Besluit van 2 december 2024, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van een aantal onderdelen van de Verzamelwet VWS 2023

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 28 november 2024, kenmerk 4009919-1075521-WJZ;

Gelet op artikel XXI van de Verzamelwet VWS 2023;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De artikelen IX, onderdelen A en B, X, XIII, XIV, XV, XVI, XVII, XVIII, onderdeel B, en XIX, onderdelen A en D, treden in werking met ingang 1 januari 2025.

Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 2 december 2024

Willem-Alexander

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. Agema

Uitgegeven de zesde december 2024

De Minister van Justitie en Veiligheid, D.M. van Weel

NOTA VAN TOELICHTING

Artikel IX, onderdeel B, van de Verzamelwet VWS 2023 voorziet in een artikel 68b van de Zorgverzekeringswet (Zvw). Dat artikel kan pas in werking treden op moment waarop ook de in artikel 68b, negende lid, Zvw voorziene ministeriële regeling – een wijziging van de Regeling zorgverzekering – in werking kan treden. Inmiddels is duidelijk dat laatstbedoelde ministeriële regeling met ingang van 1 januari 2025 in werking kan treden. Dientengevolge regelt onderhavig inwerkingtredingsbesluit dat ook artikel IX, onderdeel B, van de Verzamelwet VWS 2023, met ingang van die datum in werking treedt. Hetzelfde geldt voor de inwerkingtredingsdatum van artikelen en artikelonderdelen die direct samenhangen met artikel IX, onderdeel B, van laatstgenoemde wet.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. Agema

Naar boven