32 253 Wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met het uitbreiden van de mogelijkheden van selectie van studenten en van verhoging van het collegegeld alsmede in verband met het aanscherpen van de toelatingsvereisten voor aansluitende masteropleidingen in het wetenschappelijk onderwijs (ruim baan voor talent)

Nr. 15 MOTIE VAN DE LEDEN JADNANANSING EN JASPER VAN DIJK

Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 21 maart 2011

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat er op dit moment breed aandacht is voor inhoud en mate van overhead bij hoger onderwijsinstellingen;

constaterende, dat de regering hierbij andere definities en percentages hanteert dan hogeronderwijsinstellingen en onderzoeksbureaus die onderzoek hebben gedaan naar inhoud en mate van overhead;

overwegende, dat de onderzoekcijfers die de regering op dit terrein hanteert niet alleen afwijken maar ook sterk verouderd zijn;

van mening, dat er snel duidelijkheid moet komen over wat breed verstaan moet worden onder het begrip «overhead» en dat er een overzicht komt van de mate van overhead bij onderwijsinstellingen in het hoger onderwijs;

spreekt uit, dat de Algemene Rekenkamer onafhankelijk onderzoek dient te doen naar overhead in het Nederlands hoger onderwijs,

en gaat over tot de orde van de dag.

Jadnanansing

Jasper van Dijk

Naar boven