Besluit van 6 oktober 2023 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet tot wijziging van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Wet op het notarisambt in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2019/1151 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 met betrekking tot het gebruik van digitale instrumenten en processen in het kader van het vennootschapsrecht (PbEU 2019, L 186) (Stb. 2023, 277)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister voor Rechtsbescherming van 5 oktober 2023, directie Wetgeving en Juridische Zaken, nr. 4929750;

Gelet op artikel IV van de Wet tot wijziging van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Wet op het notarisambt in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2019/1151 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 met betrekking tot het gebruik van digitale instrumenten en processen in het kader van het vennootschapsrecht (PbEU 2019, L 186) (Stb. 2023, 277);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De Wet tot wijziging van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Wet op het notarisambt in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2019/1151 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 met betrekking tot het gebruik van digitale instrumenten en processen in het kader van het vennootschapsrecht (PbEU 2019, L 186) (Stb. 2023, 277) treedt in werking met ingang van 1 januari 2024.

Onze Minister voor Rechtsbescherming is belast met de uitvoering van dit besluit met nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 6 oktober 2023

Willem-Alexander

De Minister voor Rechtsbescherming, F.M. Weerwind

Uitgegeven de twaalfde oktober 2023

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

NOTA VAN TOELICHTING

Met dit koninklijk besluit wordt voorzien in de inwerkingtreding van de Wet tot wijziging van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Wet op het notarisambt in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2019/1151 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 met betrekking tot het gebruik van digitale instrumenten en processen in het kader van het vennootschapsrecht (PbEU 2019, L 186) (Stb. 2023, 277). De wet treedt in werking met de ingang van 1 januari 2024. Er is gekozen niet af te wijken van vaste verandermomenten en een minimale invoeringstermijn. In het geval van implementatie van Europese regelgeving is afwijking van deze termijnen mogelijk. Het beleid omtrent vaste verandermomenten en een minimale invoeringstermijn dient er echter voor om degenen tot wie de regeling zich richt – in dit geval het notariaat – tijd te gunnen om zich hierop voor te bereiden. Omdat de voorbereiding op de invoering bij het afwijken van vaste verandermomenten zou samenvallen met de zomerperiode wordt gekozen voor inwerkingtreding per 1 januari 2024. De benodigde voorbereiding kan dan in het najaar plaatsvinden waarbij tevens rekening gehouden wordt met de piekperiode die in de twee maanden voor de jaarwisseling plaatsvindt.

De Minister voor Rechtsbescherming, F.M. Weerwind

Naar boven