Wet van 5 juni 2024 tot wijziging van de Wet hergebruik van overheidsinformatie en enkele andere wetten in verband met de implementatie van richtlijn nr. 2019/1024/EU van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 inzake open data en het hergebruik van overheidsinformatie (Wet implementatie Open data richtlijn)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is nadere regels te stellen over het hergebruik van overheidsinformatie in verband met de implementatie van Richtlijn nr. 2019/1024/EU van het Europees parlement en de Raad van 20 juni 2019;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I WIJZIGING WET HERGEBRUIK VAN OVERHEIDSINFORMATIE

De Wet hergebruik van overheidsinformatie wordt als volgt gewijzigd:

A

Hoofdstuk I komt te luiden:

HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1. Begripsbepalingen
  • 1. In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

    anonimisering:

    proces waarbij documenten worden omgezet in anonieme documenten die geen betrekking hebben op een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon, of waarbij persoonsgegevens zodanig anoniem worden gemaakt dat de betrokkene niet of niet meer identificeerbaar is;

    archief:

    archiefbewaarplaats als bedoeld in artikel 1, onderdeel f, van de Archiefwet 1995, of beheerder daarvan;

    API:

    reeks functies, procedures, definities en protocollen voor machine-naar-machine communicatie en de naadloze uitwisseling van gegevens;

    bibliotheek:
    • a. Koninklijke Bibliotheek als bedoeld in artikel 1.5, tweede lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;

    • b. landelijke digitale bibliotheek als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b, van de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen;

    • c. lokale bibliotheek als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c, van de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen; of

    • d. universiteitsbibliotheek;

    bulksgewijze download:

    functie die het mogelijk maakt een volledige dataset in een of meer pakketten te downloaden;

    document:
    • a. door een met een publieke taak belaste instelling opgemaakt of ontvangen schriftelijk stuk of ander geheel of deel van vastgelegde gegevens, dat naar zijn aard verband houdt met de publieke taak van die instelling;

    • b. door een overheidsonderneming opgemaakt of ontvangen schriftelijk stuk of ander geheel of deel van vastgelegde gegevens, dat naar zijn aard verband houdt met de dienstverlening in het algemeen belang van die overheidsonderneming; of

    • c. door een publiek gefinancierde onderzoeksorganisatie opgemaakt of ontvangen schriftelijk stuk of ander geheel of deel van vastgelegde gegevens, dat naar zijn aard verband houdt met de geheel of gedeeltelijk publiek gefinancierde activiteiten van die onderzoeksorganisatie;

    dynamische gegevens:

    digitale documenten die frequent of in real time worden geactualiseerd, hoofdzakelijk vanwege hun volatiliteit of omdat ze snel verouderd zijn;

    FAIR-beginselen:

    beginselen die stellen dat gegevens vindbaar, toegankelijk, interoperabel en herbruikbaar moeten worden aangeboden;

    formele open standaard:

    vrij beschikbare standaard of norm die schriftelijk is vastgesteld, met vermelding van specificaties voor de vereisten betreffende de manier waarop de interoperabiliteit van de computerprogramma’s moet worden gegarandeerd;

    hergebruik:

    gebruik van informatie, neergelegd in documenten berustend bij een met een publieke taak belaste instelling, overheidsonderneming of publiek gefinancierde onderzoeksorganisatie, voor andere doeleinden dan het oorspronkelijke doel binnen de publieke taak, de dienstverlening in het algemeen belang, respectievelijk het onderzoek waarvoor de informatie is geproduceerd en anders dan de uitwisseling van informatie tussen deze organisaties of instellingen uitsluitend met het oog op de vervulling van publieke taken, dienstverlening in het algemeen belang of het onderzoek;

    HVD-uitvoeringsverordening:

    uitvoeringsverordening als bedoeld in artikel 14, eerste lid, van de richtlijn;

    instelling voor hoger onderwijs:

    instelling voor hoger onderwijs als bedoeld in artikel 1.1, onderdeel g, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, met uitzondering van universiteitsbibliotheken;

    machinaal leesbaar formaat:

    bestandsformaat dat zodanig is gestructureerd dat computerprogramma’s specifieke gegevens met inbegrip van individuele feitenbeschrijvingen en hun interne structuur gemakkelijk kunnen identificeren, herkennen en extraheren;

    met een publieke taak belaste instelling:

    openbaar lichaam als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de richtlijn, voor zover deze geen publiek gefinancierde onderzoeksorganisatie is;

    museum:

    met een publieke taak belaste instelling die gericht is op het tonen van cultuurgoederen aan het algemene publiek;

    onderzoeksgegevens:

    documenten in digitale vorm, anders dan wetenschappelijke publicaties, die:

    • a. worden verzameld of geproduceerd tijdens wetenschappelijke onderzoeksactiviteiten; en

    • b. als bewijs in het onderzoeksproces worden gebruikt, of waarvan binnen de onderzoeksgemeenschap algemeen wordt erkend dat ze noodzakelijk zijn om onderzoeksresultaten te valideren;

    open formaat:

    bestandsformaat dat platformonafhankelijk is en voor het publiek beschikbaar zonder enige belemmeringen voor het hergebruik van gegevens;

    overheidsonderneming:

    onderneming waarop met een publieke taak belaste instellingen direct of indirect een overheersende invloed als bedoeld in het tweede lid kunnen uitoefenen uit hoofde van eigendom, financiële deelname of de op de onderneming van toepassing zijnde voorschriften en die in het algemeen belang:

    • a. activiteiten ontplooit op het gebied van:

      • 1°. gas en warmte, voor zover artikel 8 van Richtlijn 2014/25/EU daarop van toepassing is;

      • 2°. elektriciteit, voor zover artikel 9 van Richtlijn 2014/25/EU daarop van toepassing is;

      • 3°. water, voor zover artikel 10 van Richtlijn 2014/25/EU daarop van toepassing is;

      • 4°. het ter beschikking stellen of exploiteren van netten bestemd voor openbare dienstverlening op het gebied van vervoer, voor zover artikel 11 van Richtlijn 2014/25/EU daarop van toepassing is;

      • 5°. de exploitatie van een geografisch gebied ten behoeve van de terbeschikkingstelling aan vervoerders van luchthaven-, zeehaven-, binnenhaven- of andere terminalfaciliteiten, voor zover artikel 12 van Richtlijn 2014/25/EU daarop van toepassing is; of

      • 6°. winning van olie of gas, of de exploratie of winning van steenkool of andere vaste brandstoffen, voor zover artikel 14 van Richtlijn 2014/25/EU daarop van toepassing is;

    • b. optreedt als exploitant van openbare diensten als bedoeld in artikel 2, onderdeel d, van Verordening (EG) nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 betreffende het openbaar personenvervoer per spoor en over de weg en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 1191/69 van de Raad en Verordening (EEG) nr. 1107/70 van de Raad (PbEU 2007, L 315);

    • c. als luchtvaartmaatschappij openbare dienstverplichtingen vervult op grond van artikel 16 van Verordening (EG) nr. 1008/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap (PbEU 2008, L 293); of

    • d. als reder openbare diensten verricht op grond van artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 3577/92 van de Raad van 7 december 1992 houdende toepassing van het beginsel van het vrij verrichten van diensten op het zeevervoer binnen de Lid-Staten (cabotage in het zeevervoer);

    persoonsgegevens:

    persoonsgegevens als bedoeld in artikel 4, onderdeel 1, van de Algemene verordening gegevensbescherming;

    pseudonimisering:

    pseudonimisering als bedoeld in artikel 4, vijfde lid, van de Algemene verordening gegevensbescherming;

    publiek gefinancierde onderzoeksorganisatie:
    • a. instelling voor hoger onderwijs; of

    • b. instelling die het doen of financieren van geheel of gedeeltelijk publiek gefinancierd onderzoek tot diens primaire taak rekent, met inbegrip van organisaties die zijn opgericht voor de overdracht van onderzoeksresultaten;

    richtlijn:

    Richtlijn 2019/1024/EU van het Europees parlement en de Raad van 20 juni 2019 inzake open data en het hergebruik van overheidsinformatie (PbEU 2019, L 172);

    Richtlijn 2014/25/EU:

    Richtlijn 2014/25/EU van het Europees Parlement en de raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van opdrachten in de sectoren water- en energievoorziening, vervoer en postdiensten en houdende intrekking van Richtlijn 2004/17/EG (PbEU 2014, L 94);

    specifieke hoogwaardige gegevensset:

    document dat in een HVD-uitvoeringsverordening is aangemerkt als specifieke hoogwaardige dataset waarop die HVD-uitvoeringsverordening en hoofdstuk V van de richtlijn van toepassing zijn;

    universiteitsbibliotheek:

    bibliotheekvoorziening van een universiteit genoemd in de bijlage behorende bij de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.

  • 2. Overheersende invloed als bedoeld in de begripsomschrijving van overheidsonderneming in het vorige lid, wordt voor de toepassing van het bepaalde bij of krachtens deze wet vermoed aanwezig te zijn, indien met een publieke taak belaste instellingen, al dan niet rechtstreeks, ten aanzien van die onderneming:

    • a. de meerderheid van het geplaatste kapitaal van de onderneming bezitten;

    • b. over de meerderheid van de stemrechten verbonden aan de door de onderneming uitgegeven aandelen beschikken; of

    • c. meer dan de helft van de leden van het bestuurs-, het leidinggevend of het toezichthoudend orgaan van de onderneming kunnen aanwijzen.

  • 3. Met specifieke hoogwaardige gegevenssets als bedoeld in het eerste lid worden, voor zover deze niet reeds op grond van artikel 14, eerste lid, van de richtlijn als zodanig zijn aangewezen, voor de toepassing van het bepaalde bij of krachtens deze wet gelijkgesteld documenten of informatie, die bij of krachtens algemene maatregel van bestuur als zodanig zijn aangewezen.

Artikel 2. Toepassingsbereik
  • 1. Met uitzondering van artikel 2a, is deze wet niet van toepassing op:

    • a. informatie die niet openbaar is op grond van de wet;

    • b. informatie waarvan een derde de rechthebbende is in de zin van de Auteurswet, de Wet op de naburige rechten of de Databankenwet;

    • c. informatie berustend bij een bibliotheek, museum of archief, waarvan een derde oorspronkelijk rechthebbende was in de zin van de Auteurswet, de Wet op de naburige rechten of de Databankenwet en waarvoor de beschermingstermijn nog niet is verstreken;

    • d. informatie berustend bij een publieke media-instelling als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet 2008, bij een onder de verantwoordelijkheid van een publieke media-instelling werkzame instelling of organisatie, of bij de NPO of de RPO als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van die wet;

    • e. informatie berustend bij onderwijsinstellingen, anders dan instellingen voor hoger onderwijs;

    • f. informatie berustend bij andere culturele instellingen dan bibliotheken, musea en archieven;

    • g. gedeelten van documenten die alleen logo’s, wapens of insignes bevatten;

    • h. persoonsgegevens in bij of krachtens de wet ingestelde registers voor zover deze openbaar toegankelijk zijn, tenzij het betreft persoonsgegevens in bij algemene maatregel van bestuur aangewezen registers, dan wel tenzij bij of krachtens de wet anders is bepaald;

    • i. informatie die betrekking heeft op openbare persoonsgegevens waarvan hergebruik onverenigbaar is met de doeleinden waarvoor ze zijn verkregen, anders dan persoonsgegevens als bedoeld in het vorige onderdeel;

    • j. documenten van overheidsondernemingen die:

      • 1°. zijn geproduceerd buiten de context van de levering van diensten van algemeen belang; of

      • 2°. verband houden met activiteiten die rechtstreeks blootstaan aan concurrentie en daarom op grond van artikel 34 van Richtlijn 2014/25/EU niet onder de aanbestedingsregels vallen.

  • 2. Het ontwerp van een krachtens het eerste lid, onderdeel h, vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt aan de beide Kamers der Staten-Generaal overgelegd. De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur kan worden gedaan nadat vier weken na de overlegging zijn verstreken, tenzij binnen die termijn door of namens een der Kamers of door ten minste een vijfde van het grondwettelijk aantal leden van een der Kamers de wens te kennen wordt gegeven dat het onderwerp van de algemene maatregel van bestuur bij wet wordt geregeld. In dat geval wordt een daartoe strekkend voorstel van wet zo spoedig mogelijk ingediend.

  • 3. Deze wet is alleen van toepassing op documenten van publiek gefinancierde onderzoeksorganisaties voor zover het onderzoeksgegevens betreft die ingevolge artikel 5b beschikbaar kunnen worden gesteld.

  • 4. Hoofdstuk II is niet van toepassing op overheidsondernemingen en publiek gefinancierde onderzoeksorganisaties.

  • 5. Voor de toepassing van deze wet worden met een publieke taak belaste instellingen die op grond van de Algemene wet bestuursrecht geen bestuursorgaan zijn, gelijk gesteld met een bestuursorgaan.

  • 6. Deze wet verplicht niet tot het voortzetten van de vervaardiging en opslag van documenten, enkel met het oog op hergebruik.

Artikel 2a. Algemene voorschriften voor met een publieke taak belaste instellingen en overheidsondernemingen
  • 1. Een met een publieke taak belaste instelling of overheidsonderneming, niet zijnde een instelling als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdelen d, e of f, draagt er zorg voor dat diens documenten worden ontworpen en vervaardigd op een manier die openheid en hergebruik van die documenten faciliteert en gemakkelijk maakt.

  • 2. Indien een met een publieke taak belaste instelling of overheidsonderneming het voornemen heeft om activiteiten te financieren die geheel of gedeeltelijk zien op het produceren of ontwikkelen van computerprogramma’s, dynamische gegevens, onderzoeksgegevens of specifieke hoogwaardige gegevenssets, door een partij die geen met een publieke taak belaste instelling is, spant de met een publieke taak belaste instelling of overheidsonderneming zich in om daaraan de voorwaarden te verbinden:

    • a. dat die documenten en bijbehorende gegevens worden ontworpen en vervaardigd op een manier die openheid en hergebruik van die documenten faciliteert en gemakkelijk maakt; en

    • b. dat die documenten en bijbehorende gegevens met zo min mogelijk beperkingen:

      • 1°. voor algemeen hergebruik beschikbaar worden gesteld, of;

      • 2°. aan de met een publieke taak belaste instelling of overheidsonderneming beschikbaar worden gesteld en door deze in overeenstemming met de bepalingen van deze wet voor hergebruik beschikbaar worden gesteld.

  • 3. De uitvoering van dit artikel mag geen afbreuk doen aan de rechten van derden die rechthebbende zijn in de zin van de Auteurswet, de Wet op de naburige rechten of de Databankenwet.

  • 4. Een met een publieke taak belaste instelling of overheidsonderneming besteedt in de jaarlijkse begroting dan wel de jaarlijkse begroting van het openbaar lichaam of de rechtspersoon waarvan de met een publieke taak belaste instelling of overheidsonderneming deel uit maakt, aandacht aan de beleidsvoornemens inzake de uitvoering van deze wet en doet in de jaarlijkse verantwoording verslag van de uitvoering ervan, mede in relatie tot de beleidsvoornemens.

B

Hoofdstuk III komt te luiden:

HOOFDSTUK III. BESCHIKBAAR STELLEN VAN INFORMATIE VOOR HERGEBRUIK

§ 3.1 Beschikbaar stellen van verschillende gegevenscategorieën
Artikel 5. Algemene wijze van beschikbaarstelling
  • 1. Indien documenten actief of op verzoek voor hergebruik beschikbaar worden gesteld door een met een publieke taak belaste instelling, overheidsonderneming of, voor zover artikel 5b van toepassing is, publiek gefinancierde onderzoeksorganisatie, worden zij beschikbaar gesteld:

    • a. zoals de documenten bij die organisatie of in de databank aanwezig zijn, in de reeds bestaande formaten of talen; en daarnaast

    • b. voor zover dit mogelijk en passend is en geen onevenredige inspanning vereist die verder gaat dan een eenvoudige handeling:

      • 1°. langs elektronische weg; en

      • 2°. samen met hun metagegevens, zijnde metagegevens als bedoeld in een toepasselijke HVD-uitvoeringsverordening of overige gegevens die betrekking hebben op en eigenschappen beschrijven van andere gegevens, in een open en machinaal leesbaar formaat dat toegankelijk, vindbaar en herbruikbaar is.

  • 2. Een open en machinaal leesbaar formaat als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, onder 2°, voldoet voor zover mogelijk aan formele open standaarden.

  • 3. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen specifieke formele open standaarden worden aangewezen waarop het tweede lid van toepassing is. Daarbij wordt ook bepaald:

    • a. wat het functionele toepassingsbereik is van een aangewezen standaard; en

    • b. vanaf welke datum de inspanningsverplichting tot toepassing van een aangewezen standaard ingaat.

  • 4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld over het anonimiseren of pseudonimiseren van documenten die persoonsgegevens bevatten.

  • 5. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen met een publieke taak belaste instellingen, overheidsondernemingen of publiek gefinancierde onderzoeksorganisaties worden verplicht om de voor hergebruik beschikbare informatie, of categorieën of delen daarvan, ook toegankelijk te maken via een of meerdere aangewezen portaalsites met links naar de overzichtslijsten, of via de in artikel 3.3b van de Wet open overheid bedoelde digitale infrastructuur.

  • 6. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot het in rekening brengen van de kosten voor het toegankelijk maken van documenten op de wijze als bedoeld in het vorige lid.

Artikel 5a. Beschikbaarstelling specifieke hoogwaardige gegevenssets

Specifieke hoogwaardige gegevenssets worden door een met een publieke taak belaste instelling of overheidsonderneming actief beschikbaar gesteld voor hergebruik. In aanvulling op de vereisten van artikel 5, worden zij beschikbaar gesteld:

  • a. via passende API’s die indien mogelijk zijn gebaseerd op formele open standaarden;

  • b. in de vorm van bulksgewijze download, voor zover dit in de toepasselijke HVD-uitvoeringsverordening is voorgeschreven of past bij de aard van de gegevens en de manier waarop ze worden geproduceerd; en

  • c. op een wijze die voldoet aan de eisen die in de toepasselijke HVD-uitvoeringsverordening aan die specifieke hoogwaardige gegevensset worden gesteld.

Artikel 5b. Beschikbaarstelling onderzoeksgegevens

Onderzoeksgegevens worden door een publiek gefinancierde onderzoeksorganisatie in overeenstemming met de FAIR-beginselen actief beschikbaar gesteld voor hergebruik, voor zover:

  • a. die documenten zijn geproduceerd in het kader van geheel of gedeeltelijk met overheidsmiddelen gefinancierde wetenschappelijke onderzoeksactiviteiten;

  • b. die documenten openbaar zijn gemaakt via een institutionele of thematische databank als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van de richtlijn; en

  • c. rechtmatige handelsbelangen, activiteiten inzake kennisoverdracht en reeds bestaande intellectuele eigendomsrechten zich hiertegen niet verzetten.

Artikel 5c. Beschikbaarstelling dynamische gegevens
  • 1. In aanvulling op de vereisten van artikel 5, worden dynamische gegevens die door een met een publieke taak belaste instelling of overheidsonderneming beschikbaar worden gesteld voor hergebruik, doorlopend aangeboden:

    • a. onmiddellijk nadat zij zijn verzameld, geactualiseerd, of, wanneer dat om gerechtvaardigde redenen van openbaar belang essentieel is, geverifieerd;

    • b. via passende API’s die indien mogelijk zijn gebaseerd op formele open standaarden; en

    • c. in de vorm van bulksgewijze download, voor zover dit past bij de aard van de gegevens en de manier waarop ze worden geproduceerd.

  • 2. Overstijgt de verplichting, bedoeld in het eerste lid, de financiële of technische mogelijkheden van de met een publieke taak belaste instelling of overheidsonderneming omdat dit een onevenredige inspanning zou vergen, dan worden in plaats daarvan de dynamische gegevens beschikbaar gesteld:

    • a. binnen een termijn die redelijkerwijze past bij de aard en omvang van de instelling of onderneming en de aard en omvang van de documenten; of

    • b. met technische beperkingen die daarvoor noodzakelijk zijn, mits deze beperkingen de exploitatie van het economisch en sociaal potentieel van deze documenten niet onnodig belemmeren.

Artikel 5d. Actieve beschikbaarstelling van overige documenten
  • 1. Voor zover dit zonder onevenredige inspanning of kosten redelijkerwijs mogelijk is, stellen met een publieke taak belaste instellingen ook documenten die niet onder de werking van de artikelen 5a of 5b vallen actief beschikbaar voor hergebruik, tenzij daarmee geen redelijk belang wordt gediend.

  • 2. Het vorige lid geldt niet voor documenten die zijn vastgesteld of ontvangen voordat dit lid van toepassing is geworden op de met een publieke taak belaste instelling bij wie de documenten berusten.

Artikel 6. Voorwaarden
  • 1. Hergebruik wordt niet aan voorwaarden onderworpen, tenzij die voorwaarden objectief, evenredig en niet-discriminerend zijn, en gerechtvaardigd worden door een doel van algemeen belang. Onder een doel van algemeen belang wordt in ieder geval begrepen de bescherming van de goede uitvoering en continuïteit van een publieke taak.

  • 2. Hergebruik wordt niet aan voorwaarden onderworpen die de mogelijkheden tot hergebruik nodeloos beperken of die bedoeld zijn om de mededinging te beperken. Een met een publieke taak belaste instelling die een voorbehoud heeft gemaakt als bedoeld in artikel 8, tweede lid, van de Databankenwet, oefent de rechten genoemd in artikel 2, eerste lid, van de Databankenwet niet uit om het hergebruik tegen te gaan of te beperken anders dan bij of krachtens deze wet is toegestaan.

  • 3. Ter bescherming van persoonsgegevens, stellen met een publieke taak belaste instellingen, overheidsondernemingen en publiek gefinancierde onderzoeksorganisaties in ieder geval de volgende voorwaarden aan hergebruikers:

    • a. de gegevens zullen niet worden gebruikt voor heridentificatie van betrokkenen;

    • b. de gegevens zullen niet worden gebruikt om pseudonimisering als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Algemene verordening gegevensbescherming of andere waarborgen ter bescherming van persoonsgegevens teniet te doen;

    • c. hergebruikers stellen passende waarborgen in om te voldoen aan de vorige twee onderdelen, ook bij verdere verwerking van de gegevens;

    • d. de vorige drie onderdelen zijn niet van toepassing indien de verwerking slechts plaatsvindt met het doel om onderzoek te verrichten naar anonimiserings- of beschermingstechnieken, mits de resultaten van dat onderzoek worden teruggekoppeld aan de met een publieke taak belaste instellingen, overheidsondernemingen of publiek gefinancierde onderzoeksorganisaties van wie de gegevens afkomstig zijn;

    • e. een inbreuk op deze voorwaarden wordt door de hergebruiker onverwijld gemeld aan de met een publieke taak belaste instellingen, overheidsondernemingen of publiek gefinancierde onderzoeksorganisaties van wie de gegevens afkomstig zijn;

    • f. indien een hergebruiker de gegevens doorgeeft aan een derde, vermeldt deze hergebruiker daarbij van welke met een publieke taak belaste instellingen, overheidsondernemingen of publiek gefinancierde onderzoeksorganisaties deze gegevens afkomstig zijn en stellen zij daarbij ook de in dit lid bepaalde voorwaarden voor verder hergebruik aan die derde.

  • 4. De eerste drie leden staan er in beginsel niet aan in de weg om beperkende voorwaarden te stellen voor zover:

    • a. de informatie vrijwillig is verkregen van een rechthebbende derde en die rechthebbende derde aan hergebruik van die informatie voorwaarden heeft verbonden;

    • b. de informatie is verkregen van een derde op grond van een wettelijke verplichting en het belang van hergebruik niet opweegt tegen de gerechtvaardigde belangen en verwachtingen van de verstrekker of andere belanghebbenden daarbij;

    • c. deze betrekking hebben op het vermelden van een auteur of bron of het achterwege laten van zo’n vermelding;

    • d. deze verbieden dat een bepaalde relatie wordt vermeld of geïmpliceerd tussen het oorspronkelijke document of de auteur of bron daarvan, en een afgeleid product;

    • e. deze betrekking hebben op de afwijzing van enige aansprakelijkheid jegens de hergebruiker met betrekking tot de voor hergebruik beschikbaar gestelde documenten;

    • f. deze noodzakelijk zijn ter bescherming van persoonsgegevens, waaronder begrepen voorwaarden die noodzakelijk zijn om te voldoen aan het beginsel van doelbinding, bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel b, van de Algemene verordening gegevensbescherming;

    • g. aan hergebruik van de broncode van een computerprogramma de voorwaarde wordt verbonden dat de broncode van een uitgegeven afgeleid werk of daaraan toegevoegde broncodes of computerprogramma’s beschikbaar worden gesteld onder dezelfde of vergelijkbare voorwaarden als de oorspronkelijke broncode; of

    • h. deze noodzakelijk zijn om onderzoeksgegevens in lijn met de FAIR-beginselen aan te kunnen bieden.

  • 5. De voorwaarden voor hergebruik zijn voor vergelijkbare categorieën van hergebruik gelijk, met inbegrip van hergebruik over de landsgrenzen heen.

  • 6. Indien documenten door een met een publieke taak belaste instelling worden hergebruikt als basismateriaal voor commerciële activiteiten van die met een publieke taak belaste instelling die buiten de publieke taak vallen, zijn op het beschikbaar maken van documenten voor deze activiteiten de vergoedingen en andere voorwaarden van toepassing die gelden voor andere gebruikers.

  • 7. Voorwaarden worden vooraf vastgesteld en bekendgemaakt, en voor zover mogelijk gesteld in de vorm van een versievrije standaardlicentie, waarmee wordt bedoeld een reeks vooraf bepaalde voorwaarden voor hergebruik, in een digitaal formaat dat elektronisch kan worden verwerkt en dat verenigbaar is met gestandaardiseerde openbare licenties die op het internet vrij beschikbaar zijn.

§ 3.2 Bepalingen over exclusieve rechten
Artikel 7. Exclusieve rechten
  • 1. Een exclusief recht tot hergebruik wordt niet verleend, tenzij dat noodzakelijk is voor het verlenen van een dienst van algemeen belang.

  • 2. Indien een exclusief recht wordt verleend voor een dienst van algemeen belang, niet betreffende de digitalisering van verzamelingen overheidsinformatie die berusten bij musea of bibliotheken, wordt minstens elke drie jaar door de met een publieke taak belaste instelling of overheidsonderneming die het exclusieve recht heeft verleend, bezien of de reden voor het verlenen van het exclusieve recht nog aanwezig is.

  • 3. Indien een exclusief recht wordt verleend voor de digitalisering van verzamelingen van overheidsinformatie die berusten bij musea of bibliotheken, bedraagt de periode van exclusiviteit in beginsel niet meer dan tien jaar. Indien de periode meer dan tien jaar bedraagt, wordt in het elfde jaar en, indien van toepassing, daarna tenminste elke zeven jaar, door de instelling die het exclusieve recht heeft verleend, bezien of de reden voor het verlenen van het exclusieve recht nog aanwezig is.

  • 4. In de overeenkomst waarin een exclusief recht wordt verleend voor de digitalisering van verzamelingen van overheidsinformatie die berusten bij musea of bibliotheken wordt vastgelegd dat de betrokken instelling kosteloos een kopie van de gedigitaliseerde informatie krijgt. De kopie is beschikbaar voor hergebruik na afloop van de periode waarvoor het exclusieve recht is verleend.

  • 5. Van elk exclusief recht dat wordt verleend, niet betreffende de digitalisering van verzamelingen overheidsinformatie die berusten bij musea of bibliotheken, wordt ten minste twee maanden voor de inwerkingtreding van dat recht mededeling gedaan op de in artikel 12 van de Bekendmakingswet bepaalde wijze.

  • 6. Het tweede en vijfde lid zijn van overeenkomstige toepassing op de verlening van rechten die niet expliciet als exclusief recht bedoeld zijn, maar wel als doel of effect hebben dat de beschikbaarheid van documenten voor hergebruik beperkt wordt voor andere partijen dan de partij op wie de verlening van rechten betrekking heeft.

Artikel 8. Uitfasering exclusieve rechten
  • 1. Door met een publieke taak belaste instelling of publiek gefinancierde onderzoeksorganisatie verleende exclusieve rechten tot hergebruik, die vóór 17 juli 2013 en niet voor een dienst van algemeen belang of voor de digitalisering van verzamelingen van overheidsinformatie van musea of bibliotheken zijn verleend, worden na afloop van het desbetreffende contract niet opnieuw verleend en vervallen met ingang van 18 juli 2033 van rechtswege.

  • 2. Door overheidsondernemingen verleende exclusieve rechten tot hergebruik, die vóór 16 juli 2019 en niet voor een dienst van algemeen belang of voor de digitalisering van verzamelingen van overheidsinformatie van musea of bibliotheken zijn verleend, na afloop van het desbetreffende contract niet opnieuw verleend en vervallen met ingang van 17 juli 2039 van rechtswege.

§ 3.3 Tarifering
Artikel 9. Hoofdregel tarifering
  • 1. De beschikbaarstelling van documenten voor hergebruik, vindt zoveel mogelijk kosteloos plaats. Een eventuele terugvordering die in rekening wordt gebracht, bedraagt ten hoogste de marginale kosten in verband met de vermenigvuldiging, verstrekking en verspreiding van de informatie alsmede in verband met de anonimisering van persoonsgegevens en maatregelen ter bescherming van de commerciële vertrouwelijkheid.

  • 2. Op grond van de artikelen 9a tot en met 9c kunnen voor bepaalde soorten organisaties of bepaalde categorieën van documenten uitzonderingen gelden op het vorige lid.

Artikel 9a. Tarifering door bepaalde organisaties
  • 1. In afwijking van artikel 9 mogen bibliotheken of musea voor het voor hergebruik beschikbaar stellen van documenten kosten in rekening brengen als bedoeld in artikel 9d, eerste lid.

  • 2. In afwijking van artikel 9 mogen overheidsondernemingen voor het voor hergebruik beschikbaar stellen van documenten kosten in rekening brengen als bedoeld in artikel 9d, tweede lid, met inachtneming van artikel 9b, eerste en tweede lid, onderdeel b.

  • 3. In afwijking van artikel 9 mogen met een publieke taak belaste instellingen voor wie dat bij wet is bepaald, voor het voor hergebruik beschikbaar stellen van documenten kosten in rekening brengen als bedoeld in artikel 9d, tweede lid, met inachtneming van artikel 9b, eerste en tweede lid, onderdeel c.

Artikel 9b. Tarifering specifieke hoogwaardige gegevenssets
  • 1. De beschikbaarstelling van specifieke hoogwaardige gegevenssets voor hergebruik vindt kosteloos plaats.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing op

    • a. bibliotheken en musea;

    • b. overheidsondernemingen, voor zover voor hen op grond van een HVD-uitvoeringsverordening een uitzondering bestaat; en

    • c. met een publieke taak belaste instellingen als bedoeld in artikel 9a, derde lid, voor zover zij bij ministeriële regeling tijdelijk zijn vrijgesteld van deze verplichting. Deze vrijstelling kan ten hoogste twee jaar duren, gerekend vanaf het moment van inwerkingtreding van de uitvoeringsverordening waarmee op grond van artikel 14, eerste lid, van de richtlijn de betreffende documenten als specifieke hoogwaardige gegevenssets zijn aangewezen.

Artikel 9c. Tarifering onderzoeksgegevens

De beschikbaarstelling van onderzoeksgegevens door publiek gefinancierde onderzoeksorganisaties vindt kosteloos plaats.

Artikel 9d. Kostenberekening
  • 1. Indien een bibliotheek of museum kosten in rekening brengt voor het voor hergebruik beschikbaar stellen van documenten, mogen de totale inkomsten hieruit niet hoger zijn dan de gemaakte kosten voor de verzameling, productie, vermenigvuldiging en verspreiding, opslag, conservering en vereffening van rechten, en, indien van toepassing, de anonimisering van persoonsgegevens en maatregelen ter bescherming van commercieel vertrouwelijke informatie in rekening, vermeerderd met een redelijk rendement op investeringen.

  • 2. Indien een met een publieke taak belaste instelling als bedoeld in artikel 9a, derde lid, of een overheidsonderneming kosten in rekening brengt voor het voor hergebruik beschikbaar stellen van documenten, mogen de totale inkomsten hieruit niet hoger dan de kosten van de verzameling, productie, vermenigvuldiging, verspreiding en opslag van de documenten, vermeerderd met een redelijk rendement op investeringen, en, indien van toepassing, de anonimisering van persoonsgegevens en maatregelen ter bescherming van commercieel vertrouwelijke informatie. De berekening van de kosten geschiedt op basis van objectieve, transparante en controleerbare criteria.

  • 3. Het redelijk rendement op investeringen als bedoeld in de vorige twee leden, is een percentage van het totale tarief bovenop de kosten die mogen worden doorberekend, dat ten hoogste vijf procentpunt hoger ligt dan de vaste rente van de Europese Centrale Bank.

  • 4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels worden gesteld met betrekking tot de criteria, bedoeld in het tweede lid.

  • 5. De met een publieke taak belaste instelling of overheidsonderneming maakt actief algemeen kenbaar welke kosten er in rekening worden gebracht met welke factoren rekening wordt gehouden bij de berekening daarvan. Op verzoek geeft de betrokken instelling of overheidsonderneming inzicht in de berekening met betrekking tot een concreet verzoek om hergebruik.

  • 6. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties publiceert op de in artikel 12, tweede lid, van de Bekendmakingswet bepaalde wijze een lijst van met een publieke taak belaste instellingen op wie artikel 9a, derde lid, van toepassing is.

ARTIKEL II WIJZIGING ARCHIEFWET 1995

De Archiefwet 1995 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2b wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «Richtlijn 2003/98/EG van het Europees parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake het hergebruik van overheidsinformatie (PbEG 2003 L 345)» vervangen door «Richtlijn 2019/1024/EU van het Europees parlement en de Raad van 20 juni 2019 inzake het hergebruik van overheidsinformatie (PbEU 2019, L 172)».

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Voor zover de naar een archiefbewaarplaats overgebrachte archiefbescheiden specifieke hoogwaardige gegevenssets zijn als bedoeld in artikel 1 van de Wet hergebruik van overheidsinformatie, is artikel 5a van die wet van toepassing op deze archiefbescheiden. De artikelen 2, 5, 6, 7 en 8 van de Wet hergebruik van overheidsinformatie zijn van toepassing op de beschikbaarstelling van die archiefbescheiden voor gebruik.

B

Artikel 19 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Het eerste lid, tweede volzin, vervalt.

3. Na het eerste lid, wordt twee leden toegevoegd, luidende:

  • 2. De zorgdrager brengt ten hoogste de marginale kosten in rekening voor vermenigvuldiging, verstrekking en verspreiding van documenten.

  • 3. De zorgdrager maakt actief algemeen kenbaar welke kosten in rekening worden gebracht en met welke factoren rekening wordt gehouden bij de berekening daarvan. Op verzoek geeft de zorgdrager inzicht in de berekening met betrekking tot een concreet verzoek om gebruik.

ARTIKEL III WIJZIGING HANDELSREGISTERWET 2007

In artikel 50, tweede lid, van de Handelsregisterwet 2007 wordt «Artikel 9, derde lid, van de Wet hergebruik van overheidsinformatie» vervangen door «Artikel 9a, derde lid, van de Wet hergebruik van overheidsinformatie».

ARTIKEL IV WIJZIGING KADASTERWET

In artikel 108, derde lid, van de Kadasterwet wordt «Artikel 9, derde lid, van de Wet hergebruik van overheidsinformatie» vervangen door «Artikel 9a, derde lid, van de Wet hergebruik van overheidsinformatie».

ARTIKEL V WIJZIGING WEGENVERKEERSWET 1994

In artikel 4b, vierde lid, van de Wegenverkeerswet 1994 wordt «Artikel 9, derde lid, van de Wet hergebruik van overheidsinformatie» vervangen door «Artikel 9a, derde lid, van de Wet hergebruik van overheidsinformatie».

ARTIKEL VI WIJZIGING VAN DE WET OPEN OVERHEID

Artikel 2.4, derde lid, onderdeel a, van de Wet open overheid komt te luiden:

  • a. in een voor hergebruik beschikbare vorm die voldoet aan de voorwaarden van de Wet hergebruik van overheidsinformatie;

ARTIKEL VII SAMENLOOP ARCHIEFWET 20..

Indien het bij koninklijke boodschap van 17 november 2021 ingediende voorstel van wet tot intrekking van de Archiefwet 1995 en vervanging door een nieuwe Archiefwet (Archiefwet 20..) (35 968) tot wet is of wordt verheven en artikel 1.1 van die wet

a. eerder in werking is getreden of treedt dan deze wet, wordt deze wet als volgt gewijzigd:

1°. In artikel 1 komt de begripsbepaling van «archief» te luiden:

archief:

archiefdienst als bedoeld in artikel 1.1 van de Archiefwet 20..;

2°. Artikel II komt te luiden:

ARTIKEL II

De Archiefwet 20.. wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1.2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. De Wet open overheid is niet van toepassing op overgebrachte documenten, tenzij bij deze wet anders is bepaald.

2. Na het eerste lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt:

  • 1a. De Wet hergebruik van overheidsinformatie is niet van toepassing op overgebrachte documenten, behoudens indien sprake is van specifieke hoogwaardige gegevenssets als bedoeld in artikel 1 van die wet, en tenzij bij deze wet anders is bepaald.

B

Artikel 7.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het derde lid wordt toegevoegd «Het verantwoordelijke overheidsorgaan maakt actief algemeen kenbaar welke kosten in rekening worden gebracht en met welke factoren rekening wordt gehouden bij de berekening daarvan. Op verzoek geeft het verantwoordelijke overheidsorgaan inzicht in de berekening met betrekking tot een concreet verzoek om gebruik.»

2. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. De vergoeding bedraagt ten hoogste de marginale kosten voor vermenigvuldiging, verstrekking en verspreiding van de documenten.

C

In artikel 8.2, vierde lid, wordt «Richtlijn (EG) nr. 2003/98 van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake het hergebruik van overheidsinformatie (PbEG 2003, L 345)» vervangen door «Richtlijn 2019/1024/EU van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 inzake het hergebruik van overheidsinformatie (PbEU 2019, L 172)».

D

Artikel 8.5, derde lid, komt te luiden:

  • 3. De kosten van de uitlening kunnen volgens door het verantwoordelijke overheidsorgaan te stellen regels bij de verzoeker in rekening worden gebracht. De vergoeding bedraagt ten hoogste de marginale kosten voor de verstrekking van documenten. Het verantwoordelijke overheidsorgaan maakt actief algemeen kenbaar welke kosten in rekening worden gebracht en met welke factoren rekening wordt gehouden bij de berekening daarvan. Op verzoek geeft het verantwoordelijke overheidsorgaan inzicht in de berekening met betrekking tot een concreet verzoek om gebruik.

b. later in werking treedt dan deze wet, wordt die wet als volgt gewijzigd:

1°. Artikel 1.2 wordt als volgt gewijzigd:

i. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. De Wet open overheid is niet van toepassing op overgebrachte documenten, tenzij bij deze wet anders is bepaald.

ii. Na het eerste lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt:

  • 1a. De Wet hergebruik van overheidsinformatie is niet van toepassing op overgebrachte documenten, behoudens indien sprake is van specifieke hoogwaardige gegevenssets als bedoeld in artikel 1 van die wet, en tenzij bij deze wet anders is bepaald.

2°. Artikel 7.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het derde lid wordt toegevoegd «Het verantwoordelijke overheidsorgaan maakt actief algemeen kenbaar welke kosten in rekening worden gebracht en met welke factoren rekening wordt gehouden bij de berekening daarvan. Op verzoek geeft het verantwoordelijke overheidsorgaan inzicht in de berekening met betrekking tot een concreet verzoek om gebruik.»

2. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. De vergoeding bedraagt ten hoogste de marginale kosten voor vermenigvuldiging, verstrekking en verspreiding van de documenten.

3°. In artikel 8.2, vierde lid, wordt «Richtlijn (EG) nr. 2003/98 van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003 inzake het hergebruik van overheidsinformatie (PbEG 2003, L 345)» vervangen door «Richtlijn 2019/1024/EU van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 inzake het hergebruik van overheidsinformatie (PbEU 2019, L 172)».

4°. Artikel 8.5, derde lid, komt te luiden:

  • 3. De kosten van de uitlening kunnen volgens door het verantwoordelijke overheidsorgaan te stellen regels bij de verzoeker in rekening worden gebracht. De vergoeding bedraagt ten hoogste de marginale kosten voor de verstrekking van documenten. Het verantwoordelijke overheidsorgaan maakt actief algemeen kenbaar welke kosten in rekening worden gebracht en met welke factoren rekening wordt gehouden bij de berekening daarvan. Op verzoek geeft het verantwoordelijke overheidsorgaan inzicht in de berekening met betrekking tot een concreet verzoek om gebruik.

5°. Na artikel 11.12 wordt een artikel ingevoegd, dat luidt:

Artikel 11.12a. Wijziging Wet hergebruik van overheidsinformatie

In artikel 1 van de Wet hergebruik van overheidsinformatie komt de begripsbepaling van «archief» te luiden:

archief:

archiefdienst als bedoeld in artikel 1.1 van de Archiefwet 20..;.

ARTIKEL VIII INWERKINGTREDING

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

ARTIKEL IX CITEERTITEL

Deze wet wordt aangehaald als: Wet implementatie Open data richtlijn.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges, en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 5 juni 2024

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, A.C. van Huffelen

Uitgegeven de achttiende juni 2024

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 36 382

Naar boven