31 534 Evaluatie wet op het KNMI

Nr. 7 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 mei 2021

In de procedurevergadering van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat van 14 april 2021 heeft u verzocht om een reactie op de brief van het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) te De Bilt getiteld «Met het KNMI naar het nieuwe normaal».

Op 3 februari jl. heeft u dit position paper ontvangen namens de Hoofddirecteur KNMI. Met het position paper beoogt KNMI u te informeren over de wetenschappelijke diensten en producten van het KNMI en de maatschappelijke meerwaarde. Ook worden beleidsopties voor een nieuw kabinet geschetst.

Zoals in het begeleidend schrijven bij de brief vermeld, behoeven de standpunten in de brief niet overeen te komen met de standpunten van de Minister en Staatssecretaris van IenW. KNMI valt als agentschap onder de ministeriële verantwoordelijkheid van de Minister van IenW, maar heeft een onafhankelijke wetenschappelijke onderzoekstaak.

Ik heb kennisgenomen van de in de position paper geschetste beleidsopties en erken het belang van een gezaghebbend en onafhankelijk kennisinstituut op het gebied van meteorologie en seismologie. Momenteel worden de zorgtaken op het gebied van de wet taken meteorologie en seismologie (WtMS) geëvalueerd. Hiermee wordt beoogd de wet toekomstbestendig te maken en te blijven zorgen voor een maximale publieke waarde. Eventuele wijzigingen of intensiveringen van het wettelijke kader worden bepaald door een nieuw kabinet. Daarbij kunnen ook de door het KNMI in het position paper benoemde onderwerpen worden betrokken. Het KNMI heeft immers een gezaghebbende positie en waardevolle kennis op dit terrein. Dit laat echter onverlet dat eventuele besluitvorming aan het volgend kabinet is.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer

Naar boven