32 802 Toepassing van de Wet openbaarheid van bestuur

Nr. 18 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 oktober 2015

1. Aanleiding voor deze brief

Met het oog op het algemeen overleg open data op 15 oktober a.s. informeer ik u met deze brief over de wijze waarop ik de beschikbaarstelling van overheidsinformatie bevorder. Ik doe dat tegen de achtergrond van de wens van uw Kamer om sneller overheidsinformatie te ontsluiten, zoals tot uiting komt in de motie van het lid Oosenbrug (Kamerstuk 34 000 VII, nr. 14). Ik reageer in deze brief tevens op de moties van de leden Schouw (Kamerstuk 34 123, nr.13) en Veldman (Kamerstuk 34 123, nr.15), ingediend bij het plenaire debat over de Wet hergebruik van overheidsinformatie op 3 juni (Handelingen II 2014/15, nr. 91, item 6).

Toegang tot overheidsinformatie zie ik als beginsel van goed openbaar bestuur. In een democratie moeten burgers de overheid kunnen controleren, inspraak kunnen hebben in de besluitvorming en zich een beeld kunnen vormen van datgene wat zich in publieke organisaties afspeelt. Voor toegang tot overheidsinformatie biedt de Wet openbaarheid van bestuur het afwegingskader.

Daarnaast biedt het ter beschikking stellen van openbare overheidsinformatie burgers en bedrijven kansen om nieuwe digitale diensten en toepassingen te ontwikkelen. Op 18 juli 2015 is de Wet hergebruik van overheidsinformatie in werking getreden, waarin de gewijzigde Europese richtlijn Hergebruik is geïmplementeerd. Deze wet regelt dat een ieder zich met een verzoek om hergebruik van openbare overheidsinformatie tot een met een publieke taak belaste instelling kan richten en stelt de kaders voor het hergebruik van deze openbare informatie. Omdat het bij het actief ter beschikking stellen van overheidsinformatie en datasets als open data ook hergebruik betreft, gelden deze kaders ook voor het open databeleid.

Het aanbod van open data groeit gestaag. Er zijn volop aansprekende voorbeelden van het hergebruik van overheidsinformatie. Zo biedt de Verkiezingskaart inzicht in de uitslagen van de afgelopen landelijke verkiezingen en kunnen met de website 10.000scholen.nl scholen onderling worden vergeleken. En onlangs heeft de Open State Foundation met steun van het Ministerie van BZK de financiële data van alle Nederlandse gemeenten als open data ontsloten. Daardoor is het inzicht in de inkomsten en uitgaven van de gemeentelijke overheden vergroot. Ook in internationale vergelijkingen scoort Nederland hoog. In een onlangs verschenen internationale ranking, neemt Nederland een 5de positie in wat betreft openheid van overheden1.

2. Eerdere correspondentie met uw Kamer

Uw Kamer heeft bij eerdergenoemde motie Oosenbrug aangedrongen op snelle beschikbaarstelling van overheidsinformatie in de vorm van onderzoeksrapporten, uitvoeringstoetsen en inkoop- & subsidie-informatie. De motie verzoekt ook een plan te ontwikkelen voor categorieën overheidsinformatie die actief kunnen worden verstrekt. In de kabinetsreactie van 24 juni 2015 (Kamerstuk 32 802, nr. 13) heb ik u geïnformeerd over de wijze waarop het kabinet deze motie uitvoert. Ook heb ik u op die datum over de voortgang geïnformeerd in de uitvoering van de motie Voortman (Kamerstuk 32 802, nr. 14). Op 3 juni 2015 heb ik in reactie op het eerste en tweede trendrapport van de Algemene Rekenkamer (Kamerstuk 32 802, nr. 12) aangegeven welke van de daarin opgenomen aanbevelingen het kabinet overneemt en uitvoert. Over de eerste resultaten bent u op 10 juli 2015 geïnformeerd (Kamerstuk 32 802, nr. 16). Ten slotte heb ik op 25 augustus 2015 gereageerd op de vragen die deze kabinetsreactie heeft opgeroepen bij de leden van de Commissie voor de Rijksuitgaven (Kamerstuk 32 802, nr. 17).

3. Stappen die gezet zijn

  • Samen met de departementen heb ik rijksbreed open datasets geïnventariseerd. U bent hierover geïnformeerd in mijn hierboven genoemde brief van 10 juli 2015. Door deze inventarisatie zijn ruim 500 nieuwe datasets getraceerd. Per departement zijn overzichten van beschikbare datasets gepubliceerd op data.overheid.nl. De overzichten worden ieder half jaar aangevuld.

  • Eveneens op 10 juli 2015 heb ik een leidraad voor het beschikbaar stellen van open data gepubliceerd. De leidraad verwoordt 10 richtlijnen voor het openen van data. Deze kan dienen als bouwsteen voor open databeleid bij gemeenten.

  • In de afgelopen jaren is er met de departementen gewerkt aan het ontsluiten van financiële gegevens (zoals informatie over subsidieverstrekkingen) in de vorm van open data2. In het afgelopen Financieel Jaarverslag is voor de financiële kolom de ambitie uitgesproken om binnen vijf jaar open te maken wat kan.

  • In 2015 hebben 31 Financial Trainees in opdracht van de Minister van Financiën en mij een zoektocht uitgevoerd naar datasets binnen het Rijk. Dit helpt bij de bewustwording van open data in de rijksoverheid. Ik zie de zoektocht van de trainees daarom als een hele goede impuls voor het beschikbaar stellen van open data. Ook in 2016 krijgt de nieuwe lichting Financial Trainees een dergelijke opdracht mee, deze keer specifiek gericht op open data bij Inspecties en grote uitvoeringsorganisaties.

  • In november 2015 stel ik, naar aanleiding van de motie Oosenbrug, de inkoopinformatie van de rijksoverheid de vorm van open data beschikbaar (Kamerstuk 32 802, nr. 13). Deze dataset geeft inzicht in de inkoopinformatie over 2014. Het gaat daarbij om een bedrag van circa € 10 miljard en om vele tienduizenden leveranciers3.

  • Conform mijn toezegging aan mevrouw Oosenbrug op 22 april jl., gedaan tijdens het AO over verkiezingsaangelegenheden (Kamerstuk 33 829, nr. 10), heb ik overleg gevoerd met de Kiesraad om verkiezingsgegevens via de open standaard EML (Election Markup Language) als open data te ontsluiten. Nog dit jaar worden de gevraagde bestanden op de website data.overheid.nl geplaatst.

  • Het Rijksportaal data.overheid.nl is, in mijn opdracht, vernieuwd. Het aantal daarop beschikbare datasets is sinds februari dit jaar toegenomen van 3.250 tot 7.1444. Uitgangspunt is dat alle overheden hun data via dit centrale open data portaal ontsluiten.

  • De ministeries van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, Buitenlandse Zaken, Financiën, Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het Ministerie van Binnenlandse Zaken voeren op mijn initiatief pilots uit met het actief beschikbaar stellen van onderzoeksrapporten (Kamerstuk 32 802, nrs. 13 en 14).

  • Ik start een onderzoek naar het beschikbaar stellen van de WOZ-waarden van onroerend goed in Nederland als open data. Die beschikbaarstelling vergt het eerst wegnemen van belemmeringen, ook wettelijke. Met dit onderzoek kunnen de belemmeringen in kaart worden gebracht waarna besloten kan worden over vervolgstappen. Ik houd de Kamer periodiek op de hoogte van de voortgang.

4. De moties van de leden Schouw en Veldman

Op 3 juni jl. vond het plenaire debat met uw Kamer over de Wet hergebruik van overheidsinformatie plaats. Tijdens dit debat zijn twee moties ingediend. Beide moties beschouw ik als ondersteuning voor mijn beleid.

De motie Schouw vraagt de regering te stimuleren om overheidsinformatie of -data die naar aanleiding van een verzoek om hergebruik op grond van de Wet hergebruik van overheidsinformatie ter beschikking is gesteld, tevens op data.overheid.nl te publiceren.

Ik ondersteun de inzet van de motie Schouw. Indien een met een publieke taak belaste instelling de in het verzoek gevraagde informatie kosteloos en zonder voorwaarden ter beschikking kan stellen aan de verzoeker, dan ga ik er van uit dat die instelling dezelfde informatie vervolgens actief plaatst op data.overheid.nl. Ik help daarbij door het opstellen van een handreiking voor met een publieke taak belaste instellingen. In die gevallen waarin (overeenkomstig de wet) voorwaarden zijn gesteld of kosten in rekening worden gebracht, wordt data niet ontsloten als open data.

De motie Veldman verzoekt de regering om eind 2016 alle daarvoor geschikte overheidsdata machinaal leesbaar en gestandaardiseerd te ontsluiten.

De Wet hergebruik van overheidsinformatie kent een inspanningsverplichting voor met een publieke taak belaste instellingen om indien zij uitvoering geven aan een verzoek om hergebruik, de gevraagde informatie in open en machine leesbare vorm ter beschikking te stellen. Waar mogelijk, en dat zal steeds vaker het geval zijn, wordt de informatie op deze wijze ontsloten. De machineleesbaarheid van data is een randvoorwaarde voor ontsluiting op data.overheid.nl. Ik wijs daarom hier nog eens op de Rijksbrede open data inventarisatie en op de acties die in dat kader worden ondernomen. De volgende acties zijn gericht op het vergroten van het aanbod aan machineleesbare en herbruikbare data en dragen derhalve bij aan de positie van het open dataportaal:

  • Departementen voegen 325 datasets, waarvan bekend is geworden dat zij beschikbaar zijn maar nog niet zijn gepubliceerd op data.overheid.nl, toe aan de website. Door verbetering in het aanmeldingsproces kunnen organisaties in de toekomst direct nieuwe beschikbare datasets aanmelden, zodat deze direct te vinden zijn op data.overheid.nl.

  • De eerstvolgende rapportage over de inventarisatieresultaten aan uw Kamer is in februari 2016. Van de 300 nu geplande of in onderzoek zijnde datasets is dan bekend wanneer zij ontsloten zullen zijn. Bovendien zullen de departementen, die in de eerste inventarisatie nog geen inzicht konden geven in de beschikbaarheid van datasets, dit alsnog doen.

  • Ik ga de beschikbaarheid van datasets op data.overheid.nl monitoren van 1 januari tot 31 december 2016. Hierdoor krijgt elk departement inzicht in de voortgang van de ontsluiting en publicatie van beschikbare data.

  • Ik ga nog dit jaar een helpdesk/ondersteuningsteam beschikbaar stellen om waar nodig ondersteuning te bieden bij de publicatie van datasets.

5. Bewegingen op het gebied van open data en vervolgstappen

Het Nederlandse open databeleid vindt niet geïsoleerd plaats. Om te komen tot betekenisvolle vervolgstappen, trek ik samen op met andere landen in het internationale Open Government Partnership (OGP). Nederland is met 65 andere landen lid van het OGP. In OGP verband wordt samengewerkt om in de aangesloten landen meer data te ontsluiten. Onlangs publiceerde het OGP5 aanbevelingen om open databeleid te verbeteren, zoals het kiezen voor een kwalitatieve benadering, zodat open data beleid doelmatiger kan zijn. Daarnaast adviseert het OGP om een terugkoppeling te organiseren met gebruikers van open data, waardoor vraag en aanbod beter op elkaar kunnen worden afgestemd. Vraagsturing en prioriteitstelling hangen daardoor nauw met elkaar samen.

Ook deze aanbevelingen gebruik ik om te komen tot een Nationale Open Data Agenda (NODA). Zoals eerder toegezegd ontvangt u de NODA en het Actieplan Open Overheid 2016–2017 nog dit najaar.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk


X Noot
1

Open Government Index 2015 van het World Justice Project. http://data.worldjusticeproject.org/opengov/#/groups/NLD

X Noot
2

Financiëel Jaarverslag Rijk over 2014 zie: http://www.rijksbegroting.nl/2014/verantwoording/financieel_jaarverslag

X Noot
3

Jaarrapportage Bedrijfsvoering Rijk 2014

X Noot
4

Peildatum: 20 september 2015.

X Noot
5

Independent Reporting Mechanism (2015) Aligning supply and demand for better governance, open data in the Open Government Partnership.

Naar boven