtlijn van toepassing is op draagbare radioapparatuur, speelgoed dat ook radioapparatuur is, en radioapparaten voor gebruik bij de kinderzorg, al dan niet met internet verbonden, met inachtneming van bepaalde in de artikelen 1 en 2 van de gedelegeerde verordening gespecificeerde voorwaarden en uitzonderingen. Gedelegeerde Verordening (EU) 2023/2444 wijzigt de datum van inwerkingtreding van verordening (EU) 2022/30 van 1 augustus 2024 in 1 augustus 2025 om Europese normalisatieorganisaties meer tijd te geven voor de totstandkoming van de benodigde geharmoniseerde standaarden.

3. Regeldruk

Regeldrukgevolgen Richtlijn (EU) 2022/2380

De gevolgen voor de regeldruk van het geheel van verplichtingen die voortvloeien uit Richtlijn (EU) 2022/2380 voor Nederlandse entiteiten zijn lastig vast te stellen, onder meer vanwege het grote aantal en de variëteit van radioapparaten die jaarlijks op de EU markt komen. De Europese Commissie geeft op basis van diverse aannames enkele inschattingen voor bedrijven in de EU8. De kosten zijn voornamelijk toe te schrijven aan fabrikanten die in hun producten nog geen USB-Type-C-standaard ondersteunen, de oplader niet ontbundelen of geen universeel oplaadprotocol ondersteunen. De effecten voor fabrikanten die het oplaadsysteem van deze apparatuur opnieuw (deels) moeten ontwerpen zijn echter verwaarloosbaar door een ruime overgangsperiode. Voor fabrikanten in de EU die momenteel eigen snellaadprotocollen gebruiken die niet compatibel zijn met het voorgeschreven protocol of die snel opladen helemaal niet ondersteunen worden de eenmalige directe kosten geschat op 60 cent per apparaat en 30 miljoen euro in totaal. De overige kosten zijn door de Europese Commissie niet expliciet in kaart gebracht.

Regeldrukgevolgen Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/320

Aangezien Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/320 is gericht op reeds voor wifi en GNSS geschikte mobiele telefoons, zullen de regeldrukgevolgen van deze gedelegeerde verordening voor de fabrikanten van smartphones volgens de Europese Commissie naar verwachting minimaal zijn. Bijna alle nieuwe smartphones die momenteel op de markt zijn, hebben naast wifi ook de GNSS-functie. Ook Galileo wordt breed ondersteund. Uit een in opdracht van de Europese Commissie uitgevoerd onderzoek (HELP112)9 blijkt dat de aan de integratie van Galileo verbonden kosten verwaarloosbaar zijn omdat er geen specifieke hardwarecomponent vereist is. Alle grote fabrikanten van smartphones hebben Galileo in hun telefoons geïntegreerd. De gedelegeerde verordening zal derhalve voor de betreffende fabrikanten naar verwachting geen bijkomende regeldrukkosten met zich meebrengen. Ook zijn er geen gevolgen voor aanbieders van mobiele telefonie omdat de vereiste technieken betrekking hebben op smartphones.

Regeldrukgevolgen Gedelegeerde Verordeningen (EU) 2022/30 en (EU) 2023/2444

De verplichtingen uit de Gedelegeerde Verordeningen (EU) 2022/30 en (EU) 2023/2444 hebben gevolgen voor de regeldruk voor met name de fabrikanten van de desbetreffende apparaten. De naleving van deze verplichtingen heeft een sterke samenhang met aanpalende EU regelgeving en de kosten hiervan zijn slechts indicatief per producttype vast te stellen. Het is om deze reden, en mede vanwege het grote aantal en de variëteit van radioapparaten die jaarlijks op de EU markt komen, onmogelijk geaggregeerde kosten gedegen in te schatten.10

4. Consultatie

Omdat het onderhavige besluit enkel strekt ter implementatie van Europese regelgeving, is afgezien van een openbare internetconsultatie.

5. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van 28 december 2023. Dit is de datum waarop Richtlijn (EU) 2022/2380 uiterlijk dient te zijn omgezet. Er is een voorziening getroffen voor het geval de publicatie na 27 december 2023 plaatsvindt.

II. Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel A

Aan artikel 3, eerste lid, van het besluit wordt een zin toegevoegd waarin is bepaald dat radioapparaten voorts voldoen aan artikel 3, vierde lid, van de Radioapparatenrichtlijn. Artikel 3, vierde lid, van de Radioapparatenrichtlijn vereist dat radioapparatuur die tot de in deel I van bijlage I bis gespecificeerde categorieën of klassen behoort zo geconstrueerd is dat zij voldoet aan de in die bijlage vastgestelde specificaties met betrekking tot oplaadmogelijkheden voor de desbetreffende categorie of klasse radioapparatuur. In deze bijlage is onder meer de eis opgenomen dat genoemde radioapparaten zijn uitgerust met een USB-Type-C-oplaadpoort. In het tweede deel van de zin («met dien verstande dat») komt de overgangsperiode, bedoeld in artikel 2, tweede alinea, van Richtlijn (EU) 2022/2380 tot uitdrukking.

Artikel I, onderdeel B

Het (nieuwe) artikel 3a van het besluit bevat het verbod om te handelen in strijd met op grond van de Radioapparatenrichtlijn vastgestelde bindende EU-rechtshandelingen. Artikel 3, derde lid, van de Radioapparatenrichtlijn biedt de Europese Commissie de bevoegdheid bij gedelegeerde handelingen te bepalen dat tot bepaalde categorieën of klassen behorende radioapparatuur zo moet zijn geconstrueerd dat zij voldoet aan een van de essentiële eisen genoemd in het artikel.

Zoals beschreven in het algemene deel van de toelichting heeft de Europese Commissie inmiddels een drietal hierop betrekking hebbende gedelegeerde verordeningen vastgesteld, te weten Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/320 en de Gedelegeerde Verordeningen (EU) 2022/30 en (EU) 2023/2444. Bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/320 is bepaald dat de essentiële eis, genoemd in artikel 3, derde lid, onder g, van de Radioapparatenrichtlijn van toepassing is op met de hand vastgehouden mobiele telefoons met mogelijkheden betreffende de capaciteit om gegevens te behandelen en op te slaan die gelijkwaardig zijn aan de mogelijkheden van een computer. Bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/30 is bepaald dat de essentiële eisen van artikel 3, derde lid, onder d, e en f, van de Radioapparatenrichtlijn van toepassing zijn op in die gedelegeerde verordening specifiek genoemde radioapparatuur.

Omdat de aanwijzing van tot bepaalde categorieën of klassen behorende radioapparatuur in het verleden geschiedde bij beschikking (voor inwerkingtreding Verdrag van Lissabon) of besluit van de Europese Commissie, dient artikel 3, tweede lid, van het besluit onverminderd van kracht te blijven.

Artikel I, onderdeel C

In lijn met de gewijzigde Radioapparatenrichtlijn is in artikel 14 van het besluit bepaald dat een beoordeling van het radioapparaat ook kan worden uitgevoerd indien er aanwijzingen zijn dat dit niet voldoet aan een van de essentiële eisen, bedoeld in artikel 3, derde lid, van de Radioapparatenrichtlijn.

III. Transponeringstabel

Bepaling in Richtlijn (EU) 2022/2380

Bepaling in de Radioapparatenrichtlijn

Bepaling in het Besluit Radioapparaten 2016

Toelichting indien niet geïmplementeerd of naar zijn aard geen implementatie behoeft

Artikel 1, onderdeel 1, onder a

Artikel 3, derde lid, onder a

Geen

Reeds geïmplementeerd in artikel 3, tweede lid

Artikel 1, onderdeel 1, onder b

Artikel 3, vierde lid

Artikel 3, eerste lid

Artikel 1, onderdeel 2

Artikel 3 bis

Geen

Implementatie in Regeling radioapparaten 2016

Artikel 1, onderdeel 3

Artikel 10, achtste lid

Geen

Reeds geïmplementeerd in artikel 10.3 wet

Artikel 1, onderdeel 4

Artikel 12, vierde lid

Geen

Reeds geïmplementeerd in artikel 10.5 wet

Artikel 1, onderdeel 5

Artikel 13, tweede lid

Geen

Reeds geïmplementeerd in artikel 10.6 wet

Artikel 1, onderdeel 6

Artikel 17, tweede lid

Geen

Reeds geïmplementeerd in artikel 10.3 wet

Artikel 1, onderdeel 7

Artikel 40, titel en eerste lid

Artikel 14, eerste lid

Artikel 1, onderdeel 8

Artikel 43, eerste lid, onder f, h en j

Geen

Reeds geïmplementeerd in artikel 14, derde lid

Artikel 1, onderdeel 9

Artikel 44, tweede, derde en vijfde lid en artikel 44, lid 3 bis.

Geen

De bepaling behoeft naar zijn aard geen implementatie. De bepaling richt zich tot EU-instellingen.

Artikel 1, onderdeel 10

Artikel 47, derde lid

Geen

De bepaling behoeft naar zijn aard geen implementatie. De bepaling richt zich tot EU-instellingen.

Artikel 1, onderdeel 11

Bijlage I bis

Artikel 3, eerste lid

Artikel 2 tot en met 4

 

Deze bepalingen behoeven naar hun aard geen implementatie. Het betreft de gebruikelijke slotbepalingen van een richtlijn.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens


X Noot
1

Richtlijn (EU) 2022/2380 van het Europees Parlement en de Raad van 23 november 2022 tot wijziging van Richtlijn 2014/53/EU betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van radioapparatuur, PB EU L 315/30.

X Noot
2

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/320 van de Commissie van 12 december 2018 tot aanvulling van Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de toepassing van de in artikel 3, lid 3, onder g), van die richtlijn bedoelde essentiële eisen ter waarborging van de bepaling van de locatie van de oproeper bij noodcommunicatie via mobiele toestellen (PbEU L 55/1).

X Noot
3

Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/30 van de Commissie van 29 oktober 2021 tot aanvulling van Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de toepassing van de essentiële eisen als bedoeld in artikel 3, lid 3, punten d), e) en f), van die richtlijn(1) (PbEU L 7/1).

X Noot
4

Gedelegeerde verordening (EU) 2023/2444 van de Commissie van 20 juli 2023 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/30 wat de datum van toepassing van de essentiële eisen voor radioapparatuur betreft, en tot rectificatie van die verordening (PbEU L.27.10.2023).

X Noot
5

Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van radioapparatuur en tot intrekking van Richtlijn 1999/5/EG (PbEU L 153/62).

X Noot
6

GNSS (Global Navigation Satellite Systems) of wereldwijde satellietnavigatiesystemen betreffen systemen voor autonome georuimtelijke plaatsbepaling met wereldwijde dekking en maken het voor elektronische ontvangers mogelijk om hun locatie (lengte-, breedte- en hoogteligging) te bepalen.

X Noot
7

Verordening (EU) nr. 1285/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 betreffende de uitvoering en exploitatie van de Europese satellietnavigatiesystemen en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 876/2002 van de Raad en Verordening (EG) nr. 683/2008 van het Europees Parlement en de Raad (PbEU L 347).

X Noot
8

Commission staff working document impact assessment report, Accompanying the document Proposal for a Directive of the European Parliament and of the Council amending Directive 2014/53/EU on the harmonisation of the laws of the Member States relating to the making available on the market of radio equipment, SWD(2021) 245 final.

X Noot
9

HELP112, Pilot project on the design, implementation and execution of the transfer of GNSS data during an E112 call to the PSAP, Help112 team, July 2017.

X Noot
10

Commission staff working document impact assessment report, Accompanying the document Commission Delegated Regulation supplementing Directive 2014/53/EU of the European Parliament and of the Council with regard to the application of the essential requirements referred to in Article 3(3), points (d), (e) and (f), of that Directive, SWD(2021) 302 final.

Naar boven