C Parlementair Onderzoek Privatisering/Verzelfstandiging Overheidsdiensten

P BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN EN RIJKSDIENST

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 april 2014

Tijdens het debat met uw Kamer op 21 januari jl. over het rapport van de Parlementaire Onderzoekscommissie inzake privatisering en verzelfstandiging van overheidsdiensten en de reactie daarop van het kabinet, heb ik u naar aanleiding van een verzoek van de heer Postema toegezegd een geactualiseerde lijst met privatiseringen en verzelfstandigingen toe te zullen sturen. Deze lijst – met peildatum 1 februari 2014 – treft u hierbij aan. De inventarisatie is samengesteld aan de hand van door de departementen aangeleverde gegevens.

In lijn met de wens van uw Kamer zijn per voornemen nu ook de met privatisering/verzelfstandiging gemoeide publieke belangen genoemd.

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, S.A. Blok

VOORGENOMEN PRIVATISERINGEN EN VERZELFSTANDIGINGEN PER 1 FEBRUARI 2014

Naam1

Voorgenomen privatisering of verzelfstandiging?2

Kabinetsbesluit? (zo ja, datum)

Privatisering: beoogd resterende aandeel van de rijksoverheid3

Verzelfstandiging beoogd type verzelfstandiging4

Stand van zaken per 1 februari 20145

Opmerkingen

Relevante publieke belangen en waar deze zijn vastgelegd6

FINANCIEN

             

Urenco

Privatisering

Ja, (17 mei 2013) onder voorwaarde van de adequate borging van de publieke belangen.

Geen

n.v.t.

Benodigd instrumentarium ter borging van de publieke belangen wordt onderzocht en wetgeving wordt voorbereid.

Nederland heeft slechts 1/3 van de aandelen, het Verenigd Koninkrijk (1/3) en RWE/E.on (1/3) zijn de overige aandeelhouders. Het Verenigd Koninkrijk heeft besloten tot verkoop van haar belang te onderzoeken. De Duitse aandeelhouders hebben ook de intentie hun aandeel te verkopen. Deze ontwikkelingen dwingen Nederland tot reflectie op de gevolgen van een eventuele verkoop van de aandelen door de andere aandeelhouders op de borging van de publieke belangen en de toegevoegde waarde van het Nederlandse aandeelhouder-schap in deze situatie.

De met Urenco gemoeide publieke belangen zijn non-proliferatie, veiligheid en voorzieningzekerheid. Allereerst vindt de borging van die publieke belangen plaats op het niveau van de installaties van Urenco in de afzonderlijke verdragsstaten.

In de Kamerbrief van 17 mei 2013 is aangegeven dat wordt overwogen om tot verkoop van het Nederlandse aandeel over te gaan. Voorwaarde voor verkoop is dat de publieke belangen zodanig goed geborgd zijn in wet- en regelgeving dat een verkoop verantwoord is. Over de borging van publieke belangen wordt gesproken met het Verenigd Koninkrijk en Duitsland, die daarvoor medeverantwoordelijk zijn op basis van het Verdrag van Almelo

Deze publieke belangen zijn vastgelegd in:

– Kernenergiewet

– In- en uitvoerwet

– Geheimhoudingsbesluit kernenergiewet

– Non-Proliferatieverdrag

– Euratom Verdrag

– Nuclear Suppliers Guidelines

– Het Verdrag van Almelo

– Het Verdrag van Washington

– Verdrag van Cardiff

Tweede Kamer, 2007–2008, 31 350, nr. 6

Tweede Kamer, 2013, 28 165, nr. 161

Naar aanleiding van analyse is gebleken dat nadere maatregelen nodig zijn om de publieke belangen te borgen die in het geding zijn bij URENCO. Deze nadere maatregelen zijn reeds op hoofdlijnen aangekondigd in

de Kamerbrief van 17 mei 2013.

Holland Casino

Privatisering. Staat is formeel geen aandeelhouder aangezien de Holland Casino een stichting is

Nee, wel aangekondigd in regeerakkoord.

geen

n.v.t.

In de beleidsvisie kansspelen is gesteld dat het (pseudo) aandeelhouderschap in Holland Casino onderwerp van onderzoek zal zijn. Alvorens er kan worden verkocht dient de ordening op de kansspelmarkt te worden herzien.

Holland Casino en SENS zijn wettelijke monopolies, maar geen natuurlijke monopolies. Concurrentie kan worden gecreëerd. Dit kabinet is van mening het aanbieden van gokspelen geen taak is van de overheid. Dit kabinet is van mening dat er geen principiële, permanente redenen zijn om deze belangen in portefeuille te houden, hooguit tijdelijke.

Het hoofddoel van het kansspelbeleid is het reguleren en beheersen van kansspelen met bijzondere aandacht voor het tegengaan van kansspelverslaving, het beschermen van de consument en het tegengaan van illegaliteit en criminaliteit. Uit dit algemene hoofddoel volgt het publiek belang van Holland Casino:

– het kanaliseren van de vraag naar casinospelen door te voorzien in een betrouwbaar, door de overheid aangestuurd aanbod;

– het voorkomen dat concurrentie ontstaat op de casinomarkt, die tot onverantwoord gokgedrag en een toename van de kansspelverslaving zou kunnen leiden;

– het tegengaan van illegale casinospelen door te voorzien in een betrouwbaar en gecontroleerd legaal aanbod;

– het beschermen van de consument door er op toe te zien dat de sector niet wordt verstoord door oneerlijke, ondeskundige en onbetrouwbare aanbieders van (casino)spelen.

Deze publieke belangen zijn vastgelegd in:

– Wet op de Kansspelen

– Beschikking Casinospelen 1996

– Besluit College van Toezicht op de Kansspelen

– Kansspelenbesluit

– Speelautomatenbesluit 2000

– Uitvoeringsbesluit Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme

Tweede Kamer, 2002–2003, 24 036, nr. 280

Staatsloterij

Privatisering. Staat is formeel geen aandeelhouder aangezien de Staatsloterij een stichting is.

nee

geen

n.v.t.

Gelet op reeds aanwezige semi- private en private loterijaanbieders, de voorziene transparante gunning van loterijvergunningen en de oprichting van de Kansspelautoriteit (Ksa) lijkt er in de toekomst weinig toegevoegde waarde te zijn voor het aandeelhouderschap.

Idem Holland Casino.

Het hoofddoel van het kansspelbeleid is het reguleren en beheersen van kansspelen met bijzondere aandacht voor het tegengaan van kansspelverslaving, het beschermen van de consument en het tegengaan van illegaliteit en criminaliteit. Het publiek belang van de Staatsloterij vloeit voort uit de doelstelling van het kansspelbeleid. Voor de Staatsloterij gelden als publieke belangen:

– het kanaliseren van de vraag naar loterijspelen door te voorzien in een betrouwbaar, door de overheid aangestuurd aanbod;

– het stellen van een norm voor het overige loterijaanbod;

– het tegengaan van illegaal aanbod door te voorzien in een betrouwbaar aanbod;

– het beschermen van de consument.

Deze publieke belangen zijn vastgelegd in:

– Wet op de Kansspelen

– Wet Stichting Exploitatie Nederlandse Staatsloterij

– Kansspelenbesluit

– Besluit College van Toezicht op de Kansspelen

– Beschikking Staatsloterij

Tweede Kamer, 2002–2003, 24 036, nr. 280

ABN AMRO

Privatisering

ja

geen

n.v.t.

Op 23 augustus 2013 heeft het kabinet haar toekomstplannen voor ABN AMRO gepresenteerd. Waarschijnlijk zal ABN AMRO naar de beurs gaan, een onderhandse verkoop is niet uitgesloten. Voor het einde van het jaar wordt bezien of de markt voldoende stabiel is, er genoeg vraag is en de instelling klaar voor privatisering is.

 

Het kabinet wil een solide, transparante, integere en concurrerende financiële sector, die

de klant centraal stelt en dienstbaar is aan de reële economie. Zie voor meer toelichting op de publieke belangen de brieven: Toekomstplannen financiële instellingen ABN AMRO, ASR en SNS REAAL 7 en de Kabinetsvisie Nederlandse Bankensector.8

SNS Reaal

Privatisering

ja

geen

n.v.t.

SNS Reaal is op 1 februari 2013 genationaliseerd. Op 19 december 2013 is het herstructureringsplan voor SNS Reaal door de Europese Commissie goedgekeurd, onderdeel hiervan is een afsplitsing van Reaal. De Kamer is geïnformeerd over het voornemen Reaal onderhands te verkopen, NLFI zal in maart advies hierover (en over de verkoop van ASR) uitbrengen aan de Minister. Voor de zomer volgt een advies omtrent de verkoop van SNS Bank en aan de Kamer worden verstuurd.

SNS Reaal

Zie ABN AMRO

ASR

Privatisering

ja

geen

n.v.t.

Tegelijk met het advies over Reaal, in maart, zal NLFI de Minister adviseren over de verkoop van ASR. Ook dit zal voor de zomer naar de Kamer worden verstuurd.

ASR

Zie ABN AMRO

EZ

             

Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS)

Verzelfstandiging

ja, 24 januari 2014

 

zbo (bestuurlijk)

EZ zal de benodigde wetgeving voorbereiden, zbo zal worden gepositioneerd onder I&M

Er is een stuurgroep in voorbereiding. Voor de vorming van een tijdelijke organisatie is een procesmanager aangesteld. Voor het wetgevingstraject is een projectleider gevonden.

Nederland heeft een relatief kleine, maar zeer gevarieerde nucleaire sector. Voorts maken de medische sector en de industrie veelvuldig gebruik van stralings-toepassingen. Het publieke belang is dat de bescherming van de bevolking tegen de risico’s van ioniserende straling adequaat geborgd is. De ANVS zal hier als (enige) onafhankelijke autoriteit in Nederland op toezien.

De bevoegdheden, verantwoordelijkheden en taken binnen de rijks-overheid op het vlak van veiligheid van nucleaire installaties, stralings-bescherming, radioactief afval en ontmanteling, crisismanagement nucleair/straling en de beveiliging van nucleaire installaties en radioactieve bronnen worden binnen de ANVS gebundeld.

De publieke belangen hebben te maken met:

– Het evalueren, en in technisch-inhoudelijke zin voorbereiden en adviseren over wet- en regelgeving en de daarin opgenomen normstelling en over de randvoorwaarden van het beleid voor nucleaire veiligheid, stralings-bescherming en beveiliging;

– Het opstellen en vaststellen van uit-uitvoeringsregels, als guidelines, beleidsregels;

– Het bijdragen aan crisisvoorbereiding en het uitvoeren van de taken zoals die zijn vastgelegd in het Nationaal Plan Kernongevallen;

– Het verlenen van vergunningen en goedkeuringen en het toezien op en handhaven van de naleving van de relevante regelgeving en voorschriften;

– Publieksvoorlichting over nucleaire veiligheid en stralingsbescherming;

– Het vertegenwoordigen van Nederland en het participeren in relevante internationale organisaties;

             

– Het stimuleren van kennis, onderzoek en ontwikkelingen gericht op continue verbetering van de veiligheid bij het gebruik van ioniserende bronnen.

Deze publieke belangen zijn vastgelegd in:

– IAEA-verdrag inzake

nucleaire veiligheid

– IAEA-verdrag inzake de veiligheid van het beheer van bestraalde splijtstof en inzake de veiligheid van het beheer van radioactief afval

– IAEA-verdrag inzake fysieke beveiliging

– IAEA Code of Conduct on the Safety and Security of Radioactive Sources

– Euratom Verdrag

– Euratom-richtlijn voor nucleaire veiligheid

– Euratom-richtlijn voor een verantwoord en veilig beheer van bestraalde splijtstoffen en radioactief afval

– Kernenergiewet en de daarop gebaseerde regelgeving

Tweede Kamer, 2012–2013, 32  645, nr. 48

Tweede Kamer, 2013–2014, 32 645, nr. 58

CCD (Centrale Commissie Dierproeven)

Verzelfstandiging

Ja. Ministerraad 14 december 2012 heeft ingestemd met het wetsvoorstel tot herziening van de wet op de dierproeven. In dit wetsvoorstel is de CCD opgenomen.

 

zbo (zonder rechtspersoonlijk-heid, onderdeel van de staat).

Wetsvoorstel waarin CCD is opgenomen ligt ter behandeling in de Eerste Kamer.

 

Belang van vergunningverlening voor dierproeven door onafhankelijke deskundigen.

Zie:

EU Richtlijn 2010/63/EU van 22 september 2010.

Wetsvoorstel 33.692 Wijziging van de Wet op de dierproeven in verband met implementatie van richtlijn 2010/63/EU.

CBG/CRG (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen/ Commissie Registratie Diergenees-middelen)

Verzelfstandiging

Ja, 3-11-2009 in de Nota Diergeneesmiddelen

 

zbo

Wetsvoorstel wordt op ambtelijk niveau voorbereid

Het gaat hier om het onder-brengen van taken bij een reeds bestaand zbo. De beslissingsbe-voegdheid over registratie en toelating van diergenees-middelen wordt daarbij over-geheveld naar het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) om zo de onafhankelijke oordeels-vorming bij de registratie en toelating van dierengenees-middelen te waarborgen.

Het besluit tot toelating van een diergeneesmiddel wordt genomen op basis van een wetenschappelijke beoordeling van het door de aanvrager van de toelating aangeleverde diergeneesmiddelendossier. Hierbij worden de werkzaamheid, veiligheid en kwaliteit van het middel beoordeeld. De besluitvorming over de toelating van diergeneesmiddelen berust daarmee uitsluitend op overwegingen van wetenschappelijke aard (farmacologisch, toxicologisch en klinisch). Andere overwegingen zoals bestuurlijke, politieke of financieel-economische, behoren geen rol te spelen.

VWS

             

Almata Ossendrecht en Lindenhorst-Almata

Volledige privatisering

In 2009 is het voornemen genoemd in Kamerstuk II 2008/09, 31 914, nr.

Op 13 april 2011 is het voornemen ook per brief aan Kamer gemeld (Kamerstuk II 31 839, nr. 100)

nul

n.v.t.

Verkoop proces is gaande

Het betreft twee JeugdzorgPlus instellingen welke in dezelfde positie worden gebracht als de overige aanbieders voor JeugdzorgPlus (dit zijn allen private aanbieders).

Zorgen voor een goed uitvoerbare jeugdzorgplus (gesloten jeugdzorg) waarbij er een scheiding is tussen het plaatsen van strafrechtelijke en civielrechtelijke kinderen.

Wet op de Jeugdzorg

Institute for Translational Vaccinology (Intravacc)

Gedeeltelijke privatisering met staatsaandeel

Voornemen is per brief aan Kamer gemeld op 4 juli 2013 (Kamerstuk II 2012/13, 33 567, nr.2)

Nader te bepalen

n.v.t.

Privatisering wordt voorbereid

Stap 1 besliskader privatiseringen wordt uitgewerkt

Nationaal en Internationaal volksgezondheidsbelang. Ontwikkelen van effectieve vaccins tegen lage kosten.

Facilitair Bedrijf

Antonie van Leeuwenhoek terrein (FBAlt)

Volledige privatisering

Voornemen is per brief aan Kamer gemeld op 4 juli 2013 (Kamerstuk II 2012/13, 33 567, nr.2)

nul

n.v.t

Overname per 1 -1–2015 door nieuwe eigenaar van Antonie van Leeuwenhoek terrein is overeen-gekomen en wordt voorbereid.

Gaat om voormalige facilitair bedrijf RIVM

I & M

             

Geen

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

SZW

             

Geen

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

OCW

             

Geen

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

BZK

             

Geen

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

V&J

             

Geen

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

BUIZA

             

Geen

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

DEFENSIE

             

Geen

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t

AZ

             

Geen

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

X Noot
1

Naam van het te privatiseren of te verzelfstandigen onderdeel.

X Noot
2

Onder privatisering wordt verstaan: de oprichting van staatsdeelnemingen en/of de verkoop van aandelen van staatsdeelnemingen aan private partijen.

Onder verzelfstandiging wordt verstaan: de vorming van een agentschap (interne verzelfstandiging), de vorming van een zbo, en de vorming van een rwt (voor zover dit geen zbo is; exclusief schoolbesturen en onderwijsinstellingen).

NB Ten aanzien van staatsdeelnemingen die meerdere departementen aangaan (veelal Financiën en een vakdepartement), is ervoor gekozen deze zoveel mogelijk te rubriceren onder het vakdepartement dat de deelneming het meest aangaat.

X Noot
3

Verwacht resterende aandeel na inwerking treden van het besluit/ de instellingswet.

X Noot
4

Aangeven of het hier de beoogde vorming van een agentschap, een zbo, en/of een rwt betreft.

X Noot
5

Stand van zaken proces, b.v. onderzoeksopdracht verstrekt, onderzoek loopt, onderzoek afgerond, kabinetsreactie wordt voorbereid, Tweede Kamer heeft hier al mee ingestemd.

X Noot
6

Weergave van alle bij de verzelfstandiging resp. privatisering gemoeide publieke belangen. Daarbij zo mogelijk ook vermelden in welke wetten, beleidsnota’s, besluiten deze publieke belangen zijn vastgelegd.

X Noot
7

Eerste Kamer, vergaderjaar 2012–2013, 32 013, D.

X Noot
8

Tweede Kamer, vergaderjaar 2012–2013, 32 013, nr. 35.

Naar boven