Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2012-2013 | 33400-X nr. 64 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2012-2013 | 33400-X nr. 64 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 maart 2013
Op 15 februari jl. stuurde de vaste commissie voor Defensie (VCD) een verzoek om een reactie op de berichtgeving over de conditietest bij Defensie. Met deze brief voldoe ik aan dit verzoek. Na een algemene kanttekening ga ik in op de afzonderlijke vragen in het verzoek van de VCD.
Algemeen
Allereerst wil ik onderstrepen dat de inzetbaarheid van de operationele eenheden niet in het geding is. Alle operationele eenheden besteden structureel aandacht aan fysieke fitheid en hebben fysieke trainingsmomenten verweven in het oefen- en trainingsprogramma, onder andere via de wekelijkse sportlessen. Die eenheden die snel inzetbaar zijn, voldoen op alle fronten aan de aan hen gestelde eisen. De Defensie Conditieproef is slechts een meetmoment en de conclusie dat een militair die de Defensie Conditieproef niet heeft afgelegd, niet fit is voor uitzending, kan niet worden getrokken.
Wat was het oorspronkelijke doel van de conditietest?
Iedere militair dient te voldoen aan een aantal eisen om onder alle omstandigheden zijn organieke functie of specifieke opdrachten in het kader van een operatie te kunnen uitvoeren, zonder dat dit tot een risico leidt voor de militair of de eenheid waartoe de militair behoort. Deze eisen omvatten naast functiegerichte opleidings- en trainingseisen ook eisen aan de fysieke inzetbaarheid van de militair (o.a. dental fit, gevaccineerd zijn, algemene fitheid). Algemene fysieke fitheid bestaat uit een aantal motorische grondeigenschappen, waarvan kracht en uithoudingsvermogen voor de militair de belangrijkste zijn. Hierdoor kunnen de dagelijkse activiteiten energiek worden uitgevoerd en bestaat er een laag risico op het vroegtijdig ontwikkelen van door bewegingsarmoede ontstane ziekten.
De Defensie Conditieproef is ingesteld in 2009 en vervangt de fysieke proeven die daarvoor bij de verschillende krijgsmachtdelen in gebruik waren. De Defensie Conditieproef meet op eenvoudige wijze kracht, uithoudingsvermogen en stabiliteit van het houdings- en bewegingsapparaat. De eisen garanderen de ondergrens van de benodigde fysieke fitheid en zijn afhankelijk van geslacht en leeftijd. Dit in tegenstelling tot de taakspecifieke eisen die aanvullend door de operationele commando’s kunnen worden gesteld en die afhankelijk zijn van de functie van de militair.
Omdat Defensie vanuit het oogpunt van goed werkgeverschap streeft naar optimalisering van de gezondheid van alle medewerkers, is de Defensie Conditieproef ook bedoeld als stimulans voor regelmatige sportbeoefening. Hiermee is de proef een instrument om de fysieke fitheid van iedere militair op een basisniveau te krijgen en te houden.
Wat is de feitelijke situatie: betreft het een incidenteel of structureel probleem?
Elke militair dient een keer per kalenderjaar te slagen voor de conditieproef. Gegevens over het afleggen van de proef worden bijgehouden in PeopleSoft, de personeelsadministratie van Defensie. Het Algemeen Dagblad baseert de berichtgeving op cijfers uit dit systeem en concludeert op basis daarvan dat 3.300 militairen zijn gezakt voor de proef.
Analyse van de feitelijke gegevens leert echter dat het aantal gezakte militairen beduidend lager ligt. Van alle afgelegde proeven in de periode van 1 januari 2012 tot 13 februari 2013 zijn er 1.625 met onvoldoende resultaat geregistreerd. Het totale aantal militairen dat op dit moment heeft voldaan aan de eis bedraagt 25.730. Dat is circa 60 procent.
Dit aantal past binnen het beeld op basis van de historische gegevens. Sinds de invoering van de fysieke testen heeft de jaarlijkse deelname steeds geschommeld tussen de 60 en 70 procent, waarbij moet worden aangetekend dat de deelname binnen de operationele eenheden veel hoger ligt dan dit gemiddelde. Slechts een klein deel van de deelnemers moet een additioneel programma volgen om alsnog aan de eisen van de Defensie Conditieproef te kunnen voldoen.
Er zijn diverse redenen waarom een deel van de militairen de proef in enig jaar niet kan afleggen. Zo staan operationele inzet, plaatsing in het buitenland of reorganisaties het afleggen van de proef soms in de weg. Ook vormen medische beperkingen bij een deel van het bestand een (tijdelijke) belemmering. Tot slot kan het voorkomen dat militairen zich in een fase van de loopbaan bevinden waarin er wel voor de proef wordt getraind, maar de proef niet wordt geregistreerd. Dit is bijvoorbeeld het geval in de initiële opleiding en in de laatste maanden voor het verlaten van de dienst.
Een groot deel van de militairen die de Defensie Conditieproef het afgelopen jaar niet hebben afgelegd, heeft geen probleem de proef met voldoende resultaat af te leggen, indien ze daartoe de gelegenheid hebben.
Wat zijn de gevolgen voor de inzetbaarheid? Zijn er sancties als militairen niet komen opdagen bij de test en zo ja, wat zijn deze sancties?
Het afleggen van de Defensie Conditieproef heeft, naast het voldoen aan andere eisen zoals dental fitness, vaccinaties, medische keuringen en overige functionele eisen, voortdurend de aandacht. Commandanten spreken het personeel hierop aan. Zo nodig kan een commandant gebruik maken van de sanctiemogelijkheden die het Militair Tuchtrecht biedt.
Er zijn geen gevallen bekend waarbij het niet hebben afgelegd van de Defensie Conditieproef een belemmering vormde voor de inzetbaarheid.
De minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33400-X-64.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.