Besluit van 20 maart 2023 tot inwerkingtreding van artikel 4 van het Besluit kunststofproducten voor eenmalig gebruik

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat van 15 maart 2023, nr. IENW/BSK-2023/39400, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Gelet op artikel 9, tweede lid, aanhef en onder b, van het Besluit kunststofproducten voor eenmalig gebruik;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Artikel 4 van het Besluit kunststofproducten voor eenmalig gebruik treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst.

Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 20 maart 2023

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen

Uitgegeven de vierde april 2023

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

TOELICHTING

Dit besluit regelt de inwerkingtreding van artikel 4 van het Besluit kunststofproducten voor eenmalig gebruik. Daarin wordt de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid voor ballonnen en vochtige doekjes geregeld. De beoogde inwerkingtredingsdatum was 1 januari 2023, hetgeen onder andere blijkt uit de inwerkingtreding met ingang van die datum van de Regeling kunststofproducten voor eenmalig gebruik, waarin nadere regels zijn gesteld met betrekking tot de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid voor ballonnen en vochtige doekjes. Bij dit besluit wordt deze omissie hersteld.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen