Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 november 2017
Zoals toegezegd in de brief van 24 oktober 2016, Aanhangsel Handelingen II 2016/17,
nr. 333), informeert het kabinet u hierbij over de uitkomsten van een tweetal onderzoeken
naar fraude met de aankopen in Turkije van hulpgoederen voor Syrië.
Het betreft de uitkomsten van de volgende onderzoeken1:
Uit de informatie blijkt dat grondig onderzoek gedaan is, met als conclusie dat geen
bewijs van fraude is aangetroffen. Voor een beschrijving van de onderzoeken verwijst
het Kabinet u naar bijgevoegde documenten.
Door deze kwesties bij Stichting Vluchteling/International Rescue Committee en Save
the Children is gebleken dat het bieden van noodhulp in moeilijke omstandigheden,
zoals de cross border hulp vanuit Turkije naar Noord-Syrië, risico’s met zich meebrengt
en dat aanscherping van procedures van toezicht nodig zijn om het risico op fraude
te verkleinen.
De ambassades zijn verzocht alert te blijven op indicaties van mogelijke fraude en
snel te reageren op dergelijke signalen, zo nodig door het faciliteren van extra onderzoek.
Ook bij de partners in de Dutch Relief Alliance is hierop aangedrongen.
De in de documenten genoemde maatregelen die de organisaties hebben genomen om het
risico op fraude met hun aankopen van hulpgoederen te verkleinen acht het Kabinet
adequaat.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
S.A.M. Kaag