Besluit aanwijzing wegennet vervoer gevaarlijke stoffen
23 juli 1997
Nr. DGG/G/V97005129
Directoraat-Generaal Goederenvervoer
De Minister van Verkeer en Waterstaat, a.i.,
Gelet op artikel 14 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen;
Gehoord de betrokken openbare lichamen, bedoeld in artikel 15 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen;
Gezien de schriftelijke en mondelinge inbreng van belanghebbenden, bedoeld in artikel 15 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen juncto artikel 3:13 van de Algemene wet bestuursrecht;
Besluit:
Artikel 1
Als landelijk net van wegen, bedoeld in artikel 14 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen, worden aangewezen alle bij het Rijk in beheer zijnde wegen.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.
Artikel 3
Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit aanwijzing wegennet vervoer gevaarlijke stoffen.
Dit besluit wordt met de toelichting in de Staatscourant geplaatst.
’s-Gravenhage, 23 juli 1997. De Minister van Verkeer en Waterstaat, a.i.,
W. Kok.
Tegen dit besluit kunnen belanghebbenden bezwaar maken ingevolge de Algemene wet bestuursrecht. Het gemotiveerde bezwaarschrift moet binnen zes weken na de bekendmaking van dit besluit worden ingediend bij de Minister van Verkeer en Waterstaat, Directoraat-Generaal Goederenvervoer, afdeling Lading en Risicobeleid, t.a.v. ir. R.J. van Dijk, Postbus 20904, 2500 EX Den Haag.
Toelichting
Op 1 augustus 1996 is de Wet vervoer gevaarlijke stoffen in werking getreden. Ingevolge artikel 15 van de wet wijst de Minister van Verkeer en Waterstaat binnen een jaar na de inwerkingtreding van deze wet een landelijk net van wegen aan ten behoeve van het vervoer van daartoe aangewezen gevaarlijke stoffen. De lijst van deze stoffen is opgenomen in artikel 3 van hoofdstuk II van bijlage 2 van de Regeling vervoer over land van gevaarlijke stoffen 1997 (VLG).
Binnen een jaar na de vaststelling van het landelijk wegennet stellen provinciale staten het provinciale wegennet vast, dat aansluit op het door de Minister aangewezen landelijk wegennet en op de vastgestelde wegennetten van de aangrenzende provincies. De gemeenteraad kan op zijn grondgebied wegen aanwijzen waarover routeplichtige stoffen bij uitsluiting mogen worden vervoerd.
De betekenis van het landelijk wegennet, dat in dit besluit wordt vastgesteld, is hierin gelegen. De gemeente mag slechts wegen aanwijzen (’routeren’), indien die wegen aansluiten op het aangewezen rijkswegennet of indien zij deel uitmaken van dat rijkswegennet. Hoe omvangrijker het aangewezen rijkswegennet is, des te groter zijn de keuzemogelijkheden die de gemeente heeft om haar routeringsbevoegdheden uit te oefenen. Om nu de bevoegdheden van de gemeenten optimaal recht te doen, heb ik ervoor gekozen alle bij het Rijk in beheer zijnde wegen aan te wijzen. De vaststelling van het landelijk wegennet laat de regelgeving ten aanzien van tunnels, zoals opgenomen in de VLG, onverlet.
Een ander aspect is, dat het in het algemeen de veiligheid ten goede komt, wanneer gemeenten rijkswegen in hun routering betrekken. Het gaat daarbij met name om de veiligheid voor de omgeving, de veiligheid voor de weggebruiker en, in geval van een calamiteit, de veiligheid en de mogelijkheden van de hulpverleners. Deze aspecten zijn bij het transport van gevaarlijke stoffen over de bij het Rijk in beheer zijnde wegen in het algemeen goed gewaarborgd. Dat wegennet wordt immers veelal gekenmerkt door de aanwezigheid van ongelijkvloerse kruisingen en van vluchtstroken en door de afwezigheid van scherpe bochten en verkeerslichten. Bovendien is de afstand van deze wegen tot de kwetsbare bestemmingen in de meeste gevallen relatief groot.
Voorafgaande aan het nemen van dit besluit is overleg gevoerd met de IPO en het VNG. Een tweetal betrokken openbare lichamen hebben schriftelijk gereageerd doch dit heeft niet tot wijziging van het definitieve besluit geleid. Belanghebbenden zijn in de gelegenheid gesteld hun zienswijze naar voren te brengen, doch hiervan is geen gebruik gemaakt.
Nadere informatie over de wegen die onder de werking van dit besluit vallen is te verkrijgen bij de desbetreffende directie van de Rijkswaterstaat (zie bijlage).
De Minister van Verkeer en Waterstaat, a.i.,
W. Kok.
Bijlage Lijst van adressen van de regionale directies van de Rijkswaterstaat
Directie Noord-Nederland
Zuidersingel 3
Postbus 2301
8911 AV Leeuwarden
tel. 058-2344344
Directie Oost-Nederland
Gildemeesterplein 1
Postbus 9070
6800 AD Arnhem
tel. 026-3688911
Directie Utrecht
Zoomstede 15
Postbus 650
3430 AR Nieuwegein
tel. 030-6079500
Directie IJsselmeergebied
Zuiderwagenplein 1
Postbus 600
8200 AP Lelystad
tel. 032-0299111
Directie Noord-Holland
Toekanweg 7
Postbus 3119
2001 DC Haarlem
tel. 023-5301301
Directie Zuid-Holland
Boompjes 200
Postbus 556
3000 AN Rotterdam
tel. 010-4026200
Directie Zeeland
Koestraat 30
Postbus 5014
4330 KA Middelburg
tel. 011-8686000
Directie Noord-Brabant
Waterstraat 16
Postbus 90157
5200 MJ Den Bosch
tel. 073-6817817
Directie Limburg
François de Veyestraat 6
Postbus 25
6200 MA Maastricht
tel. 043-3294444