Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 16 juni
2023, kenmerk 3611369-1049688-WJZ;
Gelet op artikel III, tweede lid, van de Tijdelijke wet coronatoegangsbewijzen;
Hebben goedgevonden en verstaan:
’s-Gravenhage, 19 juni 2023
Willem-Alexander
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.J. Kuipers
Uitgegeven de eenentwintigste juni 2023
De Minister van Justitie en Veiligheid,
D. Yeşilgöz-Zegerius
NOTA VAN TOELICHTING
In de Eerste tranche wijziging Wet publieke gezondheid (Stb. 2023, 184) is een wijziging van de artikelen II en III van de Tijdelijke wet coronatoegangsbewijzen
(hierna: TwCTB) opgenomen. In artikel III is bepaald dat artikel II vervalt op 1 juli
2023 of op een ander bij koninklijk besluit vast te stellen tijdstip. Met dit koninklijk
besluit wordt de vervaldatum van artikel II vastgesteld op 1 juli 2028.
Vaststellen afwijkende bewaartermijn
In artikel II van de TwCTB is bepaald dat in afwijking van artikel 7:454, derde lid,
BW en artikel 7:454, derde lid, BW BES een dossier dat uitsluitend betrekking heeft
op een SARS-Cov-2-testuitslag voor een termijn van minimaal zes maanden en ten hoogste
een jaar wordt bewaard. De exacte termijn wordt bij ministeriële regeling bepaald.
Dit artikel vervalt in beginsel per 1 juli 2023, tenzij bij koninklijk besluit een
eerder of later tijdstip wordt vastgesteld.
Het is wenselijk dat de vervaldatum van artikel II op een ander tijdstip dan 1 juli
2023 wordt vastgesteld. Een testbewijs wordt verkregen bij bedrijven die primair op
SARS-CoV-2 testen voor de inzet van testbewijzen. Dergelijke testen worden door testaanbieders
niet gebruikt voor verdere hulpverlening (zoals advies in het kader van bron- en contactonderzoek
of het voorschrijven van medicatie). Het doel van het afnemen van een test bij een
dergelijke testaanbieder is om slechts gedurende een periode van enkele weken een
indicatie te geven over de besmettelijkheid en kan daarmee van belang zijn voor de
inzet van testbewijzen. Een bewaartermijn van 20 jaar voor SARS-CoV-2 testuitslagen
is in dat perspectief daarom disproportioneel lang, zeker als er op grote schaal getest
zou worden voor testbewijzen en er daarmee op grote schaal bijzondere persoonsgegevens
worden gegenereerd. Voor een volledige toelichting op het belang van afwijkende bewaartermijnen
wordt verwezen naar de artikelsgewijze toelichting bij artikel II van de Eerste tranche
wijziging Wet publieke gezondheid. Er is geen aanleiding om van deze lijn af te wijken.
Zolang SARS-CoV-2 testen worden afgenomen, is het wenselijk dat er een afwijkende
bewaartermijn van toepassing is.
Vaststellen vervaldatum artikel II Tijdelijke wet coronatoegangsbewijzen
De in de Eerste tranche wijziging Wet publieke gezondheid opgenomen vervaldatum van
1 juli 2023 hangt samen met het moment waarop de verordening (EU) 2021/953 vervalt.
In deze verordening zijn de regels rondom het digitaal EU-COVID-certificaat opgenomen.
Ook na het aflopen van deze verordening staat het landen vrij om inreismaatregelen
in te stellen. Het is voorstelbaar dat diverse landen inreismaatregelen zullen instellen
en reizigers naar die landen over een testbewijs willen beschikken.
Dit is momenteel ook het geval: er zijn landen die een negatief testbewijs vragen
bij binnenkomst. De enige mogelijkheid voor reizigers naar deze landen is om zich
te laten testen bij een commerciële testaanbieder. Het is niet goed in te schatten
of en wanneer deze landen de maatregelen aanpassen en negatieve testbewijzen niet
langer nodig zijn. Bovendien kan een mogelijke griepgolf in het najaar tot het langer
behouden van deze maatregelen of tot het herinvoeren van deze maatregelen leiden.
Omdat gebleken is dat zowel het verloop van het virus als de dynamiek van het beleid
van landen in reactie hierop grillig kan zijn en SARS-CoV-2 testuitslagen nog steeds
nodig kunnen zijn om naar die landen af te reizen, wordt de vervaltermijn met vijf
jaar verlengd.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.J. Kuipers